• No results found

Nota Hasselt, Kempische Kaai Deel 2: Programma van Maatregelen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Nota Hasselt, Kempische Kaai Deel 2: Programma van Maatregelen"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BAAC Vlaanderen bvba Hendekenstraat 49 9968 BASSEVELDE info@baac.be

Nota

Hasselt, Kempische Kaai

Deel 2: Programma van Maatregelen

BAAC Vlaa n de re n Progra mma va n maa tregele n

(2)

1 Administratieve gegevens ... 1

2 Gemotiveerd advies ... 2

2.1 Datering en interpretatie onderzoeksterrein ... 2

2.2 Waardering archeologische vindplaatsen ... 2

2.3 Impactbepaling ... 2

2.4 Bepalingen van de maatregelen ... 2

2.4.1 Kennispotentieel verder (voor)onderzoek ... 2

2.4.2 Volledigheid van het (voor)onderzoek ... 2

3 Programma van Maatregelen ... 3

4 Bibliografie ... 4

(3)

Programma van Maatregelen

BAAC Vlaanderen Rapport 1596

1

1 Administratieve gegevens

Algemeen

Naam site Hasselt, Kempische Kaai

Ligging Kolenkaai, stad Hasselt, provincie Limburg

Kadaster Stad Hasselt, Afdeling 1 Sectie H en Afdeling 7 Sectie G, Openbaar

domein Projectnummer BAAC Vlaanderen 2020-0558

Reeds uitgevoerd vooronderzoek Bureauonderzoek (ID5786)

Bewaarplaats archief KBR

Actoren

Auteur Sarah Linten

Betrokken actoren Michiel Steenhoudt (archeoloog)

Piotr Pawelczak (aardkundige)

Betrokken derden Nvt

Plangebied

Oppervlakte plangebied 5.106 m²

Kartering gewestplan Woongebied

(4)

BAAC Vlaanderen Rapport 1596

2 Gemotiveerd advies

2.1 Datering en interpretatie onderzoeksterrein

Er werden bij het proefsleuvenonderzoek slechts drie sporen aangetroffen: een bakstenen, gewelfde riool, een vullingslaag en een afdekkingslaag van de riool. Deze sporen dateren met vrij grote zekerheid uit de 19e eeuw, mogelijk van na de aanleg van de kanaalkom in 1858.

Er werden geen andere sporen aangetroffen. Het terrein werd in de loop van de tijd afgetopt en eventueel aanwezige archeologische niveaus zijn hierbij verdwenen. De hoogte van het gewelf suggereert dat het 19e-eeuwse maaiveld overeenkwam met het huidige maaiveld. Er kon niet worden achterhaald of er zich andere archeologische sporen op het terrein hebben bevonden. Er werden geen restanten van diepere sporen zoals waterputten aangetroffen.

2.2 Waardering archeologische vindplaatsen

Na uitvoering van het proefsleuvenonderzoek kan gesteld worden dat de archeologische verwachting voor het aantreffen van archeologische resten uit de steentijden tot recente tijden moet bijgesteld worden tot onbestaand. Bij het vooronderzoek met ingreep in de bodem werd in één proefsleuf een 19e-eeuwse bakstenen riolering aangetroffen. De overige proefsleuven bevatten geen sporen of artefacten. Het potentieel op kennisvermeerdering door verder archeologisch onderzoek is dan ook klein tot onbestaande.

2.3 Impactbepaling

In het gebied zijn geen archeologische waarden meer aanwezig, op de gemetste 19e-eeuwse riool na.

Het terrein bleek afgetopt en er konden geen archeologische niveaus meer vastgesteld worden. De geplande ingrepen zullen dus naar alle waarschijnlijkheid geen archeologische waarden verstoren of vernietigen.

2.4 Bepalingen van de maatregelen

2.4.1 Kennispotentieel verder (voor)onderzoek

Het uitgevoerde vooronderzoek heeft zijn doelstelling, namelijk het vaststellen van de aan- of afwezigheid van een archeologische vindplaats, bereikt. Tijdens het onderzoek werden, uitgezonderd van een gemetste ondergrondse riolering geen archeologisch relevante vondsten gedaan en sporen en/of structuren aangetroffen. De aangetroffen structuur betreft een ondergrondse constructie uit de 19e eeuw. Eventuele andere archeologische sporen werden met subrecente modificaties van het terrein weggegraven. Het potentieel op kennisvermeerdering door verder onderzoek is dan ook zeer gering tot onbestaande.

2.4.2 Volledigheid van het (voor)onderzoek

Op basis van het uitgevoerde proefsleuvenonderzoek is er voldoende informatie over de afwezigheid van een archeologische site en is het potentieel op kenniswinst onbestaande. Volgens de beslissingsboom voor verder archeologisch vooronderzoek1 is bijkomend onderzoek niet aangewezen.

1 ONROEREND ERFGOED VLAANDEREN 2020 fig.3

(5)

Programma van Maatregelen

BAAC Vlaanderen Rapport 1596

3

Figuur 1: Beslissingsboom archeologisch vooronderzoek2

3 Programma van Maatregelen

N.v.t.

2 ONROEREND ERFGOED VLAANDEREN 2020

(6)

BAAC Vlaanderen Rapport 1596

4 Bibliografie

ONROEREND ERFGOED VLAANDEREN, 2020. Een beslissingsboom voor verplicht archeologisch vooronderzoek. Available at:

https://www.onroerenderfgoed.be/assets/files/content/images/stroomschema_stedenbouwkundig -verkaveling_v7.pdf.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

 Indien tijdens het veldwerk bijzondere vondsten worden gedaan of (complexe) sporen of structuren worden aangetroffen die niet in het onderzoeksvoorstel zijn voorzien,

Aangezien het plangebied in de periferie van de stad gelegen is, vlak bij de stadsgracht en dus niet op het centrale, hoogste deel van de stad, is de kans op het aantreffen van

Een verkennend archeologisch booronderzoek is noodzakelijk wanneer uit het landschappelijk booronderzoek naar voren komt dat er nog bodemlagen aanwezig zijn

Tijdens het bureauonderzoek werd een middelhoge trefkans opgesteld voor nederzettingsresten vanaf het neolithicum tot en met de volle middeleeuwen en sporen van begraving

Aangezien het criterium voor sites met rurale context op 1000 m² wordt gesteld, betreft het hier een site met een te kleine oppervlakte om de sporen bij een opgraving op een

2,20m diep zijn en het diepste archeologische niveau slechts 1,30 m onder maaiveld is gelegen, kan worden geconcludeerd dat alle archeologisch relevante niveaus ter hoogte van

Een vergelijking van de impactzone van de geplande werken (zie hoofdstuk 1.2.2 in het verslag van resultaten), de geplande nulpas in rekening genomen, met de resultaten van

Uit archeologisch standpunt zijn enkel de restanten van de in het fluvioperiglaciaal weichseliaan facies gevormde AC(p)-horizonten mogelijk interessant voor het aantreffen van