• No results found

Oplegger rapportage KPMG

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Oplegger rapportage KPMG"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Oplegger rapportage KPMG

Bij de start van het opstellen van de Hervormingsagenda hebben wij KPMG gevraagd om een analyse uit te voeren naar de mate van robuustheid van de Hervormingsagenda bestaande uit de besparingsopgave en de onderliggende valuecases.

In september 2019 is KPMG gestart en heeft meegekeken met de totstandkoming van de Hervormingsagenda, de valuecases en de uitwerking van de sporen. Tijdens het traject zijn de bevindingen van KPMG meegenomen.

In bijgevoegde rapportage geeft KPMG haar conclusies weer.

Conclusie KPMG

KPMG concludeert dat de plannen voor hervorming en transformatie robuust zijn in het licht van het terugbrengen van de meerkosten. Dit komt onder andere naar voren uit de besparingen die middels de interventiemaatregelen zijn gerealiseerd.

Daarnaast geeft KPMG mee dat kijkend naar de nog te realiseren besparingen de plannen vooral kwalitatief zijn onderbouwd en dat het aan te bevelen is om nog een slag te maken in de kwantitatieve onderbouwing. Dat geeft ook de mogelijkheid voor een verdere verbetering van de monitoring van de plannen. Hierbij raden zij aan waar mogelijk te werken met eigen Zwolse cijfers en gegevens.

Reactie op conclusie KPMG

Een belangrijke inhoudelijke beweging in de hervormingsagenda is om te komen van zwaardere vormen van zorg naar lichtere vormen van ondersteuning. Daarover zijn wij in brede kring het gesprek aangegaan met de stad (inwoners, aanbieders, uitvoeringsorganisaties). Deze beweging is effectief gebleken bij met name de Wmo Thuisondersteuning en de Jeugdgezinswerker in de

huisartsenpraktijk.

De besparing bij Wmo thuisondersteuning is op deze wijze gerealiseerd, doordat we in gesprek met partners een gezamenlijk kader hebben opgesteld ten aanzien van de gewenste beweging.

Vervolgens hebben we de aanbieders binnen de budgetafspraken meer ruimte gegeven, maar vanuit de gezamenlijke visie met duidelijke resultaten waarop door ons wordt gestuurd. Ook de aanpak bij de huisartsen is er op gericht om samen met de huisartsen te komen tot goede werkafspraken die voor beiden partijen en voor de cliënten voordelen bieden en waarvan de financiële besparing een resultante is. In die zin herkennen we dus de focus op kwalitatieve onderbouwing. En het belang van inhoud en een gedeelde visie vóór cijfers.

Nu zetten we deze inhoudelijke beweging nog verder door en hebben in de hervormingsagenda benoemd langs welke sporen we dit willen realiseren. Ook hierbij zetten we de inhoudelijke beweging voorop en willen we samen met de stad verder hervormen. Wij hechten grote waarde aan

samenwerking en co-creatie met de stad.

Deze aanpak gaan wij ook toepassen op de jeugdzorg en beschermd wonen. Het gesprek met de stad en partners om te komen tot draagvlak bepaalt ons inziens voor een wezenlijk deel of het resultaat gehaald wordt. Deze werkwijze is uitgangspunt bij de uitwerking van de sporen en de nu voorliggende (kwalitatieve) valuecases.

Wij zien de aanbeveling die KPMG schetst om te komen tot een betere kwantitatieve onderbouwing van de valuecases als een aanmoediging om nog beter de causaliteit aan te tonen tussen de kosten van de maatregel (bv inzetten op preventie) en (financiële) baten. We gaan de factoren die daarop van invloed zijn beter vertalen naar de Zwolse situatie. Daar waar wij op dit moment nog niet over de juiste data beschikken, zetten wij monitoring in om relevante gegevens te verzamelen en de

vastgestelde indicatoren te toetsen. Het versterken van de monitoring en daarmee de sturing in het sociaal domein is en blijft een belangrijk aandachtspunt in de Hervormingsagenda en is zeker op onderdelen nog voor verbetering vatbaar. Hoewel we best over veel data beschikken, is de ontsluiting

(2)

en het linken daarvan aan de opgaves nog een aandachtspunt. We zetten de komende tijd in op het versterken van het gegevensmanagement door een brede inzet van beschikbare tools om data zo uniform en vooral zo snel mogelijk te ontsluiten. Juist door nu in te zetten op het versterken van de monitoring kunnen wij onderweg toetsen of onze inhoudelijke aannames kloppen en tijdig bijsturen als dit nodig is.

Breder helpen datagericht werken en organisatie-initiatieven als ‘start voor de start’ om steeds met data de juiste context in beeld te brengen waarbinnen de opgave of het vraagstuk zich afspeelt.

Hierbij ligt een relatie met het aandachtspunt dat KPMG noemt tav de personele situatie (wisselingen, ziekte, en uitval) waardoor de uitvoeringskracht voor de hervormingsagenda soms beperkt is. De aanwezige medewerkers hebben met veel toewijding en energie de vraagstukken opgepakt, maar de bezetting was te krap. De afgelopen periode is meer stabiliteit gekomen en komt voor elk spoor een interne medewerker als trekker. De benodigde investering voor het op sterkte brengen van de afdeling en de inzet voor de Hervormingsagenda wordt bij het voorjaarsmoment aan u voorgelegd, zodat deze beter geborgd kan worden.

De komende periode gebruiken wij de aanbevelingen van KPMG om de monitoring en de

kwantitatieve onderbouwing verder te versterken. KPMG zal over enige tijd weer betrokken worden om mee te denken over de verbeterstappen. Bij de volgende jaarrapportage komen wij terug op onze vorderingen.

(3)

Quick scan

Hervormingsagenda Sociaal Domein

Eindrapportage

Gemeente Zwolle

20 Mei 2020 A1900017673

(4)

2

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

Disclaimer

Dit document is uitsluitend bestemd voor de gemeente Zwolle. Het is niet bedoeld voor andere partijen, buiten deze doelgroep, en het gebruik van dit rapport door andere partijen is dan ook voor eigen risico. KPMG aanvaardt geen aansprakelijkheid voor het gebruik van dit document anders dan waarvoor het is opgesteld en aanvaardt geen aansprakelijkheid jegens andere partijen dan de gemeente Zwolle.

De aard van de werkzaamheden houdt in dat wij geen accountantscontrole, beoordelingsopdracht of andere assuranceopdracht hebben uitgevoerd op de aan ons aangeleverde cijfers. Daarom kan aan onze rapportage geen zekerheid met betrekking tot de getrouwheid van financiële of andere informatie worden ontleend.

(5)

Aanleiding

Met de decentralisaties in het sociaal domein hebben gemeenten in Nederland breed een uitdaging om ondersteuning toegankelijk, doelmatig en betaalbaar te organiseren. De Gemeente Zwolle heeft vanaf de start ingezet op het realiseren van de transformatie. Dat neemt niet weg dat er ook nog voldoende te ontwikkelen is en dat ook Zwolle niet vrij is van uitdagingen. Zo ontstonden in 2018 in Zwolle de eerste zorgen over de oplopende tekorten in het Sociaal Domein. Een deel van deze kosten heeft de gemeente voor haar rekening genomen. Het andere deel wil de gemeente de komende jaren besparen. Een deel van deze besparing is het afgelopen jaar gerealiseerd middels de zogeheten interventiemaatregelen. Na deze eerste maatregelen is men voornemens om de transformatie verder vorm te geven en zodoende nieuwe besparingen te realiseren door anders te organiseren. De hervormingsagenda schetst deze systeemhervorming.

Vraagstelling en doelstelling

De gemeente Zwolle heeft KPMG gevraagd om een analyse uit te voeren naar de mate van robuustheid van de Hervormingsagenda bestaande uit de besparingsopgave en onderliggende business cases. Het doel van dit onderzoek is geweest om de hervormingsagenda (bestaande uit besparingsopgave en onderliggende business cases) te reviewen. We hebben de gehanteerde aannames en uitgangspunten in de opgestelde business cases die moeten leiden tot de, door de raad en het college, vastgestelde besparingsopgave, beoordeeld. Onderdeel van de scope was niet het vaststellen van het werkelijke tekort ten opzichte van de rijksmiddelen die Zwolle ontvangt en ook niet het vaststellen van de reeds gerealiseerde besparingen.

Aanpak en proces

In september 2019 is KPMG deze opdracht gestart en hebben wij een toelichting gekregen op de plannen rondom de hervormingsagenda.

Vervolgens ontvingen wij in het najaar van 2019 de eerste business cases en

hebben wij interviews gehouden met de trekkers van de vijf sporen die de gemeente heeft opgesteld. Onze bevindingen zijn gerapporteerd in een tussentijdse rapportage en gericht op gebruik door de trekkers en betrokken ambtenaren. In Zwolle is men vervolgens aan de slag gegaan om de bevindingen te verwerken in de hervormingsagenda (inclusief besparingsopgave en business cases). In de periode maart/april 2020 zijn deze documenten opnieuw aangeboden voor een tweede review. Daarnaast zijn wederom interviews gehouden met de betrokken medewerkers van Jeugd en Beschermd Wonen. Onze bevindingen hebben wij opnieuw met verschillende betrokkenen gedeeld welke zij in het continue proces van ontwikkeling en verbetering mee zullen nemen.

Bevindingen

In de gesprekken die wij hebben gevoerd is in positieve zin opgevallen dat de gemeente Zwolle vanaf 2018 hard aan de slag is om besparingen op het Sociaal Domein te realiseren middels de zogeheten interventiemaatregelen.

Deze hebben geleid tot eerste resultaten zoals de besparingen op de thuisondersteuning, de besparing op jeugdwet door de inzet van jeugdgezinswerkers en meer integraliteit van zorgverlening, ondermeer doordat verantwoordelijkheid voor ondersteuning bij één aanbieder wordt belegd. Ons is aangegeven dat hierdoor in de afgelopen jaren al EUR 5,4 miljoen is bespaard (op een beoogd totaal van EUR 11,1 miljoen) wat meer is dan op dit moment was gepland. We zien verder dat in de afgelopen periode veel werk is verzet om de visie op het realiseren van de overige EUR 5,7 miljoen te concretiseren. Dit proces blijft doorgaan. Naast het beschrijven van deze plannen zien we ook dat in de praktijk al goede dingen gebeuren zonder concreet plan vooraf, maar met de doelstellingen van de hervormingsagenda voor ogen. Hoewel draagvlak bij partners niet is onderzocht bestaat de indruk dat beleid en de opgave actief door de gemeente wordt geagendeerd. Hierbij wordt ook sterk gekeken naar kwaliteit van dienstverleners in het licht van de gewenste transformatie. Wij hebben ook begrepen dat Zwolle veel waarde hecht aan partnerschap met, en betrokkenheid en draagvlak van aanbieders.

Managementsamenvatting

(6)

4

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

Verder valt op dat breed wordt gekeken naar mogelijkheden voor besparing en doelmatige inzet. Hierbij worden veel voorbeelden van collega gemeenten en landelijke intervisie benut om beleid vorm te geven en aannames aan te scherpen en te leren van best practices. Hierin is door Zwolle veel tijd geïnvesteerd onder andere door deel te nemen aan meerdere peerreviews met andere gemeenten georganiseerd door de VNG en het Netwerk Directeuren Sociaal Domein (NDSD). Ook wordt extern onderzoek uitgevoerd om de aannames en beleid te toetsen. Bijvoorbeeld naar reële tarieven en het onderzoek naar de verstrekking van Wmo-hulpmiddelen.

De hervormingsagenda bestaat voor alle sporen uit een beschrijving van de ontwikkelrichting. Belangrijk onderdeel voor Zwolle is hierbij de waardecreatie op basis van klanttevredenheid en de impact op betrokkenheid van medewerkers en aanbieders. Ten opzichte van de eerste review in het najaar van 2019 is veel werk verzet.

Wel zien we nog de volgende belangrijke aandachtspunten:

― Voor alle sporen is in de hervormingsagenda beschreven welke visie de gemeente Zwolle heeft om de transformatie in te zetten en mogelijke besparingen te realiseren. Een uitgewerkte business case is echter alleen beschikbaar voor spoor 2, onderdeel Beschermd Wonen. Hierin zijn met onderbouwing de verwachte effecten doorgerekend. De andere sporen zijn voornamelijk kwalitatief beschreven. Zo is er bijvoorbeeld geen business case meer voor Jeugd (spoor 3) terwijl hier volgens de besparingsopgave een besparing van 3,7 miljoen in 2024 gerealiseerd zou moeten worden. Wel is in de valuecase uitgewerkt hoe de besparing is verdeeld, een concretere onderbouwing van deze besparingen ontbreekt.

― De onderbouwing van gehanteerde uitgangspunten en variabelen is beperkt beschreven en onderbouwd in de opgeleverde business case. Er wordt in de business case Beschermd wonen gerefereerd aan cijfers uit andere gemeenten welke wellicht niet geheel van toepassing zijn op de Zwolse situatie.

―Zwolle gaat uit van een besparingsopgave van circa 11 miljoen euro, welke door de raad is vastgesteld. Dit betreft een statische procentuele reductie van de ‘meeruitgaven’ in 2018 (Zwolle besteedde naar eigen zeggen in 2018 20 miljoen euro meer dan aan inkomsten voor het Sociaal Domein werd ontvangen). Door externe factoren (stijging van cliëntaantallen, wetswijzigingen, indexatie) kan het bedrag dat de gemeente Zwolle uitgeeft aan Sociaal Domein verder oplopen zonder dat rekening wordt gehouden met de doorlopende bijstellingen van de inkomsten. De vraag is of de statische besparing van 11 miljoen dan nog steeds passend is, in het bijzonder op de langere termijn.

―Het kabinet komt gemeenten in 2019, 2020 en 2021 financieel tegemoet voor de volumegroei jeugd en daarmee gepaarde tekorten. Het kabinet kan gemeenten echter niet structureel financieel tegemoetkomen omdat de exacte verklaring voor de tekorten onduidelijk blijft. Eind 2019 is onderzoek uitgezet (bij KPMG) om meer inzicht te krijgen in de patronen bij de uitgavenontwikkeling bij gemeenten. De eindrapportage van dit onderzoek is begin 2020 naar de Kamer gestuurd. Het vormt een basis voor het recent gestarte onderzoek naar de noodzaak van structurele middelen. Het Rijk onderzoekt inmiddels of, en zo ja in welke mate, gemeenten structureel extra middelen nodig hebben voor Jeugd.

―Naast Jeugd zijn er meer discussies tussen Rijk en gemeenten over de dekking en adequaatheid van middelen voor het Sociaal Domein. Recent zijn de extra uitgaven naar aanleiding van coronacrisis hiervan onderdeel.

Deze discussies staan buiten de gemaakte analyse.

―Uit de verschillende gesprekken komt een beeld naar voren dat teams het afgelopen jaar te maken hebben gehad met interne reorganisatie, wisselingen, ziekte en tijdelijke krachten. Daarnaast zijn er signalen dat veel tijd wordt besteed aan het oplossen van operationele casussen waardoor de uitvoeringskracht voor de hervormingsagenda soms beperkt is. De voortgang en het realiseren van de gewenste besparingen kan hier hierdoor vertraging oplopen.

Managementsamenvatting

(7)

Aanbevelingen

Aansluitend bij onze bevindingen hebben wij de volgende aanbevelingen:

― Wij raden aan om ook voor de andere sporen meer gebruik te maken van veronderstellingen die met kwantitatieve gegevens of aannames worden verwerkt tot prognoses. Enerzijds om vooraf tot betere onderbouwing en veronderstellingen te komen van de werkende principes bij de verbeterde doelmatigheid. Anderzijds ook om scherper te maken waarop blijvend kan worden gestuurd/gelet (via monitoring) om het transformatiedoel daadwerkelijk op te blijven volgen. Voor deze opvolging is het aan te bevelen om uitgaven per spoor of programma separaat boekhoudkundig inzichtelijk te maken zodat de daadwerkelijke uitgaven en besparing per jaar transparant is.

― Bij het opstellen van de business cases raden wij aan om uit te gaan van eigen ervaringscijfers en de ‘Zwolse visie’ wanneer deze informatie specifieker is dan landelijke cijfers of cijfers vanuit een andere gemeente.

Wanneer deze eigen aannames meer worden uitgewerkt is beter zicht op kwetsbaarheid en of haalbaarheid van inschattingen.

― Wij raden aan om naast de gerealiseerde besparingen en nog te realiseren besparingen ook de investeringen (per spoor en spoor overstijgend) weer te geven in het totaaloverzicht van de besparingsopgave. Hierdoor wordt duidelijk welke netto besparing (na aftrek van investering) wordt gerealiseerd.

― Het is raadzaam om jaarlijks in te schatten wat de‘meeruitgaven’ voor het Sociaal Domein zijn en welke invloed externe ontwikkelingen hierop hebben. Effecten op instroom en transformatie vanuit maatschappelijke ontwikkelingen en (nieuw) beleid hou je dan scherp. Eventueel zal de besparingsopgave dan naar boven of beneden kunnen worden bijgesteld waardoor de meeruitgaven constant zijn ten opzichte van de inkomsten voor het Sociaal Domein. Een dynamisch prognosemodel waarin zowel voor inkomsten als uitgavenkant rekening wordt gehouden met externe factoren raden wij aan.

Conclusie

Samenvattend zien we dat de gemeente Zwolle hard aan de slag is om de transformatie en de Hervormingsagenda te laten slagen. Er is urgentie om de

‘meeruitgaven’ (Zwolle besteed naar eigen zeggen ruim meer dan aan rijksinkomsten voor het Sociaal Domein wordt ontvangen) te beperken.

Hierdoor is in de afgelopen jaren al EUR 5,4 miljoen bespaard. Deze realisatie is door ons niet nader onderzocht.

Het besparingsdoel op de meerkosten dat met de raad is vastgesteld houdt in opzet ruimte voor een structureel hoger uitgavenpatroon voor het Sociaal Domein. Er is financiële dekking gevonden en afgesproken, waarvoor in andere gemeenten soms minder ruimte bestaat. Op basis van voornoemde kunnen wij concluderen dat de plannen voor hervorming en transformatie robuust zijn in het licht van het terugbrengen van een deel van de meerkosten. Dit komt tot uiting in de uitgebreidheid van de beschreven visies en denkrichtingen en de mate waarin nu al in de praktijk, en dus ook zonder uitgewerkte plannen, opvolging wordt gegeven aan de doelstellingen uit de Hervormingsagenda. De plannen welke de gemeente heeft opgesteld, laten zien dat het potentieel aan besparingen groot kan zijn.

Kijkend naar de nog te realiseren besparing ontbreekt ons inziens nog een slag in het kwantitatief onderbouwen van de tot nog toe vooral kwalitatieve besparingsplannen en beweging die met partners is ingezet. Doordat business cases voor de nog te realiseren besparingsopgave, totaal EUR 5,7 miljoen in 2024, gebaseerd zijn op cijfers uit andere gemeenten (business case Beschermd Wonen) of ontbreken (Jeugd) kunnen we geen oordeel vormen over de robuustheid voor de nog te realiseren besparingen danwel aanvullende besparingen die potentieel noodzakelijk zijn gegeven de diverse mutaties in baten en lasten. Deze business cases zijn behulpzaam om tot betere onderbouwing te komen en geeft mogelijkheid om de doelen en daadwerkelijke realisatie daarvan op te blijven volgen via monitoring.

Managementsamenvatting

(8)

6

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

Inhoudsopgave

Managementsamenvatting 3

1. Introductie: aanleiding, vraagstelling, doelstelling en proces 7

2. Overzicht sporen 10

3. Overzicht bevindingen besparingsopgave en business cases 14

Bijlage

I. Overzicht geïnterviewde personen en ontvangen documenten

De KPMG contactpersonen voor dit rapport zijn:

Arjan Ogink KPMG Health Partner

KPMG Advisory N.V.

Tel: +31 (0)6 48263503 Ogink.arjan@kpmg.nl

Suzan Kenkhuis KPMG Health Manager

KPMG Accountants N.V.

Tel: +31 (0)6 20444807 Kenkhuis.suzan@kpmg.nl

(9)

Aanleiding

Nederland kent sinds 2015 een gedecentraliseerd stelsel waarbij gemeenten lokaal verantwoordelijk zijn voor Jeugdwet, Wmo en Participatie. Doel hiervan was om vanuit meer integraal en lokaal beleid te komen tot inclusie, passende ondersteuning via maatwerk en het meer stimuleren van eigen netwerk en kracht. Dit laatste ook om de effienciencymaatregel vorm te geven (taken met korting bij gemeenten gekomen). In Zwolle is al vanaf de start ingezet op vernieuwing, onder meer in sociale wijkteams. In Zwolle zag men dat bezuiniging minder gerealiseerd kon worden en dat er reserves en andere middelen besteed konden worden om een soepele uitvoering mogelijk te maken. Dit gebeurt op dit moment nog steeds, waarbij de aanname van de gemeente wel is dat er inmiddels een overmaat aan middelen wordt aangewend.

In 2018 ontstonden in Zwolle de eerste zorgen over de tekorten in het Sociaal Domein. Een deel van deze kosten heeft de gemeente voor haar rekening genomen. Het andere deel wil de gemeente de komende jaren besparen. Een deel van deze besparing is het afgelopen jaar gerealiseerd middels de zogeheten interventiemaatregelen. Na deze eerste maatregelen is men voornemens om de transformatie verder vorm te geven en zodoende nieuwe besparingen te realiseren door anders te organiseren. De hervormingsagenda schetst deze systeemhervorming.

Vraagstelling en doelstelling

De gemeente Zwolle heeft KPMG gevraagd om een analyse uit te voeren naar de mate van robuustheid van de Hervormingsagenda bestaande uit de besparingsopgave en onderliggende business cases.

Het doel van dit onderzoek is om de hervormingsagenda (bestaande uit besparingsopgave en onderliggende business cases) te reviewen.

We beoordelen de gehanteerde aannames en uitgangspunten in de

opgestelde business cases die moeten leiden tot de, door de raad en het College, vastgestelde besparingsopgave.

Daarbij kijken we ook naar proces van de totstandkoming van de documentatie en de business cases.

Scope

De scope van de uitgevoerde werkzaamheden betreft de Hervormings- agenda Sociaal Domein van de gemeente Zwolle. Hieronder vallen de taken voor de Jeugdwet, Wmo 2015 inclusief Beschermd Wonen en de Participatiewet. Onze werkzaamheden zijn onder te verdelen in drie onderdelen:

1 Review van de besparingsopgave 2 Review van de business cases

3 Analyse van externe ontwikkelingen in het Sociaal Domein

Onderdeel van de scope was niet het vaststellen van het werkelijk tekort ten opzichte van de rijksmiddelen. Ook is niet naar de bredere opzet van het Zwolse stelsel gekeken.

In de gevraagde reviewende rol hebben wij ons geconcentreerd op de stukken (business cases, besparingsopgave en halfjaarrapportage) die voor lagen. Wij hebben geen gesprekken gevoerd met partijen in het veld om te onderzoeken hoe zij de samenwerking met de gemeente en de hervormingsplannen ervaren en wat het draagvlak onder deze partijen is.

Deze inhoudelijke aspecten, die mede bepalend zijn voor de robuustheid van de Hervormingsagenda, komen in deze rapportage daardoor minder naar voren. De rapportage focust met name op de cijfermatige onderbouwing in de genoemde stukken aangevuld met kwalitatieve aspecten afkomstig uit de interviews met de verschillende beleidsadviseurs (zie bijlage 1 voor een overzicht van ontvangen documenten en geïnterviewde medewerkers).

1. Introductie

(10)

8

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

Proces

Het onderzoek is een iteratief proces geweest om de gemeente Zwolle gaande het traject van commentaar te voorzien waarmee zij aanpassingen kunnen maken om tot een betere onderbouwing van de business cases te komen. Er zijn op verscheidene momenten documenten gedeeld met KPMG waarover het gesprek is gevoerd. Onderstaand volgt een weergave van dit proces.

Eerste gesprekken Juli - september

In juli hebben wij een eerste toelichting gekregen op de hervormingsplannen, besparingsopgave en op het rekenmodel voor thuisondersteuning. In deze gesprekken bleek ook dat nog tijd benodigd was voor het uitwerken van het hervormingsplan en de onderliggende business case waarna besloten is om de review na de zomer te starten.

Aanlevering Hervormingsagenda en business cases (10 oktober)

Op 10 oktober hebben wij een set met documenten ontvangen behorend bij de Hervormingsagenda. Dit betroffen de business cases voor Beschermd Wonen (onderdeel spoor 2) en Jeugd (spoor 3) plus daaraan gerelateerde onderbouwing zoals de contourschets inkoopmodel voor Jeugd. Daarnaast bevatte deze aanlevering algemene achtergrond bij de Hervormingsagenda zoals de ‘hervormingsagenda grote lijn’ en de halfjaarrapportage Sociaal Domein (zie overzicht A voor een overzicht van tot op heden ontvangen documentatie)

Presentatie status hervormingsagenda en interviews (14 en 15 oktober) De interviews met de trekkers van de sporen 2 en 3 vonden plaats op 14 en 15 oktober. Bij deze gesprekken waren tevens aanwezig een inhoudelijk betrokkene en de business controller voor Sociaal Domein (zie bijlage I voor een overzicht van geïnterviewde personen).

In deze gesprekken is onder andere gesproken over de reeds uitgevoerde werkzaamheden, de status van de plannen en de voorliggende business case en uitgangspunten

Interviews trekkers sporen 1,4 en 5 (5 november) en wethouders (27 november)

De interviews met de trekkers van de sporen 1, 4 en 5 vonden plaats op 5 november. Bij deze gesprekken waren de inhoudelijk betrokkenen/verantwoordelijke aanwezig. In deze gesprekken is met name ingegaan op de inhoudelijke plannen en de status daarvan. Omdat nog geen business case was opgesteld gingen deze gesprekken niet over de besparingen in financiële zin. Op 27 november vond het gesprek met de drie wethouders plaats. Hierin is met name stilgestaan bij de toekomstbeelden en zienswijze van de raad.

Vervolg review op aangepaste documentatie en interviews (4 maart)

Na de oplevering van het conceptrapport in november 2019 is men binnen de gemeente aan de slag gegaan met de verdere uitwerking van de sporen en de business cases. In maart 2020 hebben gesprekken plaatsgevonden met de betrokkenen bij de valuecases beschermd wonen en jeugd. Ook hebben wij de aangevulde documentatie beoordeeld. Middels een separate bijlage met detailbevindingen hebben wij deze aan de verschillende betrokkenen teruggekoppeld.

De gemeente lijkt zich te realiseren dat er een continu proces van leren en ontwikkelen wordt doorlopen. Tijdens de bespreking van deze eindrapportage is aangegeven dat betrokkenen met aanbevelingen aan de slag gaan en dat intern wordt gemonitord dat deze aanbevelingen worden opgevolgd. Daarnaast zal in de toekomst wederom om reflectie worden gevraagd. Dan minder vanuit een review en meer in de vorm van co-creatie.

1. Introductie

(11)

Leeswijzer

Dit document betreft de eindrapportage met onze bevindingen inzake de besparingsopgave en de review van de, tot op heden met ons gedeelde, business cases behorend bij de sporen Beschermd Wonen (onderdeel van spoor 2) en Jeugd (spoor 3).

Het document is verder als volgt opgebouwd:

― In hoofdstuk twee volgt een weergave van de vijf sporen, gebaseerd op de ontvangen documentatie en besproken punten tijdens de gesprekken in het najaar 2019 en voorjaar 2020.

― Hoofdstuk 3 volgt een samenvatting van onze bevindingen ten aanzien van de besparingsopgave en de business cases. Hierin worden de belangrijkste opgevolgde suggesties en nog openstaande suggesties weergegeven.

In de bijlage is een overzicht van ontvangen documenten en geïnterviewde personen opgenomen.

1. Introductie

(12)

10

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

In dit hoofdstuk volgt een weergave van de vijf sporen en de besproken punten tijdens de gesprekken in het najaar 2019 en een update van de situatie per april 2020.

Spoor 1: het voorveld: een sterke sociale basis

Doel van spoor 1 is om de vragen en opdracht aan het voorveld zodanig vorm te geven, dat de vragen van inwoners beter kunnen worden ingevuld en minder dubbelingen in het aanbod ontstaan (minder witte vlekken en voorkomen van dubbelingen). Doelen zijn o.a.: bevorderen van zelfredzaamheid, positieve gezondheid en het tegengaan van armoede en schulden.

Review oktober - november

Onze indruk was dat er voor dit spoor nog veel afwegingen waren te maken en de plannen en maatregelen nog uitgedacht meten worden:

― Ten tijde van deze eerste gesprekken ging aandacht nog vooral naar

‘reguliere werkzaamheden’ zoals de wisselingen in het team en de overdracht van werkzaamheden en de nieuwe contractering van dagbesteding.

― In het hervormingsplan versie 1.3 werden de financiële effecten als volgt samengevat: “Hier (spoor 1) vindt dus uitdrukkelijk geen bezuiniging, maar mogelijk wel een verplaatsing van middelen plaats”. In de totaal besparingsopgave (regel ‘collectivisering voorzieningen’) werd destijds echter een besparing voorgesteld en ingeboekt beginnend met 0,5 miljoen in 2021 en oplopend tot 2 miljoen in 2023.

― De trekkers spoor 1 verwachtten dat vanwege de maatregelen in de andere sporen meer inwoners een beroep zullen doen op het voorveld waardoor een besparing niet realistisch lijkt. Zo opperden zij dat de vrijgemaakte middelen in de andere sporen wellicht ingezet kunnen worden in het voorveld.

― Er waren geen concrete veranderplannen en geen business case beschikbaar.

Samenvattend stelden we dat de denkrichting van dit spoor was beschreven in de hervormingsagenda maar nog onvoldoende werd doorleefd door de trekkers van spoor 1.

Update april 2020

In de halfjaarsrapportage zijn de doelen en visie voor spoor 1 verder uitgewerkt. Samenvattend komt dit onder andere neer op aandacht voor preventie, samenhang in aanbod, meer regie vanuit de gemeente. De gemeente wil meer werken met subsidies en meer nadrukkelijk resultaten evalueren. Genoemd wordt dat op dit spoor geen besparing wordt gerealiseerd. Wel zien wij in de Hervormingsagenda in het hoofdstuk investeringen dat voor dit spoor investeringen (EUR 0,75 miljoen per jaar) worden begroot. Wij raden aan om deze verwachte investeringen nadrukkelijk te blijven volgen. Aangezien in deze periode geen interviews zijn uitgevoerd zijn aanpak, afstemming met aanbieders en huidige status niet getoetst met de beleidsmakers.

Spoor 2: Wmo – van beschermd wonen naar (beschermd) thuis

De hervorming beoogt een beweging van Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis Wonen. Aanleiding van deze transitie is de signalering dat een woonprobleem vaak een zorgprobleem wordt. De verwachting bestaat dat een derde van de huidige beschermd wonen cliënten met passende ondersteuning zelfstandig kan wonen. Daarnaast zal een deel van de cliënten worden overgeheveld naar de Wlz.

Review oktober - november

Voor dit spoor is destijds zowel een business case in excel als ook een daar bijbehorende ‘onderlegger beschermd wonen voor business case’

opgesteld. Hierin werden bovenstaande bewegingen (een derde van de populatie naar thuisondersteuning en een derde naar Wlz) uitgewerkt en financieel vertaald. Op basis van de business case en het gesprek viel het volgende op:

2. Overzicht Sporen

(13)

― De business case liet een forse besparingsmogelijkheid zien, echter bleek in het interview dat (de aannames in) de business case meer een

“best case scenario” was dan een “normal case scenario”. Zo werd bijvoorbeeld verondersteld dat in Zwolle niet 33% (business case scenario) maar 18% van de cliënten voor de Wlz in aanmerking kan komen.

― Daarnaast werden in het interview verschillende risico’s en randvoorwaarden aangegeven. Bijvoorbeeld onvoldoende geschikte huisvesting (onderdeel van spoor 5) om de beweging in gang te zetten en het risico dat andere dan de huidige aanbieders worden gecontracteerd voor Wlz waardoor cliënten moeten verhuizen. Er bestaat een risico bij deze doelgroep dat zij dit niet willen en daardoor geen Wlz indicatie zouden willen aanvragen.

― Onderdeel van spoor 2 was ook de besparingsopgave voor hulpmiddelen. In de totaalopgave ging men uit van een besparing van 9 ton in 2023. In de zomer was een onderzoek uitgevoerd naar het verstrekkingenbeleid (19 09 memo collegeretraite). Hieruit volgde dat de gemeente Zwolle een sociaal hulpmiddelenbeleid kent dat zich uit in een forse toename van het aantal toekenningen in de afgelopen jaren. Naar aanleiding van dit onderzoek werden ook besparingsmogelijkheden genoemd zoals een nieuwe aanbesteding (van twee partijen naar één) en scherper sturen op toekenningen. Voor beide mogelijkheden was nog geen goedkeuring van de raad.

We concludeerden dat de plannen voor dit spoor vorm kregen, maar adviseerden om de onderkende risico’s te gebruiken voor een nadere concretisering in verschillendescenario’s.

Update april 2020

In de halfjaarsrapportage wordt genoemd dat in 2019 het regionale budget voor de uitvoering van beschermd wonen structureel is verlaagd met€ 4,2

miljoen, wat voor Zwolle neerkomt op een besparing van€ 1,4 miljoen van de initiële gewenste EUR 1,65 miljoen. Naast de resterende € 0,25 miljoen ziet Zwolle aanvullend besparingspotentieel door de transitie van beschermd wonen naar beschermd thuis wonen en is de besparingsopgave herijkt en verhoogd met nog eens 1 miljoen euro. Dit betekent dat de transitie nog tot een besparing van EUR 1,25 miljoen zal moeten leiden. De volgende punten vallen ons op:

―Voor deze besparing is de eerdere business case aangepast. De berekende besparing (rekening houdend met benodigde investering) in scenario middel is EUR 0,77 miljoen en in scenario hoog EUR 1,25 miljoen. Dat betekent dat in het scenario middel de gewenste besparing niet wordt gerealiseerd. In scenario hoog is de verwachte besparing gelijk aan de benodigde besparing. Na een update van de stukken in mei, welke wij niet hebben gereviewed, is aangegeven dat in 2019 nog eens EUR 0,25 miljoen is bespaard, weliswaar nog niet structureel.

Aangegeven wordt dat deze besparing los staat van de business case Beschermd wonen, die daarmee nog EUR 1 miljoen moet besparen. Met het opgestelde‘middel scenario’ zou dit gerealiseerd worden.

―In het interview is gebleken dat gehanteerde aannames redelijk optimistisch zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor verwachte aantal overgangscliënten en de, in de business case, gehanteerde tarieven (op basis van de situatie in Delft). Het eerder genoemde risico dat onvoldoende huisvesting beschikbaar is om de transitie naar beschermd thuis te maken blijft ook actueel.

―Daarnaast is gebleken dat de huidige interim spoortrekker waarschijnlijk wordt vervangen door een vaste medewerker en dat er nog steeds sprake is van een hoge werkdruk doordat operationele zaken (zoals individuele casuïstiek) veel aandacht vragen.

―Zwolle is in de laatste besparingsplannen teruggekomen op de eerdere besparingsplannen op Wmo-voorzieningen.

2. Overzicht Sporen

(14)

12

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

In plaats van een besparing van 9 ton is de behoedzaamheidsreserve van 7 ton ingezet zodat op het hulpmiddelenbeleid nog 2 ton bespaard moet worden. In de halfjaarsrapportage wordt aangegeven dat dit inmiddels is gerealiseerd. Wij hebben dit niet vastgesteld omdat deze toetsing geen onderdeel was van de opdracht.

Spoor 3: Jeugd

Het hervormingsplan voor jeugd beoogt het normaliseren van jeugdhulp wat leidt tot minder langdurig en minder zwaar beroep op de jeugdhulp.

Review oktober - november

Als onderbouwing voor de mogelijke besparing was een business case opgesteld gebaseerd op de situatie in Deventer. De volgende uitgangspunten werden gehanteerd:

― Het aantal cliënten in het topsegment verschilde nauwelijks en daarom werd verondersteld dat de kostprijs met vijftien procent zou kunnen afnemen.

― Aangezien in Deventer minder cliënten jeugdzorg krijgen werd verondersteld dat het aantal cliënten in Zwolle met ongeveer tweehonderd kan afnemen wat leidde tot een besparing van zes ton.

Wij concludeerden dat het beleid in Deventer al geruime tijd anders en strakker neergezet was waardoor deze vergelijking niet zonder meer gemaakt kon worden.

Update april 2020

― Volgens de halfjaarsrapportage is reeds EUR 0,9 miljoen gerealiseerd op de besparingsopgave voor Jeugd door het project ‘Jeugdgezinswerker in de huisartsenpraktijk. Dit is een mooi voorbeeld waaruit blijkt dat Zwolle in de praktijk vorm geeft aan haar besparingsdoelstelling.

― De hiervoor besproken business case, waarbij de Deventer situatie de basis vormde voor de berekening van de besparing, is losgelaten.

Hierdoor is geen business case meer voor Jeugd (spoor 3) terwijl hier volgens de besparingsopgave een besparing van 3,7 miljoen in 2024 gerealiseerd zou moeten worden. Wel is uitgewerkt hoe de besparing is verdeeld, maar een concrete onderbouwing van deze besparingen ontbreekt

Verder valt op:

―Voor Jeugd resteert nog een te realiseren taakstelling oplopend tot EUR 3,7 miljoen in 2024. Door middel van hervormingen op het gebied van preventie, toegang en passende hulp verwacht men deze besparing te kunnen realiseren.

―Voor elk van deze onderdelen is een uitgebreide inhoudelijke toelichting inclusief maatregelen geschreven. Als bijlage bij deze toelichting is een financiële oplegger toegevoegd. Hierin wordt weliswaar per interventie de beoogde besparing weergegeven, maar de onderliggende waardes en aannames ontbreken veelal.

―In het interview is aangegeven dat het doen van uitspraken over aannames en parameters lastig blijkt en dat de wisselingen in het team hier niet bij helpen.

―Verder wordt genoemd dat een stijging van tarieven in het nieuwe inkoopmodel reëel zijn aangezien de RSJ tarieven lager zijn dan in veel andere gemeenten.

Spoor 4 : Participatie

Ook in dit spoor wil de gemeente Zwolle meer uitgaan van de behoefte en mogelijkheden van de inwoners. Het bieden van perspectief en het stimuleren van ontwikkeling en minder vanuit hokjes denken, zijn doelstellingen van dit spoor. Wanneer inwoners een perspectief hebben wordt verwacht dat zij minder beroep doen op zorg en ondersteuning.

Daarnaast verwachten we dat het aantal uitkeringen of de hoogte daarvan vermindert.

2. Overzicht Sporen

(15)

Review oktober - november

Op basis van het interview vielen ons de volgende punten op:

―De nadere uitwerking van dit spoor is belegd bij één persoon. Deze taak wordt met enthousiasme vervult, maar de capaciteit vormt wel een potentieel risico.

―Concreet zijn er verschillende plannen en ideeën om uitvoering te geven aan de hervorming. Voorbeelden van plannen in dit spoor waren destijds

‘de groepsgewijze aanpak’, ‘stapelingsproblematiek in Zwolle Oost’, en onderzoek naar de ontwikkeling van een ‘sociale coöperatie’. Deze plannen werden ook al impliciet getoetst aan de voorwaarden van de hervomingsagenda (van apart naar gewoon, van zorgen voor naar zorgen dat etc.).

―Aangezien er geen besparingen worden verwacht, was er geen business case voor dit spoor. Wel wordt aangegeven dat er mogelijk gunstige effecten op de uitgaven voor bijstand zijn te verwachten. Deze gaan dan echter niet mee in de realisatie van de besparingsopgave.

Update april 2020

De plannen zijn in de halfjaarsrapportage nader uitgewerkt in drie bewegingen: integrale toegang, het bieden van laagdrempelige werkplekken en denken van uit de totaaloplossing. Door middel van uitvoeren van geselecteerde aanpakken en experimenten wil men deze bewegingen realiseren. Al deze projecten en varianten worden met behulp van indicatoren getoetst aan vooraf opgestelde hypotheses. Doel is om zodoende het inzicht in het potentieel van mensen te vergroten en te verzilveren. Dit spoor beoogt geen financiële besparing maar is randvoorwaardelijk om de resultaten bij de andere sporen te bereiken.

Spoor 5: Wonen

Door de beweging van de extramuralisering van de zorg en het scheiden van wonen en zorg, neemt de vraag naar geschikte en betaalbare woningen

toe. Ook groeit de groep ouderen die langer zelfstandig thuis wil wonen en daar aanpassingen voor nodig heeft. Spoor 5 beoogt om nieuwe woonoplossingen met borging van (mantel)zorg en faciliteiten in de buurt te realiseren.

Review oktober - november

Aangezien voor de ‘trekkersrol’ destijds een vacature bestond waren nog weinig concrete plannen ontwikkeld. Aangegeven werd dat op dit terrein veel te winnen valt en dat gemeenten en woningcorporaties elkaar nog onvoldoende weten te vinden.

Gemeenten geven aan dat er te weinig plaatsen zijn. Woningcorporaties daarentegen geven aan dat beschikbare plaatsten niet worden benut.

Onze indruk was dat er ook voor dit spoor nog veel afwegingen waren te maken en plannen uitgedacht moesten worden. Bijvoorbeeld over het concentreren of spreiden van beschikbare plekken en het concretiseren van beleidsafspraken voor het Sociaal wijkteam. In dit laatste voorbeeld is het van belang dat het Sociaal Wijkteam afgewogen keuzes kan maken wanneer een verhuizing dan wel een woningaanpassing op zijn plaats is en dit richting de raad kan verantwoorden wanneer druk wordt uitgeoefend.

Update april 2020

Uit de uitwerking van spoor 5 in de halfjaarsrapportage april 2020 blijken doelen en acties nog niet heel concreet zijn.

―Er wordt aangegeven dat met de woningcorporaties en huurdersraden kaderstellende prestatieafspraken geformuleerd voor de jaren 2020-2023 en dat is afgesproken om de gemeenschappelijke strategie op Wonen en Zorg te herijken.

―Het spoor zelf heeft geen besparingsopgave maar is wel randvoorwaardelijk voor met name sporen 2 en 3.

―Over eventuele investeringen die nodig zijn wordt geen uitspraak gedaan, maar het is onwaarschijnlijk dat investeringen voor woningaanpassingen alleen door de woningcorporaties worden gefinancierd.

2. Overzicht Sporen

(16)

14

© 2020 KPMG Advisory N.V. Alle rechten voorbehouden.

Onderdeel van deze opdracht was het gedetailleerd meekijken naar de besparingsopgave en de onderliggende business cases om zo de betrokkenen bij de Hervormingsagenda gedurende het proces te adviseren over de op dat moment voorliggende stukken. Voor de review van de besparingsopgave en de business cases hebben wij geen gesprekken gevoerd met de partijen in het veld. De focus ligt hierdoor meer op cijfermatige onderbouwing dan op inhoudelijke aspecten zoals draagvlak en samenwerking. Door middel van een tussentijdse rapportage in het najaar van 2019 zijn deze verbeterpunten gedeeld. De betrokkenen hebben de input gebruikt om deze stukken een stap verder te brengen. Op basis van de opgeleverde stukken in april 2020 hebben wij onze review herhaald en verbeterpunten wederom gedeeld middels een separate bijlage met detailbevindingen. Het proces van verbetering blijft zo doorgaan. Tevens is ons aangegeven dat intern zal worden gemonitord dat de aanbevelingen worden opgevolgd. In dit hoofdstuk volgt een samenvatting van onze bevindingen ten aanzien van de besparingsopgave en de business cases door middel van een weergave van de opgevolgde bevindingen/suggesties en de nog openstaande verbetersuggesties.

Besparingsopgave (reeds gerealiseerde deel)

Ons is aangegeven dat in de afgelopen jaren EUR 5,4 miljoen is bespaard door verschillende interventiemaatregelen en projecten. Belangrijk resultaat is gerealiseerd op‘Thuisondersteuning’ (EUR 1,85 miljoen). De besparing is naar eigen zeggen aantoonbaar een direct gevolg van de genomen maatregelen. Zwolle blijft de uitgaven monitoren en blijft onderzoeken of er binnen de Hervormingsagenda meer besparingsmogelijkheden zijn.

Daarnaast zijn mooie besparingen gerealiseerd op Beschermd Wonen (EUR 1,4 miljoen) en op het project ‘Toegang Jeugd’ (EUR 0,8 miljoen). Zoals eerder aangegeven was het vaststellen van deze realisaties niet onderdeel van de scope van deze opdracht.

Wat opvalt in de gepresenteerde tabel in de halfjaarsrapportage is dat wanneer een besparing reeds gerealiseerd is, het nog te besparen bedrag in

de jaren daarna op 0 is gezet. Wij gaan ervanuit dat Zwolle blijft monitoren dat gerealiseerde besparingen ook duurzaam gerealiseerd worden en geen eenmalige besparingen betreffen.

Besparingsopgave (nog te realiseren deel) De belangrijkste opgevolgde suggesties zijn:

―De besparingsopgave wordt in de halfjaarsrapportage (april 2020) overzichtelijk weergegeven. Waar eerder het totaal overzicht van gerealiseerde besparingen en nog te realiseren besparingen ontbrak is dit in de huidige versie overzichtelijk en per spoor gepresenteerd.

―Om de voortgang van de hervormingsagenda te monitoren bestaat er een stuurtafel sociaal domein en een netwerkoverleg sociaal domein waar de taak- en verantwoordelijkheidsverdeling wordt besproken.

Daarnaast is er nu een kernteam dat tweewekelijks samenkomt om de inhoudelijke integraliteit en de resultaten te borgen. Verder ligt er nu een voorstel om extra te investeren in de capaciteit van de afdeling Maatschappelijke ontwikkeling.

Nog openstaande suggesties zijn:

―Alleen voor spoor 2 (beschermd wonen) is een business case opgesteld ter onderbouwing van de te realiseren besparing. Een business case voor Jeugd, waar in 2024 EUR 3,75 miljoen bespaard moet zijn, ontbreekt vooralsnog. Daarnaast blijkt uit het hoofdstuk investeringen dat voor spoor 1 jaarlijks EUR 0,75 miljoen geïnvesteerd dient te worden.

Een negatieve business case met onderbouw en uitgangspunten zou ook hier op zijn plaats zijn.

―In de halfjaarsrapportage (versie april 2020) worden de benodigde investeringen gepresenteerd in een separaat hoofdstuk. Voor het vergroten van inzicht adviseren wij om een totaalopgave op te stellen met besparingen per maatregel of spoor, investeringen per spoor en spooroverstijgende investeringen. Hierdoor wordt duidelijk welke netto besparing (na aftrek van investering) wordt gerealiseerd.

3. Overzicht Besparingsopgave en business cases

(17)

― De behoedzaamheidsmarge is reeds ingeboekt omdat men niet verder wenst of denkt te kunnen besparen op Wmo-voorzieningen. Andere tegenvallers kunnen hierdoor niet meer worden opgevangen met deze behoedzaamheidsmarge. Wij raden aan om de behoedzaamheidsmarge te gebruiken voor eventuele tegenvallers die in de loop van de jaren zullen blijken in plaats van op voorhand minder besparen dan de gewenste 11,1 miljoen.

business cases

Ten tijde van onze eerste review waren er twee business cases. Eén voor Beschermd Wonen en één voor Jeugd. De business case voor Jeugd is vervallen. Op de volgende pagina worden daarom de opgevolgde en nog openstaande suggesties voor de business case Beschermd wonen weergegeven.

De belangrijkste opgevolgde suggesties zijn:

― De uitgangspunten voor de business case beschermd wonen worden beschreven in een separate oplegger en worden doorgerekend in de business case.

― In de laatste versie van de business case worden naast het‘nul scenario’

ook twee anderescenario’s doorgerekend en is de ingroei over de jaren tot en met 2024 geschetst. Dit laatste punt moet nog wel doorgerekend worden.

― De kosten welke gerelateerd zijn aan de besparing voor beschermd wonen worden weergegeven. De netto besparing (na aftrek van deze kosten) wordt in de business case nog niet gepresenteerd.

De nog openstaande suggesties zijn als volgt:

―Op onderdelen kan de onderbouwing nog beter. Bijvoorbeeld waarom Zwolle uitgaat van Delftse prijzen en aantallen en waarom deze ook voor Zwolle passend zouden zijn. Beter nog is het om de ‘Zwolse visie’ als uitgangspunt en deze te vertalen in eigen aannames binnen de business cases. Dit maakt ook dat de uitwerking van de maatregelen beter navolgbaar is.

―Daarnaast hebben we in gesprekken ook gehoord dat uitgangspunten ambitieus zijn. Voorbeeld is de aanname van het percentage cliënten dat beschermd thuis zou kunnen wonen. Ook het aantal overgangscliënten naar de Wlz is ambitieus en houdt geen rekening met cliënten die geen Wlz indicatie zullen aanvragen. Deze eigen visie is niet vertaald in de huidige business case. Uitwerken van het effect op het aantal cliënten dat uitstroomt en de intensiteit van ondersteuning die deze groep ontvangt kan afwijken van de landelijke inschattingen (33%). Het opstellen van een worst case scenario is aan te bevelen.

―Er wordt geen rekening gehouden met prijsindexactie of inflatie. Dit is een bewuste keuze die in Zwolle is gemaakt en wordt gezien als reguliere ontwikkeling en niet als hervormingsbesluit. Ook de transformatiekosten worden buiten beschouwing gelaten. Wij zijn van mening dat hierdoor een minder reëel beeld ontstaat. De situatie kan dan zo zijn dat een besparing wordt gepresenteerd terwijl deze door volumestijging niet is gerealiseerd.

3. Overzicht Besparingsopgave en business cases

(18)

Bijlage

(19)

Geïnterviewden en documentatie

Bijlage I

Overzicht interviews

Datum Gesproken met:

14/15 oktober Projectleider Hervormingsagenda

Business Controller Sociaal Domein Beschermd Wonen – spoor 2

Business Controller Sociaal Domein Jeugd – spoor 3 Trekker Beschermd Wonen (interim) – spoor 2 Beleidsadviseur Wmo – spoor 2

Trekker Jeugd (interim) – spoor 3 Beleidsadviseur Jeugd – spoor 3 4/5 november Trekker Participatie (spoor 4)

Trekker Wonen (waarnemend) – spoor 5 Drietal Beleidsadviseurs Voorveld – spoor 1

27 november Wethouder voor Jeugdbeleid

Wethouder voor Zorg, Wmo en Beschermd Wonen 4 maart Trainee Sociaal Domein – spoor 3

Business controller Sociaal Domein Jeugd (interim) – spoor 3 Trekker Beschermd Wonen (interim) – spoor 2

Business Controller Sociaal Domein Beschermd Wonen – spoor 2

Overzicht ontvangen bestanden

(tbv besparingsprogramma en business cases) Hervormingsagenda de grote lijn

Jeugd 6.a. Oplegger Doorontwikkeling Inkoop

Uitwerking beschermd wonen als onderlegger voor business case Copy of Jeugd besparingsdoelstelling-2

Copy of BW besparingsdoelstelling spoor 2

Kopie van 20170605 rekenmodel resultaatgebieden maand 080617 Optimaal

Halfjaarrapportage Sociaal Domein Bestuursrapportage Sociaal Domein Budgetten 2020 programma’s

Financiële stand van zaken 2019 jeugdhulp Master MO kostenstijging 2017-2018 19 09 memo collegeretraite

Perspectiefnota 2020 – 2023

V1.0 halfjaarrapportage hervormingsagenda 6-4-20 V1.0 valuecase Beschermd Wonen spoor 2

IO Research – gemeente Zwolle – onderzoek verstrekking Wmo hulpmiddelen

Oplegger valuecase jeugdhulp voor KPMG Aanvullende opmerkingen voor KPMG

(20)

KPMG on social media KPMG app

De naam KPMG en het logo zijn geregistreerde merken van KPMG International.

© 2020 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is lid van het KPMG-netwerk van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative (‘KPMG International’), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Shanoek heeft daardoor wat meer vrije tijd, waarin zij naar de taalles kan die Sanne voor haar heeft geregeld. Ook krijgt Shanoek een taalmaatje zodat ze meer kan inburgeren en

Wil men tot een optimale dekking in woonwijken komen, dan zal zowel voor de huidige situatie als voor de situatie waarin de nieuwe ontwerpnorm van Brabant Water geïmplementeerd

The effects radar, for example, indistinguishably made clear which roles mainly profited from business models (MobiHealth, laboratory and general practitioner), even though the

 De gemeente Beuningen is vanaf 2020 verantwoordelijk voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang;.  We staan voor een enorme (maatschappelijke) opgave;, van exclusie

The goal of the research is to increase the quality of the decision making process of the possible business models attempted by developing a method to make a business case of

Voorgenomen veranderingen binnen het UWV kunnen een business impact hebben (bijvoorbeeld een effect op schaarse UWV middelen zoals geld en FTE of een effect op onze

Deze cliënten hebben wegens hun psychiatrische en/of psychosociale problematiek intensieve begeleiding nodig voor de dagelijkse structuur. Cliënten zijn dusdanig zelfstandig

• is meant to be a check of the obtainment of the last estimation of the business case (monitoring), as well as a description of the post-project exploitation planning for