• No results found

Filosofie van de Natuurkunde (NS-257b) 17 augustus 2009

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Filosofie van de Natuurkunde (NS-257b) 17 augustus 2009"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Departement Natuur- en Sterrenkunde, Faculteit B`etawetenschappen, UU.

In elektronische vorm beschikbaar gemaakt door de TBC van A–Eskwadraat.

Het college NS-257b werd in 2008/2009 gegeven door Dennis Dieks.

Filosofie van de Natuurkunde (NS-257b) 17 augustus 2009

Opgave 1

De middeleeuwse nominalisten meenden dat de natuurwetenschap zich alleen maar kan bezighouden met het “geven van namen“. Leg uit wat zij hiermee bedoelden, en tegen welke invloedrijke stroming zij zich hiermee verzetten. Wat was het essenti¨ele bezwaar van de nominalisten tegen deze andere stroming?

Opgave 2

Recent historisch onderzoek maakt duidelijk dat Einsteins algemene relativiteitstheorie (1916) vanaf het begin in fysische kring onderwerp van veel discussie was. Er werden diverse rivaliserende theo- rie¨en voorgesteld, en er werd een levendig debat gevoerd over voor- en nadelen van de verschillende voorstellen. Bespreek of dit past binnen Kuhns analyse van de wetenschap. Leg daarbij uit wat de essenti¨ele elementen zijn van Kuhns visie.

Opgave 3

In zijn Principia claimde Newton dat hij zijn gravitatiewet rechtstreeks had afgeleid uit experimen- tele gegevens, in het bijzonder uit het feit dat waargenomen is dat de planeten ellipsbanen volgen.

Bespreek deze claim. Denk je dat hij correct is? Wat voor moeilijkheden zie je en hoe belangrijk zijn die volgens jou?

Opgave 4

Leg de kern van Kants visie op de natuurwetenschappen uit. Bespreek daarbij de betekenis van de begrippen “synthetisch“, “analytisch“, “a priori“, “a posteriori“, “synthetisch a priori“.

Opgave 5

Ter oplossing van het inductieprobleem stelde Popper dat het in de natuurwetenschap goedbeschouwd helemaal niet gaat om inductie, maar alleen om falsificatie. Leg uit wat het inductieprobleem is, en hoe Poppers oplossing er in meer detail uitziet. Probeer Poppers aanpak vervolgens te analyseren.

Slaagt Popper volgens jou in het vermijden van inductie?

Opgave 6

In filosofische teksten komt het begrip “waarheid“ vaak voor. Er bestaan in de filosofie verschillende waarheidstheorie¨en, waarvan de correspondentietheorie de belangrijkste is. Leg uit wat de inhoud is van deze correspondentietheorie, en hoe deze zich verhoudt tot de coherentie theorie. Besrpeek vervolgens of, en zo ja hoe, het begrip “waarheid“ een rol speelt in respectievelijk het realisme en het instrumentalisme.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Welke van deze twee hypothesen wordt volgens jou het best door het empirisch materiaal ondersteund?. Er wordt wel gezegd dat zelfs als we Hume’s oorspronkelijke probleem

Volgens Hume is het niet mogelijk in de natuurwetenschappen ooit zeker te zijn van theorie¨ en.. Wat was

Volgens Popper kunnen we algemene uitspraken nooit bewijzen, maar is het wel gemakkelijk ze te weerleggen.. Leg

Er zijn twee versies van deze interpretatie te onderscheiden: de eerste, van voor 1935, en de tweede, van na 1935. Geef aan waarin het verschil zit en hoe Bohr gedwongen werd

Leg vervolgens uit hoe volgens Aristoteles wetenschap in het algemeen moet worden opgebouwd, en laat zien hoe de vacu¨ um-redenering hierin past..

Wordt Kuhns opvatting weerlegd door het feit dat we nu veel meer problemen natuurwetenschap- pelijk aankunnen dan bijvoorbeeld honderd jaar geleden, en dat onze technische

Volgens empiristische wetenschapsfilosofen zijn natuurwetten niet normatief, maar descriptief.. Leg uit wat het verschil is, en illustreer het met

In ´ e´ en van zijn paradoxen geeft Zeno een redenering met de conclusie dat er geen verschil bestaat tussen een bewegende en een rustende pijl?. Bespreek deze redenering en geef