Vraag nr. 7
van 6 oktober 1999
van de heer ANDRE MOREAU Onroerende voorheffing – Berekening
In opdracht van het ministerie van de Vlaamse Ge-meenschap werden door CIPAL (Centrum voor Informatie Provincies Antwerpen en Limburg), Belastingdienst voor V l a a n d e r e n , de persoonsgege-vens verzameld met het oog op de inning van de onroerende voorheffing.
Dezer dagen werden de aanslagbiljetten verzonden aan de belastingplichtigen. Bij onderzoek van di-verse aanslagbiljetten heb ik vastgesteld dat er fou-ten geslopen zijn in de berekening van het te beta-len bedrag. Deze fout komt voor indien de belas-tingplichtige recht heeft op toegepaste verminde-ring voor hetzij bescheiden woning, hetzij kinderen met recht op kinderbijslag en/of gehandicapte ge-zinsleden of grootoorlogsverminkte.
1. Is de minister-president op de hoogte van de foutieve berekeningen en de eventuele gevol-gen ervan voor de eigevol-genaars ?
2. Welke fout in het computerprogramma ligt aan de basis van deze foutieve berekening ?
3. Neemt de Vlaamse Gemeenschap de verant-woordelijkheid voor deze fout, of wordt de ver-antwoordelijkheid gelegd bij de firma die de be-rekeningen diende uit te voeren in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap ?
4. Werd de bevolking geïnformeerd omtrent de eventuele verkeerde berekening van het aan-slagbiljet en werd meegedeeld langs welke weg men zijn bezwaar kan kenbaar maken aan de Belastingdienst voor Vlaanderen ?
5. De dossiers die niet aangepast zijn vóór de ui-terste betaaldatum, waardoor de belastingplich-tige te veel dient te betalen, worden nadien vebeterd en het te veel betaalde bedrag, v e r m e e r-derd met 7 % rente, wordt teruggestort aan de belastingplichtige.
Wanneer gebeurt deze terugbetaling en hoeveel kost deze rente aan de Vlaamse Gemeenschap ? 6. De foutieve berekening heeft ook gevolgen
voor de provincies en de gemeenten.
Werden deze besturen ook ingelicht over deze foutieve berekening ?
Antwoord
1. Op mijn vraag heeft de afdeling Financieel Ma-nagement (onderdeel van de administratie Bud-g e t t e r i n Bud-g, AccountinBud-g en Financieel ManaBud-ge- Manage-ment) recentelijk een nota opgemaakt be-treffende de inning van de onroerende voor-heffing door de Vlaamse Gemeenschap.
Naast een laatste stand van zaken met betrek-king tot de op heden verstuurde aanslagen en de bezwaren die hierop reeds werden inge-d i e n inge-d , weringe-d hierin ook een overzicht gegeven van de verschillende probleemsectoren, m e t vermelding van de oorzaken, de potentiële grootte van de problemen en de wijze alsmede de timing van de aanpak ervan.
2. Tot op heden werden er 2.295.714 aanslagen v e r s t u u r d . Voor deze aanslagen werden er reeds 55.313 bezwaren ingediend. Dit aantal lag in de lijn van de verwachtingen.
m-m e r s, het is deze oorzaak die aan de basis ligt van het merendeel van de foutief berekende aanslagen.
Hoe dan ook zal, uitgaande van de behandelde b e z w a a r s c h r i f t e n , een inventaris worden aange-legd van de vastgestelde problemen. D a n k z i j deze inventaris, die jaarlijks zal worden geactu-a l i s e e r d , zullen verkeerde geactu-ageactu-anslgeactu-agen in de toe-komst worden vermeden.
Een andere fout betreft de leggers met meerd e r e kadastrale inkomens ( K I ) , waarbij in de beginfa-se slechts één KI werd opgenomen in de aan-s l a g. Momenteel iaan-s men volop bezig met de ont-wikkeling van bijkomende programmatie waar-mee de juiste gegevens kunnen worden geselec-t e e r d . De verzending van de gecorrigeerde aan-slagen zal eind november gebeuren.
Deze fout kan als een echte programmatiefout worden bestempeld, net zoals de foutieve aan-slagen (in het totaal 3.644) die werden ver-stuurd in de gemeenten Ko e r s e l , Kortenaken en S t e e n o k k e r z e e l . Bij deze laatste werd het post-nummer niet of verkeerd gekoppeld.
3. De verantwoordelijkheid voor de slechte kop-peling tussen de bestanden van het Rijksregister en het kadaster kan noch bij de Vlaamse Ge-m e e n s c h a p, noch bij Cipal worden gelegd. H e t gaat hier immers om een onvermijdbare fout als gevolg van de koppeling van twee niet-uniforme b e s t a n d e n . Dat éénzelfde goed twee verschillen-de adresaanduidingen heeft, is natuurlijk be-v r e e m d e n d , maar door de gescheiden origine (de ene vanuit een fiscaal kadasterbestand, d e andere vanuit gegevens van de burgerlijke stand) historisch verklaarbaar. De historische verklaarbaarheid van de talrijke afwijkingen mag natuurlijk geen alibi zijn om voor de toe-komst niet te streven naar een perfecte consis-tentie van deze gegevens.
Van bepaalde foutieve berekeningen moet de o o r z a a k , en dus ook de verantwoordelijkheid, wel bij Cipal worden gelegd, met name de fou-tieve aanslagen voor de leggers met meerdere KI's en de foutieve aanslagen in de gemeenten Ko e r s e l , Kortenaken en Steenokkerzeel. C i p a l zal deze problemen zelf en op eigen kosten moeten oplossen.
4. Alle belastingplichtigen kregen samen met hun aanslagbiljet een brochure toegestuurd. H i e r i n wordt in zeer duidelijke bewoordingen uitge-legd wat onroerende voorheffing is, hoe ze
wordt berekend, wie recht heeft op een vermin-d e r i n g, hoe je vermin-die verminvermin-deringen krijgt en waar je terechtkan met bezwaren.
Binnen Cipal werd er tevens een soort van call center opgericht, met een tiental telefonisten die luisteren naar de talrijke vragen en/of ver-z u c h t i n g e n , trachten een antwoord te geven of de nodige uitleg te verschaffen en de belasting-plichtigen indien mogelijk doorverwijzen naar de juiste instantie.
Verder werd onmiddellijk na het vaststellen van de foutieve aanslagen in de gemeenten Ko e r s e l , Kortenaken en Steenokkerzeel een brief ver-stuurd waarin werd gewezen op de fout en het feit dat de verkeerde aanslag zal worden recht-g e z e t . Ook voor de caterecht-gorie van foutieve aan-slagen betreffende de leggers met meerdere KI's is men volop bezig de correcte aanslagbil-jetten te versturen. Zoals gesteld, worden de kosten ervan exclusief door Cipal gedragen. 5. Volgens de wet van 15 maart 1999 betreffende
de beslechting van fiscale verschillen wordt de administratie geacht binnen een termijn van zes maanden een gemotiveerd antwoord te geven op een bezwaarschrift. Bij overschrijding van de termijn heeft de belastingplichtige het recht om zich tot de rechtbank te wenden. De terugbeta-ling van het eventueel te veel betaalde bedrag, vermeerderd met de moratoriumrente, zal zo spoedig mogelijk na de afhandeling van dit be-zwaar gebeuren.
Zoals reeds eerder werd vermeld, zijn er belas-tingplichtigen wier benadeling een gevolg is van de wijzigingen in de wetgeving. Aan hen zal dus niets moeten worden terugbetaald.
De correcte becijfering van de kostprijs van de moratoriumintresten kan slechts worden gege-ven nadat alle bezwaren zijn afgehandeld. Dit is momenteel zelfs bij benadering niet in te schat-ten gelet op het, vermoedelijk belangrijk, a a n t a l onterechte bezwaren.
6. De provincies en gemeenten zijn informeel op de hoogte van de foutieve berekeningen en de mogelijke gevolgen hiervan.
s t o r t i n g e n . Dit in tegenstelling tot vroeger, t o e n het federale ministerie van Financiën het geld van hun rekening afboekte.
