Sessie 5 De Wooncoöperatie als beweging
De wooncoöperatie is in Nederland relatief nieuw. Initiatieven kunnen er niet op rekenen dat ze met open armen door instanties en de maatschappij als geheel ontvangen worden.
Weerstand en onbegrip zijn initiatiefnemers niet onbekend. Wat kun je hieraan doen als je met een wooncoöperatie begint?
Gelukkig zijn er in Nederland steeds meer mensen en groepen die een wooncoöperatie willen oprichten. Van deze medestanders kun je veel leren. Hoe hebben zij weerstanden weten te omzeilen? Wat hebben andere initiatieven voor oplossingen en wat is hun maatschappelijke waarde die je kunt laten zien om je eigen initiatief bij een grotere groep bekend te maken? Kennisdelen, van elkaar leren en samen het verhaal van de
wooncoöperatie verder uitbouwen en vertellen zijn in deze fase belangrijk.
Netwerken die initiatieven bi elkaar brengen zijn dan ook voor bestaande en nieuwe
wooncoöperaties een mogelijkheid om de beweging te laten groeien. Leren van elkaar, het narratief van de wooncoöperatie bij een grotere groep mensen in de maatschappij bekend maken en mogelijkheden voor de beweging vergroten. Tiny House Nederland en de
Landelijke Vereniging Centraal Wonen (LVCW) zijn voorbeelden van organisaties die dat op andere terreinen gedaan hebben. Op het gebied van de wooncoöperatie is door de
Woonbond , Woningbouwvereniging Gelderland en !WOON Cooplink opgericht om initiatieven bi elkaar te brengen. Daarnaast zijn er wooncoöperaties die zichzelf verenigen om beter resultaat te bereiken. Habitat uit Oostenrijk en Vrijcoop uit Nederland zijn daar voorbeelden van.