• No results found

College van Burgemeester en Wethouders van Goeree Overflakkee Postbus AA Middelharnis

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "College van Burgemeester en Wethouders van Goeree Overflakkee Postbus AA Middelharnis"

Copied!
33
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ooltgensplaat, 1 juni 2018

College van Burgemeester en Wethouders van Goeree Overflakkee Postbus 1

3240 AA Middelharnis

Onderwerp: Windpark Piet de Wit

Geachte college,

Op dit moment ligt Ontwerpbestemmingsplan Windpark Piet de Wit, ontwerp omgevingsvergunning windpark Piet de Wit en MER ter inzage.

Graag willen wij hierbij gebruik maken van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen met betrekking tot beide ontwerpbesluiten.

1. Ontwerpbestemmingsplan Windpark Piet de Wit 2. Ontwerp omgevingsvergunning windpark Piet de Wit 3. MER bijlage

Wij dienen deze zienswijze gezamenlijk in als direct omwonenden van Windpark Piet de Wit.

Voorletters en achternaam Adres

Postcode en woonplaats Telefoonnummer

E-mailadres

(2)

Voorletters en achternaam Adres

Postcode en woonplaats Telefoonnummer

E-mailadres

Voorletters en achternaam Adres

Postcode en woonplaats Telefoonnummer

E-mailadres Datum

Zienswijze Geldt voor beide ontwerpbesluiten

Hoogachtend,

(3)

Inhoud

Inleiding Deel I

1. Windenergie op land is negatief

2. Windenergie op land 2020 = 2% totaal energiegebruik

3. Geforceerd doorzetten projecten = contraproductief

4. Nut en noodzaak van windenergie = ?

5. Internationaal + minimum afstand aanhouden woonbebouwing

6. Laagfrequent geluid = 20-125 Hz / infrasoon geluid = 20Hz

7. Laagfrequent geluid = binnen hinderlijker dan buiten

8. Infrasoon geluid= niet tegen te houden

9. Windturbines = geluid = hinder = gezondheidseffecten

10. Windturbines = infrasoon geluid = blijvende gezondheidsschade

11. “Gewoon geluid”= 8-9 % omwonenden ernstige geluidshinder

12. Artikel Reformatorisch Dagblad van 30-05-2018:

‘Ziek van winmolens’

Deel II

1. Woongenot 2. Planschade

3. Financiële participatie omwonenden 4. Hoge windmolens

5. Afstand windturbines tot mijn woonhuis 6. Slagschaduw

7. Geluidoverlast 8. Landschap/vide 9. Leefomgeving 10. Keuze windturbine 11. Andere keuze 12. Toegangswegen

13. Afwijken van het bestemmingsplan 14. Ruimtelijke afweging

15. VKA

16. Visualisaties windturbines

17. Rol Windpark De Plaet B.V. en Bosch & van Rijn 18. Beëindiging

Afsluiting

(4)

Inleiding

Allereerst willen wij aangeven dat we merken dat er gedegen onderzoek is gedaan. Ons inziens zijn er een aantal aspecten niet meegenomen in het onderzoek, welke wij in het eerste deel van de zienswijze aan de orde willen stellen.

In het tweede deel richten wij ons op de specifieke situatie ter plaatse. Wij hebben alle ter inzage liggende stukken bestudeerd en kritische kanttekeningen gemaakt bij het

Ontwerpbestemmingsplan Windpark Piet de Wit, Ontwerp omgevingsvergunning windpark Piet de Wit en de MER bijlage.

Verder is het te prijzen dat de gemeente voet bij stuk houdt bij de tiphoogte van 150m!

Ons doel van met deze zienswijze:

1. Huidige situatie laten zoals het is (aantal, hoogte en plaats) of

2. Aantal windmolens verminderen :Wij gaan akkoord met de windturbines 1 t/ 4. Wij gaan niet akkoord met de windturbines 5 t/m 7.

Het ontwerpbestemmingsplan biedt nl. het planologisch-juridisch kader voor de bouwen van maximaal 7 windturbines. (zoals ook verwoord in het ontwerp omgevingsvergunning pag. 2 onder het kopje ‘milieu’.)

In het bestemmingsplan blz. 10 staat: ‘ er is in het gemeentebeleid geen doelstelling geformuleerd per locatie’ ( ook terug te vinden op blz. 15), dus er is een variabel aantal windturbines mogelijk met een max. aantal van 7 en wij vragen u dus: BOUW GEEN WINDTURBINES ACHTER DE WONINGEN VAN DE HOOIDIJK, want die turbines zullen

enorme gevolgen zullen hebben voor onze leefomgeving en gezondheid en het landschap.

De windturbines die achter de woningen op de Hooidijk weggehaald worden, kunnen dan opgenomen worden in het plangebied van het Windpark Hellegatsplein. blz. 34 MER: ‘Er bestaan plannen om windpark Hellegatsplein (op ca. 5km ten noordoosten) uit te breiden.

Deze plannen zijn echter nog niet concreet genoeg om in dit MER rekening mee te houden.’

De gemeente heeft met de provincie een afspraak gemaakt over de hoeveelheid windenergie (225 Megawatt) die de gemeente Goeree Overflakkee moet leveren. Het windpark Hellegatsplein is hierin niet in meegenomen. De voormalige gemeente Oostflakkee had hiervoor al eerder vergunning voor afgegeven. Dit heeft ook tot het gevolg gehad dat de molens zijn uitgerust met verlichting waardoor er extra overlast is ontstaan. Wanneer men rijd over de Langeweg richting Ooltgensplaat, ziet men van alle kanten de windmolens op je af komen, een geïndustrialiseerd gebied. Dit is nu al het geval laat staan wanneer de geplande upgrading van de bestaande parken gestalte krijgt (Park Haringvliet, Piet de Wit en de Krammer.)

Het upgraden (hoogte en dichterbij de woningen) van het park Piet de Wit heeft

verregaande consequenties voor de bewoners van de woningen aan de Hooidijk en de

(5)

woningen daar in de buurt (Dorpsweg, Dwarsweg, Weipolderse weg).

• Woningen worden onverkoopbaar

• Waarde van de woningen daalt.

• Ernstige aantasting van het woongenot en gezondheid

• Ruimte voor Ruimte kavels verkocht door voormalige gemeente Oostflakkee (In deel I en II nader uitgewerkt)

De energieopbrengst van Windpark Hellegatsplein is NIET meegeteld met de totale opbrengst van het eiland Goeree- Overflakkee. De verschuiving van Piet de Wit naar Hellegatsplein (van 4 naar 7) zorgt er dan voor dat de totale opbrengst dan toch hetzelfde blijft.

3. Visualisaties vanuit woningen/tuinen

Herhaald dingend verzoek: Kom vanuit onze huizen en tuinen kijken! Maak daar vandaan de visualisaties!

DEEL I

1. Windenergie op land is negatief

(6)

1.

De tijd dat iedereen achter windenergie stond is voorbij. Waardoor komt dat?

a. Er is geen sprake meer van in het landschap passende "windmolens", maar van industriële windturbines van 150 tot 200 meter hoog die het landschap verstoren.

b. Omwonenden zijn (terecht) bevreesd voor overlast en schade, voor aantasting van woon- en leef genot en ze hebben angst over de effecten op hun gezondheid.

c. Er is twijfel over nut en noodzaak van windenergie. Windenergie wordt zwaar gesubsidieerd, het gaat om zeer vele miljarden. Met name huishoudens en het MKB moeten dit betalen in de vorm van energiebelasting.

Een gemiddeld huishouden (3.500 kWh verbruik) betaalt momenteel zo'n € 426 aan energiebelasting; naar verwachting gaat dit oplopen tot € 720 in 2020 en in de jaren daarna tot € 1100 - € 1200. Er is dus sprake van een groot koopkrachtverlies.

2. Windenergie op land 2020 = 2% totaal energiegebruik

Door de windturbine-propaganda krijg je de indruk dat een groot deel van alle energie straks windenergie is. Dat is niet zo. Het aandeel van elektriciteit in het totale Nederlandse energieverbruik bedraagt ongeveer 22%, de bijdrage van de windenergie op land hieraan bedraagt ongeveer 4% (2015).

Dus de bijdrage van windenergie op land aan het totale Nederlands energieverbruik bedraagt nog geen 1%. Een opschaling van het nu op land opgestelde vermogen naar 6000 MW (doelstelling 2020) leidt tot een bijdrage van maximaal 2%.

De vraag moet dus gesteld worden of de bijdrage van windenergie aan de verduurzaming van de Nederlandse energievoorziening opweegt tegen de nadelen van windenergie, met name aantasting van landschap en natuur, hinder en overlast voor omwonenden vanwege geluid en slagschaduw en waardedaling van huizen.

3. Geforceerd doorzetten projecten = contraproductief

Een belangrijk beleidsdocument is het "Energieakkoord voor Duurzame Groei" dat in

(7)

September 2013 werd gesloten tussen de regering en 40 maatschappelijke organisaties.

Wat windenergie betreft wordt gesteld dat alle partijen actief moeten bijdragen aan het versterken van het maatschappelijk draagvlak, dat het geforceerd doorzetten van projecten contraproductief is.

Gesteld wordt dat het maatschappelijk draagvlak bij windenergie een probleem blijft en dat daardoor na 2018 de uitbouw op land vertraagd wordt; dat daarnaast windenergie op zee veel meer innovatie-potentieel heeft dan windenergie op land.

Overal is het beeld dat windenergie van marginaal belang zal blijven en dat windenergie het waarschijnlijk ook in de toekomst niet zonder subsidies kan redden.

4. Nut en noodzaak van windenergie = ?

Een van de meest opvallende aspecten van het Rijksbeleid is de afwezigheid van objectieve en wetenschappelijk gefundeerde analyses over nut en noodzaak van windenergie.

In feite geldt dit zelfs voor het gehele beleid inzake de verduurzaming van de energievoorziening. Het blijft bij abstracte ambities, zoals terugdringen van de C02 uitstoot en het minder afhankelijk worden van slechts enkele olie of gas producerende landen, zonder dat die ambities onderbouwd worden met nuchtere, op feiten en kennis gebaseerde kwantitatieve analyses.

Gevolg is dat de Rijksoverheid geen overtuigend verhaal richting burgers heeft, terwijl windturbines op land steeds meer impact hebben op de woon- en leefomgeving van steeds meer mensen.

Daarom ook steeds die passages die gewijd worden aan het belang van (het versterken van) draagvlak voor windenergie op land. Moet beleid niet gefundeerd zijn op brede en wetenschappelijke analyses in plaats van op politieke overwegingen die vooral ideologisch van aard zijn?

5. Internationaal = minimum afstand aanhouden woonbebouwing

De discussie over geluidsoverlast door windturbines kwam in Nederland pas echt op gang toen in 2011 de oude normen werden vervangen door nieuwe met als doel meer ruimte te maken voor windenergie op land.

De oude normen waren universeel en golden dus voor allerlei installaties. Ze stelden ook een absolute bovengrens, een maximum dat niet overschreden mocht worden.

Bijvoorbeeld: overdag maximaal 45 dB(A) op de gevel van een huis, 's avonds 40 dB(A) en's nachts maximaal 35 dB(A). In de praktijk bepaalde de 35 dB(A) norm voor de nacht op welke afstand van bebouwing een turbine geplaatst mocht worden.

De oude dB(A) norm is vervangen door Lden (day, evening, night) en Lnight. De nieuwe

norm werd vastgesteld op Lden 47 dB en Lnight 41 dB. Bij de nieuwe normen gaat het

over de gemiddelde geluidsbelasting over een jaar. Dus valt een periode met veel geluid

(8)

weg tegen een periode met weinig geluid. Daarbij kunnen de nieuwe normen niet zoals de dB(A) normen gemeten worden als geluidsdruk op de gevel. Nee, er wordt een omstreden rekenmodel op losgelaten om de belasting op de gevel te berekenen. Dus voor de burger niet meer te volgen en niet meer te controleren.

Daarbij houden de nieuwe Lden en Lnight normen geen rekening met het pulserende karakter van windturbinegeluid; en juist dit pulserende geluid van windturbines is veel hinderlijker dan meer constante of incidentele vormen van geluid.

Verder blijft ook laagfrequent en infrasoon geluid buiten beschouwing.

Gesteld kan worden dat voor omwonenden de Nederlandse geluidsnormen de slechtste zijn van heel Europa.

Internationaal wordt er steeds meer voor gepleit een minimumafstand aan te houden tot woonbebouwing. Zo heeft bijvoorbeeld de Franse Academie Nationale de Médicine al in 2006 (toen de windturbines nog beduidend kleiner waren) een minimumafstand van 1500 meter aanbevolen, maar dat is niet in regelgeving

vertaald.* * Kennisplatform Windenergie, Kennisbericht 1.0, 2015 In dat kader:

De Landesregierung van Bayern heeft in november 2014 bepaald dat de afstand tot woonbebouwing minimaal 10x de hoogte van de windturbine moet zijn (dit dus in afwijking van de Duitse norm). Dus bij een windturbine van 200 meter, 2 kilometer.

Polen heeft in juli 2016 ook bepaald dat de afstand tot woonbebouwing minimaal 10x de hoogte van de windturbine moet zijn:

"Das polnische Institut für Volksgesundheit (PIZP-PZH) hatte eine Empfehlung

ausgesprochen, dass Windparks mindestens 2 Kilometer von der Wohnbebauung entfernt stehen sollten. Dazu hatte die oberste Gesundheitsbehörde Polens eine Überprüfung von fast 500 Artikel umfassenden, aktuellen wissenschaftlichen Publikationen vorgenommen und beruft sich auderdem auf das Vorsorgeprinzip, welches Teil des EU-Rechts ist."

Bijna een jaar geleden heeft de nieuwe Landesregierung van Nordrhein-Westfalen besloten dat de afstand tot woonbebouwing minimaal 1500 meter moet zijn

.

6. Laagfrequent geluid = 20-125 Hz / infrasoon geluid = 20Hz

Dat discussies zo hoog oplopen heeft te maken met het feit dat geluidshinder een directe aantasting is van het woon- en leefgenot van mensen in hun eigen huis. Daarbij komt dat geluidshinder tot slaapverstoring kan leiden en tot gezondheidsklachten.

Het geluid van een grote windturbine kan tot op 2 kilometer hoorbaar zijn, waarbij zoals

(9)

gezegd het pulserende karakter (dat met name's avonds en's nachts voorkomt!) zeer storend is.

De laatste tijd is er veel aandacht voor laagfrequent geluid (pakweg 20-125 Hz) en het zogenaamde infrasoon geluid, geluid onder 20 Hz. Vaak valt onder de noemer

laagfrequent geluid ook het infrasoon geluid. Hoewel dit infrasoon geluid onhoorbaar is voor het menselijk oor, neemt het lichaam die lage frequenties wel degelijk waar en leidt dit tot gezondheidsklachten.

De huidige, hoge windturbines met grote wieken produceren zeer veel meer laaq- frequent/infrasoon geluid dan de kleinere turbines van enkele jaren geleden.

Het staat vast dat de hoge windturbines grote hoeveelheden infrasoon geluid produceren, dat hoe hoger de turbines zijn, hoe hoger de uitstoot van infrasoon geluid is. Ook staat vast dat juist infrasoon geluid de gezondheid van vele omwonenden zal aantasten. Wij verwijzen naar de betreffende passages in deze zienswijze. Je zou kunnen zeggen, dat

"normaal geluid" hinderliik is, dat infrasoon geluid de gezondheid aantast.

Wat dat infrasoon geluid betreft, je kunt dit niet blijven negeren. Je hoort dat mee te nemen in het MER, ook als de huidige geluidsnormen hier niet naar kijken.

7. Laagfrequent geluid = binnen hinderlijker dan buiten

Op verzoek van omwonenden heeft de universiteit van Aalborg (Denemarken) in 2012 een second opinion uitgevoerd voor wat betreft de mogelijke overlast voor omwonenden van een nieuw op te richten windturbinepark bij Maastricht.

De conclusie is dat dit park, dat overigens wel aan de Nederlandse norm voldoet, ernstig tekort schiet als het gaat om de bescherming van omwonenden. Zowel de laagfrequent geluid aspecten als de Lden en Lnight normen worden door wetenschappers bekritiseerd.

De gemeenteraad heeft besloten het project af te blazen.

Geluid met aanzienlijke laagfrequente componenten heeft meer effect op de gezondheid en het welzijn van de mens dan geluid waarin dergelijke componenten ontbreken.

Bij lage frequenties neemt de luidheid sterker toe boven de gehoordrempel dan bij hogere. Daardoor kan een geluid dat de gehoordrempel niet ver overstijgt, toch als luid worden ervaren en zelfs als hinderlijk.

Vanwege de natuurlijke spreiding in gehoordrempels van persoon tot persoon, kan een laagfrequent geluid dat voor sommigen onhoorbaar of zacht is, voor anderen luid en hinderlijk zijn. Laagfrequent geluid is vooral hinderlijk wanneer het afzonderlijk voorkomt of met weinig geluid in hogere frequenties. Dit betekent dat het meestal binnen

hinderlijker is dan buiten, aangezien de geluidsisolatie van een huis hoge frequenties sterker dempt dan lage.

Ook is het' s avonds of' s nachts vaak hinderlijker, omdat het dan verder stil is.

(10)

Langdurige blootstelling aan hoorbaar laagfrequent geluid kan vermoeidheid, hoofdpijn, concentratieverlies, verstoorde nachtrust en fysiologische stress veroorzaken.

In Denemarken gelden sinds 1 januari 2012 normen voor (hoorbaar) laagfrequent geluid tussen de 20 en 100 Hz. Maar ook daar ontbreken normen voor niet-hoorbaar infrasoon geluid!

8. Infrasoon geluid= niet tegen te houden

Onafhankelijk wetenschappelijk adviseur dr. Paul Hagel heeft in zijn artikel "Infrasoon geluid windturbines" (07.09.2013) aandacht voor het infrasoon geluid, geluid met toonhoogten beneden de 20 Hz. Enkele passages:

"Anders dan normaal geluid kan infrasoon geluid zich over zeer grote afstanden door de lucht voortplanten, omdat het vrijwel niet door de lucht wordt gedempt."

"Grote windturbines produceren aanzienlijke hoeveelheden infrasoon geluid. Dit wordt veroorzaakt door luchtturbulenties rond de wieken. Hoeveel infrasoon geluid geproduceerd wordt hangt af van onder meer de grootte van de windturbine, de windsterkte, de

windverdeling over de wieken en luchtturbulenties veroorzaakt door windturbines in de omgeving".

"Wetenschappelijk onderzoek naar lange termijn effecten van niet-hoorbaar infrasoon geluid is nog onbekend. Dit is des te opmerkelijker gezien de vele meldingen van over de hele wereld over effecten op de gezondheid bij lange termijn blootstellingen van

omwonenden aan niet-hoorbaar infrasoon geluid van windturbineparken op minder dan 2000 meter afstand.

Een oorzaak voor effecten van niet-hoorbaar infrasoon geluid zou kunnen zijn het

meetrillen van (delen van) het lichaam. Vooral geluiden rond de 6 Hz, de eigen trilling van het lichaam, zijn in dit opzicht verdacht. Versterkt door dit meetrillen zou niet-hoorbaar infrasoon geluid dan toch nog tot hinderlijke effecten kunnen leiden.

Een voorbeeld van wat meetrillen vermag is het in 1996 gaan slingeren van het wegdek van de pas gereed gekomen Erasmusbrug in Rotterdam, door het meetrillen met door de wind via de ophangkabels in de brug veroorzaakte trillingen. Op eenzelfde wijze kan infrasoon geluid ook ramen, deuren of zelfs hele huizen laten meetrillen. Bepaald geen pretje voorde bewoners."

"Bij het inrichten van windturbineparken wordt benadrukt, dat de in Nederland

vastgestelde normen voor geluid strikt gehandhaafd zullen worden. Geluidsoverlast zou dan tot een minimum beperkt blijven. De vraag is dan of dit zo is.

Landelijke geluidsnormen van windturbines staan in een op 1 januari 2011 in working

getreden "Activiteitenbesluit", vallende onder de "Wet milieubeheer". Deze normen

(11)

hebben betrekking op maximaal toelaatbare geluidsbelastingen door windturbines van hoorbaar geluid overdag en in de nacht.

De wetgeving richt zich dus alleen op hoorbaar geluid. In Denemarken gelden sinds 1 januari 2012 al wel normen voor laagfrequent geluid tussen de 20 en 100 Hz. Maar ook daar ontbreken dus nog normen voor niet-hoorbaar infrasoon geluid!"

"Beperking van de geluidshinder door windturbines zou kunnen door technische maatregelen, die de hoeveelheid geproduceerd geluid verminderen.

Voor infrasoon geluid, in hoofdzaak veroorzaakt door luchtturbulenties rond de wieken, lijken de mogelijkheden daartoe beperkt. Wel kan door een goede opstelling de onderlinge hinder van windturbines in windparken zo klein mogelijk worden gehouden.

Ook het overbrengen van geluidstrillingen via de mast naar de grond lijkt in principe door technische maatregelen te beperken.

De belangrijkste mogelijkheid tot het beperken van de geluidshinder door windturbines is het

vaststellen en handhaven van een voldoende afstand tussen windturbines en plaatsen waar

geluidshinder kan optreden.

Verschillende landen binnen de EU hanteren hiervoor, afhankelijk van de wens om voldoende ruimte voor de windparken te scheppen, verschillende afstanden."

"Omdat infrasoon geluid vriiwel niet door de lucht wordt gedempt, is de enige manier om de

blootstelling eraan te verminderen de afstand tot de bron zo groot mogelijk te maken.

Twee

keer zover weg kan de blootstelling met een factor vier verminderen, drie keer zo ver weg met een factor negen.

Beperking van de geluidshinder door het plaatsen van geluidsbarrières is zinloos. Infrasoon geluid trekt zich van geluidsisolatie niets aan. Sterker nog, door het laag achtergrond geluidsniveau in een goed geluid geïsoleerd huis, krijgt hinder door infrasoon geluid, mede door het meetrillen van kranten, lampen of kamerplanten terwijl je niets hoort, er nog een extra spookachtig karakter bij!"

"Bij de beoordeling van de geluidsrisico’s door de inrichting van windturbineparken op land

zegt de overheid in Nederland zich te baseren op de bestaande wet- en regelgeving over

geluidshinder. Voor infrasoon geluid beneden de gehoordrempel is dit echter niet meer dan

een slag in de lucht. In Nederland bestaan daarvoor nog helemaal geen normen. Daar

geen rekening mee houden levert grote risico’s op, en niet alleen voor omwonenden. Bij

het in Europees verband later dan alsnog van kracht worden van dergelijke normen,

(12)

dreigen onherroepelijk risico’s van schadeclaims voor het gedwongen geheel of gedeeltelijk stilleggen van inmiddels al ingerichte windturbineparken!"

9. Windturbines = geluid = hinder = gezondheidseffecten

Op dit moment wordt er wereldwijd aandacht besteed aan de gevolgen van windturbines voor de gezondheid van omwonenden. De roep om geen windturbines meer op land te bouwen wordt steeds luider.

Enkele passages uit het rapport "Windturbines: invloed op de beleving en gezondheid van omwonenden" van het RIVM uit 2013:

"Hinder en slaapverstoring zijn, evenals bij geluid van andere bronnen, de meest

onderzochte effecten van windturbinegeluid. Het aantal publicaties over hinder en zeker van slaapverstoring van windturbinegeluid is echter beperkt.

Oorspronkelijk waren de studies vooral afkomstig uit Nederland, Duitsland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk.

Ten gevolge van systematische uitbreiding van het aantal windturbines neemt op dit moment de aandacht wereldwijd toe. Dit komt onder andere tot uitdrukking in het groeiende aantal "congrespapers" en beleidsdocumenten op dit terrein (zie bijvoorbeeld Health Canada, 2011; Proceedings Internoise 2011, 2012; Proceedings ICA, 2013).

Terwijl de eerste studies betrekking hadden op solitaire windturbines met een beperkt vermogen (150 kW) en een hoogte tot 30 meter, gaat het meer recent om windparken met vermogens variërend van 1,5-7,5 MW per turbine en een ashoogte die kan oplopen tot 135 meter.

Andere effecten op de gezondheid die in de literatuur met de blootstelling aan

windturbinegeluid in verband worden gebracht, maar niet per se zijn bewezen, zijn onder andere directe invloed op het vestibulaire systeem (evenwichtsorgaan) door blootstelling aan

infrageluid (zie paragraaf 3.3.1), psychische problemen, vermoeidheid, pijn, stijfheid, diabetes, hope bloeddruk, tinnitus (oorsuizen), gehoorschade, cardiovasculaire ziekten en hoofdpijn/migraine."

"Ook moderne windturbines produceren echter laagfrequent geluid en infrageluid (Doolan et al., 2012). Laagfrequent geluid heeft een lange golflengte. Van geluid met een lange golflengte is bekend dat het relatief weinig wordt geabsorbeerd of gedempt doorgevels en bij voortplanting deer de atmosfeer.

Omdat het ook door de bodem niet of nauwelijks wordt geabsorbeerd, kan het geluid grote

afstanden overbruggen en kan een bron van laagfrequent geluid op grote afstand (tot

enkele kilometers) hoorbaar zijn en eventueel hinder veroorzaken.

(13)

Door de grote golflengte van LFG kunnen binnenshuis ook zogenoemde staande geluidsgolven optreden; criterium daarvoor is dat ten minste een halve tot enkele golflengten binnen de afmetingen van een kamer passen. Hierdoor kan het geluid op sommige plaatsen binnenshuis worden versterkt en op andere plaatsen juist verzwakt.

LFG leidt soms tot trillingen van voorwerpen (rammelen of rattle), zoals ramen en deuren of glazen en bekers. Er is nog onvoldoende bekend over de samenhang van frequentie met hinder. Het vaststellen van een absolute grenswaarde is dan ook (nog) niet mogelijk.

Mensen die gehinderd worden door LFG, horen dit geluid vaak als brommen, dreunen of zoemen. LFG wordt daarnaast vaak gevoeld als druk op de oren, druk op het hoofd of trillingen in het lichaam."

"Afhankelijk van geografische en atmosferische omstandigheden, kan het geluid van windturbines tot op enkele kilometers hoorbaar zijn. Met de huidige geluidmodellen is er soms sprake van een onderschatting. Verheijen et al. (2011) concluderen dat onder

ongunstige omstandigheden het geluidniveau rond 2 kilometer (tijdelijk) hetzelfde kan zijn als dat bij 700 meter onder neutrale condities. Een afstand waarboven van windturbines helemaal geen effecten meer te verwachten zijn, zou dus zo groot zijn dat dit in Nederland het plaatsen van windturbines vrijwel onmogelijk zou maken (Verheijen et al., 2011)."

"Verschillende recente studies laten een verband zien met de kwaliteit van slaap en slaapverstoring en de afstand van de woning tot de windturbine. Mensen die dicht bij een windturbine wonen, hebben volgens Nissenbaum et al. (2012) een significant mindere slaapkwaliteit. Shepherd et al. (2011) concludeerden dat verschillen in de kwaliteit van leven (gemeten aan de hand van de WHO HRQOLlijst) worden voorspeld door hinder en subjectieve slaapverstoring. Deze resultaten zijn vergelijkbaar met die gevonden in relatie tot vlieg- en wegverkeer. Het expertteam van het Massachusetts Department of

Environmental Protection (2012) concludeert dat slaap een complexe biologische toestand is die van belang is voor gezondheid en welbevinden. en dat er nog geen geschikte data beschikbaar zijn over de invloed van windturbines op de slaap. Er is, volgens het rapport, in epidemiologisch onderzoek in beperkte mate aangetoond dat er een verband bestaat tussen geluid van windturbines en slaapverstoring, maar dat het wel waarschijnlijk is dat geluid van windturbines de slaap verstoort."

Wat het eerder (zie"5" en"6") genoemde "pulserende geluid" betreft nog het volgende:

"De wieken passeren tijdens hun rondgang de mast en luchtlagen met verschillende windsnelheden. Daardoor kan de geluidssterkte variëren in het ritme van de

ronddraaiende wieken. Dit kan leiden tot een ritmisch, soms impulsachtig geluid en is hoorbaar als regelmatige geluidspiekjes met een niveau tot ongeveer 5 dB boven de meer constante mis die de windturbine uitstraalt (Van den Berg, 2005; Doolan et al., 2012). Dit treedt vooral op als de windsnelheid sterker toeneemt met de hoogte en dat is na

zonsondergang. als de onderste luchtlagen afkoelen. Dicht bij een turbine kan men dit niet

(14)

horen, omdat daar tijdens het draaien de afstand tussen waarnemer en wiektip sterk varieert waardoor de geluidssterkte juist tegengesteld varieert. Sommige onderzoekers constateren dat hot voorkomen van amplitudemodulatie en het aantal mensen dat daaraan wordt blootgesteld te klein is om verder onderzoek te legitimeren (Moorhouse et at, 2007). Van den Berg (2009a) constateert echter op basis van dezelfde gegevens juist dat amplitudemodulatie veel lijkt voor te komen. Anderen geven aan dat vooral interventie in het karakter van het geluid mogelijk soelaas biedt voor reductie van hinder. Lee (2011) onderzocht tijdens een luistertest de mate van hinder door amplitudemodulatie door geluid van windturbines. De resultaten toonden een statistisch significant effect op hinder.

Op basis van dit resultaat adviseert Lee dat naast de equivalente geluidniveaus ook de amplitudefactor zou moeten worden meegenomen bij onderzoek. De wettelijke

geluidsmaten, Lden en Lnight, houden geen rekening met deze variatie."

Het RIVM stelt dat om de invloed van windturbines op de gezondheid te kunnen beoordelen nog wetenschappelijk onderzoek nodig is. Nu, enkele jaren verder, wordt internationaal een direct verband gelegd tussen gezondheidsklachten en het wonen in de nabijheid van windturbines. Het is duidelijk iets waarmee rekening moet worden

gehouden. De roep dat windenergie niet langer op land thuishoort, maar op zee wordt steeds luider. Zeker nu de windturbines gigantische industriële installaties zijn geworden.

In ieder geval is duidelijk, dat de Nederlandse geluidsnormen, die onder andere geen rekening houden met laagfrequent/infrasoon geluid, niet voldoen, de burger niet beschermen.

Het Kennisplatform Windenergie stelt (Kennisbericht 1.0, 2015) dat bij het plaatsen van windturbines nabij bewoond gebied geluid een van de belangrijke onderwerpen is, dat het geluid kan leiden tot klachten bij omwonenden die op grond van onderzoek nog maar ten dele kunnen worden verklaard.

Het platform stelt ook dat het feit dat er voor een aantal gezondheidseffecten in relatie tot windturbinegeluid nog onvoldoende bewijs is, niet betekent dat die relatie er niet is.

Vele wetenschappelijke rapporten concluderen dat moet worden uitgegaan van een afstand tot woonbebouwing van minimaal 2 kilometer. Nader onderzoek moet vaststellen of deze afstand niet veel groter moet worden.

10. Windturbines = infrasoon geluid = blijvende gezondheidsschade

In het voorafgaande is al wat gezegd over laagfrequent geluid en infrasoon geluid. Bij infrasoon geluid hebben we het over geluid dat we niet horen, maar wel voelen. En juist dit geluid is schadelijk voor de gezondheid, kan de gezondheid blijvend aantasten.

Uit de literatuur blijkt dat juist de nieuwe generatie hoge windturbines grote hoeveelheden infrasoon geluid produceert.

(15)

Algemeen wordt geadviseerd per direct een minimumafstand tot woonbebouwing te hanteren van minimaal 2 km, waarbij gesteld wordt dat er nader onderzoek nodig is om vast te stellen wat nu werkelijk een veilige afstand tot woonbebouwing is. In diverse rapporten worden al afstanden genoemd tot 30 km.

In het rapport "Gesundheitsgefahr durch die Anwendung uberholter Normen und Richtlinien zur Bewertung von Schall, generiert durch grosse Windkraftanlagen" d.d. 24.03.2016 (zie bijlage) wordt geadviseerd een moratorium in te stellen totdat onderzocht is wat de afstand tot

woonbebouwing dient te zijn. Als alternatief wordt voorgesteld een afstand tot woonbebouwing aan te houden van 15x de hoogte van de windturbine (dus zo'n 3 km). Als absoluut minimum wordt voorgesteld 10x de hoogte (dus zo'n 2 km) van de windturbine (idem Bayern), waarbij gesteld wordt dat er dan nog sprake zal zijn van duidelijke gezondheidsrisico’s:

"Bis zur definitiven Klarung wird ein Moratorium vorgeschlagen. Alternativ halten wirals

SofortmaHnahme einen Sicherheitsabstand von 15 mal Hdhe der Windkraftaniage fur angemessen, urn den Schutz der Gesundheit zu garantieren. Als absolutes Minimum (bei weiterhin deutlichen Gesundheitsrisiken) ist ein Mindestabstand zu Wohnhausern nach der 10-H-Regel in Anlehnung an die Lander-Offnungsklausel und die Vorgaben in Bayern erforderlich."

Bij de huidige normen gaat men op termijn uit van (blijvende) gezondheidsschade bij 20-30% van de aanwonenden:

"Die in den Erlassen der einzelnen Bundeslandern pauschai festgelegten Abstande zu Einzelhausern und zur Wohnbebauung sind furheutige, groBe Windkraftanlagen bei weitem zu gering. Die tieffrequenten Anteiie in der Schallemission von WKA werden nicht berucksichtigt. In Folge dessen fuhren die Schallemissionen der Windkraftanlagen anfangszu massiver Belastigung und bei langerer Einwirkzeit zu gesundheitlichen Langzeitschaden bei einem signifikanten Anteil der Anwohner (ca. 20 bis 30%)."

Wij hebben het dus niet meer over geluidshinder, maar over aantasting van de gezondheid en dat gaat een stuk verder. Er zou dus sprake moeten zijn van een minimumafstand van 3000 meter.

In het rapport wordt ook nog eens uitgelegd dat het infrasoon geluid niet tegen te houden is door isolatie, dat het overal doorheen gaat. Bij 10 Hz zijn er muren nodig van 8-9 meter dik om geluid tegen te houden. Bij 1 Hz hebben we het al over muren van 80-90 meter dik. Het infrasoon geluid bij de huidige windturbines gaat terug tot 0,1 Hz (!!). Dus er zijn in feite hele bergen nodig om het geluid tegen te houden.

Infraschall

AkustischerSchall Ultraschall

0,

1 Hz bis 20 Hz 20 Hz bis

20.000 Hz Uber20.000 Hz

NichthorbarerSchall „Larmbereich“ horbarer NichthorbarerSchall

(16)

GroBe Wellenlange bis Mittlere Wellenlange KleineWellenlange 3400 m 17 m bis 1,7 cm unterhalb 1,7 cm

Tot 25 km kan het infrasoon geluid van moderne windturbines worden waargenomen.

Door de continue belasting (de windturbines draaien in principe 24 uur per dag) treedt ook al bij lagere geluidssterkten bliivende gezondheidsschade op.

11. “Gewoon geluid”= 8-9 % omwonenden ernstige geluidshinder

Hiervoor is aandacht geschonken aan laaqfrequent/infrasoon geluid dat geproduceerd wordt door windturbines. Tevens is ingegaan op het pulserende karakter van het geluid, de zogenaamde amplitudemodulatie; dit ritmische geluid wordt als zeer storend ervaren en is uniek voor windturbines.

De huidige normen houden qeen rekeninq met zowel laagfrequent/infrasoon geluid als ook pulserend geluid.

Dat houdt echter niet in dat, zonder laagfrequent/infrasoon geluid en zonder pulserend geluid, de omwonenden qeen last zouden hebben van windturbines indien het

geluidsniveau van een windpark voldoet aan de grenswaarde.

De Tweede Kamer heeft de grenswaarde vastgesteld op 47 dB Lden en 41 dB Lnight. Bij het geluidsniveau van 47 dB Lden zou 8 a 9 % van de omwonenden ernstige geluidshinder ondervinden (!). (zieookKamerbriefiENM/BSK-2016/55583)

12. Artikel Reformatorisch Dagblad van 30-05-2018: ‘Ziek van windmolens’

Windmolens of -turbines produceren schone energie, tenminste als het behoorlijk waait.

Maar ook geluidstrillingen. Met name de laagste tonen, die je niet kunt horen maar wel voelen, kunnen tot ernstige gezondheidsklachten leiden. Pakweg zo’n 15 tot 30 procent van de mensen is er gevoelig voor. Net als bij zee- of wagenziekte. Daar heeft ook niet iedereen last van. Maar dit zogeheten infrageluid wordt nog weinig serieus genomen.

Kaj Bank Olesen is nertsenfokker in het Deense Vildbjerg. Op 6 december 2013 komen achter zijn boerderij de machtige wieken van vier Vestaswindturbines in beweging.

Spoedig worden zijn nertsen onrustig in hun kooien.

(17)

„Met een schril geschreeuw begonnen ze elkaar te bijten”, zegt Olesen. Hij raadpleegt zijn dierenarts. Die roept de politiek in de gemeente Herning ertoe op om de nieuwe

windturbines achter Olesens boerderij snel uit te schakelen, want er zijn al een half dozijn dieren in de kooien dood. Meer dan honderd pelsdieren hebben elkaar dermate

toegetakeld dat ze moeten worden afgemaakt.

Later blijkt dat dit drama zich alleen herhaalt bij westenwinden. Maar ook na het eerste paarseizoen gaat het fout. Ongeveer 500 van de 4500 nertsenwijfjes hebben miskramen en doodgeboorten. „Dat is 25 keer meer dan normaal”, stelt de nertsenfokker.

De gebeurtenissen op de nertsenboerderij brengen veel van de zo ecologisch

georiënteerde Denen in verwarring. Maakt windenergie ziek? Maken de turbines door hun infrageluid, trillingen met een zeer lage frequentie onder de hoorbaarheidsgrens, die dieren waanzinnig? Kan hierdoor wellicht ook de menselijke gezondheid worden aangetast?

Krantenkoppen

Het lot van de nertsenfokker uit Jutland haalt de landelijke krantenkoppen en bereikt zelfs het parlement in Kopenhagen. Jan Hylleberg, bestuursvoorzitter van de Deense Vereniging voor Windmolens, weet nu dat de energierevolutie een probleem heeft: „Een groot aantal Deense gemeenten schort zijn plannen voor nieuwe windmolenparken op totdat het staatsonderzoek naar de gezondheidsproblemen veroorzaakt door infrageluid is afgerond.”

Dit horrorscenario staat niet op zichzelf. Wereldwijd worden er soortgelijke problemen met dieren gemeld.

Zoals een schapenboer in het Australische Waterloo die vanaf het moment dat de turbines gingen draaien een drievoudige piek in aangeboren afwijkingen waarnam. „Lammeren werden geboren zonder oren, met drie poten en hoeven die naar achteren zijn gedraaid”, rapporteerde een Australische krant.

Melkveehouder

Ook de Franse melkveehouder Yann Jolie raakt in 2011 in de problemen na de plaatsing van windturbines in de omgeving. Hij toont een lief kalfje dat kreupel is aan de voorpoten:

„Voordat de windturbines hier gingen draaien heb ik zoiets hier nooit gezien. De koeien

(18)

blijven ’s nachts staan, kunnen slecht slapen. Dit gebrek aan rust vertaalt zich in een aanzienlijke verlaging van de melkopbrengst, die na drie jaar zelfs is gehalveerd.”

Jolie denkt dat dit komt door abnormale trillingen die de turbines opwekken. De

melkveehouder meldt zich daarop bij CEO Energy, de eigenaar van de turbines, en wendt zich ook tot het Franse ministerie voor Milieuzaken. Maar hij krijgt geen enkele reactie van beide instanties.

Gezondheidsproblemen

De problemen met zijn pelsdieren gaan de Deense nertsenfokker zelf ook niet voorbij.

„Een paar weken nadat de windmolens in bedrijf waren gesteld, begonnen mijn gezondheidsproblemen”, zegt Olesen. „Ik kreeg last van ademhalingsmoeilijkheden, hoofdpijn en benauwdheid. ’s Nachts sliep ik nauwelijks. Ik stond dan maar op en ging whisky drinken. Maar dat hielp niets.”

De problemen houden aan totdat hij met zijn gezin vertrekt naar een woning 8 kilometer verderop. Alleen de nertsen moeten blijven; het gemeentebestuur in Herning stemt niet in met de verhuizing van de nertsenboerderij. Zij doen ook zijn klachten tegen de

windmolens simpelweg af met: „Op basis van geluidsmetingen ziet de gemeente Herning geen grond voor een redelijk vermoeden dat de windturbines niet voldoen aan de

grenswaarden voor geluidshinder.”

Inderdaad leveren de gebruikelijke veldtesten om bijvoorbeeld verkeers- en

vliegtuiglawaai in kaart te brengen, bij de nertsfokkerij weinig verontrustende resultaten op. Vanuit de gedachte dat alleen meetelt wat je kunt horen, worden de geluidsdecibels door een filter gehaald die de gevoeligheid van het menselijk oor weerspiegelt, de zogenaamde dBA-metingen. Onder de 20 hertz (20 trillingen per seconde) kun je geen geluid meer horen, maar wel voelen. Zoals de laagste toon van een 32-voets

pedaalregister van een pijporgel (16 Hz).

Windturbines produceren behalve hun zacht zoevende geluid ook onhoorbare trillingen tot zelfs 1 Hz. En juist dit deel van het geluidsspectrum, infrageluid van 1 tot 20 Hz, geeft aanleiding tot gezondheidsproblemen.

Schadelijke effecten

Wetenschappers van het Massachusetts Institute of Technology ontkennen dat in 2014:

(19)

„Weliswaar kunnen hoge intensiteiten van infrageluid boven de waarnemingsdrempel vermoeidheid veroorzaken en afbreuk doen aan de prestaties. Het infrageluid van windturbines in de omgeving ligt echter duidelijk onder de waarnemingsgrens van de mens. Schadelijke effecten zijn dan ook niet te verwachten. Negatieve gevoelens worden eerder bepaald door persoonlijke attitudes dan door het werkelijke geluidsniveau. Een verband tussen infrageluid en de bedreiging voor de menselijke gezondheid kan niet worden vastgesteld.”

Het Canadese ministerie voor Volkgezondheid stelt eveneens dat er geen aanwijzingen zijn voor ziektesymptomen die zouden zijn ontstaan door geluidsgolven van windturbines.

„Het zijn niet de akoestische of optische signalen (bewegende slagschaduwen) van de windturbine, maar het is de angst dat ze schadelijk zijn voor de gezondheid die ongemak en irritatie veroorzaakt.”

Volgens een Canadese rechterlijke uitspraak is er geen direct verband tussen

windturbinegeluid en effecten op de menselijke gezondheid. Koren op de molen van Scott Smith, vicepresident van de Canadese windenergievereniging. Het maakt de Canadese windmolenindustrie behoorlijk ongevoelig voor claims dat windturbines de menselijke gezondheid kunnen schaden.

Economische belangen

In zijn beleidsnota van november 2016 over de mogelijke gezondheidseffecten van windturbines stelt het Duitse bureau voor milieubescherming Umweltbundesamt dat er door blootstelling aan infrageluid van windturbines geen negatieve effecten op de gezondheid zijn te verwachten.

De windturbine-industrie stelt zich begrijpelijkerwijs ook op het standpunt dat als je het infrageluid niet hoort, het ook geen invloed op je kan hebben. Er staan grote economische belangen op het spel.

Uit een studie van het Beierse Staatsbureau voor Milieubeheer in 2011 blijkt dat infrageluid van een windenergiecentrale van 1 MW op een afstand van 250 meter niet meer waarneembaar is. En volgens het Bureau voor Milieubescherming van Baden- Württemberg is het infrageluid na 700 meter bijna volledig gemaskeerd door omgevingsgeluid. Dan staat het licht echt op groen.

Antiwindturbineclubs

(20)

Toch verzetten steeds meer antiwindturbineclubs zich tegen de plaatsing van turbines in hun leefomgeving. Ook wetenschappers, onder wie neurobioloog dr. Markus Drexl van de Ludwig-Maximilian Universiteit in München, liggen dwars.

„De veronderstelling dat lage frequenties niet door het oor worden verwerkt omdat ze niet hoorbaar of moeilijk hoorbaar zijn, is onjuist”, zegt Drexl. Volgens hem reageren het gehoororgaan en het lichaam ook op geluiden met een zeer lage frequentie. Dat kan aanleiding geven tot allerhande ziekteverschijnselen.

Mede daardoor besluit de Beierse deelstaatregering dat de minimumafstand tot woongebouwen tien keer zo groot moet zijn als de hoogte van de windturbines. Bij windturbines van 200 meter hoog mag daarom binnen een straal van 2000 meter geen woning staan. Een Beierse krant juicht lyrisch: „Beieren is mooi – en moet dat ook blijven.”

Maar de critici van deze ”10H-regel” wijzen erop dat er dan nog nauwelijks windturbines kunnen worden bijgeplaatst. Het Umweltbundesamt waarschuwt daarom andere

deelstaten om het voorbeeld van Beieren niet te volgen omdat de energietransitie met windturbines dan gelijk ten einde zou zijn.

RIVM

Gezondheidsinstituut RIVM heeft zich door middel van een literatuurstudie over de problematiek gebogen en stelt: „Sommige mensen ervaren hinder (zoals irritatie,

boosheid en onbehagen) als zij het gevoel hebben dat hun omgevings- of levenskwaliteit verslechtert door de plaatsing van windturbines. Hierdoor kunnen gezondheidsklachten ontstaan. Om de invloed van windturbines op de slaap te kunnen beoordelen, zijn echter nog onvoldoende gegevens beschikbaar. De beschikbare resultaten laten geen definitieve conclusie toe. Voor andere directe effecten op de gezondheid is geen bewijs.”

Belangrijk is in dit verband de doorgegeven conclusie van Howe (2011) dat er geen specifieke noodzaak is een laagfrequente component, dus infrageluid, toe te voegen aan de regelgeving: dBA-gewogen geluidniveaus zijn volgens deze onderzoeker voldoende voor handhaving van de huidige regelgeving.

Basisschool

Huisarts Sylvia van Manen uit ’s-Hertogenbosch komt er in 2017 achter dat er plannen zijn

(21)

om een aantal enorm grote windturbines aldaar te plaatsen. Eén exemplaar zou op een afstand van slechts 600 meter van een basisschool in de buurt van haar praktijk moeten verrijzen.

Ze vindt dat zorgwekkend en vraagt zich af: „Moet je daar maar over zwijgen om allerlei, wellicht onnodige, onrust te vermijden, of moet je oproepen tot beter onderzoek naar eventuele gezondheidseffecten?”

Ze gaat de medische literatuur hierover bestuderen en stuit onder andere op onderzoek van de Portugese prof. Mariana Alves-Pereira naar het effect op de schoolprestaties van een kind. „Zij toonde aan dat onder invloed van infrageluid het slaaptekort van leerlingen toenam en de ontwikkeling van hun hersenen werd geremd. ”

Ook vond de Portugese wetenschapper duidelijk ongunstige weefselveranderingen door langdurige blootstelling aan deze grotendeels onhoorbare trillingen (zie ”Baanbrekend onderzoek”).

Van Manen besluit daarom haar bevindingen in het blad Medisch Contact

te publiceren onder de titel ”Windmolens maken wel degelijk ziek.” „Daarin pleit ik voor toepassing van het voorzorgprincipe en beter onderzoek, omdat het om belangrijke gezondheidseffecten gaat waarop zelfs het RIVM in zijn rapport uit 2013 geen duidelijk antwoord geeft.”

Balans opmaken

Van Manen vindt dat het RIVM na vijf jaar opnieuw de balans zou moeten opmaken. Ook zou er meer uniformiteit binnen Europa moeten komen, waar de ene overheid minimaal tienmaal de tiphoogte aanhoudt tot bewoning (Beieren), in Denemarken vier maal de tiphoogte, terwijl hier al bebouwing op 350 meter afstand is toegestaan.

Geluidstrillingen waarnemen

Het binnenoor heeft twee typen haarcellen die geluidstrillingen opvangen, de binnenste en de buitenste haarcellen.

De binnenste haarcellen bewegen vrij in de endolymfe, de vloeistof in het binnenoor, en

hebben geen contact met het tectoriaal membraan of dekmembraan. De haarcellen

worden geactiveerd door zenuwvezels die betrokken zijn bij het ”normale” gehoor. Zij

(22)

bewegen alleen door voortgeleide trillingen van voldoende sterkte, en worden daardoor niet in beweging gebracht door laagfrequente trillingen (infrageluid) onder de circa 20 Hz.

De buitenste haarcellen worden geactiveerd door zenuwvezels die juist niet betrokken zijn bij het bewust ‘horen’. Trilharen staan in nauw contact met het dekmembraan. Deze mechanische verbondenheid zorgt ervoor dat ze gevoeliger zijn voor verplaatsingen, waardoor ze wel reageren op de laagfrequente drukgolven van infrageluid. Dit verklaart dat ook bij veel lagere dan de hoorbare tonen de cochlea –het slakkenhuis– wordt geprikkeld en mensen fysieke hinder kunnen ervaren.

Baanbrekend onderzoek

Prof. Alves-Pereira deed twintig jaar lang epidemiologisch onderzoek, vooral bij

onderhoudstechnici op een Portugese luchtmachtbasis die chronisch aan laagfrequent lawaai werden blootgesteld. De gevonden effecten waren verontrustend: hart- en vaatziekten, ademhalingsproblemen, neurologische problemen en andere zogenaamde

”vibro-akoestische ziekten” – in vaktaal Vibro Acoustic Diseases. Met name toenemende hart- en vaatziekten waren verontrustend.

Ter controle werden ratten langdurig blootgesteld aan onhoorbaar lage tonen, zogenaamd infrageluid. De pericardia, oftewel de zakjes om de hartspier, bleken na

langdurige blootstelling aan infrageluid aanzienlijk verdikt, ook de wanden van bloedvaten waren dikker geworden.

In de alveoli of longblaasjes en de luchtpijp traden soortgelijke structuurveranderingen op, in de vorm van klontering van lichaamscellen in de wanden. Dit kan bij de mens tot

bronchitis en hart- en vaatziekten leiden. Vooral in de nachtelijke rustfase blijken weefsels extra gevoelig voor dergelijke trillingen.

Ook de reactie op normale geluiden veranderde onder invloed van infrageluid. Bij een

”sst-geluid” reageerden de controleratten, die niet aan infrageluid waren blootgesteld, aandachtig gespannen en gefixeerd, terwijl de aan infrageluid blootgestelde ratten een epilepsieachtige aanval vertoonden, en daarbij schuddend naar achteren vielen.

Prof. Alves-Pereira ontzenuwt met haar onderzoek de tegenwerping dat blootstelling aan het onhoorbare infrageluid alleen irritatie oplevert, dus slechts een psychologisch

verschijnsel is. Dierexperimenten toonden aan dat daardoor wel degelijk structureel

dingen in het lichaam veranderen, die onderscheiden ziektebeelden kunnen opleveren.

(23)

DEEL II

1. Woongenot

De bewoners van de Hooidijk 1c hebben

ongeveer 4 jaar geleden een ruimte voor ruimte kavel (met woonbestemming ) gekocht. Jaren lang hebben zij gezocht naar een mooie kavel en besloten uiteindelijk hun zoekgebied te beperken tot Goeree-Overflakkee omdat hun (ouder wordende) ouders daar wonen. Zij waren zeer in hun schik met de kavels die vrijkwamen in Ooltgensplaat (waar vroeger de kippenboerderij van De Boed heeft gestaan). Ze hebben nog getwijfeld wegens de windmolens van Piet de Wit die er al staan, maar besloten dat deze windmolens acceptabel waren. Ze staan enkele honderden meters (zie foto) achter hun kavel .

De gemeente vertelde hen dat ze na 20 jaar afgebroken zouden worden…

Dat was een goed bericht, ook geen onwaarheid, alleen werd er niet bij gezegd dat nieuwe, hogere, grotere windmolens daarvoor in de plaats zouden komen.

Zij zullen een onevenredige inbreuk op het woongenot vormen van hen en van de bewoners aan de Dorpsweg, Weipolderse weg en de dwarsweg! Het is pijnlijk voor ons als inwoners dat dit

(24)

aspect niet meegenomen is in de rapporten/onderzoeken. Er zijn op de vorige inloopavond toezeggingen gedaan dat er foto’s genomen zouden worden vanaf de Hooidijk. Er is niet ingegaan op de uitnodiging c.q. afspraak om foto’s en 3-D animatie te maken vanaf huizen vanaf de

Hooidijk. Er zijn wel foto’s gemaakt vanaf de grote Adriana polder, maar dat geeft geen eerlijk beeld.

Niemand is dus in onze woningen en tuinen wezen kijken vanuit ons perspectief! Landschap, dieren ect. Alles is meegenomen (wat te prijzen is) , maar de inwoners vallen kennelijk alleen onder het kopje bij punt 7 uit het Bestemmingsplan: ‘daarbij dient wel opgemerkt te worden dat maatschappelijk draagvlak van en windpark een harde randvoorwaarde is voor realisatie. Karig en diep triest!

Op blz. 38 van MER zijn de visualisaties te zien: hier wordt dus de visualisatie vanaf Hooidijk 11. 1b en 1C gemist! Wat wel was toegezegd op de inloopavond vorige jaar! (zie ook vorige zienswijze) -

Het is overigens wel in strijd met wat er staat in datzelfde bestemmingsplan op blz. 15 in het kader:

‘ Daarnaast zal in de vervolgfase specifiek aandacht nodig zijn voor leefomgeving (geluid en schaduw), in stiltegebieden en bij vrij liggende woningen’. Ja, er is gedeeltelijk letterlijk gedaan wat hier staat: specifieke aandacht in de vorm van onderzoek naar slagschaduw en geluid om vervolgens te concluderen dat het acceptabel is. Dat is aandacht voor de woningen maar BEWONERS zijn niet bevraagd in de onderzoeken en dat vinden wij zeer kwalijk.

2. Planschade

De woning verkopen met een grote windturbine zichtbaar en hoorbaar achter je woning/tuin is niet echt reëel .

In ieder geval zal de waarde van de woning verminderen.

Op de inloopavond in Ooltgensplaat is gezegd dat huishoudens met een woning tot 1500 meter afstand van turbines een tegemoetkoming ontvangen. Elk huishouden binnen deze grens krijgt vanuit het windfonds ca. € 2.000 per jaar, dit is exclusief de eventuele planschade. Dit bedrag staat in schril contrast tot de vergoeding die de boeren ontvangen, zij krijgen voor zover ons bekend 30.000 Euro per molen per jaar. Daarnaast vind er ook geen differentiatie plaats in de vergoeding terwijl de overlast voor degene die dichterbij wonen wel groter is dan voor degene die verder weg wonen. En 2000 Euro is door inflatie over 10 jaar nog maar 1600 euro waard, laat staan over 15 tot 20 jaar.

Voor vaststelling van de planschade, welke pas bij de gemeente kan worden ingediend nadat de laatste uitspraak van de Raad van State heeft plaatsgevonden, wordt

(door Deltawind!) een bureau ingeschakeld dat een taxatie uitvoert. Er is sprake van een eigen risico (berekend naar een percentage van de woningwaarde), dus is een huis € 300.000 waard en is het eigen risico bijv. 2 %, en de planschade is vastgesteld op € 9.000, dan wordt er slechts € 3.000 uitgekeerd door de gemeente. Is men het niet eens met de taxatie dan kan op eigen kosten een onafhankelijke tweede taxatie worden uitgevoerd. Ook aan het indienen van de planschade zelf bij de gemeente zijn kosten verboden. De gemeente verhaalt het bedrag van de uit te keren

(25)

planschade op Deltawind.. De indiening van planschade is mogelijk tot 5 jaar na het verstrijken van de laatste beroepstermijn bij de Raad van State. Ons inziens is het onacceptabel dat Deltawind een bureau inschakelt dat de taxatie uitvoert, dit moet onafhankelijk gebeuren. Anders krijgen we Groningse toestanden. Ook het eigen risico is niet eerlijk, de bewoners kiezen niet hiervoor zij zijn slachtoffer.

Wij schatten de kans om hoge bedragen te claimen hoog in. In rechtszaken is tot nu toe in Nederland niet/onvoldoende ingegaan op het infrasoon geluid. Wij gaan er vanuit dat dit nu wel gebeurt, dat deskundige bureaus een goede onderbouwing gaan geven.

Het is in ieder geval hard te maken, dat binnen een cirkel van 2 km rond de windturbines sprake is van gezondheidsschadelijk infrasoon geluid, dat er daardoor een dusdanige aantasting is van het woon - en leesgenot, dat er grote bedragen aan planschade zullen moeten worden toegekend. Dat de huidige normen geen aandacht schenken aan dit infrasoon geluid speelt hierbij geen rol.

3. Financiële participatie omwonenden

Het bedrag dat de boeren uit de Anne Theodora Polder ontvangen €30.000,= per molen per jaar staat niet in verhouding tot het bedrag dat omwonenden als schadevergoeding krijgen €

2000,=per jaar, zoals vertelt in op de inloopavond in Ooltgensplaat.

Men lijkt er vanuit te gaan dat er richting omwonenden genoeg is gedaan als er sprake kan zijn van financiële participatie. Wij hebben hier maar 1 woord voor, "onnozel".

Er is niet alleen sprake van blijvende overlast (voor gevoelige mensen geen nachtrust meer etc.) en blijvende aantasting van een unieke leefomgeving, maar intussen staat onomstotelijk vast dat de gezondheid van vele duizenden mensen in bet geding is. En dat valt financieel op

geen enkele wijze

goed te maken. Beste lezer, hoeveel geld is alleen uw gezondheid u waard?

4. Hoge windturbines

Hogere windturbines vervuilen het mooie landschap van ons mooie eiland. ‘Moderne

windturbines zullen met hun ashoogte en rotordiameter op lokaal niveau de horizon domineren

’MER blz. 74.

Ze zijn van grote afstand zichtbaar. We zien dit nu al duidelijk bij de windturbines die ter hoogte van Ooltgensplaat in Brabant zijn geplaatst. Als je nu bij Ooltgensplaat komt aanrijden, lijkt het alsof er een dubbele rij staat! Als je vanuit de dwarsweg komt aanrijden is een enorme

horizonvervuiling: Brabant, Hellegatsplein e.d. Wordt de rij molens bij Piet de Wit nog hoger, dan zullen ze nog bepalender zijn in het landschap. De interferentie met omliggende windparken wordt nog groter, zoals ook aangegeven in ‘Bestemmingsplan Piet de Wit’ blz. 37: ‘Interferentie met andere windparken zal in iets sterkere mate dan bij de bestaande opstelling optreden.’

Blz. 29 MER , Conclusies van Plan MER windenergie Goeree- Overflakkee (Pondora Consult, november 2013): Interferentie, cumulatie en gebiedskeuze: Voor een aantal plaatsingsgebieden is cumulatie met andere gebieden aan de orde voor ecologie en landschap. Er moet voor het vervolg een keuze worden gemaakt om ofwel de gebiedsbegrenzing aan te passen zodat meer ruimte

(26)

ontstaat of, waar dit niet mogelijk is, gebieden niet op te nemen.’ De gemeente kan die keuze hier dus WEL maken: alle windturbines weg, de huidige behouden of geen turbines achter de woningen in de Hooidijk.

Als gekozen wordt voor hogere turbines blijkt dat er geen zorg is voor het landschap, integendeel het is puur horizonvervuiling en de kwaliteit van de leefomgeving gaat er hard op achteruit!

Hogere windturbines zijn onacceptabel. Ons inziens windturbines van bijna 150m landschappelijk gezien al veel te hoog zijn.

Hogere turbines zullen ook het landschap een “Madurodam-effect” geven: Hoe hoger de turbines des te kleiner de landschappelijke elementen lijken. Onze angst is dat de verhoudingen in het landschap onomkeerbaar worden aangetast, dit terwijl de kernwaarden van het eiland juist de weidsheid, de rust en de ruimte zijn.

5. Afstand windturbines tot ons woonhuis

De nieuwe turbines worden 50 meter landinwaarts geplaatst, “in verband met de dijkveiligheid, de bereikbaarheid van de opstellingsbasis met eventuele kranen en de wens van de boeren”, dus komen nog dichter op onze huizen te staan. Dat correspondeert niet met de conclusies van Plan MER windenergie Goeree- Overflakkee (Pondora Consult, november 2013), blz. 29 MER: ‘Grotere windturbines leiden niet tot meer opgesteld vermogen: de afstanden tussen windturbines onderling en tussen windturbines en woonbebouwing worden groter naarmate het vermogen en de windturbine afmeting toeneemt. Boven dit stukje staat: Voor het gehele eiland is een plan MER windenergie uitgevoerd op basis waarvan de gemeenteraad van Goeree- Overflakkee in de vergadering van 19 juni 2014 de partiële herziening regionale structuurvisie Goeree Overflakkee windenergie heeft vastgesteld! Dus als de windmolens dichterbij de woningen gebouwd worden, is dat is STRIJD MET VASTGESTELDE CONCLUSIES VAN DE GEMEENTE ZELF! Het kan niet zo zijn dat de gemeente hier ruimte voor maakt door het bestemmingsplan aan te passen!

Indien de woonafstand meer dan 10 maal de tiphoogte is, ben je als bewoner voor de rechtbank geen belanghebbende meer, maar ondanks dat de gemeente in 2013 een motie

heeft aangenomen

dat er geen turbines binnen een afstand van 900 meter van aaneengesloten bebouwing zouden komen, komen de nieuwe turbines dichterbij de afzonderlijke woonhuizen.

DE IMPACT van deze grote turbines zo dicht op de woning zal zeer groot zijn op de bewoners van de Hooidijk, Dwarsweg, Dorpsweg en Weipolderse weg. Dit is niet meegenomen in de onderzoeken. Wij vinden dat zeer kwalijk en willen dit NIET.

(27)

6. Slagschaduw

Er zal een automatische voorziening komen voor stilzetten van de turbine in verband met

slagschaduw, indien dit langer dan 5 uur en 40 minuten per jaar is met projectie op (een raam van) een woonhuis. Op dit moment heeft Hooidijk 1c (zie foto boven) met de huidige molens in de winter s‘ morgens al ongeveer 0,5 uur slagschaduw per dag. Dit zal door het dichter (50 meter) op de woningen geplaatste hogere molens (tiphoogte 150 i.p.v. 100) nog veel meer het geval zijn. De theoretische berekeningen lijken gezien ons huidige ervaringen niet reëel. Daarnaast moet het niet gelden voor 1 punt op de woning maar voor de gehele woning.

Blz. 6 MER: ‘Het toepassen van een stilstandsregeling zorgt ervoor dat alle alternatieven voldoen aan de slagschaduwnorm.’ Er is nog steeds WEL overlast! Alleen bepalen anderen voor je dat het acceptabel is. Dat wil niet zeggen dat wij het als bewoners als acceptabel ervaren!

7. Geluidoverlast

MER blz. 29 ‘Vrij liggende woonbebouwing is een belangrijk aandachtspunt: wanneer alle vrij liggende woningen binnen een plaatsingsgebied meetellen voor de geluidsnorm L den 47, zijn vergaande maatregelen nodig die de ruimte in een plaatsingsgebied sterk beperken en daarmee het potentieel opgestelde vermogen’ Maar omdat er ‘geen sprake is van normoverschrijding zijn

(28)

geen mitigerende maatregelen nodig’ (MER blz. 53). Hier bepaald een ander dus waar je als inwoner last van hebt. Als je per ongeluk hoort tot het percentage mensen dat wel last heeft, dan heb je dus pech gehad??

In het ontwerp omgevingsvergunning staat: ’Er zijn geen windparken in de nabijheid die relevant zijn in het kader van cumulatie, zoals bedoeld in….Ook is geen sprake van bijzondere lokale omstandigheden.’ Dit is beide niet waar! Cumulatie wordt in het ontwerp bestemmingsplan en de MER aanvaardbaar geacht. Maar dat vinden wij als bewoners niet! Bijzondere lokale

omstandigheden zijn er WEL, want er zijn inwoners (waaronder de bewoners van de Hooidijk) die Zeer veel hinder gaan ondervinden van de windturbines. Alleen vinden anderen dit voor hen aanvaardbaar, maar zijzelf NIET. Dit geeft in het ontwerp omgevingsvergunning een vertekend beeld.

Op dezelfde pagina wordt inde Beoordeling en conclusie gesproken over dat er geen aanleiding is voor het opstellen van maatwerkvoorschriften. Dit verandert als bovengenoemde facetten WEL worden meegenomen in de beoordeling. Het ontwerp Omgevingsvergunning geeft een vertekend beeld van de situatie, door onvolledige MER en onvolledige informatie Ontwerp

Bestemmingsplan!

Op basis van deze onvolledige informatie kan nooit een omgevingsvergunning worden afgegeven.

Voor geluidoverlast zal geen stilzetting plaatsvinden, ook niet als het bij oostenwind “niet om aan te horen” zou zijn en boven de toegestane norm, want op jaarbasis blijft het gemiddelde onder de toegestane norm. Ook hierin worden de bewoners gedupeerd.

Zie verder ook bovenstaande punten over ultrasoon geluid e.d.

8. Landschap/Vide

Blz. 7 MER: het huidige windpark scoort beter op het beoordelingscriterium invloed op de horizon dan de alternatieven’ Op blz. 10 is in de tabel bij landschap te zien dat ‘invloed op de horizon ROOD scoort. Laat hieronder ook gerust de inwoners vallen. Want de impact vanuit de huizen/

tuinen is enorm (zoals al eerder vermeld)

Berno Strootman, landschapsarchitect en Rijksadciseur voor de Fysieke Leefomgeving, schreef een enkele week terug in het AD:

‘Windmolens passen niet in grote delen van het Nederlandse landschap, dat al zwaarder onder druk staat dan ooit tevoren. De kwaliteit van ons landschap is de afgelopen decennia sterk achteruit gegaan door intensieve landbouw, nieuwe infrastructuur en bebouwing. Vanwege de energietransitie hangen nu ingrijpende veranderingen boven de markt….

Windmolens ziet de landschapsarchitect en adviseur van het kabinet het liefst op zee. Op land zouden ze volgens hem alleen geplaatst mogen worden in ‘grootschalige, rationeel verkavelde gebieden’ zoals de Zuiderzeepolders. “oude molens horen bij Nederland, maar de huidige turbines van 150 tot 200 meter hoog zijn van een volslagen andere orde.”Alleen in een zeer grootschalig landschap, waar je heel ver kunt kijken, kunnen windmolens een harmonieuze compositie vormen.”

Strootman waarschuwt voor de ruimtelijke gevolgen van het hoge tempo waarin Nederland wil overgaan naar schone energie. “Overheden hebben het gevoel dat ze haast moeten maken om de klimaat doelen van Parijs te halen, ondernemers springen daar op in. Gedreven door subsidies kloppen ontwikkelaars bij boeren aan om zonnepanelen (en windmolens) op hun land te plaatsen.

(29)

Als we dat in z’n beloop laten is ons hele landschap straks gestoffeerd met zonnepanelen en zie je overal windmolens. De bescherming van het landschap is nog niet goed geregeld….Gemeenten en andere overheden moeten hun pijlen richten op energiebesparing en de aanleg van warmtenetten onder de grond. “Alle energie die je daarmee uitspaart, hoef je niet in het landschap op te wekken.”

Vide:

Op de inloopavond in Ooltgensplaat was er een 3D-animatie van de oude en nieuwe turbines te zien, waarop ook de toekomstige turbines van de Anna Wilhelminapolder te zien waren, Deze laatste rij zal beginnen vanaf de boerderij naast Van der Sar, wat slechts een kleine vide geeft te opzichte van het Park Piet de Wit en niet de grote afstand die door de gemeente toegezegd is, waardoor het tóch op één lange ketting lijkt.

9. Leefomgeving

Op blz. 37 van MER staat: ‘Conclusie leefomgeving: ‘De opstelling langs de kijk scoort het best qua leefomgeving, omdat hiermee de afstand tot de woningen zo groot mogelijk wordt gemaakt’. Dit klopt wat betreft de onderzochte lijnopstellingen. Maar het klopt niet t.a.v. de referentiesituatie.

De windturbines komen dichterbij! En dit is voor ons als bewoners niet wenselijk, zoals in het voorgaande al is verwoord.

In het Ontwerp omgevingsvergunning staat onder het kopje geluid algemeen op blz. 5 dat de nieuwe lijnopstelling op nagenoeg dezelfde locatie is. Dit is niet waar! Ze komen een aanmerkelijk stuk naar voren! Dit is het meest merkbaar voor de bewoners aan de Hooidijk, Dwarsweg,

Dorpsweg en Weipolderse weg, die dat niet willen.

10. Keuze windturbine

MER blz 8: ‘De bandbreedte wordt aangehouden omdat de keuze voor het uiteindelijk te plaatsen windturbinetype nog niet bekend zal zijn ten tijde van de vaststelling van het bestemmingsplan en het verlenen van de omgevingsvergunning’. Aangezien het uiterlijk nogal bepalend is voor de omgeving, lijkt het ons logisch dat de gemeente/inwoners ook inspraak mogen hebben op het uiteindelijke type windturbine. Overigens had dat al uitgezocht moeten zijn!

In de aanvraag omgevingsvergunning blz. 5 staat: ‘Aanvrager verzoekt het college…..in de vergunning te bepalen dat gedetailleerde gegevens en bescheiden van het te realiseren type windturbine en fundering uiterlijk drie weken voor aanvang van de bouw worden verstrekt. ‘ In bijlage 5 van de aanvraag omgevingsvergunning zijn 10 mogelijke contouren van de gondel te zien.

Van rij 1 zijn nr. 1 en 4 afschuwelijke imponerende gedrochten (zie maar bij Battenoord en de Krammersluizen) Nr. 3 lijkt wel een bommenwerper!

Gemeente: Tijdens de inloopavond in Ooltgensplaat kwam ook het type windmolen ter sprake . Deltawind schijnt uiteindelijk vrij te zijn in het kiezen van het type windmolen. Het is toch enigszins vreemd dat voor de bouw van een woonhuis er een toetsing is bij de welstandscommissie en voor de bouw van giga grote windmolens dit niet het geval is. Wanneer de gemeente toestemming moet geven voor deze windmolens kan zij toch ook afspraken maken over het “type” (slanke) windmolens en geen “bommenwerpers”, de gemeente heeft toch ook afspraken gemaakt over de hoogte zodat er geen lichtjes op komen? Helaas maakt de ene turbine ook meer lawaai dan de andere, maar ook daarin heeft Deltawind vrije keuze. Graag zien wij dat de gemeente hier

(30)

randvoorwaarden aan stelt. Nu zijn de bewoners de dupe. Geef aan wat niet mag! en eis van de aanvrager inzicht in de uiteindelijke keuze en geef dán pas als gemeente goedkeuring!

11. Andere keuzes

Blz. 29 MER , Conclusies van Plan MER windenergie Goeree- Overflakkee (pondora Consult, november 2013): ‘Vrijwel alle plaatsingsgebieden zijn in beeld om de doelstelling van 260 MW opgesteld vermogen te realiseren wanneer rekening wordt gehouden met eventuele benodigde aanpassingen en de aandachtspunten voor het vervolg.’ Hierbij denken wij aan windpark Hellegatsplein:

Het hier opgestelde vermogen is NOG NIET MEEGETELD met het vermogen op geheel Goeree- Overflakkee! Het lijkt ons reëel dat wel te doen en daarna op die plaats 3 molens meer te bouwen!(die weggehaald worden bij Piet de Wit)

- Aansluiting bij bestaand park (Hellegatsplein), dus geen nieuw park.

- Uitbreiding Hellegatsplein is ook zoekgebied VRM Zuid Holland (zie kaartje op pagina 4 van de Landschappelijke beoordeling)

- Daar zijn geen woningen in de buurt dus geen last van slagschaduw

Ter verdere onderbouwing hiervan noemen wij wat er staat op diezelfde blz.:’Interferentie, cumulatie en gebiedskeuze: voor een aantal plaatsingsgebieden is cumulatie met ander gebieden aan de orde voor ecologie en landschap. Er moet voor het vervolgd een keuze gemaakt worden om oftewel de gebiedsbegrenzing aan te passen zodat meer ruimte ontstaat of, waar dit niet mogelijk is, gebieden niet op te nemen’. Dus in dit geval het gebied kleiner te maken door windmolens weg te halen achter de woningen. In het bestemmingsplan op blz. 37 staat dat interferentie met andere windparken in iets sterkere mate aanwezig zal zijn dan bij de bestaande opstelling en vervolgens wordt op blz. 39 geconcludeerd dat de voorgenomen ontwikkeling effect heeft op het landschap. ‘Ten opzichte van de bestaande situatie treedt er een verbetering op door vermindering van het aantal windturbines, maar de windturbines worden groter, waardoor de impact toeneemt.’ Maar….zo wordt vervolgt ‘De landschappelijke effecten zijn inherent aan de aanwijzing van de locatie voor her benutting van opwekking van duurzame energie door middel van windturbines. De voorgenomen ontwikkeling is voor wat betreft de effecten op landschap aanvaardbaar….’

Wij zijn het niet eens met de getrokken conclusie en vinden de effecten niet aanvaardbaar!

-Om ook de Vide tussen Park de Wit en het nieuwe Park Anna Wilhelmina polder te vergroten, de afstand tussen de molens verkleinen. Nu staan ze wel erg ver uit elkaar.

De nieuw gebouwde molens aan het Hellegatsplein staan ook niet zo ver uit elkaar, dus is niet nodig. Er dient een juiste afweging gemaakt te worden tussen winstmaximalisatie van de ondernemers en belangen van bewoners.

13. Toegangswegen

Voor de bouw zal door het vrachtverkeer dezelfde route worden gebruikt voor de aanvoer van de materialen als destijds bij de bouw van de huidige turbines .

Uit de omgevingsvergunning is echter niet duidelijk op te maken wat de toegangswegen zijn, blz. 6

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mark Verstappen Bram van der Wees. 21

Indien u geen werkplan en begroting bij deze aanvraag meestuurt, dan dient u onderstaande gegevens zo volledig mogelijk in te vullen. Zo nodig voor iedere activiteit een

LesSoort activiteitenRuimteTijdVoorbereidingExtra Les 1: In de havenDe leerlingen bekijken een filmpje en maken kennis met het vissersleven in een haven op Goeree-Overflakkee

Formaties duren langer naarmate de raad meer versplinterd is, gemeenten groter zijn, er na verkiezingen meer nieuwe raadsleden aantreden en anti-elitaire partijen meer

De burgemeester, de commandant van de gemeentelijke brandweer, de commandant van de regionale brandweer en het door hen aangewezen ter plaatse dienstdoende personeel van de

4 In afwijking van het elders in deze statuten bepaalde wordt een besluit tot benoeming en ontslag van een lid van het college van bestuur genomen met een gekwalificeerde

• We waarderen het zeer dat we bij de verdere uitwerking betrokken zullen worden, maar tegelijkertijd constateren we na het bestuderen van deze notitie dat we eigenlijk al bij

De aanpassing in de toelichtingen van de Archiefverordening Goeree-Overflakkee 2019 en de Beheerregeling met bijbehorend Aanwijzings- en benoemingsbesluit informa- tiebeheer