districtsraad Berchem
Ontwerpbesluitenbundel Zitting van 22 september 2020
OPENBARE ZITTING A-punten
District Berchem secretariaat
1 2020_DRBE_00044 Districtsraad - Notulen districtsraad 23 juni 2020 - Goedkeuring
2 2020_DRBE_00056 Meerjarenplan 2020-2025 - Opvolgingsrapportering 1e semester 2020 - Kennisneming
3 2020_DRBE_00060 Straatnamencommissie - District Berchem - Straatnaamgeving - Benoemen groene gordel - Advies - Goedkeuring
4 2020_DRBE_00061 District Berchem - Legislatuur 2019-2024 - Ontslag. Onderzoek van de geloofsbrief, eedaflegging en aanstelling opvolger - Kennisneming
5 2020_DRBE_00062 Legislatuur 2019-2024 - Ontslag districtsschepen. Voordracht kandidaat districtsschepen. Eedaflegging. Rangorde districtsschepenen - Kennisneming lokaal jeugdbeleid
6 2020_DRBE_00054 Jeugd - Maatregelen ter ondersteuning van jeugdverenigingen in juli en augustus - Goedkeuring
Bestuurszaken
Beleidsondersteunend team
7 2020_DRBE_00059 Ondersteuningsbeleid - Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid - Goedkeuring
B-punten
District Berchem openbaar domein
8 2020_DRBE_00045 District Berchem. Florent Cootmansplein - Aanpassing aanvullend verkeersreglement. Advies - Goedkeuring
9 2020_DRBE_00052 Districten Berchem en Borgerhout. Lodewijk Van Berckenlaan - Aanpassing aanvullend verkeersreglement. Advies - Goedkeuring
10 2020_DRBE_00057 Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - projectdefinitie - Advies - Goedkeuring
11 2020_DRBE_00058 Districten Antwerpen en Berchem. Guldenvliesstraat - Aanpassing aanvullend verkeersreglement. Advies - Goedkeuring
secretariaat
12 2020_DRBE_00053 Districtscollege en districtsraad - Vergaderdata 2021. Vaststelling - Kennisneming
OPENBARE ZITTING A-punten
District Berchem secretariaat
1 2020_DRBE_00044
Districtsraad - Notulen districtsraad 23 juni 2020 - Goedkeuring
Auteur
Kitti Van Den Bergh
Motivering
Aanleiding en context
De districtsraad vergaderde op 23 juni 2020.
Juridische grond
Artikel 278 van het Decreet lokaal bestuur stelt dat de notulen alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat werd gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen, vermelden in chronologische volgorde.
Regelgeving: bevoegdheid
Artikelen 32, 132 en 277 van het Decreet lokaal bestuur belasten de districtssecretaris met het opstellen en bewaren van de notulen.
Argumentatie
De notulen vermelden in chronologische volgorde alle besproken onderwerpen en het gevolg dat eraan werd gegeven. Zij vermelden duidelijk alle genomen beslissingen. De originelen van de notulen van de districtsraad worden, na goedkeuring, door de voorzitter van de districtsraad en de districtssecretaris ondertekend.
Financiële gevolgen Nee
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
9 - Decentralisatie
2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district
2BER0103 - Berchem is een verantwoordelijk district
2BER010304 - Berchem voldoet aan zijn verplichtingen en zorgt voor een begroting in evenwicht
Besluit
Artikel 1
De districtsraad keurt de notulen van 23 juni 2020 goed.
Artikel 2
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. 20200623_BE_DR_Notulen.pdf
2 2020_DRBE_00056
Meerjarenplan 2020-2025 - Opvolgingsrapportering 1e semester 2020 - Kennisneming
Auteur
Marieke Janssens
Motivering
Gekoppelde besluiten
2020_CBS_02852 - Beleids- en beheerscyclus - Werkwijze rapportering 2020-2025 - Goedkeuring
2020_DRBE_00031 - Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 - Goedkeuring
2020_CBS_05640 - Meerjarenplan 2020-2025 - Opvolgingsrapportering 1ste semester 2020. Timing - Goedkeuring Aanleiding en context
Vanaf 1 januari 2020 voorziet het Decreet Lokaal Bestuur dat er minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, over het eerste semester van het boekjaar wordt voorgelegd.
Het college keurde in de zitting van 27 maart 2020 (jaarnummer 2852) de werkwijze van opvolgingsrapportering goed.
Het college keurde in de zitting van 26 juni 2020 (jaarnummer 5640) de timing van de opvolgingsrapportering goed.
Juridische grond
Artikel 263 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur (DLB) bepaalt dat er minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar moet worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Artikel 143 DLB bepalen dat de verplichte opvolgingsrapportering in artikel 263 DLB ook van toepassing is op de districten
Artikel 29 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen (BBC 2020) bepaalt dat de opvolgingsrapportering minstens volgende elementen bevat:
1° een stand van zaken van de prioritaire acties of actieplannen van het meerjarenplan;
2° een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar;
3° in voorkomend geval, de wijzigingen in de assumpties die gekozen werden bij de opmaak van het meerjarenplan of de aanpassing ervan;
4° in voorkomend geval, de wijzigingen in de financiële risico's.
Argumentatie
In BBC 2020 verschuift de focus in de rapportering over de beleidsplanning naar de prioritaire actieplannen. Het meerjarenplan en de jaarrekening worden opgesteld volgens nieuwe schema’s (die eenvoudiger en minder complex zijn) en het autorisatieniveau van de kredieten wordt verhoogd waardoor er meer mogelijkheden zijn om interne kredietverschuivingen uit te voeren die niet worden voorgelegd aan de districtsraad. Om ervoor te zorgen dat de districtsraad toch voldoende geïnformeerd blijft over het beleid heeft BBC 2020 de bijkomende verplichting opgelegd om minstens éénmaal per jaar, in de loop van het derde kwartaal, te rapporteren over de stand van zaken van het eerste semester van het lopende jaar, zowel op financieel als op inhoudelijk vlak. De rapportering is gebaseerd op wettelijke rapporten die worden gebruikt bij het meerjarenplan en de jaarrekening.
Alle raadsleden krijgen een aantal maal per jaar een rapportering over de beleidsdoelstellingen en de uitvoering ervan:
1. bij de aanpassing(en) van het meerjarenplan;
2. bij de vaststelling van de jaarrekening (in het voorjaar);
3. bij de tussentijdse opvolgingsrapportering (in september).
De opvolgingsrapportering bevat volgende documenten:
1. een stand van zaken van de prioritaire acties of actieplannen van het meerjarenplan;
2. een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar;
3. in voorkomend geval, de wijzigingen in de assumpties die gekozen werden bij de opmaak van het meerjarenplan of de aanpassing ervan;
4. in voorkomend geval, de wijzigingen in de financiële risico's.
Financiële gevolgen Nee
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
9 - Decentralisatie
2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district
2BER0103 - Berchem is een verantwoordelijk district
2BER010304 - Berchem voldoet aan zijn verplichtingen en zorgt voor een begroting in evenwicht
Besluit
Artikel 1
De districtsraad van Berchem neemt kennis van de opvolgingsrapportering over het eerste semester 2020 van meerjarenplan 2020-2025.
Artikel 2
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. BE_Opvolgingsrapportering_2020.pdf
3 2020_DRBE_00060
Straatnamencommissie - District Berchem - Straatnaamgeving - Benoemen groene gordel - Advies - Goedkeuring
Auteur
Marieke Janssens
Motivering
Gekoppelde besluiten
2020_CBS_06150 - Binnengemeentelijke decentralisatie. Week 29 - Brief districtscollege Berchem. Straatnamen.
Collegiale brief. Ondertekening - Goedkeuring
2020_DCBE_00134 - Binnengemeentelijke decentralisatie - Vraag aan het college. Naamgeving Park Brialmont - Goedkeuring
Aanleiding en context
In de zitting van 22 juni 2020 (jaarnummer 134) formuleerde het districtscollege van het district Berchem de vraag aan het college van burgemeester en schepenen om de deelgebieden De Villegas, Wolvenberg
natuurgebied, Wolvenberg natuurpark, Brilschanspark en ‘groene deel langs de Polygoonstraat’ te verenigen onder de naam Park Brialmont, conform het Masterplan Park Brialmont.
In de zitting van 17 juli 2020 (jaarnummer 6150) keurt het college van burgemeester en schepenen goed om de procedure voor de naamgeving van de deelgebieden De Villegas, Wolvenberg natuurgebied, Wolvenberg natuurpark, Brilschanspark en ‘groene deel langs de Polygoonstraat’ naarde naam Park Brialmont op te starten.
Juridische grond
Decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen
De naamgeving van straten wordt geregeld in het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen.
Artikel 4 van het decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen bepaalt de voorschriften betreffende het vaststellen en wijzigen van de naam van openbare wegen en pleinen.
Artikel 7 van het decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen bepaalt dat indien in de naam van openbare wegen en pleinen gebruik wordt gemaakt van een eigennaam, de naamborden een beknopte toelichting van de gekozen benaming bevatten.
Regelgeving: bevoegdheid
Met het gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2017 (jaarnummer 300) werden de bevoegdheden van de
districtsraden gecoördineerd. Voor het geven van nieuwe straatnamen is het district niet bevoegd, maar het kan op basis van artikel 138 van het Decreet lokaal bestuur wel advies uitbrengen over zaken die bovenlokaal zijn maar het district aanbelangen.
De gemeenteraad keurde in de zitting van 22 oktober 2018 (jaarnummer 630) de optimalisatie voor
straatnaamgeving goed, waaronder de benoeming of hernoeming van openbare gebieden die benoemd moeten worden zonder dat er huisvesting wordt toegekend en bijgevolg niet onder het decreet van 28 januari 1977 vallen, zoals openbare parken, pleintjes, perkjes en paadjes. Deze procedure verloopt als volgt:
1. de straatnamencommissie stelt namen en onderschriften voor;
2. advies districtsraad;
3. benoeming door college.
Fasering
orgaan datum aanvraag straatnaamgeving 22 juni 2020 voorstel vanuit het district districtsraad 22 september 2020 definitieve goedkeuring college oktober 2020
Argumentatie
Momenteel worden de verschillende deelgebieden De Villegas, Wolvenberg natuurgebied, Wolvenberg natuurpark, Brilschanspark en het deel aan de Polygoonstraat in de volksmond reeds Park Brialmont genoemd.
Aangezien één van de ambities van het Masterplan Park Brialmont is om de verschillende groengebieden tot één samenhangend park te verbinden, wil het district Berchem bijgevolg die ééngemaakte site ook één naam en één identiteit geven, conform het Masterplan. Daarnaast vormt de aanwezigheid van de restanten van de Brialmont- omwalling een unieke kans om het park die naam te geven. Door de identiteit van het park te ontwikkelen, kan de uniciteit en de bekendheid van het park binnen Antwerpen verhoogd worden en kan de Berchemnaar trots spreken van Park Brialmont als het groene hart van Berchem.
Financiële gevolgen Nee
Besluit
Artikel 1
De districtsraad adviseert om de deelgebieden De Villegas, Wolvenberg natuurgebied, Wolvenberg natuurpark, Brilschanspark en ‘groene deel langs de Polygoonstraat’ te benoemen als Park Brialmont.
Artikel 2
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
4 2020_DRBE_00061
District Berchem - Legislatuur 2019-2024 - Ontslag. Onderzoek van de geloofsbrief, eedaflegging en aanstelling opvolger - Kennisneming
Auteur
Kitti Van Den Bergh
Motivering
Aanleiding en context
Mevrouw Ester Torres Falcato Simões stuurde op 24 augustus 2020 een mail naar de voorzitter van de districtsraad met de melding dat zij haar mandaat beëindigt als districtsraadslid. De voorzitter van de districtsraad nam kennis van dit bericht op 24 augustus 2020.
Na de kennisname van het ontslag door de districtsraad kan in eenzelfde raadszitting in de vervanging als districtsraadslid worden voorzien.
Juridische grond
Artikel 8 in samenlezing met artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011 bepaalt dat inschrijving in de bevolkingsregisters van het district één van de verkiesbaarheidsvoorwaarden uitmaakt.
Artikel 13 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het gemeenteraadslid dat ontslag wil nemen, dat schriftelijk meedeelt aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is definitief na de ontvangst van de kennisgeving door de voorzitter van de gemeenteraad. Het lid van de gemeenteraad blijft zijn mandaat
uitoefenen tot zijn opvolger is geïnstalleerd, behoudens als het ontslag het gevolg is van een onverenigbaarheid.
Artikel 14 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het gemeenteraadslid dat afstand doet van zijn mandaat, dat van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, dat als verhinderd wordt beschouwd, dat ontslag genomen heeft, of dat overleden is, wordt vervangen door zijn opvolger, die wordt aangewezen overeenkomstig artikel 169 het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011.
Artikel 6 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de districtsraadsleden voor ze hun mandaat opnemen, in openbare vergadering de volgende eed afleggen in handen van de voorzitter van de districtsraad: « Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen. ».
Artikel 119 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de bepalingen van artikels 6, 9, 13 en 14 ook van toepassing zijn op de districten evenwel met dien verstande dat de districtsraad in de plaats treedt van de
gemeenteraad, en de voorzitter van de districtsraad in de plaats treedt van de voorzitter van de gemeenteraad.
Argumentatie
Districtsraadslid Ester Torres Falcato Simões behoort tot de sp.a - Groen fractie en wordt vervangen door de eerst geldige opvolger op de lijst waarop zij verkozen werd en dit volgens de resultaten van de verkiezingen op 14 oktober 2018.
De volgende geldige opvolger is de heer Johan Malcorps. Op 24 augustus 2020 werd de heer Johan Malcorps aangeschreven met de vraag of hij het mandaat wou aanvaarden. De heer Johan Malcorps antwoordde op 25 augustus 2020 dat hij zijn mandaat zal opnemen.
De geloofsbrieven van de heer Johan Malcorps werden aan de districtssecretaris bezorgd. De heer Joahn Malcorps voldoet aan alle gestelde eisen van verkiesbaarheid en bevindt zich niet in een geval van onverenigbaarheid.
Financiële gevolgen Nee
Besluit
Artikel 1
De districtsraad neemt kennis van het ontslag van districtsraadslid mevrouw Ester Torres Falcato Simões.
Artikel 2
De districtsraad neemt kennis dat de heer Johan Malcorps, eerste geldige opvolger, het mandaat zal opnemen.
Artikel 3
De districtsraad neemt er kennis van dat de geloofsbrieven van de heer Johan Malcorps werden onderzocht.
Artikel 4
De heer Johan Malcorps legt de volgende eed af: «Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen.».
De voorzitter van de districtsraad verklaart de heer Johan Malcorps wettig aangesteld in het ambt van districtsraadslid.
Artikel 5
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. 20200824_Ontslag.pdf
5 2020_DRBE_00062
Legislatuur 2019-2024 - Ontslag districtsschepen. Voordracht kandidaat districtsschepen. Eedaflegging. Rangorde
districtsschepenen - Kennisneming
Auteur
Kitti Van Den Bergh
Motivering
Gekoppelde besluiten
2019_DRBE_00007 - Installatie districtsraad 2019-2024 - Verkiezing, eedaflegging en rangorde districtsschepenen - Kennisneming
2019_DRBE_00003 - Installatie districtsraad 2019-2024 - Geloofsbrieven, eedaflegging en aanstelling districtsraadsleden - Goedkeuring
Aanleiding en context
Op 8 januari 2019 werd het nieuwe districtsbestuur voor het district Berchem geïnstalleerd.
Voor de mandaten van districtsschepenen werd op 20 december 2018 een gezamenlijke akte van voordracht van kandidaat-districtsschepenen bezorgd aan de districtssecretaris. De voordracht van districtsschepen Edwin De Cleyn vermeldde als einddatum 30 september 2020. Deze gezamenlijke akte van voordracht voorziet
aansluitend ook in een opvolger op naam van districtsraadslid Buket Karaca.
Juridische grond
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur
Artikel 48 en artikel 122 stellen dat de districtsschepen die ontslag wil nemen, dat schriftelijk meedeelt aan de voorzitter van de districtsraad. Het ontslag is definitief zodra de voorzitter van de districtsraad de kennisgeving ontvangt. De schepen blijft zijn mandaat uitoefenen tot zijn opvolger is geïnstalleerd, behalve als het ontslag het gevolg is van een onverenigbaarheid, of tot de districtsraad, met toepassing van artikel 49, § 1, eerste lid, heeft beslist om het opengevallen schepenmandaat niet in te vullen.
Artikel 49, §1 en artikel 122 regelen de vervanging van de districtsschepen die ontslag heeft genomen.
- Als een districtsschepen zijn schepenmandaat niet aanvaardt, van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, als verhinderd wordt beschouwd, afgezet of geschorst is, ontslag heeft genomen of overleden is, beslist de districtsraad met behoud van de toepassing van artikel 42, § 3, eerste lid, of het
opengevallen schepenmandaat wordt ingevuld. Als de districtsraad beslist heeft om het mandaat niet in te vullen, kan het mandaat voor de rest van de zittingsperiode niet meer ingevuld worden. Als de
districtsraad beslist heeft om het mandaat in te vullen, wordt tot een nieuwe verkiezing van een districtsschepen overgegaan binnen twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat.
- De districtsschepen wordt verkozen op basis van een akte van voordracht van de kandidaat- districtsschepen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozen districtsraadsleden. Om
ontvankelijk te zijn moet die akte van voordracht voor de kandidaat-districtsschepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat zijn verkozen. Als de lijst waarop een kandidaat-districtsschepen voorkomt maar twee verkozenen telt, volstaat de handtekening van een van hen. Met behoud van de toepassing van artikel 43 kan elk districtsraadslid maar één akte van voordracht ondertekenen per schepenmandaat. Overtreding van dat verbod wordt bestraft overeenkomstig artikel 7, § 2.
Artikel 43, §4 en artikel 122 bepalen de rang van de districtsschepenen.
- De rang van de districtsschepenen wordt bepaald door de rangorde op de gezamenlijke akte van voordracht. In geval van afzonderlijke verkiezing van de districtsschepenen wordt de rang van de
districtsschepenen bepaald door de volgorde van de stemmingen. De districtsschepenen die op grond van paragraaf 1, tweede lid, paragraaf 3, tweede lid, of op grond van artikel 42, § 3, tweede en derde lid, een districtsschepen opvolgen, nemen de rang in de volgorde van hun verkiezing of benoeming in. De
schepen, vermeld in artikel 42, § 1, derde lid, is altijd de laatste schepen in rang. De districtsburgemeester wordt geacht een hogere rang in te nemen dan de districtsschepenen.
Artikelen 44 en 122 stellen dat de districtsschepenen, voor ze hun mandaat aanvaarden, in openbare vergadering van de districtsraad de volgende eed afleggen in handen van de voorzitter van de districtsraad: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen.".
Argumentatie
De districtsschepen blijft zijn mandaat uitoefenen tot 30 september 2020.
De voorzitter van de districtsraad gaat na of de akte van voordracht ontvankelijk is. In voorkomend geval wordt de voorgedragen kandidaat-districtsschepen verkozen verklaard vanaf 1 oktober 2020.
De nieuw verkozen districtsschepen zal de vierde rang innemen.
Financiële gevolgen Nee
Besluit
Artikel 1
De districtsraad neemt kennis van het ontslag van districtsschepen Edwin De Cleyn vanaf 1 oktober 2020.
Artikel 2
De districtsraad neemt kennis dat de gezamenlijke akte van voordracht, die overhandigd werd op 20 september 2018 aan de voorzitter van de districtsraad en ontvankelijk werd verklaard, vermeldt dat het mandaat van districtsschepen Edwin De Cleyn beëindigd wordt op 30 september 2020.
Artikel 3
De voorgedragen kandidaat-districtsschepen Buket Karaca legt in handen van de voorzitter van de districtsraad de volgende eed af: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen."
De voorgedragen kandidaat-districtsschepen wordt verkozen verklaard als districtsschepenen met ingang van 1 oktober 2020.
Artikel 4
De districtsraad neemt kennis van de volgende rangorde van de districtsschepenen
eerste districtsschepen: Evi Van der Planken;
tweede districtsschepen: Bruno De Saegher;
derde districtsschepen: Kris Gysels;
vierde districtsschepen: Buket Karaca;
vijfde districtsschepen: Janick Doré.
Artikel 5
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. voordrachtakte_DC_2019_2024.pdf lokaal jeugdbeleid
6 2020_DRBE_00054
Jeugd - Maatregelen ter ondersteuning van jeugdverenigingen in juli en augustus - Goedkeuring
Auteur
Hannelore Anthonissen
Motivering
Gekoppelde besluiten
2020_DCBE_00118 - Adviesraden en inspraak - Verslag jeugdraad Berchem van 26 mei 2020 - Kennisneming
2020_DRBE_00031 - Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 - Goedkeuring
2020_DCBE_00046 - Lokaal jeugdbeleid - Aanvraag via toelagereglement 2020 Berchem - Jeugd projecttoelagen - Goedkeuring
Aanleiding en context
Tijdens de zitting van 19 mei 2020 (jaarnummer 31) keurde de districtsraad van Berchem de beleids- en beheercyclus en opmaak aanpassing 1 meerjarenplan 2020-2025 goed. Hierin werd een bedrag van 19.090,00 EUR voorzien voor jeugdprojecttoelage.
Tijdens de zitting van 16 maart 2020 (jaarnummer 46) keurde het districtscollege de jeugdprojecttoelage goed van 7.500,00 EUR aan Festiveuzzel vzw voor de organisatie van Festiveuzzel van 8 mei 2020 tot en met 10 mei 2020 mits het evenement mag doorgaan conform de regelgeving voor de bestrijding van het Corona virus. Dit evenement kon niet doorgaan en het goedgekeurde budget werd niet gebruikt.
Met dit besluit wordt de lijst van nominatieve toelagen aangepast in functie van de nieuwe noden bij de
Berchemse jeugdverenigingen ten gevolge van de COVID-19 pandemie. Het budget dat niet gebruikt werd voor het geannuleerde project Festiveuzzel zal hiervoor aangewend worden.
Juridische grond Wet op de toelagen:
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen (Belgisch Staatsblad 6 december 1983);
Het reglement op de toelagen goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 18 december 2006 (jaarnummer 2730).
Regelgeving: bevoegdheid
Met de beslissing van de gemeenteraad van 29 mei 2017 (jaarnummer 300) werden de bevoegdheden van de districtsraden gecoördineerd. Artikel 4 bepaalt dat de districtsraad bevoegd is voor lokaal jeugdbeleid.
Argumentatie
Ten gevolge van de COVID-19 pandemie moesten jeugdverenigingen alle jeugdwerkactiviteiten annuleren.
Vanaf 1 juli 2020 kunnen jeugdverenigingen kampen terug organiseren onder strikte coronamaatregelen.
Tijdens de bijeenkomst van de jeugdraad van 26 mei 2020 gaf de jeugdraad aan dat de jeugdverenigingen extra kosten moeten maken om hun zomeraanbod aan te passen naar de geldende coronamaatregelen.
De COVID-19 pandemie raakt iedereen maar in het bijzonder ook de jeugd. Het lichamelijk, mentaal en sociaal welbevinden van kinderen en jongeren staat onder druk na enkele maanden lockdown. Een divers spectrum aan georganiseerd jeugdaanbod deze zomer biedt hier een antwoord op. Het districtscollege wenst de
jeugdverenigingen daarom financieel te ondersteunen via een nominatieve toelage ter ondersteuning van het tegemoet komen aan alle coronamaatregelen. De toelage mag gebruikt worden voor het nodige EHBO- materiaal, huur extra kampterreinen, aankoop extra spelmateriaal, enzovoort.
Financiële gevolgen Ja
Algemene financiële opmerkingen
Deze toelage zal uitbetaald worden onder doelstelling 2BER010103A00000. Onder deze doelstelling is budget voorzien voor Berchemse jeugdprojecten waarvan Festiveuzzel niet kon doorgaan door de COVID-19
pandemie.
De toelage mag aangewend worden voor extra uitgaven omwille van de coronamaatregelen, zoals huur extra kampterreinen, aankoop EHBO-materiaal, aankoop extra spelmateriaal, enzovoort. De uitbetaling zal gebeuren op basis van verantwoording (factuur).
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
9 - Decentralisatie
2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district
2BER0101 - Berchem is een welvarend en bruisend district
2BER010103 - Berchem organiseert een eigen kwaliteitsvol jeugdaanbod permanent afgestemd aan de noden van kinderen, tieners en jongeren
Besluit
Artikel 1
De districtsraad keurt een nominatieve toelage van 500,00 EUR goed aan de Berchemse jeugdverenigingen met een werking in de zomervakantie, namelijk 22° Sint-Albertus Scoutsgroep, Scouts 8° Sint Stanislas, KSA Striideburgh, Belgian Scouts 14° Albert 1, KSA Tarcidall, KSA Berghemerburcht, 2de Onze Lieve
Vrouwegroep, 50 Pius XI 37° Sint Godelieve Scouts en Gids, De Koalabeertjes, 11° Scoutsgroep Prins Van Luik, 1° Notre Dame.
Artikel 2
De financieel directeur verleent zijn visum en regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving Bedrag Boekingsadres Bestelbon
22° Sint-Albertus Scoutsgroep Roderveldlaan 22
2600 Berchem NXX0013 840 118
IBAN BE67 3631 1634 6587
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112172
Scouts 8° Sint Stanislas Sint-Hubertusstraat 8 2600 Berchem NXX0003 530 503
IBAN BE13 7330 3683 1839
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112173
KSA Striideburgh Strijdhoflaan z/n 2600 Berchem NXX0013 835 366
IBAN BE06 4118 0542 2122
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112174
Belgian Scouts 14° Albert 1 De Lescluzestraat 66 2600 Berchem NXX0016752789
IBAN BE91 0014 3259 0976
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112175
KSA Tarcidall Helderstraat 17 2600 Berchem NXX0015 038 364
IBAN BE56 7895 5811 5988
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112176
KSA Berghemerburcht Willem Van Laarstraat 23 2600 Berchem
NBE0707743969
IBAN BE65 7360 6169 5296
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112177
2de Onze Lieve Vrouwegroep Roderveldlaan 2
2600 Berchem NXX0014 793 488
IBAN BE91 3200 7115 9876
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112178
50 Pius XI 37° Sint Godelieve Scouts en Gidsen
Edelgesteentenstraat 8/10 2600 Berchem
NXX0016 562 155
IBAN BE31 0688 9811 6155
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112179
De Koalabeertjes Prins Leopoldlaan 12 2600 Berchem NXX0026 930 366
IBAN BE23 0688 9717 8891
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112180
11° Scoutsgroep Prins Van Luik Prins Leopoldlaan 12
2600 Berchem NXX0014 611 663
IBAN BE56 0688 9717 8588
500,00 EUR
Budgetplaats: 5011000000 budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112181
Budgetplaats: 5011000000
1° Notre Dame Vredestraat 57 2600 Berchem NXX0019 404 750
IBAN BE63 1430 6954 9408
500,00 EUR budgetpositie: 6496500
functiegebied: 2BER010103A00000 subsidie: SUB_NR
fonds: intern
begrotingsprogramma: 2BE090750 budgetperiode: 2000
4505112182
Bestuurszaken
Beleidsondersteunend team
7 2020_DRBE_00059
Ondersteuningsbeleid - Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid - Goedkeuring
Auteur An Daems
Motivering
Gekoppelde besluiten
2019_CBS_08507 - Interne audit - Auditrapport - Procesaudit financiële ondersteuning cultuur en sport - Kennisneming
2019_GR_00042 - Legislatuur 2019-2024 - Bestuursakkoord stad Antwerpen - Goedkeuring
2019_CBS_09543 - Ondersteuningsbeleid - Opvolging aanbevelingen audit A018029 en A018030 – Plan van aanpak - Goedkeuring
2020_CBS_05908 - Ondersteuningsbeleid - Principekader - Goedkeuring Aanleiding en context
Op 28 januari 2018 keurde de gemeenteraad het bestuursakkoord 2019-2024 goed. Dit bestuursakkoord bevat 8 resoluties die de ambities aangaande het ondersteuningsbeleid van de stad kenbaar maken.
Op 18 oktober 2019 (jaarnummer 8507) nam het college kennis van de procesaudit financiële ondersteuning cultuur en sport.
Op 22 november 2019 (jaarnummer 9543) keurde het college een plan van aanpak aangaande een nieuw uit te werken ondersteuningsbeleid goed.
Voortvloeiend uit bovenstaande beslissingen keurde het college op 10 juli 2020 (jaarnummer 5908)een aantal nieuwe principes goed die het ondersteuningsbeleid richting geven. Deze principes zijn de volgende:
Ondersteuning gebeurt op een uniforme manier doorheen de organisatie. Ondersteuning op basis van een reglement wordt aangeboden als een ondersteuningsproduct. Een nominatiesubsidie wordt als ondersteuningsopdracht aangeboden.
Ondersteuning wordt verleend afhankelijk van de mate waarin de ontvanger bijdraagt aan de beleidsdoelstellingen.
Elke ontvanger kan meewerken aan verschillende beleidsdoelstellingen, verspreid over verschillende beleidsdomeinen van de stad en de districten.
Elk beleidsdomein van de stad en elk district blijft autonoom bevoegd om te beslissen wat er wordt ondersteund en hoe groot de steun is.
Vormelijke standaardisering is een voorwaarde voor de werking van een digitaal platform die de in de volgende fase gevraagde subsidielijst en opvolgingstool mogelijk moet maken. Deze standaardisering
wordt gerealiseerd door een lijst van ondersteuningsproducten (en –opdrachten), gekoppeld aan een lijst die een overzicht van de verschillende ondersteuningsmaatregelen per ontvanger weergeeft.
Argumentatie
Het algemeen reglement op de toelagen (Jaarnummer 2730) is verouderd en strookt niet meer met de nieuwe principes en de richting die het bestuursakkoord bepaalt voor het ondersteuningsbeleid. Het algemeen reglement wordt opgeheven. De bedrijfseenheid Bestuurszaken kreeg de opdracht om een nieuw kaderbesluit met de basisprincipes voor het ondersteuningsbeleid uit te werken en te laten goedkeuren dat:
geen bepalingen bevat die al in hogere regelgeving is opgenomen;
geen interne administratieve onderrichtingen bevat;
de proportionele controle faciliteert zoals voorzien in de wet op de toelagen van 1983;
de wijze bepaalt waarop elke ondersteuning dient te worden verantwoord, zoals omschreven in dit besluit.
Dit kaderbesluit bepaalt welke algemene voorwaarden er gelden voor ondersteuning. Om de proportionele controle mogelijk te maken is een clausule opgenomen die de wettelijke mogelijkheid benut tot ontheffing van bepaalde administratieve lasten voor kleinere bedragen. De ontvanger zal echter steeds het gebruik van de ondersteuning moeten rechtvaardigen, zoals bepaald in de wet van 1983. De wijze waarop de rechtvaardiging dient te gebeuren wordt ook vastgelegd in dit kaderbesluit 'Basisprincipes Ondersteuningsbeleid'. Onder een bepaald bedrag gebeurt de verantwoording standaard door het aantonen van het bereiken van het vooraf
bepaalde, SMART geformuleerde doel. Boven dat bedrag is er ook steeds een financiële verantwoording vereist voor elke euro subsidie die werd toegekend. Het grensbedrag voor ontheffing kan volgens de wet van 1983 maximaal 1.000.000 BEF OF (omgerekend) 24.789,00 EUR bedragen.
Voorafgaand aan de goedkeuring van het nieuwe kaderbesluit door de gemeenteraad worden de districten via een raad voor overleg ingelicht en wordt formeel advies gevraagd aan de districtsraden.
Het districtscollege stelt alvast voor aan de districtsraad om als advies mee te geven dat volgende vermelding standaard opgenomen wordt in het reglement (zoals besproken in het districtscollege van 7 september 2020, bijgevoegd in bijlage): Indien door overmacht de opdracht of het product niet kon doorgaan, moet het steeds mogelijk zijn om de bewezen kosten uit te betalen.
Financiële gevolgen Nee
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
8 - Sterk bestuurde stad
2SBS01 - Bestuurszaken
2SBS0102 - Administratieve vereenvoudiging
2SBS010202 - Subsidielijst
Besluit
Artikel 1
De districtsraad neemt kennis van het ontwerp van Kaderbesluit Basisprincipes Ondersteuningsbeleid:
1. Toepassingsgebied
“Dit kaderbesluit is aanvullend op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
Het is van toepassing op alle ondersteuning, onder welke vorm ook, die door de stad Antwerpen en districten worden verstrekt en op alle ontvangers die rechtstreeks of onrechtstreeks deze ondersteuning ontvangen, ongeacht het een natuurlijke persoon, een rechtspersoon of een feitelijke vereniging betreft.
Dit kaderbesluit is ook van toepassing op ondersteuning waarvoor de stad of het district als intermediair fungeert, voor zover de regelgeving niet in tegenspraak is met deze van de stad.
De variabele clausules die van toepassing zijn op de verschillende ondersteuningsproducten/ opdrachten worden in aanvullende reglementen of in afsprakennota’s en ondersteuningsovereenkomsten
goedgekeurd.” : 2. Definities
o ondersteuning: conform de wet op de toelage definiëren we ondersteuning als:elke tegemoetkoming, elk voordeel of elke hulp, ongeacht de vorm of de benaming ervan, met inbegrip van de zonder interest verleende terugvorderbare voorschotten, toegekend ter bevordering van voor het algemeen belang dienstige activiteiten, maar met uitsluiting van de prijzen die aan geleerden en kunstenaars voor hun werken worden verleend.
o ontvanger: iedereen die een ondersteuning aanvraagt en ontvangt van de stad Antwerpen of van haar districten.
o ondersteuningsproduct: legt vast welke ondersteuning gegeven wordt en welk gedrag van de ontvanger daar tegenover staat. Dit gedrag helpt een maatschappelijk resultaat uit de
beleidsdoelstellingen te realiseren
o ondersteuningsreglement: de voorwaarden voor het verlenen van ondersteuningsproducten worden vastgelegd in een reglement per product.
o productencatalogus: het geheel van ondersteuningsreglementen goedgekeurd door de stad Antwerpen of de districten.
o ondersteuningsopdracht: op maat van de ondersteuningsontvanger vastgelegde voorwaarden voor ondersteuning en uitvoering om een beoogd maatschappelijk doel van de
beleidsdoelstellingen te realiseren.
o nominatief: de opname van het bedrag en de partner van een ondersteuningsopdracht in het meerjarenplan van de stad Antwerpen en de districten
o open oproep: methode om partner te kiezen voor ondersteuningsopdrachten, die niet verplicht moet worden toegepast.
3. Proportionele controle
“De verantwoording zoals vermeld in artikel 3 van de wet betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen gebeurt door het aantonen van de afgesproken bijdrage aan de beleidsdoelstellingen en het respecteren van bijkomende criteria en voorwaarden uit
ondersteuningsproducten en ondersteuningsopdrachten.
Voor ondersteuning hoger dan het grensbedrag hieronder vermeld kan de waarde van een
ondersteuningsmaatregel nooit meer bedragen dan het totaal aan kosten gemaakt voor het bereiken van het afgesproken doel. Voor zulke ondersteuning is ook financiële verantwoording vereist.
In toepassing van artikel 9 van deze wet, en onverminderd de bindende bepalingen, is alleen artikel 6 van toepassing op toegekende ondersteuningen kleiner of gelijk dan het grensbedrag hieronder vermeld.
Voor ondersteuning door de stad bedraagt het grensbedrag X.000 EUR per toekenning*
Voor ondersteuning door de districten bedraagt het grensbedrag X.000 EUR per toekenning*”
4. Aanvraagprocedure
“Aanvragen worden maximaal digitaal ingediend en afgehandeld. Digitaal ingediende dossiers ontvangen een digitale bevestiging van ontvangst. . Deze betekent alleen dat de aanvraag goed werd ontvangen, zonder de volledigheid van het dossier al te controleren.”
5. Financiële verantwoording
“De ontvanger neemt kennis van de financiële richtlijnen die gelden voor de opmaak van het
afrekeningsdossier voor ondersteuning met een waarde hoger dan het grensbedrag vermeld in artikel 3.
Hij ontvangt deze richtlijnen ten laatste bij het versturen van de afsprakennota of bij ondertekening van de ondersteuningsovereenkomst, aangezien dit onderdeel uitmaakt van de voorwaarden van de
ondersteuning.”
Voor ondersteuning met een waarde hoger dan het grensbedrag vermeld in artikel 3 komt de btw voor subsidiëring in aanmerking in de mate dat deze voor de ontvanger niet aftrekbaar is.”
6. Ingebrekestelling
“Bij de aanvraag van een ondersteuning dient de ontvanger een fysiek of digitaal adres of kanaal op te geven waarop deze de communicatie wenst te ontvangen. De ontvanger verklaart zich ermee akkoord om alle officiële verzendingen van de stad/district via dit adres of kanaal te ontvangen.
Voor de aanwending van ondersteuning geldt dat -indien de ontvanger de opgelegde doelstellingen, voorwaarden en verplichtingen niet nakomt-,de ondersteuning moet terugbetaald worden. De ontvanger wordt via het gekozen adres of kanaal op de hoogte gebracht van de tekortkomingen.
De ontvanger heeft het recht de inbreuk recht te zetten. De termijn die hij/zij hiervoor heeft bedraagt 30 kalenderdagen tenzij anders bepaald bij het ondersteuningsproduct of de overeenkomst of afsprakennota van een ondersteuningsopdracht .
7. Toepassingsgebied sancties
De sancties voorzien in de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen zijn ook van toepassing in de volgende gevallen:
o als de gevraagde verantwoordingsstukken niet tijdig, of niet volledig worden ingediend;
o indien één of meerdere voorwaarden van dit kaderbesluit niet worden nageleefd;
o in geval van fraude of valse verklaringen. In dit laatste geval kan de ondersteuningsverstrekker bijkomend beslissen om voor een periode van 1 jaar en in toepassing van een specifiek
ondersteuningsreglement geen ondersteuning meer toe te staan.
o De stad zal bij fraude of valse verklaringen steeds gerechtelijke stappen ondernemen.
o Naast de sancties voorzien in de wet van 14 november 1983 is ook de strafwet van toepassing.
8. Verzekering en aansprakelijkheid
“De ondersteuningsverstrekker kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor schade aan personen of goederen die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van activiteiten met betrekking tot de aanwending van de ondersteuning.
9. Fundamentele vrijheden
“Ieder die op enigerlei wijze ondersteuning van de stad/ het district ontvangt, neemt het engagement op zich om:
o op een constructieve manier mee te werken aan de opbouw van een stad waarin burgers zonder onderscheid, met respect voor elkaar, harmonieus samen leven.
o zich in te schakelen in de waarden en normen van de Verlichting en de mensenrechten.
o het Nederlands te gebruiken als voertaal.
o de A-waarden (diversiteit, integriteit, klantgerichtheid, kostenbewustzijn, samenwerken) mee uit te dragen in de eigen werking.
o in de eigen communicatie bij te dragen aan de doelstellingen van de stad en de districten.
o vermoedens van strafbare feiten te melden.
o De ondersteuning aanwenden op een wijze die in strijd is met bovenstaand engagement leidt steeds tot sancties zoals:
1. weigeren of terugvorderen van de ondersteuning;
2. éénzijdig beëindigen van de samenwerking;
3. huurverbod in alle stedelijke infrastructuur;
4. weigering logistieke ondersteuning.
De stad/ het district kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade die geleden wordt naar aanleiding van de opgelegde sancties.”
10. Externe communicatie
“In publicaties van de ontvanger over het betoelaagde project dient duidelijk vermeld te worden dat de stad Antwerpen/het OCMW/het district (mede)financierder is. Hiervoor wordt een logo ter beschikking gesteld.”
11. Beschikbaarheid kredieten in het MJP
“De geldelijke ondersteuning kan enkel worden toegekend en uitbetaald onder de voorwaarde dat het bedrag voor de ondersteuning wordt opgenomen in de jaarlijkse kredieten van de aanpassing van het meerjarenplan.
De ondersteuning kan worden gewijzigd in geval van budgettaire noodwendigheden van de stad/ het district; indien nodig worden de afsprakennota’s of de ondersteuningsovereenkomsten dan aangepast.
De grootte van de ondersteuning kan dan eenzijdig door de ondersteuningverstrekker worden gewijzigd waarna de voorwaarden in de overeenkomst in onderling overleg kunnen worden aangepast.”
12. Schulden
“Een geldelijke ondersteuning op het budget van de stad zal enkel uitbetaald worden wanneer er geen openstaande, niet-betwiste, vervallen schulden zijn ten aanzien van de stad Antwerpen.”
“Indien er bij een geldelijke ondersteuning op het budget van een district openstaande, niet-betwiste, vervallen schulden zijn ten aanzien van de stad dan is dit district in de mogelijkheid om de toelage niet of slechts gedeeltelijk uit te betalen.”
Artikel 2
De districtsraad verleent gunstig/ongunstig advies met volgende opmerkingen:
Artikel 3
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. 20200907_voorstel_DC_ondersteuningsbeleid.pdf B-punten
District Berchem openbaar domein
8 2020_DRBE_00045
District Berchem. Florent Cootmansplein - Aanpassing aanvullend verkeersreglement. Advies - Goedkeuring
Auteur
Kenneth Willockx
Motivering
Gekoppelde besluiten
2020_CBS_04515 - District Berchem. Florent Cootmansplein - Aanvullend verkeersreglement - Goedkeuring Aanleiding en context
Het Florent Cootmansplein in het district Berchem:
behoort tot het beheer van de stad Antwerpen;
heeft een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer dat goedgekeurd werd door het college op 20 mei 2020 (jaarnummer 4515);
maakt deel uit van een goedgekeurde zone 30, gekend als "Groenenhoek-Zuid";
maakt deel uit van het reglement "Parkeren met beperkte parkeertijd binnen de Singel en in de 20ste- eeuwse gordel" met het oog op het betalend- en bewonersparkeren en/of het residentieel parkeren met parkeerschijf en bewonerskaart.
Op 29 juni 2020 werd een aanvraag ingediend door een bewoner van het Florent Cootmansplein om een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap in te richten.
Juridische grond
Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie van het wegverkeer;
Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement betreffende de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 (jaarnummer 760) waarbij de statuten van Mobiliteit en Parkeren Antwerpen AG werden goedgekeurd;
Artikel 56 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Collegebesluit van 24 februari 2017 (jaarnummer 1853) waarin de werkwijze voor het opmaken van de verkeersadviezen voor heraanleg openbaar domein, aanvullende verkeersreglementen en
proefopstellingen werden vastgesteld;
Ministeriële rondzendbrief van 3 april 2001 betreffende parkeerplaatsen, voorbehouden voor personen met een handicap;
Collegebesluit van 19 december 2001 (jaarnummer 13659) met de richtlijnen voor het inrichten van voorbehouden parkeerplaatsen voor personen met een handicap;
Ministeriële rondzendbrief van 25 april 2003 betreffende parkeerplaatsen, voorbehouden voor personen met een handicap;
Collegebesluit van 6 juli 2007 (jaarnummer 8652) betreffende parkeerplaatsen voorbehouden voor personen met een handicap.
Regelgeving: bevoegdheid
Met de collegebeslissing van 12 mei 2017 (jaarnummer 4464) werden de principes en werkkaders bevestigd, die van toepassing zijn op de districtscolleges en districtsraden voor de uitvoering van hun bevoegdheden. Het college besliste om bij de goedkeuring van een aanvullend verkeersreglement, voorafgaandelijk aan de beslissing, telkens advies te vragen aan het betrokken district.
Argumentatie
Een aangepast aanvullend verkeersreglement wordt opgesteld:
inrichten van een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap ter hoogte van nummer 2 (artikel 1).
Onderzoek heeft uitgewezen dat de aanvrager, wonende op het Florent Cootmansplein op nummer 8, voldoet aan de voorwaarden.
De parkeerbalans blijft ongewijzigd.
Financiële gevolgen Nee
Algemene financiële opmerkingen
De bedrijfseenheid Stadsontwikkeling zal de nodige signalisatie zelf plaatsen met materiaal uit eigen voorraad.
Er zijn dus geen rechtstreekse financiële gevolgen.
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
9 - Decentralisatie
2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district
2BER0104 - Berchem maakt maximaal gebruik van haar adviesbevoegdheid
2BER010401 - Berchem is een bereikbaar district
Besluit
Artikel 1
De districtsraad geeft gunstig advies over het ontwerp van een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer voor het Florent Cootmansplein in het district Berchem, ter vervanging van het aanvullend reglement, goedgekeurd in het college van 20 mei 2020 (jaarnummer 4515)
Artikel 2
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. 20200715_BE_Florent Cootmansplein_bijlage_AVR.pdf 2. 20200715_Plan_Florent Cootmansplein.pdf
Aanvullend verkeersreglement voor het Florent Cootmansplein in het district Berchem.
Artikel 1: het parkeren wordt uitsluitend toegelaten voor voertuigen die gebruikt worden door personen met een handicap:
langs de even zijde:
ter hoogte van nummer 2 (twee plaatsen).
Het verkeersbord E9a met onderbord wordt aangebracht.
Artikel 2: de straat wordt ingericht als woonerf.
De verkeersborden F12a en F12b worden aangebracht.
Artikel 3: parkeervakken worden gemarkeerd door witte markeringen op de voorbehouden plaatsen voor personen met een handicap en het pictogram wordt op het wegdek
aangebracht.
Artikel 4: parkeervakken worden gemarkeerd door een wegbedekking in een andere kleur waarin de letter “P” aangebracht is:
langs de oneven zijde:
tegenover de nummers 35 tot 39.
langs de even zijde:
ter hoogte van nummer 2;
ter hoogte van de nummers 4 tot 14;
tegenover de nummers 40 tot 46;
ter hoogte van de nummers 48 en 50.
tussen de nummers 11 en 16.
9 2020_DRBE_00052
Districten Berchem en Borgerhout. Lodewijk Van Berckenlaan - Aanpassing aanvullend verkeersreglement. Advies - Goedkeuring
Auteur
Kenneth Willockx
Motivering
Gekoppelde besluiten
2019_CBS_05730 - Districten Berchem en Borgerhout. Lodewijk van Berckenlaan - Proefopstelling. Maatregelen aan garages. Aanpassing verkeerssignalisatie - Goedkeuring
2018_CBS_07190 - Districten Berchem en Borgerhout. Lodewijk Van Berckenlaan - Proefopstelling. Aanpassing verkeerssignalisatie - Goedkeuring
2020_CBS_04358 - Districten Berchem en Borgerhout. Lodewijk van Berckenlaan - Aanvullend verkeersreglement - Goedkeuring
Aanleiding en context
De Lodewijk Van Berckenlaan in de districten Berchem en Borgerhout:
behoort tot het beheer van de stad Antwerpen;
heeft een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer dat goedgekeurd werd door het college op 15 mei 2020 (jaarnummer 4358);
maakt deel uit van een goedgekeurde zone 30, gekend als "Groenenhoek-Zuid" en "Omgeving Bikschotelaan";
bevat een zone 30 schoolomgeving;
maakt deel uit van de "Wijk Diksmuidelaan" waar het parkeren beperkt wordt tot voertuigen met een maximale toegelaten massa van 3,50 ton;
is opgenomen in een proefopstelling "hinderlijk parkeren aan inritten" die goedgekeurd werd door het college op 5 juli 2019 (jaarnummer 5730).
maakt deel uit van het reglement "Parkeren met beperkte parkeertijd binnen de Singel en in de 20ste-eeuwse gordel" met het oog op het betalend- en bewonersparkeren en/of het residentieel parkeren met parkeerschijf en bewonerskaart.
Het college keurde op 3 augustus 2018 (jaarnummer 7190) de proefopstelling voor de Lodewijk Van Berckenlaan goed.
Deze opstelling werd geëvalueerd en wordt nu bestendigd.
Het huidige aanvullend verkeersreglement komt niet overeen met de reële toestand.
Juridische grond
Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie van het wegverkeer;
Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement betreffende de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Gemeenteraadsbesluit van 24 september 2017 (jaarnummer 208) waarbij de gewijzigde statuten van Mobiliteit en Parkeren Antwerpen AG werden goedgekeurd;
Artikel 56 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Collegebesluit van 24 februari 2017 (jaarnummer 1853) waarin de werkwijze voor het opmaken van de
verkeersadviezen voor heraanleg openbaar domein, aanvullende verkeersreglementen en proefopstellingen werden vastgesteld.
Regelgeving: bevoegdheid
Met de collegebeslissing van 12 mei 2017 (jaarnummer 4464) werden de principes en werkkaders bevestigd, die van toepassing zijn op de districtscolleges en districtsraden voor de uitvoering van hun bevoegdheden. Het college besliste om bij de goedkeuring van een aanvullend verkeersreglement, voorafgaandelijk aan de beslissing, telkens advies te vragen aan het betrokken district.
Argumentatie
De proefopstelling werd op 14 mei 2020 geëvalueerd door de afdeling Stadsontwikkeling/Mobiliteit in samenspraak met het district en de verkeerspolitie. Er werden geen opmerkingen geformuleerd.
Een aangepast aanvullend verkeersreglement wordt opgesteld:
een oversteekplaats voor voetgangers werd gemarkeerd ter hoogte van de Edelgesteentenstraat (artikel 6);
parkeervakken werden gemarkeerd op de middenberm, van de Diksmuidelaan tot de Bikschotelaan (artikel 7);
haakse parkeervakken werden gemarkeerd door witte markeringen, aan de oneven zijde, van de Edelgesteentenstraat tot de Saffierstraat (artikel 8).
De parkeerbalans neemt toe met 30 parkeerplaatsen.
Financiële gevolgen Nee
Algemene financiële opmerkingen
De bedrijfseenheid Stadsontwikkeling zal de nodige signalisatie zelf plaatsen met materiaal uit eigen voorraad. Er zijn dus geen rechtstreekse financiële gevolgen.
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
9 - Decentralisatie
2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district
2BER0104 - Berchem maakt maximaal gebruik van haar adviesbevoegdheid
2BER010401 - Berchem is een bereikbaar district
Adviezen
Verkeerspolitie, advies van 3 juli 2020 Advies: Gunstig advies
Besluit
Artikel 1
De districtsraad geeft gunstig advies over het ontwerp van een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer voor de Lodewijk Van Berckenlaan in de districten Berchem en Borgerhout, ter vervanging van het aanvullend reglement, goedgekeurd in het college van 15 mei 2020 (jaarnummer 4358).
Artikel 2
Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.
Bijlagen
1. 20200529_Plan_Lodewijk Van Berckenlaan.pdf
2. 20200529_BEBO_Lodewijk Van Berckenlaan_bijlage_AVR.pdf
Aanvullend verkeersreglement voor de Lodewijk Van Berckenlaan in de districten Berchem en Borgerhout.
Artikel 1: een fietspad, uitgezonderd voor de bestuurders van tweewielige bromfietsen klasse B, wordt aangelegd:
langs beide zijden:
van de Bikschotelaan tot de Vosstraat.
De verkeersborden D7 met onderbord worden aangebracht.
Artikel 2: het parkeren wordt uitsluitend toegelaten voor voertuigen van door personen met een handicap:
langs de oneven zijde:
ter hoogte van het nummer 31 (een plaats);
ter hoogte van nummer 115 (een plaats);
ter hoogte van nummer 167/169 (een plaats).
De verkeersborden E9a met onderbord worden aangebracht.
Artikel 3: het parkeren wordt uitsluitend toegelaten voor autodelen:
langs de oneven zijde:
ter hoogte van nummer 361A, tegenover de Jacob Smitsstraat (twee plaatsen).
De verkeersborden E9a met onderbord worden aangebracht.
Artikel 4: de rijbaan wordt tussen de Diksmuidelaan en het nummer 126 verdeeld in rijstroken.
Voorsorteringspijlen en een stopstreep worden gemarkeerd vóór de verkeerslichten aan het kruispunt met de Diksmuidelaan.
Het verkeersbord F13 worden aangebracht.
Artikel 5: de rijbaan wordt tussen de Edelgesteentenstraat en de Diksmuidelaan verdeeld in rijstroken.
Een stopstreep wordt gemarkeerd vóór de verkeerslichten aan het kruispunt met de Diksmuidelaan.
Artikel 6: een oversteekplaats voor voetgangers wordt gemarkeerd door witte banden, evenwijdig met de as van de rijbaan:
ter hoogte van de Edelgesteentenstraat;
langs de beide zijden van het kruispunt met de Diksmuidelaan;
langs de beide zijden van het kruispunt met de Dianalaan;
langs de beide zijden van het kruispunt met de Apollostraat;
langs de beide zijden van het kruispunt met de Bikschotelaan;
ter hoogte van de Vosstraat.
Artikel 7: parkeervakken worden gemarkeerd door witte markeringen:
op de middenberm
van de Diksmuidelaan tot de Bikschotelaan.
Artikel 8: haakse parkeervakken worden gemarkeerd door witte markeringen:
langs de oneven zijde:
van de Saffierstraat tot de Edelgesteentenstraat.
Artikel 9: parkeervakken worden gemarkeerd door witte markeringen op de voorbehouden plaatsen voor voertuigen van personen met een handicap en het pictogram wordt op het wegdek aangebracht.
Artikel 10: een opstelvak voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen wordt gemarkeerd ter hoogte van het kruispunt met de Diksmuidelaan.
het verkeersbord F14 wordt aangebracht.
10 2020_DRBE_00057
Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - projectdefinitie - Advies - Goedkeuring
Auteur
Marieke Janssens
Motivering
Gekoppelde besluiten
2018_CBS_01594 - Groene Singel. Park Brialmont - Definitief ontwerp deelproject 1 'Wolvenberg Bis' - Goedkeuring
2017_CBS_10622 - Groene Singel. Park Brialmont - Definitief ontwerp deelproject 2 'Entree Grote Steenweg' - Goedkeuring
2018_DCBE_00026 - Groene Singel. Park Brialmont - Definitief ontwerp deelproject 1 'Wolvenberg Bis' - Goedkeuring
2020_DCBE_00167 - Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - projectdefinitie - Goedkeuring
2020_CBS_03084 - Stadsontwikkeling - Opdracht aan AG VESPA voor het begeleiden van stadsprojecten - Goedkeuring
2017_CBS_01716 - Groene Singel. Park Brialmont - Masterplan Park Brialmont - Goedkeuring
2019_GR_00652 - Groepsarchitectuur. Verzelfstandiging - AG VESPA. Beheersovereenkomst 2019-2024 - Goedkeuring
Aanleiding en context
Op 4 september 2009 keurde het college van burgemeester en schepenen (jaarnummer 12519) de synthesenota Groene Singel goed.
Op 10 maart 2017 keurde het college van burgemeester en schepenen (jaarnummer 1716) het Masterplan Park Brialmont goed.
Op 8 december 2017 keurde het college van burgemeester en schepenen (jaarnummer 10622) het definitief ontwerp voor de deelzone 'Entree Grotesteenweg' goed.
Op 7 februari 2018 keurde het districtscollege van Berchem (jaarnummer 26) het definitief ontwerp voor deelproject 1
‘Wolvenberg Bis’ goed.
Op 23 februari 2018 keurde het college van burgemeester en schepenen (jaarnummer 1594) het definitief ontwerp voor de deelzone 'Wolvenberg Bis' goed.
Op 3 april 2020 keurde het college van burgemeester en schepenen (jaarnummer 3084) de opdracht en het budget voor de realisatie van Park Brialmont Fase 2 goed, zodoende treedt AG VESPA op als gedelegeerd bouwheer.
Op 17 augustus 2020 keurde het districtscollege Berchem (jaarnummer 167) de projectdefinitie voor de realisatie van Park Brialmont Fase 2 goed.
Regelgeving: bevoegdheid
Met de collegebeslissing van 12 mei 2017 (jaarnummer 4463) werden de bevoegdheden van de districtscolleges gecoördineerd. Artikel 12 bepaalt dat het districtscollege bevoegd is voor de lokale parken en groenaanplantingen.
Op 25 november 2019 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 652) de beheersovereenkomst 2019-2024 tussen de stad Antwerpen en AG VESPA goed. Artikel 6 - 4.4 bepaalt dat AG VESPA publiek domein kan (laten) realiseren. De opdracht aan AG VESPA betreft het plaatsen en uitvoeren van de overheidsopdrachten in eigen naam en voor rekening van de stad
Antwerpen. De beleidsbeslissing omtrent het realiseren van het publiek domein ligt bij de stad Antwerpen. De stad Antwerpen legt hierbij tevens het projectbudget vast.
Artikel 138 van het Decreet Lokaal Bestuur stelt dat naast de beslissingsbevoegdheden waarover de districtsraad beschikt op grond van dit decreet, de districtsraad een algemene adviesbevoegdheid heeft voor alle aangelegenheden die betrekking hebben op het district. De districtsraad kan bij reglement die algemene adviesbevoegdheid of delen ervan overdragen aan het districtscollege.
Argumentatie situering
Het Masterplan Park Brialmont werkt een gezamenlijke toekomstvisie uit voor drie parken in het district Berchem, zijnde De Villegas, Wolvenberg en Brilschans. De ambitie van het Masterplan is om een verenigd park te ontwikkelen in het hart van Berchem, dat bovendien deel uitmaakt van het Bosschagelandschap langsheen de ringzone. Om de samenhang van de drie parkentiteiten te versterken wordt een identiteit naar voor geschoven, gebaseerd op de bestaande sterktes, namelijk erfgoed en natuur. Het Masterplan deelt het park onder in 8 deelzones, inclusief een stadsduct.
In 2017-2018 werden de ontwerpen voor de deelzones Wolvenberg Bis en Entree Grotesteenweg goedgekeurd. Hiermee kon de realisatie van het Masterplan van start gaan. Deze werken werden opgeleverd in het voorjaar van 2020.
projectdefinitie
AG VESPA maakt de projectdefinitie op voor het aanstellen van een ontwerpteam. De projectdefinitie omschrijft het projectgebied, de ontwerpopdracht en de timing voor de verdere uitwerking van het Masterplan Park Brialmont.
Na toewijzing van de opdracht Park Brialmont Fase 2 wordt het volledige ontwerptraject door AG VESPA opgevolgd. De aanleg en onderhoud van het openbaar domein wordt door de projectleider van AG VESPA opgevolgd tot en met de definitieve oplevering.
projectgebied
Het projectgebied bestaat uit een projectcontour uitgebreid met een zoekzone en een visiegebied. De projectcontour omvat de resterende deelzones van het Brilschanspark en Wolvenberg. De grenzen van de projectcontour dienen in overleg met het ontwerpteam van Ringpark Groene Vesten verder gedetailleerd en vastgelegd te worden. Het ontwerpteam maakt een gebiedsdekkend ontwerp voor de afgestemde projectcontour. In de zoekzone op Wolvenberg gaat het ontwerpteam op zoek naar een geschikte locatie voor de inplanting van een educatief centrum voor erfgoed en natuur. Het ontwerpteam maakt geen ontwerp voor de gehele zoekzone, maar enkel voor de landschappelijke inpassing. Voor het visiegebied werkt het ontwerpteam geen ontwerp uit, maar wel een visie die de relatie tussen park en wijk moet verbeteren bij toekomstige ontwikkelingen.
ontwerpopdracht
De ontwerpopdracht bestaat uit de verdere uitwerking van het Masterplan in de overeenkomstige deelzones. Het
ontwerpteam geeft duidelijk aan hoe de ambitie bereikt worden, de identiteit geïntegreerd wordt en de ruimtelijke principes gebruikt worden in het ontwerp. Accenten, aanvulling of wijzigingen op het Masterplan worden via onderzoeks- en
ontwerpopdrachten vastgelegd in de ontwerpopdracht. In totaal werden er 25 onderzoeksopdrachten geformuleerd, waarvan 9 voor het gehele projectgebied, 11 voor Brilschans en 5 voor Wolvenberg.
Algemene onderzoeksopdrachten:
verenigd park zonder stadsduct op korte termijn;
afstemmen met het Ringpark Groene Vesten;
afstemmen met de Ringstudie Water en Energie;
aansluiten op het ontwerp Fase 1;
incorporeren van erfgoed;
incorporeren van natuur;
uitstippelen van een educatief parcours;
aanleggen van een looproute; en
natuurcompensatie.
Onderzoeksopdrachten voor Brilschans:
benadrukken van het historisch reliëf;
ecologisch inrichten van de vijver;
afbakening speelzone & inrichting schans;
afbakenen van de eventzone
ontsluiten van de Berchembrug;
aanleggen van fiets- en voetpadenstructuur;
versterken van de parkrand;
toegang Henri Prost;
waarborgen van het lokale draagvlak;
afstemmen met wijkprojecten in Nieuw-Berchem; en
inplanten van het horecapaviljoen.
Onderzoeksopdrachten voor Wolvenberg:
opstellen van een natuurbeheerplan;
aanpassen van de padenstructuur;
natuurvriendelijk en ecologisch inrichten;
inrichten van de omgeving onder de Berchembrug; en
inplanten van het Brialmonthuis.
Omwille van de aanwezigheid van waardevolle natuur en cultureel erfgoed binnen het projectgebied wordt een multidisciplinair ontwerpteam gezocht dat beschikt over voldoende ecologische en cultuurhistorische expertise. Een natuurinventarisatie en een archeologische voorstudie worden in de zomer van 2020 reeds opgestart om het ontwerp te ondersteunen.
timing
In de voorgestelde timing wordt in het najaar van 2020 een ontwerpteam aangesteld. Het ontwerpteam werkt tussen het najaar van 2020 en het voorjaar van 2022 aan de ontwerpopdracht (schetsontwerp, voorontwerp en definitief ontwerp). De werken vinden vervolgens plaats in 2023.
Financiële gevolgen Nee
Algemene financiële opmerkingen
De realisatie van Park Brialmont Fase 2 is een samenwerking tussen de stad Antwerpen en het district Berchem met een financiële verdeling tussen beide partijen.
Het projectbudget voor Park Brialmont Fase 2 bedraagt 4.601.488,20 euro inclusief btw, waarvan 3.701.488,20 euro inclusief btw afkomstig is van de stad en 900.000,00 euro inclusief btw afkomstig is van het district. Deze middelen zijn in het meerjarenplan 2020-2025 voorzien onder respectievelijk 2WNS020201/PA3711/220/5291630000 en
2BER010501/A00000/220/5014000000.
De opdracht wordt in uitvoering aangestuurd door AG VESPA als gedelegeerd bouwheer van de stad Antwerpen en het district Berchem, met volledige doorfacturatie aan de stad Antwerpen en het district Berchem.
Strategisch kader
Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:
5 - Woonstad
2WNS02 - Stadsontwikkeling
2WNS0202 - Projectwerking
2WNS020201 - Projecten opvolgen tot voltooiing
2WNS020201PA3711 - Park Brialmont fase 2
Adviezen
districtscollege Berchem
Advies: Gunstig onder voorwaarden
Motivering: Het college keurt het concept goed, mits volgende voorwaarden:
De ecologische meerwaarde van dit park moet op alle fronten doordacht zijn (
klimaatrobuustheid, water, hittestress, biodiversiteit,…), en op alle fronten moet een antwoord terug te vinden zijn in het ontwerp dat tevens gericht moet zijn op de verre toekomst rekening houdende met het gegeven dat Park Brialmont een groen hart moet zijn voor een verstedelijkte regio die te lijden heeft onder hittestress. Dit groen hart moet de leefbaarheid van de buurt enorm verhogen en dit rekening houdende met de klimaatuitdagingen waarmee onze buurten rekening moeten houden in de volgende jaren.
Er moet ten volle ingezet worden op water in dit concept. Dit om ecologische redenen, alsook om geluidsmaskerende redenen.
Het college noteert dat geluidswallen zullen aangelegd worden binnen het project Groene Vesten. Er moet echter ook onderzocht worden of er ook kan geëxperimenteerd worden met andere geluidsmaskerende elementen, zoals bijvoorbeeld muziek in het park, dat tevens kan gebruikt worden om de leefbaarheid in het park te verhogen.
Er moeten sterke ingangen gecreëerd worden. De ingang aan de Stanislas Leclefstraat en eventuele andere ingangen moeten hetzelfde karakter krijgen als deze aan de Grotesteenweg, zodat het concept herhaald wordt en duidelijk leesbaar wordt.
Onderzoeken of, en zo ja, hoe de connectie tussen de Stanislas Leclefstraat en het park kan worden versterkt. Dit punt is immers de natuurlijk ingang van het park. Ter hoogte van de andere zijstraten zal een verkeersplateau liggen en ter hoogte van de Stanislas leclefstraat niet.
De horecavoorziening dient kleinschalig te zijn en passend in de identiteit van Park Brialmont.
Mogelijks kan gestart worden met een tijdelijke voorziening als eventuele opstap naar een blijvende voorziening, zo dit wenselijk zou blijken voor uitbater en buurt. De plek voor deze zaak dient dusdanig ingeplant te worden (vb. met taluds rondom rond) zodat er geen geluidshinder voor de buurt ontstaat.
De dreef van bomen aan de kant van Brilschans, evenwijdig met het water en de Marcel Auburtinlaan moet volledig of minstens gedeeltelijk behouden blijven. Er is geen reden dat deze dreef niet in het concept kan ingepast worden, bijvoorbeeld als wandelweg in het park.
Onderzoeken of de fietspaden-en voetpaden niet best gescheiden worden, waarbij het fietspad dan naar de rand van het park gebracht kan worden ter hoogte van de Marcel Auburtinlaan, zodat een gescheiden voet-en fietsverkeer ontstaat met het oog op het vermijden van conflictsituaties.
De harde randen tussen wegenis rondom het park en park wegwerken, zodat het park een aanzuigeffect creëert vanuit de buurten en het groen tot in de straten komt.