• No results found

districtsraad Berchem Notulen Zitting van 23 november 2021

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "districtsraad Berchem Notulen Zitting van 23 november 2021"

Copied!
85
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

districtsraad Berchem

Notulen Zitting van 23 november 2021

Samenstelling

mevrouw Lieselot Keymis, voorzitter districtsraad

de heer Ronny De Bie, districtsraadslid; de heer Arnold Peeters, districtsraadslid; mevrouw Ria Vermeulen,

districtsraadslid; mevrouw Evi Van der Planken, districtsburgemeester; de heer Erkan Ozturk, districtsraadslid; de heer Bruno De Saegher, districtsschepen; de heer Geert Brouwers, districtsraadslid; de heer Jan Poppe, districtsraadslid; de heer Kris Gysels, districtsschepen; mevrouw Buket Karaca, districtsschepen; mevrouw Lucienne Verbraeken, districtsraadslid;

de heer Luc Van de Weyer, districtsraadslid; de heer Janick Doré, districtsschepen; de heer Willem-Frederik Schiltz, districtsraadslid; de heer David Danssaert, districtsraadslid; mevrouw Clara Willemse, districtsraadslid; de heer Jan Dedecker, districtsraadslid; de heer Henri Van Herpen, districtsraadslid; mevrouw Conny Budts, districtsraadslid; mevrouw Evi Cuypers, Districtsraadslid; mevrouw Yao Issifou, Districtsraadslid; de heer Johan Malcorps, districtsraadslid; de heer Luc Vanlaerhoven, districtsraadslid; mevrouw Charlotte Van Berckelaer; de heer Jan Depover

mevrouw Ann De Potter, districtssecretaris; mevrouw Kitti Van Den Bergh, waarnemend districtssecretaris Iedereen aanwezig, behalve:

de heer Erkan Ozturk, districtsraadslid; de heer David Danssaert, districtsraadslid; mevrouw Yao Issifou, Districtsraadslid;

de heer Jan Depover

23 november 2021 20:04 - De voorzitter opent de openbare zitting OPENBARE ZITTING

A-punten

1 2021_DRBE_00070 District Berchem - Legislatuur 2019-2024 - Ontslag. Onderzoek van de geloofsbrief, eedaflegging en aanstelling opvolger - Kennisneming

Motivering

Aanleiding en context

De Heer David Danssaert stuurde op 15 oktober 2021 een mail naar de voorzitter van de districtsraad met de melding dat hij zijn mandaat beëindigt als districtsraadslid. De voorzitter van de districtsraad nam kennis van dit bericht op 15 oktober 2021.

Na de kennisname van het ontslag door de districtsraad kan in eenzelfde raadszitting in de vervanging als districtsraadslid worden voorzien.

Juridische grond

Artikel 8 in samenlezing met artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011 bepaalt dat inschrijving in de bevolkingsregisters van het district één van de verkiesbaarheidsvoorwaarden uitmaakt.

Artikel 13 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het gemeenteraadslid dat ontslag wil nemen, dat schriftelijk meedeelt aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is definitief na de ontvangst van de kennisgeving door de voorzitter van de gemeenteraad. Het lid van de gemeenteraad blijft zijn mandaat

uitoefenen tot zijn opvolger is geïnstalleerd, behoudens als het ontslag het gevolg is van een onverenigbaarheid.

Artikel 14 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het gemeenteraadslid dat afstand doet van zijn mandaat, dat van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, dat als verhinderd wordt beschouwd, dat ontslag genomen heeft, of dat overleden is, wordt vervangen door zijn opvolger, die wordt aangewezen overeenkomstig artikel 169 het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011.

(2)

Artikel 6 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de districtsraadsleden voor ze hun mandaat opnemen, in openbare vergadering de volgende eed afleggen in handen van de voorzitter van de districtsraad: « Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen. ».

Artikel 119 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de bepalingen van artikels 6, 9, 13 en 14 ook van toepassing zijn op de districten evenwel met dien verstande dat de districtsraad in de plaats treedt van de

gemeenteraad, en de voorzitter van de districtsraad in de plaats treedt van de voorzitter van de gemeenteraad.

Argumentatie

Districtsraadslid David Danssaert behoort tot de PVDA fractie en wordt vervangen door de eerst geldige opvolger op de lijst waarop hij verkozen werd en dit volgens de resultaten van de verkiezingen op 14 oktober 2018.

De volgende opvolgers hebben bij de voorzitter van de districtsraad afstand gedaan van hun mandaat.

Naam verkozene Partij Datum afstand Dahlia Pessemiers PVDA 21 oktober 2021 Yana Dirkx PVDA 21 oktober 2021 Sim Dereymaeker PVDA 21 oktober 2021

De volgende opvolger is de heer Jan Depover. Op 21 oktober 2021 werd de heer Jan Depover aangeschreven met de vraag of hij het mandaat wou aanvaarden. De heer Jan Depover antwoordde op 21 oktober 2021 dat hij zijn mandaat zal opnemen.

De geloofsbrieven van de heer Jan Depover werden aan de districtssecretaris bezorgd. De heer Jan Depover voldoet aan alle gestelde eisen van verkiesbaarheid en bevindt zich niet in een geval van onverenigbaarheid.

Financiële gevolgen Nee

Besluit

De districtsraad Berchem neemt kennis van het volgende besluit.

Artikel 1

De districtsraad neemt kennis van het ontslag van districtsraadslid de heer David Danssaert.

Artikel 2

De districtsraad neemt kennis van de afstand van mandaat door volgende personen Naam verkozene Partij Datum afstand

Dahlia Pessemiers PVDA 21 oktober 2021 Yana Dirkx PVDA 21 oktober 2021 Sim Dereymaeker PVDA 21 oktober 2021

Artikel 3

De districtsraad neemt kennis dat de heer Jan Depover, eerste geldige opvolger, het mandaat zal opnemen.

Artikel 4

De districtsraad neemt er kennis van dat de geloofsbrieven van de heer Jan Depover werden onderzocht.

Artikel 5

(3)

De voorzitter van de districtsraad verklaart de heer Jan Depover wettig aangesteld in het ambt van districtsraadslid.

Artikel 6

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

1. 20211019_Ontslag_David_Danssaert.pdf

AG VESPA Stadsprojecten

23 november 2021 20:05 - Jan Depover betreedt de zitting

2 2021_DRBE_00071 De Grote Verbinding. Ontwerpen Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - Voorontwerp - Kennisneming

Motivering

Gekoppelde besluiten

 2021_DCBE_00215 - De Grote Verbinding. Ontwerpen Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - Voorontwerp - Goedkeuring

 2015_CBS_01791 - Binnengemeentelijke decentralisatie. Coördinatie bevoegdheden districten - Overgedragen bevoegdheden college van burgemeester en schepenen - districtscolleges - Goedkeuring

 2021_CBS_05400 - De Grote Verbinding. Ringpark Groene Vesten - Landschapsontwerp en selectie deelprojecten - Goedkeuring

 2021_CBS_04456 - De Grote Verbinding. Ontwerpen Over de Ring - Park Brialmont Fase 2.

Landschapsontwerp - Goedkeuring

 2017_CBS_04463 - Binnengemeentelijke decentralisatie - Delegatie bevoegdheden - college van burgemeester en schepenen - districtscolleges - Goedkeuring

 2020_DCBE_00167 - Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - projectdefinitie - Goedkeuring

 2021_DCBE_00088 - De Grote Verbinding. Ontwerpen Over de Ring - Park Brialmont Fase 2 - landschapsontwerp - Goedkeuring

 2020_CBS_03084 - Stadsontwikkeling - Opdracht aan AG VESPA voor het begeleiden van stadsprojecten - Goedkeuring

 2017_CBS_01716 - Groene Singel. Park Brialmont - Masterplan Park Brialmont - Goedkeuring

 12519 - Groene Singel. Synthesenota. Goedkeuring. Concretisering beleidsrichtlijn Aanleiding en context

Op 4 september 2009 keurde het college (jaarnummer 12519) de synthesenota Groene Singel goed.

Op 10 maart 2017 keurde het college (jaarnummer 1716) het Masterplan Park Brialmont goed.

Op 3 april 2020 keurde het college (jaarnummer 3084) de opdracht en het budget voor de realisatie van 'Park Brialmont Fase 2' goed, zodoende treedt AG Vespa op als gedelegeerd bouwheer.

Op 17 augustus 2020 keurde het districtscollege Berchem (jaarnummer 167) de projectdefinitie voor 'Park Brialmont Fase 2' goed.

Op 9 oktober 2020 keurde het college (jaarnummer 08338) de projectdefinitie voor 'Park Brialmont Fase 2' goed.

(4)

Op 9 oktober 2020 keurde het college (jaarnummer 08338) goed dat AG Vespa, als gedelegeerd bouwheer van de stad, de 'Voorwaardelijke Gedeelten 9, 10, 11, 12, 13 en 14' met betrekking tot de 'Wenselijke Deelprojecten' en het 'Voorwaardelijke Gedeelte 15. Bijkomend onderzoek en ondersteuning' van de deelopdracht 'Ringpark Groene Vesten' kan lichten voor de aansturing van de opdracht 'Park Brialmont Fase 2'. AG Vespa is tevens bevoegd om in uitvoering van het 'Voorwaardelijke Gedeelte 9 tot en met 15' alle nodige handelingen te stellen binnen het toegekende taakstellend budget voor ‘Park Brialmont Fase 2’.

Op 19 oktober 2020 gunt het directiecomité van AG Vespa (jaarnummer 656) de opdracht 'Park Brialmont Fase 2' als een 'Wenselijk Deelproject' binnen het bestek 'Ringpark Groene Vesten' aan maatschap BUUR-Latz- Greisch-S333.

Op 12 april 2021 keurt het districtscollege Berchem (jaarnummer 88) het landschapsontwerp Park Brialmont Fase 2 goed.

Op 4 juni 2021 keurt het college (jaarnummer 4456) het landschapsontwerp Park Brialmont Fase 2 goed.

Op 2 juli 2021 keurt het college (jaarnummer 5400) het landschapsontwerp Ringpark Groene Vesten als kaderplan goed.

Op 18 oktober 2021 keurt het districtscollege Berchem (jaarnummer 215) het voorontwerp Park Brialmont Fase 2 goed.

De Grote Verbinding

Met ‘De Grote Verbinding’ bouwt Antwerpen aan haar internationale reputatie als stad en regio waar het goed is om te wonen, te werken, te ondernemen en op bezoek te komen. De Oosterweelverbinding maakt de Antwerpse Ring rond en de overkapping stuurt de auto’s onder de grond. Zo zorgt de stad Antwerpen voor een betere mobiliteit voor Vlaanderen en wordt de stad weer één geheel met meer groen en schonere lucht. De afgelopen jaren hebben de stad Antwerpen, het Havenbedrijf Antwerpen nv van publiek recht, de burgerbewegingen, Lantis en andere Vlaamse partners, samen met de intendant voor de Oosterweelverbinding, de plannen vormgegeven. Tijdens de uitvoering zetten zij samen zoveel mogelijk lokaal talent aan het werk.

Ringpark Groene Vesten

De projectcluster Ringpark Groene Vesten is een bundeling van twee projecten uit 'Over de Ring': het 'Longitudinaal Ringpark' en 'Bermen van Knoop tot Lemanstraat'. De projectcontour bevat de volledige ringruimte van gevel tot gevel tussen de binnen- en de buitenstad. De uiteinden worden begrensd door de Kolonel Silvertopstraat in het westen en de Tuinwijk Borgerhout (inbegrepen) in het noorden. De ambitie voor het 'Ringpark Groene Vesten' is de realisatie van een ambitieus en verbindend grootstedelijk bermenpark in de ringzone dat:

1. de geluidshinder en de luchtverontreiniging van de infrastructuur in de ringzone vermindert voor de achterliggende woonwijken en parken door middel van grondbermen, geluidsschermen, overkragingen, kuilen, vegetatie en andere maatregelen;

2. veilige en royale fiets- en voetgangersverbindingen biedt in de langsrichting in de vorm van een ontvlecht ringfietspad en in de dwarsrichtingen;

3. een aaneengesloten water- en energiesysteem draagt in functie van de achterliggende wijken;

4. een ecologische verbinding vormt in de langsrichting en in de dwarsrichtingen; en 5. ingeschakeld wordt als recreatieve ruimte voor de buurt en stad.

Het toekomstbeeld voor de zuidelijke ringweg is een zo volledig mogelijke overkapping met daaronder een gescheiden verkeerssysteem van de E19 tot de E313. Het leefbaarheidsproject ‘Ringpark Groene Vesten’ heeft de bedoeling om in afwachting daarvan al belangrijke positieve leefbaarheidseffecten te genereren voor de naburige wijken door op de leefbaarheidsmaatregelen voor lucht- en geluid en door op de modal shift met het vernieuwde ringfietspad in te zetten. Bij voorkeur zijn deze maatregelen meteen een voorbereidend werk op een toekomstige grootschalige overkapping.

Het landschapsontwerp van Ringpark Groene Vesten betreft een kaderplan waarbinnen over meerdere legislaturen heen een aantal deelprojecten kunnen geselecteerd worden. Het college keurde een selectie van deelprojecten, de zogenaamde 'Realiseerbare Deelprojecten', goed. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen (i) de deelprojecten waarvoor aansluitend een voorontwerp wordt opgemaakt en (ii) de deelprojecten waarvoor reeds middelen worden gereserveerd en waarvoor nog verder onderzoek nodig is. De deelprojecten zijn ruimtelijk in drie zones ingedeeld (cluster Zuid, cluster Centraal en cluster Oost) en daarnaast zijn er nog twee specifieke geluidsmaatregelen (aan de Tuinwijk Borgerhout en in de middenberm).

(5)

Het Masterplan Park Brialmont werkt een gezamenlijke toekomstvisie uit voor drie parken in het district Berchem, zijnde De Villegas, Wolvenberg en Brilschans. De ambitie van het Masterplan is om een verenigd park te ontwikkelen in het hart van Berchem, dat bovendien deel uitmaakt van het Bosschagelandschap

langsheen de ringzone. Om de samenhang van de drie parkentiteiten te versterken wordt een identiteit naar voor geschoven, gebaseerd op de bestaande sterktes, namelijk erfgoed en natuur. Het Masterplan deelt het park onder in 8 deelzones.

In 2017-2018 werden de ontwerpen voor de deelzones Wolvenberg Bis en Entree Grotesteenweg goedgekeurd.

Hiermee kon de realisatie van het Masterplan van start gaan. Deze werken werden opgeleverd in het voorjaar van 2020.

Aansluitend werd de opdracht Park Brialmont Fase 2 opgestart in 2020. Deze opdracht bestaat uit de verdere uitwerking van het Masterplan in de resterende deelzones van het Brilschanspark en Wolvenberg. Accenten, aanvulling of wijzigingen op het Masterplan werden via onderzoeks- en ontwerpopdrachten vastgelegd in de projectdefinitie. In totaal werden er 25 onderzoeksopdrachten geformuleerd, waarvan negen voor het gehele projectgebied, elf voor Brilschans en vijf voor Wolvenberg.

De opdracht Park Brialmont Fase 2 van visievorming tot uitvoering is gegund aan de maatschap BUUR-Latz- Greisch-SWP, als een 'Wenselijk Deelproject' binnen het bestek 'Ringpark Groene Vesten', omwille van volgende redenen:

 Park Brialmont maakt met het projectgebied integraal deel uit van het projectgebied van het Ringpark Groene Vesten. Het projectgebied voor de tweede fase Park Brialmont ligt volledig in het projectgebied van het Ringpark Groene Vesten en kan conform het bestek van het ringpark als een ‘Wenselijke Deelproject’ worden beschouwd.

 Beide projecten hebben, zowel tijdens de ontwerp- als later tijdens de werffases, een grote nood aan afstemming op elkaar. De maatregelen die genomen worden binnen de ambities van het Ringpark Groene Vesten, moeten aansluiten op de ontwerpen van Park Brialmont Fase 2 en omgekeerd. Beide projecten hebben een hoge mate van complexiteit.

 De opdracht voor visievorming tot en met uitvoering is voor ‘Park Brialmont Fase 2’ conform het bestek 'Ringpark Groene Vesten'. De projectdefinitie voor 'Park Brialmont Fase 2', stelt bijkomende en verdiepende onderzoeksvragen. Binnen het bestek 'Ringpark Groene Vesten' gaat het om de

'Voorwaardelijke Gedeelten 9, 10, 11, 12, 13 en 14’ met betrekking tot de ‘Wenselijke Deelprojecten’

en het 'Voorwaardelijk Gedeelte 15 (Bijkomend onderzoek en ondersteuning)’ van de deelopdracht 'Ringpark Groene Vesten'.

Regelgeving: bevoegdheid

Met collegebeslissing van 12 mei 2017 (jaarnummer 4463) werden de bevoegdheden van de districtscolleges vastgelegd. Artikel 11 bepaalt dat het districtscollege bevoegd is voor lokaal openbaar domein.

Op 25 november 2019 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 652) de beheersovereenkomst 2019-2024 tussen de stad Antwerpen en AG Vespa goed. Artikel 6 - 4.4 bepaalt dat AG Vespa publiek domein kan (laten) realiseren.

De opdracht aan AG Vespa betreft het plaatsen en uitvoeren van de overheidsopdrachten in eigen naam en voor rekening van de stad Antwerpen. De beleidsbeslissing omtrent het realiseren van het publiek domein ligt bij de stad Antwerpen. De stad Antwerpen legt hierbij tevens het projectbudget vast.

Argumentatie

Park Brialmont Fase 2 vormt een Wenselijk Deelproject binnen Ringpark Groene Vesten met bijkomende en verdiepend onderzoeksvragen en een gescheiden taakstellend budget. Het voorontwerp voor Park Brialmont Fase 2 past binnen het globale landschapsplan voor Ringpark Groene Vesten en houdt rekening met de voorgestelde leefbaarheidsmaatregelen, in het bijzonder geluidsschermen en het ringpad uit het

landschapsontwerp van Ringpark Groene Vesten. Op basis van het landschapsontwerp en de vooropgestelde ambities van Ringpark Groene Vesten en Park Brialmont kan het projectgebied opgedeeld worden in twee gebieden in functie van uitvoering, namelijk 'Realiseerbaar Deelproject Cluster Centraal' en 'Wenselijk

Deelproject Park Brialmont Fase 2' met een gescheiden uitvoeringstermijn en taakstellend budget. Dit resulteert in een tussentijdse situatie waarbij het park blijft functioneren.

(6)

Het voorontwerp is een verfijning van het landschapsontwerp en is het resultaat van de besprekingen tijdens drie Thematische Werkbanken (april, juni en augustus 2021) en werksessies met diverse partijen. In het kader van Park Brialmont Fase 2 wordt samen met de lokale beheerder (i.e. Natuurpunt Antwerpen-Stad) aan een nieuw natuurbeheerplan voor het natuurreservaat Wolvenberg-Brilschans geschreven parallel aan het ontwerpproces.

Het voorontwerpdossier (i.e. ontwerpplannen, snedes en toelichtingsnota) is terug te vinden in bijlage.

voorontwerp globaal

Het voorliggende voorontwerp tracht de ambitie om drie lokale parken (De Villegas, Wolvenberg en Brilschans) aan weerszijden van de ring te verenigen tot één park, dat werkt op zowel lokaal als bovenlokaal niveau, verder te realiseren. Dit ontwerp doet dit door in te zetten op de identiteitsdragers erfgoed en natuur en door eenheid te creëren in vormgeving en materialisatie aan beide zijden van het projectgebied. De materialisatie uit de vorige fase wordt in dit ontwerp doorgetrokken in de padenstructuur en bij de aanleg van historische reconstructies.

Dit ontwerp is geënt op het historische figuur van de Brialmontvesting. Tijdens het ontwerpproces is steeds grondig afgewogen in welke mate de vorm van het originele fort geïntegreerd kan worden in de nieuwe parkelementen. Het glacis en de schans worden gedeeltelijk hersteld. Na een eerdere reconstructie van het historische reliëf in de deelzone Entree Grotesteenweg wordt de aanwezigheid van de Brialmontvesting in het park, al dan niet nog aanwezig in het landschap, verder uitgelicht aan entreezones, bij doorsnijdingen van het historisch reliëf en op verblijfsplekken. De drie grote verblijfsplekken in Brilschans hebben ieders een geheel eigen vormgeving en relatie met het water.

Dit ontwerp versterkt de natuurwaarde en -beleving. Het ontwerp wordt opgebouwd door een afwisseling van vegetatietypes van het bosschagelandschap (conform het Beeldkwaliteitsplan Groene Singel). De vegetatietypes kunnen gelinkt worden aan de beoogde recreatiedruk of -type, gaande van afgeschermde bosschages in de natuurgebieden, over bomenweides op het glacis tot intensief beheerde graslanden op de verblijfsplekken. De aanwezigheid van het natuurhuis Brialmont in het park versterkt deze ambitie.

Het programma is afgetoetst op de draagkracht van het park en de wensen van de betrokken actoren.

voorontwerp deelzone Wolvenberg

Het voorontwerp voor Wolvenberg is de ruimtelijke doorvertaling van de landschappelijke visie van het nieuwe natuurbeheerplan. Het reflecteert een gewenst toekomstbeeld vanuit landschappelijk perspectief dat via

beheermaatregelen en inrichtingsmaatregelen, beschreven in een natuurbeheerplan, behaald dient te worden in functie van de beoogde natuurdoelen. Het ontwerp tracht de natuurbeleving en erfgoedbeleving te bevorderen met respect voor de natuurwaarde en het aanwezige reliëf. Het ontwerp voor het natuurreservaat volgt de opmaak van het natuurbeheerplan en heeft hierdoor een lagere uitwerkingsgraad dan de rest van het voorontwerp.

 landschap

Wolvenberg is een uniek stukje natuur binnen de Antwerpse ring. Het is een plek waar natuurlijke processen de laatste 50 jaar grotendeels hun gang hebben kunnen gaan. Hierdoor is het gebied de laatste decennia sterk verbost. Uit analyses op basis van een inventarisatie van de fauna en flora blijkt dat de grootste bestaande en potentiële natuurwaardes zich bevinden in de meer open gedeelten, namelijk het glanshaverhooiland, de boszomen, de natte ruigtes, de wilgenstruwelen en de doornstruwelen. Aangezien de grootste natuurwaarde terug te vinden is in de overgang van open naar gesloten wordt in de landschapsvisie van de verkenningsnota voorgesteld het centrale gedeelte (inclusief vijver) als halfopen graslanden te ontwikkelen en de mantel eromheen als halfopen bossen.

 padennetwerk

Het padennetwerk vormt een lus om de vijver en het centraal lager gelegen gedeelte langs de interessantste plekken die het verhaal van erfgoed en natuur vertellen. Het pad zoekt zo veel mogelijk de open plekken op in het overwegend bosrijke natuurreservaat. De inrichting van de paden dienen betreding van het natuurgebied te voorkomen, met andere woorden worden maatregelen genomen om recreanten zo veel mogelijk op de paden te houden. Op drassige tot natte bodems worden vlonders aangelegd. Op droge gedeelten wordt het pad begeleid door houten palen met touw in combinatie met een mantel-zoom. De breedte van de paden dient voldoende breed te zijn zodat kruisende recreanten vlot kunnen passeren zonder de paden te verlaten. Het padennetwerk houdt rekening met zichtlijnen en bevat voldoende geïntegreerde rustplekken langsheen het traject.

voorontwerp deelzone Brilschans

(7)

 herstel glacis

Het glacis is de eerste verdedigingslinie van de Brialmontvesting. De aanwezigheid van de Brialmontvesting is binnen de hele ringzone nog het sterkst aanwezig in het asymmetrische glacisreliëf van het Brilschanspark. Het glacis kan gedeeltelijk hersteld, aangezet en ingericht worden voor verschillende parkfuncties zonder een verlies van bomen. Het glacis aan de zijde Marcel Auburtinlaan kan over een groot gedeelte eenvoudig hersteld

worden. Het glacis aan de zijde Encora campus wordt aangezet.Waar het glacis doorsneden wordt, wordt dit geaccentueerd met een talud, trap of muurtje zoals in Fase 1.

 kop Henri Prost

Het glacis ter hoogte van de Entree Henri Prost wordt hersteld en ingericht als een verblijfsplek op basis van het historische reliëf, rekening houdend met het bestaande bomenbestand. De verblijfsplek bestaat uit een getrapte ligweide met uitzicht op de beboste schans, de verblijfsplekken aan koppen van de gracht en de fonteinenpartij in de gracht. De speeltuin en de evenementenzone worden gekoppeld aan deze verblijfsplek. De bestaande speeltuin (oppervlakte 1.200 m²) wordt vernieuwd in de volgende legislatuur. Het ontwerp stelt voor de speeltuin te verschuiven naar de punt van het glacis om zo een sterkere kop aan het park te creëren. De nieuwe speeltuin (oppervlakte 1.900 m²) bestaat uit twee zones voor verschillende leeftijdsgroepen (i.e. 0-6 jaar en 6+

jaar). Ook de klim-B krijgt in deze zone zijn nieuwe plek. De bestaande buitengym krijgt een nieuwe locatie in deze kop.

 evenementenzone

Het ontwerp voorziet een uitgeruste evenementenzone voor lokale events op het glacis aan de Marcel Auburtinlaan. De grootte en voorzieningen van deze zone zijn afgestemd op de noden van het event Bar Brilschans. De zone wordt uitgerust met een voorzieningenstrook (i.e. riolering, water en elektriciteit) die gekoppeld wordt aan het straatprofiel om meervoudig gebruik te kunnen maken van verharding bij events. In het park wordt een zone in grasdallen voorzien (circa 5 meter breed) als gefundeerde zone voor podia en

staanplaatsen van mobiele eenheden zoals toiletten en foodtrucks. De flauwe helling van het glacis bevordert de beleving bij evenement doordat er steeds een goed uitzicht op het podium is. Door het podium te oriënteren naar het park wordt geluidsoverlast voor de buurtbewoners geminimaliseerd.

 knooppunt Berchembrug

De verblijfsruimte ter hoogte van de carrousel is ontworpen als een picknickweide gekoppeld aan een U- vormige verblijfszone aan het water. Aan deze verblijfsplek wordt een tijdelijke horeca-functie gekoppeld door een gefundeerde standplaats in te richten voor een foodtruck die eenvoudig te bereiken is via de Marcel

Auburtinlaan. In het verlengde van de Florent Bauduinstraat wordt een erfgoed-as gerealiseerd. Deze as loopt haaks op de vestingswerken en maakt het volledige militaire profiel (i.e. glacis - borstwering - gedekte weg - gracht - buitentalud schans - plateau schans) beleefbaar. In de gracht licht een militaire vlonderbrug als onderdeel van deze as. De Brilschansgracht werd vroeger gebruikt als oefenterrein waar militairen houten bruggen bouwden. Een secundair nutsvoorzieningspunt wordt voorzien in deze zone voor het organiseren van een openluchtcinema en voor een foodtruck.

De ontsluiting van de Berchembrug dient verbeterd te worden om conflict tussen doorgaand fietsverkeer en recreanten in het park te minimaliseren. In het ontwerpproces werd geen alternatieve aanlanding van de

Berchembrug gevonden die ruimtelijk, financieel en technisch wenselijk is, daarom is besloten verder te werken op de suboptimale situatie met de bestaande carrousel. De aanlanding van de Berchembrug op het glacis wordt in overleg met het Agentschap Wegen en Verkeer onderzocht. Voor wandelaars wordt een nieuwe trap voorzien die recreanten rechtstreeks in het park brengt. Voor doorgaand fietsverkeer worden een functionele

fietsverbindingen voorzien met het ringpad en de nerf via de Marcel Auburtinlaan en de Florent Bauduinstraat.

 schans

De schans was een open hoger gelegen verdedigingswerk dat bescherming bood voor de lager gelegen barakken. In de huidige situatie is de schans sterk verbost. Archeologisch onderzoek heeft aangetoond dat er geen restanten van de constructies meer terug te vinden zijn in de ondergrond. Enkel het steile buitentalud is nog intact. Het ontwerp evoceert met grondlichamen de voormalige structuur van de schans. De ingericht schans zal een interessant geaccidenteerd plek opleveren voor natuurbeleving, erfgoedbeleving en avontuurlijk spelen, als onderdeel van het luwe natuurzone centraal in het park. Het evoceren van de schans bestaat ui twee grote inrichtingswerken. In de noordelijke rand van de schans wordt een gedeelte afgegraven op de voormalige plek

(8)

aan op het waardevolle glanshaverhooiland in het natuurreservaat. Centraal op de schans wordt het driehoekige symmetrische figuur van de schans geëvoceerd met taluds. Het buitentalud langs de gracht herbergt de meest waardevolle bosrand met beuken en eik en blijft onaangetast.

 natuurreservaat

Tussen de schans en de ring ligt een zone die deel uitmaakt van het natuurreservaat Wolvenberg-Brilschans. Dit gebied wordt in het de landschapsvisie van het natuurbeheerplan aangeduid als een zone om halfopen bos te ontwikkelen. Centraal ligt een waardevol glanshaverhooiland dat aansluiting zoekt met de nieuw ingericht schans. Door het ringfietspad binnen het deelproject 'Cluster Centraal' te verschuiven naar de ring gekoppeld aan een geluidswal wordt het natuurgebied terug verenigd ten voordele van de natuurwaarde.

 padennetwerk

Door de aanleg van twee functionele fietsverbindingen aan de rand van het park wordt conflict tussen doorgaand fietsverkeer en recreatief verkeer in het park zo veel mogelijk geminimaliseerd. Deze paden (breedte 3 meter) worden aangelegd in verharding om een zo aangenaam mogelijk traject voor fietsverkeer te vormen. Het pad tussen de Grotesteenweg en de Henri Prostlaan faciliteert het fietsverkeer tussen de steenweg en de wijk en vormt tevens de ontsluiting van de Encora campus. Het pad tussen het ringfietspad en de Florent Bauduinstraat faciliteert fietsverkeer tussen de nerf over de Berchembrug en het ringfietspad. Doorgaand fietsverkeer tussen de Henri Prostlaan en de Marcel Auburtinlaan wordt via de wegenis geleid. De materialisatie van deze

fietsverbindingen wordt voorzien in rode asfalt. Deze materialisatie heeft als opzet de leesbaarheid van de fietsverbindingen voor fietsers te verbeteren en zo conflict tussen fietsers en recreanten in het park te minimaliseren. Deze fietsverbindingen sluiten aan op bestaande of geplande fietsstraten, woonstraten of fietspaden. Voor wandelaars zijn steeds parallelle paden in het park.

Het padennetwerk vormt een statig, quasi symmetrisch figuur dat de beleving van het militaire reliëf versterkt.

In het padennetwerk wordt een hiërarchie vooropgesteld voor parkpaden die gekoppeld is aan materialisatie (i.e.

breedte en materiaal), waarbij zo veel mogelijk op halfverharding ingezet is. Deze hiërarchie promoot recreatie zo veel mogelijk op het glacis en creëert een luwe natuurzone centraal in het park. De verblijfzones, de gracht, evenementenzone en speelzone zijn integraal toegankelijk (ook in de tussentijdse situatie). Het hoofdpad (breedte 2,5 meter) en de secundaire paden (breedte 1,6 meter) worden voorzien in kalkgebonden

porfiersplitsteenslag of vlonderpaden. De tertiaire paden (breedte 1,6 meter) worden aangelegd in een ternair mengsel.

 meubilair

Langsheen het hoofdpad, de secundaire paden en aan verblijfsplekken worden zitbanken, picknickbanken, ligbanken en vuilnisbakken van het standaard stadsmeubilair voorzien. Daarbovenop vormen de gemetste muurtjes in kleiklinkers ook zitelementen verspreid over het hele park. Langsheen de fietsroute aan de buitenzijde van het park worden op een aantal punten fietsnietjes voorzien van het standaard stadsmeubilair.

Langst de belangrijkste parkpaden wordt verlichting voorzien van hetzelfde als Fase 1.

visienota aangrenzende straten aan het Brilschanspark

Naar aanleiding van de omvorming van de Kanunnik Peetersstraat, de Florent Bauduinstraat en de

Wapenhaghestraat tot woonerven wordt binnen het proces Park Brialmont Fase 2 onderzocht hoe de harde randen van de wegenis rondom het park weggewerkt kunnen worden bij een toekomstige heraanleg van de straten Henri Prostlaan, Marcel Auburtinlaan en Polygoonstraat, zodanig dat het park een aanzuigeffect creëert vanuit de buurten en het groen tot in de straten komt.

De huidige overgang tussen het park, de straat en de aangrenzende bebouwing is niet optimaal. Een

aaneengesloten lijn van geparkeerde auto’s zorgt voor een onaangename barrière tussen wijk en park. De opzet van deze nota is de ruimtelijke kansen bij een herinrichting van de aangrenzende straten inzichtelijk te maken.

De nota tracht de uitgangspunten voor een herinrichting in beeld te brengen. Verschillende keuzes leiden tot verschillende inrichtingsmodellen die ieders een ander effect hebben op de toekomstige relatie tussen wijk en park. Bij een toekomstige heraanleg is het belangrijk dit te benaderen vanuit een integrale visie voor

toegankelijkheid van het park, verkeerscirculatie en parkeren.

Financiële gevolgen Nee

(9)

Algemene financiële opmerkingen

De realisatie van Park Brialmont Fase 2 is een samenwerking tussen de stad Antwerpen en het district Berchem met een financiële verdeling tussen beide partijen. In het meerjarenplan 2020-2025 is een totaal budget voorzien van 4.601.488,20 euro inclusief btw onder respectievelijk

 3.701.488,20 euro krediet de stad Antwerpen op boekingsadres

SUB_NR/INTERN/2000/2100/2200/2300/2400/5291630000/220/2WNS020201PA3711/2SA050610;

 900.000,00 euro krediet district Berchem op

SUB_NR/INTERN/2100/2200/2300/2400/5012500000/220/2BER010501P05230/2BE090680, het vermelde bedrag van het district Berchem houdt reeds rekening met de voorstellen van de 4de aanpassing meerjarenplan. 875.000,00 EUR verschuift van het boekingsadres

SUB_NR/INTERN/2200/2300/2400/2500/5014000000/220/2BER010501A00000/2BE090680 naar het boekingsadres

SUB_NR/INTERN/2100/2200/2300/2400/5012500000/220/2BER010501P05230/2BE090680. Het krediet is pas beschikbaar na de goedkeuring van deze aanpassing meerjarenplan.

AG Vespa voert de opdracht uit in eigen naam en voor rekening van de stad Antwerpen en het district Berchem.

Strategisch kader

Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:

 5 - Woonstad

 2WNS02 - Stadsontwikkeling

 2WNS0202 - Projectwerking

 2WNS020201 - Projecten opvolgen tot voltooiing

 2WNS020201PA3711 - Park Brialmont fase 2 Adviezen

coördinatieoverleg openbaar domein Advies: Gunstig onder voorwaarden

Motivering: Het coördinatieoverleg openbaar domein geeft gunstig advies op het voorontwerp “Park Brialmont fase 2” op voorwaarden dat:

 onderzocht wordt of de fietsverbinding achter Encora in fietspad materiaal aangelegd kan worden, op voorwaarde dat er voldoende alternatieve trajecten zijn voor

voetgangers om deze verbinding doorheen het park te maken;

 de functionele verbindingen doorheen het park voor de zachte weggebruikers conform de generieke inrichtingsprincipes in parken aangelegd worden in beton; dit om de leesbaarheid naar gebruik te verhogen en de verhardingsbreedte van het pad doorheen het park te beperken;

 de nodige gegevens voor het opstellen van het POORT-model in functie van het toekomstig beheer aangeleverd worden aan SB;

 de financiële impact omtrent het toekomstig beheer en onderhoud van de nieuwe landschappelijke elementen in een transparante communicatie naar district toe en in de besluitvorming worden opgenomen;

 onderzocht wordt hoe na realisatie van de vlonderbrug het beheer van het

vijveroppervlak mogelijk blijft, zodanig dat er geen ophoping van slib of afval ontstaat;

 er duidelijkheid geschept wordt omtrent boscompensatie voor het gedeelte Park Brialmont in dialoog met ANB;

 de integratie van het loopparcours in het park verder onderzocht wordt; en

 in overleg met SB en SW een afsprakennota opgemaakt wordt in functie van transparantie omtrent het onderhoud en beheer van alle afwijkende objecten en

(10)

districtscollege Berchem

Advies: Gunstig onder voorwaarden

Motivering: Het districtscollege verwijst naar de opmerkingen die zij maakte in eerdere adviezen.

Daarenboven merkt het districtscollege nog het volgende op:

 Op slide 1.2a staat dat men het erfgoed zal benadrukken door verschillende maatregelen. Dit juicht het districtscollege toe. Echter, 1 maatregel, met name de

‘evocatie van het volledige glacis ter hoogte van de beukendreef’, maakt het

districtscollege bezorgd om de bomen van de beukendreef. Het districtscollege vraagt deze bomen zo veel mogelijk te sparen zodat ze op hun standplaats kunnen blijven staan, minstens te verplanten.

 Op pagina 12 wordt op verschillende groen ingekleurde stukken als vermelding

‘picknickweide’ meegegeven. Het districtscollege juicht deze invulling toe, zolang dit niet gepaard gaat met een teveel aan picknickbanken in deze groene zones.

 In de huidige plannen wordt de speeltuin vergroot met 700m2 en wordt de locatie veel dichter bij de bewoning voorzien. Het districtscollege vraagt de ontwerpers bij het definitief ontwerp maatregelen te nemen die geluidsoverlast voor de omwonenden reduceren. Algemeen valt het op dat zowel de evenementenzone, de speeltuin, de pingpongtafel en de gym allemaal in dezelfde zone liggen en bijgevolg dezelfde omwonenden belast. Er moet in het kader van het definitief ontwerp nagedacht worden over spreiding van activiteiten/inplantingen of maatregelen ter reductie van de

geluidsoverlast.

 Bij de opstelling van het podium op de evenementenweide - zoals voorzien op slide 34 – staat de achterkant van het podium op de parkeerplaatsen met de rug naar de

bewoning, maar wel te nabij de bewoning. Het publiek staat verder af de bewoning, maar met het gezicht naar de bewoning. Het districtscollege maakt zich bezorgd over de geluidsoverlast naar de buurt toe tijdens een evenement en vraagt of er onderzoek kan worden gedaan naar de beste opstelling ter reductie van de geluidsoverlast voor de buurt? Alsook naar andere maatregelen die kunnen worden genomen ter reductie van de geluidsoverlast tijdens een evenement. Verder vraagt het districtscollege de voorziene opstelling af te toetsen met de dienst evenementen van het district zodat het ontwerp ook op het praktische verloop van een evenement werd afgestemd.

 In verband met de U-vormige verblijfsplek aan Berchembrug. Het districtscollege benadrukt dat de vaste bioscoopelementen moeten worden ingebouwd op een locatie waar de diensten ook telkens de bioscoop gemakkelijk kunnen installeren, zodat het park niet stuk wordt gereden elke keer een opstelling gebeurt. Het districtscollege vraagt af te stemmen met de dienst evenementen van het district opdat het ontwerp aangepast wordt aan het praktische verloop van een evenement:

elektriciteitsvoorziening, aanwezigheid van een evenementenkast nodig, gemakkelijke op- en afbouw, aanrijroute voor stedelijke diensten,…

 Wordt een evenementenkast voorzien aan de U-vormige verblijfsplek?

 In verband met de foodtruck: deze wordt dichtbij de bewoning voorzien. Is dit de meest optimale plaats voor deze foodtruck. Kunnen maatregelen worden voorzien om geluidsoverlast tegen te gaan?

 Het districtscollege opteert voor model 2 of 3 aangaande de inpassing van de carrousel in het glacis ter hoogte van Berchembrug. De fluide verbinding tussen Brilschans en Polygoon en de leesbaarheid van het erfgoed ( glacis) zijn belangrijk voor het district Berchem. Het districtscollege vraagt de ontwerpers haar op de hoogte te houden van de lopende onderzoeken naar het meest aangewezen model en de keuze met het district af te stemmen.

 Het districtscollege ziet in het ontwerp dat de ontwerpers tegemoet zijn gekomen aan

(11)

gelet op de aard van het park met luie trappen en dergelijke. Maar de U-vormige verblijfsplek aan Berchembrug lijkt volgens het huidige ontwerp niet integraal toegankelijk. Het is de wens van het districtscollege dat de filmvoorstellingen en andere activiteiten aan deze waterrand toegankelijk zijn voor alle Berchemnaars.

 De pingpong-tafel en de buitengym worden te dicht bij de straat geplaatst. Deze moeten verplaatst worden dieper in het park.

 Het districtscollege merkt op dat er 3 punten voor beluchters in het water zijn voorzien.

Het districtscollege vraagt fonteinen in plaats van beluchters.

 Het districtscollege vraagt dat overleg wordt gepland met Natuurpunt in verband met de geplande dunningen/ kap om alzo noodzakelijke kap te minimaliseren. Het districtscollege vraagt maximaal bomen te verplanten in plaats van te kappen. Het districtscollege merkt dat er bomen bijgeplant worden in het nieuw plan, maar vraagt nog meer in te zetten op het verhogen van de natuurwaarden ter compensatie van de dunning.

Natuurpunt

Advies: Gunstig onder voorwaarden

Motivering: Natuurpunt Antwerpen-Stad en Natuurpunt Beheer geven een positief advies op het voorontwerp Park Brialmont Fase 2 rekening houdend met volgende opmerkingen:

 De breedte van de vlonderpaden in het deelgebied Brilschans dient op maximaal 2,25m gehouden te worden (exclusief eventueel 2 x 0,2m voor railing). Het knuppelpad hier dient minimaal 50cm hoog te liggen, zodat de graslandwaarden naast het knuppelpad niet negatief beïnvloed worden. Net als in andere delen van het natuurreservaat is het zeer belangrijk dat er grote aandacht besteed wordt aan het absoluut beperken van werk- en werfschade.

 Bij de kappingen van oude bomen op de Brilschans dient rekening gehouden te worden met vleermuizen. Inventarisatiegegevens van Natuurpunt studie tonen aan dat er diverse soorten vleermuizen aanwezig zijn in de Brilschans die gebruik maken van oude, holle bomen als verblijfplaats (waaronder Bosvleermuis, Gewone

grootoorvleermuis, Watervleermuis en Franjestaart). Er zijn echter geen gevens beschikbaar over de verblijfplaatsen die deze soorten gebruiken in het gebied.

Daarnaast werd een inventarisatie uitgevoerd door Antea over de

aanwezigheid van holle bomen. Ook na het kappen van de enkele bomen blijven voldoende bomen ter beschikking voor vleermuizen, maar er dient wel voor gezorgd te worden dat er geen slachtoffers vallen bij kappingen. Daarom moeten bomen (1) gekapt worden in de voor vleermuizen minst schadelijke periode, namelijk tussen 1 september tot 15 november. Dan zijn kolonies namelijk al opgebroken in kleine groepen en zijn de jongen vliegvlug, terwijl de dieren nog niet in winterslaap zijn. (2) Bomen waarvan uit de inventarisatie door Antea bleek dat holtes aanwezig zijn, moeten geinspecteerd worden zo kort mogelijk voor de kap om te verzekeren dat er op dat moment geen vleermuizen aanwezig zijn. Dit dient te gebeuren door een specialist door middel van een ochtend- of avondbezoek met behulp van batdetector en

thermische camera’s of door een inspectie met een endoscopische camera. De stad Antwerpen heeft hiervoor een raamcontract met Natuurpunt Studie.

Besluit

De districtsraad Berchem neemt kennis van het volgende besluit.

Artikel 1

(12)

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

1. 20210923 CL VO Park Brialmont Fase 2-VO Wolvenberg (LowRes).pdf 2. 20210923 CL VO Park Brialmont Fase 2-VO Brilschans zonder Ringpark.pdf 3. 20210923 CL VO Park Brialmont Fase 2-VO Brilschans met Ringpark.pdf 4. 20210923 CL VO Park Brialmont Fase 2-visienota straten.pdf

5. 20211018 CL VO Park Brialmont Fase 2-VO nota (LowRes).pdf

District Berchem secretariaat

3 2021_DRBE_00044 Districtsraad - Notulen districtsraad 19 oktober 2021 - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

De districtsraad vergaderde op 19 oktober 2021.

Juridische grond

Artikel 278 van het Decreet lokaal bestuur stelt dat de notulen alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat werd gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen, vermelden in chronologische volgorde.

Regelgeving: bevoegdheid

Artikelen 32, 132 en 277 van het Decreet lokaal bestuur belasten de districtssecretaris met het opstellen en bewaren van de notulen.

Argumentatie

De notulen vermelden in chronologische volgorde alle besproken onderwerpen en het gevolg dat eraan werd gegeven. Zij vermelden duidelijk alle genomen beslissingen. De originelen van de notulen van de districtsraad worden, na goedkeuring, door de voorzitter van de districtsraad en de districtssecretaris ondertekend.

Financiële gevolgen Nee

Strategisch kader

Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:

 9 - Decentralisatie

 2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district

 2BER0103 - Berchem is een verantwoordelijk district

 2BER010304 - Berchem voldoet aan zijn verplichtingen en zorgt voor een begroting in evenwicht

(13)

De districtsraad Berchem keurt eenparig het volgende besluit goed.

Artikel 1

De districtsraad keurt de notulen van 19 oktober 2021 goed.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

1. 20211019_BE_DR_Notulen.pdf

23 november 2021 20:12 - Yao Issifou, Districtsraadslid betreedt de zitting 23 november 2021 20:18 - Erkan Ozturk, districtsraadslid betreedt de zitting

23 2021_AM_00059 Amendement van raadslid Luc Van de Weyer: Meerjarenplan 2020 2025

Antwoord

De districtsraad Berchem keurt het volgende amendement niet goed met:

stemmen VOOR: Luc Van De Weyer, Jan Depover

stemmen TEGEN: Evi Van der Planken, Bruno De Saegher, Jan Poppe, Lieselot Keymis, Janick Doré, Jan Dedecker, Henri Van Herpen, Conny Budts, Charlotte Van Berckelaer, Buket Karaca, Luc Vanlaerhoven, Willem-Frederik Schiltz, Kris Gysels

ONTHOUDINGEN: Ria Vermeulen, Erkan Öztürk, Arnold Peeters, Ronny De Bie, Lucienne Verbraeken, Clara Willemse, Evi Cuypers, Yao Issifou, Johan Malcorps, Geert Brouwers

Indiener(s) Luc Van de Weyer Gericht aan Lieselot Keymis Tijdstip van indienen 22 november 2021 0:14 Toelichting

2BER010103 Berchem organiseert een eigen kwaliteitsvol jeugdaanbod permanent afgestemd aan de noden van kinderen, tieners en jongeren

Het district wil jeugdverenigingen ondersteunen door o.a. de subsidies voor jeugdverenenigingen te optimaliseren. Het district Berchem vraagt aan de STAD ANTWERPEN

De FTE van KRAS te behouden en een tweede FTE voor jeugdhuis EGLANTIER aan te werven.

Koppeling aan agendapunt

2021_DRBE_00072 - Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 - Goedkeuring

(14)

4 2021_DRBE_00072 Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020- 2025 - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

 2020_DRBE_00031 - Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 - Goedkeuring

 2020_DRBE_00075 - Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 - Goedkeuring

 2021_DRBE_00038 - Beleids- en Beheerscyclus - Aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 - Goedkeuring

Aanleiding en context

De districtsraad keurde de eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed in de zitting van 19 mei 2020 (jaarnummer 31).

De districtsraad keurde de tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed in de zitting van 24 november 2020 (jaarnummer 75).

De districtsraad keurde de derde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed in de zitting van 18 mei 2021 (jaarnummer 38).

De districten ontvingen de interne onderrichtingen voor aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 met de dienstmededeling van 12 juli 2021 van de bedrijfseenheid Financiën.

Juridische grond

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, art. 257 over het opmaken van het meerjarenplan.

Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.

Het gemeenteraadbesluit van 29 mei 2017 (jaarnummer 303) betreffende de de nieuwe verdeelsleutel van de districtsdotaties voor meerjarenplan 2020-2025.

Regelgeving: bevoegdheid

Artikel 143 van het Decreet lokaal bestuur stelt dat de bepalingen betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen van toepassing zijn op de districten met dien verstande dat de volgende woorden worden gelezen als volgt:

1. "de gemeente" als "het district";

2. "de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn" als "het district";

3. "elke gemeente en elk openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn" als "alle districten";

4. "de gemeenteraad", "de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn" en "de gemeenteraad of de raad voor maatschappelijk welzijn" als "districtsraad";

5. "raadsleden" als "leden van de districtsraad";

6. "het college van burgemeester en schepenen" als "het districtscollege".

Argumentatie

De inhoudelijke en budgettaire aanpassingen zijn gedaan om de kans te maximaliseren dat de vooropgezette doelstellingen gehaald worden, rekening houdend met de beschikbare financiële ruimte.

Financiële gevolgen Ja

(15)

Algemene financiële opmerkingen

Aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 is in evenwicht. Het beschikbaar budgettair resultaat is jaarlijks positief en de autofinancieringsmarge is positief in 2025.

Strategisch kader

Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:

 9 - Decentralisatie

 2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district

 2BER0103 - Berchem is een verantwoordelijk district

 2BER010304 - Berchem voldoet aan zijn verplichtingen en zorgt voor een begroting in evenwicht Besluit

De districtsraad Berchem keurt het volgende besluit goed met:

stemmen VOOR: Evi Van der Planken, Bruno De Saegher, Jan Poppe, Lieselot Keymis, Janick Doré, Jan Dedecker, Henri Van Herpen, Conny Budts, Charlotte Van Berckelaer, Buket Karaca, Luc Vanlaerhoven, Willem-Frederik Schiltz, Kris Gysels

stemmen TEGEN: Luc Van De Weyer, Jan Depover, Geert Brouwers

ONTHOUDINGEN: Ria Vermeulen, Erkan Öztürk, Arnold Peeters, Ronny De Bie, Lucienne Verbraeken, Clara Willemse, Evi Cuypers, Yao Issifou, Johan Malcorps

Artikel 1

De districtsraad keurt aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 overeenkomstig de bepalingen van de beleids- en beheerscyclus goed.

Artikel 2

De districtsraad wijzigt de kredieten van het lopend boekjaar en stelt de kredieten van het volgend boekjaar vast.

Artikel 3

De financiële gevolgen worden opgenomen in de decretaal opgelegde documenten, als bijlage aan dit besluit.

Bijlagen

1. Raad_overzicht_AMJP4_2020-2025_Berchem.pdf 2. AMJP4_Berchem_adm_geg.pdf

lokaal cultuurbeleid en feestelijkheden

5 2021_DRBE_00073 Cultuur. Lokaal cultuurbeleid - vzw Lokaal Cultuurbeleid district Berchem. Samenwerkingsovereenkomst. Advies - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

 2015_GR_00266 - Cultuur. Lokaal cultuurbeleid - eva-vzw lokaal cultuurbeleid district Berchem.

Samenwerkingsovereenkomst - Goedkeuring

 2013_GR_00794 - Verzelfstandiging - vzw Lokaal Cultuurbeleid Berchem. Omvorming conform Gemeentedecreet. Juridisch-technische statutenwijziging - Goedkeuring

(16)

 2020_GR_00738 - Cultuur. Lokaal cultuurbeleid - Eva-vzw Lokaal Cultuurbeleid. Verlenging samenwerkingsovereenkomsten - Goedkeuring

 2019_GR_00745 - Cultuur. Lokaal cultuurbeleid - Eva-vzw Lokaal Cultuurbeleid. Verlenging samenwerkingsovereenkomsten - Goedkeuring

 2019_GR_00246 - Cultuur. Lokaal cultuurbeleid - Eva-vzw Lokaal Cultuurbeleid. Verlenging samenwerkingsovereenkomsten - Goedkeuring

 2014_GR_00969 - Cultuur - vzw lokaal cultuurbeleid district Berchem - Behoud eva-vzw op basis van motiveringsverslag. Statuten - Goedkeuring

Aanleiding en context

De gemeenteraad besliste op 25 februari 2008 (jaarnummer 318) tot de omvorming van de acht bestaande vzw’s financieel beheer van de cultuurcentra tot acht vzw’s lokaal cultuurbeleid.

Op 16 december 2013 (jaarnummers 794) keurde de gemeenteraad de omvorming conform het

Gemeentedecreet en de juridisch-technische statutenwijziging van de vzw lokaal cultuurbeleid district Berchem goed.

Op 15 december 2014 (jaarnummer 969) besliste de gemeenteraad tot de verderzetting van de werkzaamheden van de vzw's als eva-vzw en keurde de gemeenteraad de nieuwe statuten van de eva-vzw lokaal

cultuurbeleid district Berchem goed. De rechten en plichten van zowel stad Antwerpen als de vzw dienen te worden geconcretiseerd in een samenwerkingsovereenkomst.

De huidige samenwerkingsovereenkomst van de vzw Lokaal Cultuurbeleid district Berchem werd

goedgekeurd door de gemeenteraad van 26 mei 2015 (jaarnummer 266). De gemeenteraad keurde op 25 maart 2019 (jaarnummer 246), 16 december 2019 (jaarnummer 745) en 14 december 2020 (jaarnummer 738) de verlenging van deze overeenkomst goed. De samenwerkingsovereenkomst loopt af op 31 december 2021.

Juridische grond

Artikel 247 van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat tussen de gemeente en de gemeentelijke

vennootschap, vereniging of stichting een samenwerkingsovereenkomst wordt gesloten voor de uitvoering van de toevertrouwde taken van gemeentelijk belang.

Regelgeving: bevoegdheid

Volgens artikel 138 van het Decreet lokaal bestuur heeft de districtsraad een algemene adviesbevoegdheid voor alle aangelegenheden die betrekking hebben op het district.

Argumentatie

De huidige samenwerkingsovereenkomst met vzw Lokaal Cultuurbeleid district Berchem loopt af op 31 december 2021. Daarom moet er een nieuwe overeenkomst afgesloten worden die een aantal specifieke bepalingen bevat die op de samenwerking tussen stad Antwerpen en de vzw van toepassing zijn.

De samenwerkingsovereenkomst bepaalt onder andere welke doelstellingen en resultaten moeten worden nagestreefd door de vzw en welke middelen de vzw hiervoor krijgt. De samenwerkingsovereenkomst bepaalt onder meer ook hoe de wederzijdse samenwerking dient te verlopen in termen van planning, rapportage, evaluatie, intern controlesysteem, et cetera. Ook bevat de overeenkomst de belangrijkste principes van samenwerking, die identiek zijn voor alle leden van de groep stad Antwerpen.

De samenwerkingsovereenkomst zal, na advies van de districtsraad, ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad en de algemene vergadering van de vzw lokaal cultuurbeleid district Berchem.

Financiële gevolgen Nee

Strategisch kader

Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:

 9 - Decentralisatie

(17)

 2BER0101 - Berchem is een welvarend en bruisend district

 2BER010105 - Berchem zorgt voor een gevarieerd cultuur- en kunstenaanbod

 9 - Decentralisatie

 2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district

 2BER0101 - Berchem is een welvarend en bruisend district

 2BER010106 - Berchem besteedt aandacht aan haar tradities en erfgoed

 9 - Decentralisatie

 2BER01 - Berchem is een actief, bewust en leefbaar district

 2BER0101 - Berchem is een welvarend en bruisend district

 2BER010107 - Berchem ondersteunt haar senioren waardoor zij voluit kunnen participeren aan de samenleving

 7 - Bruisende stad

 2BRS01 - Cultuur

 2BRS0101 - Cultuurhoofdstad van Vlaanderen

 2BRS010103 - Bibliotheken en culturele ontmoetingscentra

 7 - Bruisende stad

 2BRS01 - Cultuur

 2BRS0101 - Cultuurhoofdstad van Vlaanderen

 2BRS010107 - Cultuurparticipatie

 7 - Bruisende stad

 2BRS01 - Cultuur

 2BRS0101 - Cultuurhoofdstad van Vlaanderen

 2BRS010108 - Cultuureducatie en samenwerking onderwijs/jeugd

 7 - Bruisende stad

 2BRS01 - Cultuur

 2BRS0101 - Cultuurhoofdstad van Vlaanderen

 2BRS010109 - Podiumkunsten

 7 - Bruisende stad

 2BRS01 - Cultuur

 2BRS0101 - Cultuurhoofdstad van Vlaanderen

 2BRS010113 - Lees- en boekenstad

 7 - Bruisende stad

 2BRS01 - Cultuur

 2BRS0103 - Regie Cultuur

 2BRS010302 - Kunstenbeleid: muziek, film, podium, literatuur en beeldende kunst Besluit

De districtsraad Berchem keurt het volgende besluit goed met:

stemmen VOOR: Evi Van der Planken, Bruno De Saegher, Jan Poppe, Lieselot Keymis, Janick Doré, Jan Dedecker, Henri Van Herpen, Conny Budts, Charlotte Van Berckelaer, Buket Karaca, Luc Vanlaerhoven, Willem-Frederik Schiltz, Kris Gysels, Luc Van De Weyer, Jan Depover, Ria Vermeulen, Erkan Öztürk, Ronny De Bie, Lucienne Verbraeken, Clara Willemse, Evi Cuypers, Yao Issifou, Johan Malcorps, Geert Brouwers ONTHOUDINGEN: Arnold Peeters

Artikel 1

De districtsraad geeft positief advies over het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst, met looptijd van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2025, dat rekening houdt met de specifieke kenmerken van de werking van

(18)

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

1. SWO_LCB_Berchem_DEF.pdf

(19)

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN DE STAD ANTWERPEN EN DE VZW LOKAAL CULTUURBELEID DISTRICT BERCHEM

TUSSEN:

Enerzijds STAD ANTWERPEN, Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, vertegenwoordigd door haar gemeenteraad, waarvoor optreden de heer Bart De Wever, voorzitter van de gemeenteraad, en de heer Sven Cauwelier, algemeen directeur, hierna genoemd “de stad”.

Anderzijds de vzw Lokaal cultuurbeleid district Berchem, opgericht bij gemeenteraadsbeslissing van 15 december 2014, jaarnummer 969, met zetel te Driekoningenstraat 126, 2600 Berchem, vertegenwoordigd door haar algemene vergadering, voor wie optreden mevrouw Karaca Buket voorzitter van de vzw Lokaal cultuurbeleid district Berchem en mevrouw Alexandra Crouwers, bestuurder van de vzw Lokaal cultuurbeleid district Berchem, hierna genoemd “de vzw”.

WORDT OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:

ALGEMEEN GEDEELTE

ARTIKEL 1 – VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST

Deze overeenkomst wordt opgemaakt in het kader van artikel 247 van het Decreet Lokaal Bestuur (hierna kortweg “DLB”) en artikel 7 van de statuten en concretiseert de rechten en verplichtingen van zowel de stad Antwerpen als de vzw in de samenwerking tussen deze partijen met betrekking tot de haar toevertrouwde taken van gemeentelijk belang.

Deze overeenkomst wordt gesloten met het oog op het vastleggen en bepalen van het financieel en operationeel kader van de vzw, het afstemmen van het beleid van de vzw op het beleid van de stad en het formuleren van een duidelijke en transparante verhouding tussen de partijen.

ARTIKEL 2 – DUURTIJD OVEREENKOMST

§1. Deze overeenkomst wordt afgesloten voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2025.

§2. Bij het verstrijken van de termijn van deze overeenkomst zoals vermeld in §1 van dit artikel en bij ontstentenis van een nieuwe overeenkomst of beslissing tot stopzetting van de vzw, wordt de overeenkomst stilzwijgend met één jaar verlengd. Daarna is geen stilzwijgende verlenging meer mogelijk.

(20)

ARTIKEL 3 – BELEIDSVISIE VAN DE STAD EN DISTRICT

Het beleid van de stad dat betrekking heeft op het voorwerp van deze overeenkomst is omschreven in:

1. Het bestuursakkoord 2019 – 2024 en daaruit voortvloeiend de volgende doelstellingen:

2BRS010103 – Bibliotheken en culturele ontmoetingscentra 2BRS010107 – Cultuurparticipatie

2BRS010108 – Cultuureducatie en samenwerking onderwijs/jeugd 2BRS010109 – Podiumkunsten

2BRS010113 – Lees- en boekenstad

2BRS010302 – Kunstenbeleid: muziek, film, podium, literatuur en beeldende kunst

2. De beleidsvisie van het district inzake lokaal cultuurbeleid is beschreven in het bestuursakkoord 2019-2024 en vertaald in de beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties van het meerjarenplan 2020-2025 van het district, en meer specifiek volgende doelstellingen:

2BER010105 – Berchem zorgt voor een gevarieerd cultuur- en kunstenaanbod 2BER010106 – Berchem besteedt aandacht aan haar tradities en erfgoed

2BER010107 – Berchem ondersteunt haar senioren waardoor zij voluit kunnen participeren aan de samenleving

ARTIKEL 4 – DOEL, DOELSTELLINGEN EN TAKEN

De vzw heeft als doel het lokaal cultuurbeleid in het district Berchem te bevorderen. De vzw heeft bijgevolg als maatschappelijk doel om :

- de realisatie van opdrachten lokaal cultuurbeleid te combineren met een versterken van de lokale culturele uitstraling en de betrokkenheid van bewoners en andere actoren in het district.

- Een flexibel en efficiënt financieel beheer uit te werken, toe te passen en te controleren met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen lokaal cultuurbeleid in het district.

- Projecten ondersteunen binnen deze doelstellingen.

- In aanvulling van de stedelijke en districtsbetoelaging, te helpen bij het verwerven van bijkomende middelen onder meer subsidies, sponsoring, verkoop (tickets, publicaties, merchandising …), giften en andere om de gestelde doelstellingen te bereiken.

Het lokaal cultuurbeleid richt zich op de participatie van alle actoren en streeft naar een evenwicht

tussen de culturele behoeften en het cultuuraanbod in het district.

In het kader van de samenwerking tussen de stad en het district werd een aantal principes goedgekeurd door het college (12 mei 2017, jaarnummer 4464).

De stad Antwerpen heeft binnen haar bestuursakkoord een aantal doelstellingen geformuleerd die ook van belang zijn voor het lokaal cultuur beleid. We streven naar structurele samenwerking met de vzw en dit in functie van onze culturele bezoeker en onze rol binnen het culturele veld van de stad Antwerpen. Deze samenwerking heeft betrekking op:

1. Cultuureducatie:

De stad zet voluit in op de ontwikkeling en versterking van de culturele competenties van haar bewoners en bezoekers. Door 'levenslang cultureel leren' wil de stad bewoners bewust maken zodat zij optimaal kunnen groeien in cultuur en in hun persoonlijke en sociale ontwikkeling.

Door een intensieve samenwerking met onderwijs, kinderopvang, sport en jeugd bereidt de stad vooral kinderen en jongeren voor om als actieve burgers deel te nemen aan de samenleving en die ook vanuit hun eigenheid mee vorm te geven.

2. Cultuurparticipatie:

Cultuurparticipatie en cultuureducatie gaan hand in hand.

(21)

Een rijk cultuurlandschap veronderstelt een voortdurend streven naar een inclusief cultuurlandschap. De stad werkt maximaal drempels weg om aan het cultuuraanbod deel te nemen (passief) en deel te hebben (actief). Daartoe werkt de stad aan een aanbod en communicatie op maat, en stimuleert de stad co-creatie en initiatieven van onderuit.

3. De realisatie van de nieuwe krachtlijnen van het Bibliotheken:

Binnen het bibliotheekplan werden volgende krachtlijnen opgenomen:

De bibliotheken worden een innovatieve, open leeromgeving waar de focus ligt op kinderen en jongeren, waar ze werken op geletterdheid en taalontwikkeling, rond competentieontwikkeling en creatie (inzicht verwerven door ‘doen’) en rond taaloefenkansen voor anderstaligen. De bibliotheken stimuleren het leesklimaat, en zetten in op reflectie, verdieping en meerstemmigheid in de stad.

In functie van deze krachtlijnen worden heel wat acties uitgerold onder andere rond culturele ontmoeting, waar een nauwe samenwerking met de districten zal worden gezocht.

4. Het ondersteunen van de conclusies van het Masterplan infrastructuur podiumkunsten Het Masterplan Infrastructuur Podiumkunsten heeft als doel om het gebruik van de Antwerpse podia zo maximaal als mogelijk af te stemmen op de evoluerende behoeften van gezelschappen, stad en publiek.

Voor de schouwburg wordt aansluitend op dit onderzoek samen met het district een toekomsttraject uitgetekend dat de doelstellingen en de positie van de schouwburg binnen de stad en haar kunstenlandschap moet scherpstellen.

5. Afstemmen op realisatie van de conclusies van de landschapstekening kunsten

In samenwerking met het kunstenlandschap van Antwerpen werd een swot analyse uitgevoerd. Uit deze analyse komt als belangrijkste aandachtspunt de nood aan meerdere plekken waar kunst- en cultuur zich duurzaam kunnen ontwikkelen, alsook de nood aan een visie op de programmatie en structurele terbeschikkingstelling van de beschikbare ruimtes voor (professionele) kunst- en cultuurorganisaties in functie van talentontwikkeling.

6. Lokaal erfgoedbeleid

Lokaal erfgoedbeleid is een belangrijke bevoegdheid voor de districten. Er wordt in functie van projecten samengewerkt met lokale partners, het erfgoedlab en erfgoedinstellingen. Voor kunst op het openbaar domein wordt samengewerkt binnen het kader zoals voorzien door Kunst in Stad.

De vzw schakelt zich integraal en zonder voorbehoud in in het lokaal cultuurbeleid van het district zoals opgenomen in het meerjarenplan van het district en zoals dit jaarlijks wordt geconcretiseerd in het actieplan van de vzw.

Hiervoor gebruikt de VZW de methodiek van strategische coördinatie.

ARTIKEL 5 – AFVAARDIGINGEN VANUIT DE STAD IN DE ORGANEN VAN DE VZW

Afgevaardigden vanuit de stad moeten vooraf door de stad (bij gemeenteraadsbeslissing) worden aangeduid. Elke voordracht voor afgevaardigden namens de stad in de raad van bestuur wordt op voorhand voor advies voorgelegd aan de districtsraad. De bestuurscoördinator-district wordt als niet- stemgerechtigd lid opgenomen in de raad van bestuur van de vzw.

De vzw is mede verantwoordelijk voor de wettelijkheid van het aanstellen van de afgevaardigden, met inbegrip van alle onverenigbaarheden.

De vzw heeft ook de verplichting om er mee over te waken dat de afgevaardigden van de stad in de organen van de vzw steeds beschikken over een geldig mandaat vanuit de gemeenteraad. Indien dit

(22)

mandaat zou vervallen of indien het nodig is – om welke reden ook – om hieraan wijzigingen aan te brengen, zal de vzw de stad hiervan tijdig verwittigen.

ARTIKEL 6 – FINANCIELE VERPLICHTINGEN VOOR DE STAD EN HET DISTRICT

De stad engageert zich er toe om als een voorzichtig en redelijk persoon maximale inspanningen te leveren om het bedrag, noodzakelijk om de overeengekomen doelstellingen te realiseren, jaarlijks te voorzien.

De dotatie van de stad en het district wordt jaarlijks bepaald overeenkomstig de richtlijnen van de stad en de bepalingen in artikel 7 van de overeenkomst. Bij het bepalen van de exploitatiedotatie zal rekening worden gehouden met het eventueel gebruik door de vzw van de ondersteunende gemeenschappelijke diensten.

De dotatie wordt aan de vzw uitbetaald volgens de modaliteiten die worden vastgelegd door het college van burgemeester en schepenen in het besluit over de procedure voor de uitbetaling van toelagen.

Het district en de vzw bepalen in overleg en kaderend binnen het ondersteuningsbeleid van het district de modaliteiten waarop de districtsdotatie zal worden uitbetaald en afgerekend.

ARTIKEL 7 – FINANCIELE VERPLICHTINGEN VOOR DE VZW

§1. Boekhouding

De vzw volgt de wettelijk opgelegde boekhouding.

§2. Jaarlijks budget

De vzw maakt een jaarlijks budget op conform de wettelijke voorschriften. Dit budget is afgestemd met de stedelijke meerjarenplanning en houdt rekening met de stedelijke onderrichtingen.

Naar aanleiding van de jaarlijkse opmaak van het budget van de vzw kan afstemming worden voorzien, teneinde overeenstemming te bereiken over de concrete financieringsmodaliteiten. De afspraken die in dit verband worden gemaakt tussen de stad, het district en de vzw, worden opgenomen in het budget van de stad, het district en de vzw.

Het is de verantwoordelijkheid van de vzw om, conform de richtlijnen en na voorafgaand overleg met de stad en het district, tijdig een voorstel ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen.

De aanleg en aanwending van reserves wordt op een transparante wijze in het budget kenbaar gemaakt, nadat het college van burgemeester en schepenen of het districtscollege hieraan haar goedkeuring heeft gegeven conform de bepaling van artikel 11.

§3. Voorwaarden waaronder eigen inkomsten of andere financieringen mogen worden verworven of aangewend.

De vzw kan binnen de perken van zijn maatschappelijk doel eigen inkomsten verwerven evenals andere financieringen aanwenden.

(23)

Naar aanleiding van de jaarlijkse opmaak van het budget zal de vzw concreet aangeven in welke mate het van deze mogelijkheid gebruik wenst te maken en volgens welke modaliteiten.

§4. Tarifering van de door de vzw geleverde prestaties

De stad blijft bevoegd voor het vaststellen van de retributiereglementen inzake de taken van gemeentelijk belang die aan de vzw werden toevertrouwd.

§5. Leningen, investeringsprojecten, daden van beschikking m.b.t. onroerend patrimonium

De vzw kan een lening aangaan bij de stad Antwerpen volgens de modaliteiten bepaald door de gemeenteraad. Leningen bij andere instellingen, en borgstellingen door de stad bij deze leningen, kunnen pas worden aangegaan na voorafgaand gunstig advies van de financieel directeur van de stad (via de afdeling thesaurie) én na goedkeuring door het college.

Beslissingen over investeringsprojecten, waarvan het totaal van de uitgaven (inclusief de exploitatiekosten) de drempel van 100.000 euro inclusief BTW overschrijdt en die niet in het budget werden opgenomen, dienen voorafgaandelijk ter goedkeuring aan het college te worden voorgelegd.

De vzw beschikt niet over eigen onroerend patrimonium.

§6. Bestemming van de resultaten van de vzw

De vzw heeft de verplichting om ethisch en verantwoord om te gaan met de middelen van de stad.

§7. Voor het toezicht op de financiële toestand en de jaarrekeningen van de vzw, zal de stad via een raamcontract een bedrijfsrevisor als commissaris voor de vzw aanstellen, op basis waarvan de raad van bestuur deze commissaris-revisor kan benoemen.

ARTIKEL 8 – ANDERE VERPLICHTINGEN VOOR DE VZW

§1. Conform de statuten wordt aan de leden van de raad van het bestuur en het directiecomité geen presentiegeld toegekend. Ook aan de leden van de algemene vergadering wordt geen presentiegeld toegekend.

§2. De vzw respecteert volgende samenwerkingsprincipes die van toepassing zijn voor alle entiteiten van de groep stad Antwerpen:

 Naar buiten toe profileren als eenheid van organisatie

De groep stad Antwerpen treedt naar buiten als een eenheid, ongeacht de interne structuur, beslissingsorganen of aparte rechtspersoonlijkheid van afzonderlijke entiteiten.

 Wederkerigheid

We doen in eerste instantie beroep op elkaar.

Alle entiteiten doen beroep op elkaar om gezamenlijk de doelstellingen te realiseren.

Zij vermijden alle vormen van bureaucratie.

 Transparantie

De entiteiten hanteren een transparante bedrijfsvoering ten opzichte van elkaar, van het bestuur en van de burger.

(24)

 Maximaal gebruik van dezelfde systemen

De entiteiten streven maximaal naar het gebruik van dezelfde systemen.

 Uniform en transparant financieel beleid

Alle entiteiten kunnen beroep doen op de financieel directeur van de stad.

Financiële middelen worden groepsbreed toegewezen in functie van de doelstellingen en de beschikbare middelen.

 Primaat van de politiek

Alle entiteiten van de groep stad Antwerpen behoren tot de overheid: zij aligneren zich aan de algemene democratische rechtsprincipes. Visie en beleidsvorming zijn het prerogatief van de democratisch verkozenen. Zij werken mee aan de realisatie van de doelstellingen.

 Medewerking aan uitvoering bestuursakkoorden, beleidsrichtlijnen en meerjarenplan Alle entiteiten werken samen aan de uitvoering van de bestuursakkoorden van stad en districten.

§3. Volgens de methodiek van de strategisch coördinator wordt er financieel gerapporteerd over de uitvoering van de doelstellingen zodat er een groepsbrede financiële doelstellingenrapportering kan worden opgemaakt.

§4. Elke entiteit verbindt zich om een klantgerichte en klantvriendelijke dienstverlening te organiseren.

Het netwerk klantenmanagement van de stad en de digitale A-stad staan open voor elke entiteit.

§5. Elke entiteit van de stad is gehouden aan de merkarchitectuur, uitgetekend door het college van burgemeester en schepenen.

ARTIKEL 9 – PERSONEEL

De vzw heeft geen eigen personeel.

ARTIKEL 10 – ORGANISATIEBEHEERSING

De vzw voorziet in een gedocumenteerd systeem van organisatiebeheersing dat ontworpen is om een redelijke zekerheid te verschaffen omtrent:

- het effectief en efficiënt beheer van de risico’s binnen het agentschap;

- de betrouwbaarheid van de financiële en de beheersrapportering binnen het agentschap;

- de naleving van de regelgeving en de procedures binnen het agentschap;

- de effectieve en efficiënte werking van de diensten binnen het agentschap;

- de bescherming van de activa binnen het agentschap.

Dit organisatiesysteem behelst minstens de regels met betrekking tot:

- het aangaan van verbintenissen;

- de kredietbewaking;

- de wetmatigheidscontrole;

- de ondertekening van de girale betalingsorders.

Deze regels worden ook ter kennisneming voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze overeenkomst wordt opgemaakt in het kader van artikel 247 van het Decreet Lokaal Bestuur (hierna kortweg “DLB”) en artikel 7 van de statuten en concretiseert de rechten

Artikel 6: Parkeervakken worden gemarkeerd door witte markeringen op de voorbehouden plaatsen voor personen met een handicap en het pictogram wordt op het

De districtsraad geeft gunstig advies over het ontwerp van een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer voor de Jan De Voslei (deel stad) in het

Het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de stadsafgevaardigde in de algemene vergadering van vzw Lokaal Cultuurbeleid district Merksem handelt overeenkomstig de instructies van

Artikel 11: parkeervakken worden gemarkeerd door middel van witte markeringen op de voorbehouden plaatsen voor personen met een handicap en het pictogram wordt op het

De districtsraad geeft gunstig advies over het ontwerp van een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer voor de De Neufstraat in het district Deurne,

Op 27 juni 2016 (jaarnummer 459) werd door de gemeenteraad de verkoop goedgekeurd van de zone met bestemming 'Zone voor Detailhandel (De)' voor de bouw van één

Het college vraagt dan ook garanties dat een overkapping van de ring in haar district wel degelijk zal volgen in een tweede fase en dat ondertussen het budget voorzien voor