Historische canon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene
SFIR (Irak)
In 2003 versloeg een coalitie onder leiding van de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk het Iraakse leger. De dictatuur van Sadam Hussein kwam ten val. Toen begon het echte werk. De coalitie maakte schoon schip en stuurde grote delen van de overheid naar huis. Het gevolg liet niet lang op zich wachten.
Bestuurlijke chaos en anarchisme vierden hoogtij. Spoedig laaide het geweld weer op. De coalitie nam stappen om de zaak te normaliseren en riep de Stabilization Force Iraq (SFIR) in het leven.
Ook Nederland nam daaraan deel.
Het Nederlandse detachement werd gelegerd op drie locaties in de zuidelijke provincie Al Muthanna. In vergelijking met de rest van Irak was het er doorgaans relatief rustig. Oprispingen van geweld gooiden soms roet in het eten, maar een intensieve patrouillegang wierp zijn vruchten af. Veel Irakezen legden hun vertrouwen in de Nederlanders. Dat leverde nuttige informatie over specifieke problemen of criminele activiteiten op. Dat vertrouwen legde een goede basis voor de wederopbouw van het gebied.
De Fuseliers zijn één keer ingezet in Irak. De C-compagnie van 17 Pantserinfanteriebataljon vergezelde 11 Infanteriebataljon
Luchtmobiel GGJ tijdens SFIR-5. De uitzending stond in het teken van de landelijke verkiezingen op 30 januari 2005. De Nederlanders bereidden de verkiezingsdag in Al Muthanna tot in de puntjes voor.
Het harde werken werd beloond. De verkiezingen waren een succes en achteraf heerste er een ware feeststemming onder de Irakese bevolking.
Daarna begonnen de voorbereidingen voor de redeployment van het Nederlandse detachement. SFIR-5 was de laatste rotatie. Eind februari 2004 verhuisden de meeste Fuseliers al naar Camp Virginia in Koeweit en op 9 maart verlieten de achterblijvers het operatiegebied.