• No results found

Vraag nr. 225 van 16 mei 2002 van de heer FRANCIS VERMEIREN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 225 van 16 mei 2002 van de heer FRANCIS VERMEIREN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 225 van 16 mei 2002

van de heer FRANCIS VERMEIREN Afvalverwerking – Vlaams-Brabant

Na het opgeven van de verbrandingsoven in Dro-g e n b o s, die er Dro-gebouwd zou worden door de inter-communale V l a b r a v e r, heeft de minister haar zegen gegeven voor de constructie van een nieuw model van afvalverwerkingsinstallatie. Dit zou het afvalvolume aanzienlijk terugdringen en zelfs tot de helft herleiden.

1. Toch zou men kunnen verwachten dat deze nieuwe optie het voorwerp uitmaakt van een degelijke informatiecampagne naar de betrok-ken gemeenten, die thans via hun intercommu-nale hun afvalprobleem aanpakken op een ma-nier die blijkbaar niet strookt met de opvattin-gen verwoord in de regeringsverklaring van juli 1999 (Stuk 31 (1999) – Nr. 1 ) . Wanneer worden de gemeenten daarover geïnformeerd ?

2. Is deze nieuwe methode voor afvalverwerking het resultaat van de BBT-studie aangekondigd in de voornoemde verklaring (BBT : beste be-schikbare techniek) ?

3. Toch zal er, zoals ook wordt vermeld in de rege-r i n g s v e rege-r k l a rege-r i n g, een frege-ractie overege-rblijven die verege-r- ver-brand moet worden of als secundaire ver-brandstof gecommercialiseerd.

Kan dat gebeuren in de bestaande verbran-d i n g s i n s t a l l a t i e s, of moet er worverbran-den overgegaan tot de ombouw ervan ?

De regeringsverklaring maakt er trouwens mel-ding van dat geen nieuwe locaties in aanmer-king zullen komen.

4. Waar zullen de intercommunales voor huisvuil-ophaling uit V l a a m s-Brabant in de toekomst kunnen overgaan tot het verwerken van het huisvuil in het nieuw model van installatie ?

Antwoord

1. Om het beleid inzake eindverwerking van huis-houdelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkba-re bedrijfsafvalstoffen in Vlaandevergelijkba-ren te coördi-neren en alle betrokken actoren, waaronder de lokale besturen, te informeren, bestaan er diver-se overlegstructuren.

De planning van verwerkingscapaciteiten ge-beurt steeds op Vlaams niveau binnen het kader van het vigerende Uitvoeringsplan Huishoude-lijke A f v a l s t o f f e n . Het huidige plan loopt tot eind 2002. Een ontwerpplan voor de periode 2003-2007 staat in de steigers en zal deze zomer in openbare procedure gaan.

Ter begeleiding van de uitvoering van dergelijk uitvoeringsplan is in een gewestelijke en vijf provinciale overlegplatformen voorzien, w a a r i n alle intercommunales en ook de provincies ver-tegenwoordigd zijn via hun respectieve afvaar-d i g i n g e n . Het is afvaar-de beafvaar-doeling afvaar-dat afvaar-deze vertegen-woordigers hun leden, zijnde onder andere de lokale besturen, informeren over de voortgang van de uitvoering, van het van kracht zijnde plan en over de planning naar de toekomst, o o k inzake te verkiezen verwerkingstechnieken. Zowel de V V P, de VVSG als Interafval zijn hierin vertegenwoordigd (VVP : Vereniging van Vlaamse Provincies ; VVSG : Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten – red.).

Op niveau van de provincie Vlaams-Brabant is tot op heden nog geen provinciaal overlegplat-form actief. Vlabraver werd ten onrechte als dergelijk overlegplatform beschouwd. M i d d e n 2002 wordt ook in de provincie V l a a m s - B r a b a n t gestart met een provinciaal overlegplatform, wat de informatieoverdracht naar de lokale be-sturen zal verbeteren.

(2)

2. In 2001 werd door de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) een BBT-studie uitgevoerd naar technieken voor de ver-werking van te verwijderen huishoudelijke af-valstoffen en niet-specifieke categorie 2-bedrij-v e n a f 2-bedrij-v a l s t o f f e n . Di2-bedrij-verse 2-bedrij-verwerkingsscenario's werden geanalyseerd op hun milieu-impact, e n e r g i e b a l a n s, m a t e r i a a l r e c u p e r a t i e, kostprijs en p r o c e s v o e r i n g. Zowel verbranding in een roos-teroven met katalytische NOx- r e d u c t i e, als me-chanisch-biologische voorbehandeling gecombi-neerd met wervelbedverbranding, worden gun-stig geëvalueerd (NOx: stikstofoxiden – red.). Het is inderdaad deze studie die in de regerings-verklaring van juli 1999 werd aangekondigd. 3. Uit de mechanisch-biologische

voorbehande-lingsinstallaties komt naast recycleerbare frac-ties ook een hoogcalorische fractie, RDF ge-n a a m d , vrij die ge-niet ige-n de bestaage-nde huisvuilige-n- huisvuilin-stallaties kan worden ingezet. Daartoe moet in specifieke installaties zoals bijvoorbeeld wervel-bedverbrandingsinstallaties worden voorzien. Dergelijke hoogcalorische afvalfracties kunnen ook via meeverbranding in industriële of ener-getische processen worden ingezet. D a a r d o o r kan een hoog energetisch rendement worden v e r k r e g e n . (RDF : Refuse Derived Fuel – brandstof uit afval – red.)

De planning en bouw van dergelijke specifieke verbrandingscapaciteiten vallen buiten het do-mein van het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen en buiten het sinds 1998 ingestelde m o r a t o r i u m . Het moratorium geldt immers enkel voor huisvuilverbrandingsinstallaties op basis van roosteroventechnologie. R e c e n t e l i j k werd reeds een milieuvergunning afgeleverd voor de bouw van een nieuwe wervelbedoven in Beveren met een capaciteit van in totaal 466.000 ton, waarvan 233.000 ton hoogcalori-sche afvalstromen (onder andere voormeld RDF kan er verwerkt worden).

De ombouw van bestaande huisvuilverbran-dingsinstallaties voor het verwerken van hoog-calorische afvalstromen, zoals RDF, komt mo-menteel niet in aanmerking. Deze piste werd immers niet onderzocht in de voormelde B B T-studie en is aldus nog geen BBT. In een toekomstige BBT-studie zal dit mee onderzocht worden.

Op basis van de voormelde BBT-studie blijkt dat de bestaande huisvuilverbrandingsinstalla-ties verder aan de wettelijke eisen kunnen

blij-ven voldoen, mits zij voorzien in een reductie-systeem voor NOx. Zo blijven ze voldoen aan de nieuwe Europese richtlijn verbranden. A f-bouw van de bestaande verbrandingscapaciteit kan slechts indien een verbrandingsinstallatie niet meer voldoet aan de gestelde nonnen, of in-dien vrijwillig door de uitbaters besloten wordt de installatie te sluiten (bv. omdat men geen bij-komende investeringen wenst in een volledig af-geschreven installatie).

In Vlaanderen ontbreekt momenteel nuttige verwerkingscapaciteit voor grijs afval. Het op-zetten van een capaciteit voor eindverwerking op basis van verschillende verwerkingstechnie-ken biedt de grootste flexibiliteit en kans op verdere evolutie. Hierbij moeten enerzijds de bestaande roosterovens geactualiseerd blijven m . b. t . de BBT. Anderzijds kan de ontbrekende capaciteit ingevuld worden met voorbehande-lingsinstallaties gevolgd door specifieke verwer-kingsinstallaties voor hoogcalorisch afval. D e z e routes bieden verbeterde mogelijkheden op het vlak van materiaalrecuperatie en energiebenut-ting.

4. Het Vlaams Gewest blijft uitgaan van een zelf-voorzieningsprincipe voor de eindverwerking van huishoudelijke afvalstoffen. Dit zal zowel gebeuren in de bestaande huisvuilverbrandings-installaties aangevuld met BBT-t e c h n i e k e n ,a l s in voormelde voorbehandelingsinstallaties ge-volgd door een verbranding van onder andere R D F. Dit betekent dat het V l a a m s-B r a b a n t s e h u i s v u i l , grofvuil en gemeentevuil, zijnde het te verwijderen huishoudelijk afval, in deze diverse installaties terechtkan.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Na het arrest van de Raad van State, die besliste dat de intercommunale Vlabraver niet langer be- schikt over een uitvoerbare milieuvergunning voor de bouw van een

Bestaat er reeds overleg met de toeristische diensten van het Brussels Gewest voor de reva- lorisatie van het bekken van de Zenne, dat trou- wens enige tijd geleden het

De totale kosten voor de deelname aan de beurs in de vorm van stands en dergelijke be- droegen voor het Ministerie van de V l a a m s e Gemeenschap in 1996 675.112,06

Hiervan is 39 % uit- gemond in een positieve sollicitatie op basis van deze extra opleiding ; 39 % van de werkzoekenden hebben hun opleiding volbracht en solliciteren op basis van

De VZW Beaulieu, die ijvert voor het instandhou- den van dit historische gebouw, heeft inderdaad vastgesteld dat er administratieve blunders in het dossier geslopen zijn, waardoor

Niet alle personen die aangesteld worden als postdoctorale onderzoeker zetten na het beëin- digen van dit mandaat hun loopbaan aan de universiteit voort, zij gaan ook naar

In de huidige manier van werken voor de op- maak van de bekkenbeheersplannen wordt dus veel aandacht besteed aan de participatie van alle actoren en sectoren.. Op die manier is

Fe b e l- auto V Z W, het beheersorganisme voor afge- dankte voertuigen dat in werking is getreden in uitvoering van de milieubeleidsovereenkomst afgedankte voertuigen, schat