• No results found

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK IN HET KADER VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK IN HET KADER VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE"

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK IN HET KADER VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE

EDUCATIE

De Krielpykjes

Plaats : Nij Beets

LRKP nummer : 127076669

(2)
(3)

1 INLEIDING . . . 5

2 BEVINDINGEN . . . 7

3 CONCLUSIE. . . 11

BIJLAGE 1 OORDELEN . . . 12

INHOUDSOPGAVE

(4)
(5)

Op 26 juni 2017 heeft de inspectie peuteropvang De Krielpykjes onderzocht. Het onderzoek is gedaan vanwege het signaalgestuurde toezicht op de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (vve). Vve is bedoeld voor jonge kinderen die onvoldoende zijn toegerust voor een soepele instroom in groep 3 van het basisonderwijs, waardoor ze grote kans lopen om achterop te raken.

Bij het signaalgestuurde toezicht bepalen wij op basis van signalen over mogelijke risico’s in de kwaliteit van vve welke peuterspeelzalen en

kinderdagverblijven met voorschoolse educatie worden bezocht. Deze signalen zijn voornamelijk afkomstig van de GGD en/of de gemeente. Ook kunnen signalen afkomstig zijn van ouders en basisscholen.

Uit de rapporten van de GGD is gebleken dat er mogelijke risico’s zijn in de kwaliteit van vve. Daarom hebben wij De Krielpykjes onderzocht.

Tijdens het onderzoek hebben wij de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie beoordeeld met een set indicatoren, waarmee wij overeenkomstig de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kunnen beoordelen of de vve-locaties op belangrijke onderdelen vve van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op:

• De voorwaarden voor vve

• De ouders

• De kwaliteit van de educatie

◦ Het vve-programma, zoals dat wordt aangeboden

◦ Het pedagogisch klimaat

◦ Het educatief handelen

• De ontwikkeling, zorg en begeleiding

• De kwaliteitszorg

• De doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool

• De resultaten van vve

INLEIDING

1

(6)

Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:

• Analyse van documenten en gegevens over de locatie die wij voorafgaand aan het onderzoek hebben opgevraagd.

• Vve-locatiebezoek, waarbij wij:

◦ documenten, handelingsplannen en groepsplannen hebben bestudeerd;

◦ een groepsbezoek hebben uitgevoerd.

◦ gesprekken met de directie, ouders en pedagogisch medewerkers hebben gevoerd.

Wij hebben ons bij het onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader signaalgestuurd vve-toezicht. Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie. Bijlage 1 van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte

indicatoren en de bevindingen.

Onderzoeksopzet

Toezichtkader

Opbouw rapport

(7)

Uit het overzicht in bijlage 1 valt op te maken dat de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie grotendeels op orde is bij de aspecten pedagogisch en educatief handelen en begeleiding en zorg en bij de doorgaande lijn in het aanbod van de peuteropvang en de basisscholen. Een sterk punt is de warme, zorgzame en respectvolle benadering van de peuters.

Daarnaast hebben wij verbeterpunten geconstateerd bij de aspecten ouders en kwaliteitszorg en zien we nog mogelijkheden tot verdieping op onderdelen van de doorgaande lijn.

Totaalbeeld

Peuteropvang De Krielpykjes is gehuisvest in een semi-permanente unit tussen twee basisscholen. De groep bestaat uit maximaal 8 kinderen. De begeleiding ervan is in handen van een pedagogisch medewerker en een vrijwilliger. De peuters stromen van deze peuteropvang door naar de beide basisscholen. Op dit moment zitten er geen geïndiceerde doelgroepkinderen op de peuteropvang. Dit zijn kinderen die door het consultatiebureau geïndiceerd zijn volgens de brede definitie die de gemeente Opsterland hanteert.

In 2016 is peuteropvang De Krielpykjes overgenomen door

kinderopvangorganisatie De Torteltuin na het faillissement van de vorige houder.

De ontwikkelpunten van de peuterspeelzaal liggen vooral op het gebied van het ouderbeleid, de verdieping van de doorgaande lijn en de kwaliteitszorg.

Toelichting

Condities

Vanaf begin 2016 heeft de GGD in haar onderzoeken op De Krielpykjes een aantal tekortkomingen geconstateerd, onder andere in de basisvoorwaarden voor de voorschoolse educatie. In februari 2017 heeft de GGD geoordeeld dat de tekortkomingen in de basisvoorwaarden opgeheven waren. Wij nemen het oordeel van de GGD op dit onderdeel over en waarderen daarmee de condities voor de voorschoolse educatie als voldoende. Wel constateren we uit de GGD- rapporten dat nog niet alle overige voor vve relevante tekortkomingen

opgeheven zijn. In het nader onderzoek in mei 2017 oordeelt de GGD dat er nog een tekortkoming is in de pedagogische praktijk: de houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. Gezien de aanscherping van het besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie is het van belang dat deze tekortkoming op korte termijn hersteld wordt.

BEVINDINGEN

2

(8)

Ouders

De inspectie heeft tijdens het bezoek een vertegenwoordiging van de ouders gesproken. De ouders waren positief over de begeleiding van hun kind, de sfeer, en de omgang van de beroepskracht met de ouders.

De peuteropvang heeft echter nog geen specifiek op vve gericht ouderbeleid (indicator B1 en B2), gebaseerd op een analyse van de ouderpopulatie en een inventarisatie van de wensen en behoeften van ouders ten aanzien van participatie en vve. Daardoor blijft onduidelijk - ook voor de ouders - wat de doelen van de peuteropvang zijn qua betrokkenheid, inzet en participatie van de ouders in het kader van vve.

Ouders zijn wel goed op de hoogte van het vve-programma dat zowel de Krielpykjes als de basisscholen gebruiken. Via de mail en nieuwsbrieven worden ouders geïnformeerd over het thema en de woorden en activiteiten die daarin voorkomen, maar er zijn op de peuteropvang geen activiteiten voor ouders om hen meer bij het programma te betrekken zoals themabijeenkomsten of koffieochtenden (indicator B5). Ook organiseert de peuteropvang geen specifieke activiteiten voor ouders om hen te stimuleren thuis

ontwikkelingsbevorderende activiteiten met hun kind te doen (indicator B4).

Ouders geven aan dat er wel alle gelegenheid is om over de ontwikkeling van hun kind te praten. Naast de informele gesprekken met de pedagogisch medewerker bij het halen en brengen, vinden er geplande gesprekken plaats met ouders waar de pedagogisch medewerker de resultaten van de toetsen en de observatielijst met hen bespreekt. In verband met een

vroegtijdige signalering van bijzonderheden is het positief dat de frequentie van deze gesprekken opgevoerd wordt tot twee keer per jaar.

Kwaliteit van de uitvoering van vve

De peuterspeelzaal werkt met een integraal programma dat uitgaat van het werken in thema’s. De themaplanning is per week uitgewerkt in doelen,

activiteiten en ontwikkelingsgebieden. In de weekplanning geeft de pedagogisch medewerker ook aan of de doelen al dan niet behaald zijn. Het zou goed zijn om in de weekplanning ook aan te geven welke kinderen op bepaalde doelen nog extra aandacht nodig hebben. De uitwerking van het aanbod stemt de pedagogisch medewerker wel af op het niveau van de kinderen. Zo zijn er bijvoorbeeld specifieke activiteiten voor de kinderen die meer aankunnen.

De inrichting van de peuterspeelzaalruimte is fleurig en warm, maar zou nog meer uitdaging kunnen bieden aan de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid van de kinderen (indicator C2.5). Er hangen wel cijfersymbolen, maar staan niet op ooghoogte van de kinderen, zodat zij niet uitgedaagd worden om ermee te handelen. Ook is er in het lokaal verder nog weinig aandacht voor de

(9)

schriftelijke taal, bijvoorbeeld door een leeshoek, woorden op kasten, stoeltjes, hoeken e.d.

De geobserveerde activiteiten zijn over het algemeen zeker van voldoende niveau. In het pedagogisch handelen van de beroepskracht valt vooral de warme, zorgzame en respectvolle houding op (indicator C2.1, C2.1 en C3.6) De pedagogisch medewerker laat zien beschikbaar te zijn voor kinderen. Ze stimuleert de actieve betrokkenheid en zelfstandigheid en besteedt duidelijk aandacht aan de brede ontwikkeling van kinderen, met het accent op de taalontwikkeling. Tijdens de activiteiten vindt veel interactie met de kinderen plaats en de activiteiten zijn afgestemd op de verschillen in ontwikkeling tussen de kinderen.

Ontwikkeling, begeleiding en zorg

De pedagogisch medewerker volgt de ontwikkeling van alle kinderen zorgvuldig door middel van een observatiesysteem, een vaardighedenlijst en toetsen. Zij gebruikt de gegevens die voorhanden zijn en de dagelijkse observaties om te bepalen welke begeleiding en zorg de kinderen nodig hebben. Zoals hierboven al vermeld is, zit er op dit moment geen kind met een vve-indicering op de

peuteropvang. Indien dat wel het geval is, of wanneer een kind anderszins extra zorg behoeft, wordt deze zorg in een plan vastgelegd. Bij het bepalen van de extra zorg krijgt de pedagogisch medewerker ondersteuning van de directeur van De Torteltuin.

De contacten met externe zorgverleners, met name het consultatiebureau, zijn over het algemeen goed. De ondersteuningsroute die de gemeente Opsterland voor de externe zorg ontwikkeld heeft, is echter niet bekend bij de

peuteropvang.

Kwaliteitszorg

Het bewaken van de kwaliteit van vve is belegd bij de directeur van De

Torteltuin. Deze voert in dit kader ook groepsobservaties uit. Het is echter tot nu toe niet gebruikelijk dat er rapportages over de evaluatie van de kwaliteit van vve plaatsvinden en dat de daaruit voortvloeiende verbetermaatregelen en afspraken vastgelegd worden in een verbeterplan (indicator E2 en E4). Dit zal binnenkort gebeuren. Een volgende stap zal dan moeten zijn om de resultaten van verbeteringen goed te borgen (indicator E5).

Het effect van vve op de resultaten van de kinderen wordt wel systematisch geëvalueerd. Samen met de basisscholen worden de toetsresultaten besproken om te kijken of het aanbod zowel op groeps- als op individueel niveau effect gehad heeft en of aanpassingen noodzakelijk zijn.

(10)

Doorgaande lijn

De lijnen tussen de peuteropvang en de twee betrokken basisscholen zijn kort.

Bij de overstap naar het basisonderwijs vindt er een warme overdracht van de kinderen plaats. Doordat peuteropvang en basisscholen met hetzelfde vve- programma werken en de planning ervan op elkaar afstemmen is er een mooie doorgaande lijn in het aanbod. Ook ouders ervaren dat de overstap van de kinderen hierdoor soepel verloopt. Hoewel er een goede afstemming is van het aanbod zou de doorgaande lijn op een aantal punten nog verder inhoudelijke invulling kunnen krijgen. Deze punten betreffen het ouderbeleid, het

pedagogisch klimaat, het educatief handelen en de uitvoering van de zorg (indicator F5 - F7).

Opbrengsten

De inspectie onthoudt zich van een oordeel over de resultaten van vve, omdat er op gemeentelijke niveau nog onderzocht wordt hoe de resultaten in de praktijk op een eenduidige wijze kunnen worden gemeten en gemonitord.

(11)

De inspectie heeft een onderzoek gedaan naar de kwaliteit van voor en vroegschoolse educatie op basis van signalen uit de GGD-rapporten. Wij constateren dat de pedagogisch-educatieve kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie op De Krielpykjes grotendeels op orde is en dat de warme, zorgzame en respectvolle benadering van peuters een voorbeeld voor anderen is. Verbeterpunten zijn vooral geconstateerd bij de aspecten ouders en kwaliteitszorg. Hoewel er een goede samenwerking met de basisscholen is, kan bovendien de doorgaande lijn van peuteropvang naar basisscholen inhoudelijk nog verdiept worden.

CONCLUSIE

3

(12)

In de onderstaande tabellen vermelden wij welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De

bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is.

Legenda:

1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig. Deze kwalificatie geeft aan dat er echt iets verbeterd dient te worden.

2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk. Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt.

3. Voldoende.

4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen. Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren.

BIJLAGE 1 OORDELEN

Condities 1 2 3 4

Voldoende vve-tijd

Kwaliteit pedagogisch medewerkers

• A0.1 Er is een recent GGD-rapport beschikbaar

A2 De groepsgrootte voldoet aan de maximumeisen (voorschool) A3 Beroepskracht - kind ratio ("dubbele bezetting")

A4.1 De peuters volgen gedurende voldoende tijd (per week) een vve-programma op de voorschool

A5.2 Alle beroepskrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding)

A5.3 Alle beroepskrachten spreken voldoende Nederlands A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend vve-geschoold A5.5 Er is een jaarlijks vve-opleidingsplan

Ouders 1 2 3 4

• B1 Gericht vve-ouderbeleid

B2 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd

B3 Intake

B4 Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen

B5 Participatie in vve-activiteiten in de voorschool/vroegschool B6 Informeren over de ontwikkeling van hun kind

(13)

Ouders 1 2 3 4

• B7 Rekening houden met thuistaal

Kwaliteit van de uitvoering van vve 1 2 3 4

Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma

Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat

Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen

• C1.1 Een integraal vve-programma

C1.2 Werken met een doelgerichte planning

C1.3 Het activiteitenaanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend en geconcretiseerd

C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd

C2.1 Het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers/

leerkrachten is respectvol

C2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten structureren en hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen

C2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen

C2.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de zelfstandigheid van de kinderen en tonen respect voor de autonomie van het kind

C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taal-uitlokkend

C3.1 Het educatief handelen van beide pedagogisch medewerkers/

leerkrachten is goed op elkaar afgestemd

C3.2 Er worden structureel effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd

C3.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen

C3.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken

C3.5 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de pedagogisch medewerkers/leerkrachten

met de kinderen is responsief

C3.7 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen

(14)

Ontwikkeling, begeleiding en zorg 1 2 3 4 Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep

Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen

• D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen

D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind

D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg D1.4 Specifieke aandacht voor de taalontwikkeling bij begeleiding

en zorg

D2.1 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten blijven de

ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden

Kwaliteitszorg binnen de voor- en de vroegschool 1 2 3 4

• E1 Er is vve-coördinatie op de voor- resp. vroegschool

E2 De voor- resp. vroegschool evalueert de kwaliteit van vve regelmatig

E3 De voor- resp. vroegschool evalueren de resultaten van vve E4 De voor- resp. vroegschool werkt planmatig aan vve-

verbetermaatregelen

E5 De voor- resp. vroegschool borgt de kwaliteit van haar vve- educatie

Doorgaande lijn 1 2 3 4

• F1 Er is vve-coördinatie tussen de voor- en vroegschool

F2 Er is concreet beleid om zoveel mogelijk kinderen te laten doorstromen naar een vroegschool

F3 De voor- en vroegschool zorgen voor een warme overdracht F4 Het aanbod van de voor- en vroegschool is op elkaar

afgestemd

F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd

F6 De manier om met de ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool is op elkaar afgestemd

(15)

Doorgaande lijn 1 2 3 4 F7 De interne begeleiding en zorg zijn op de voor- en •

vroegschool op elkaar afgestemd

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Na een lange periode waarin de gemeente onvoldoende regie heeft gevoerd om te zorgen voor voldoende goede voor- en vroegschoolse educatie, komt deze regie nu weer op gang..

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

Daarnaast zijn er enkele afspraken vastgelegd over het pedagogisch klimaat, het educatief handelen, ouderbeleid en zorgstructuur, om de doorgaande lijn zo goed mogelijk vorm te

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

De voor- en vroegschool gaan binnen afzienbare tijd over op een integraal kindvolgsysteem, waardoor de aansluiting tussen de voor- en vroegschool verbeterd wordt en dat de

Sinds het bezoek dat in mei 2011 door de inspectie van het onderwijs werd gebracht, heeft Sesamstraat zich verbeterd in met name het werken aan een doorgaande lijn voor kinderen die