• No results found

Ten aanzien van de nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot het toestaan van de

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Ten aanzien van de nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot het toestaan van de "

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Mondelinge toelichting zienswijze C. Brunenberg Cie Ruimte 9/1/2018

Het plan valt feitelijk uiteen in het mogelijk maken van 5 recreatiewoningen en een planologische ‘verduidelijking’ van de bestaande B&B-accommodatie.

Ten aanzien van de nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot het toestaan van de

vakantiewoningen moet de raad zich afvragen of dit nu is wat de raad wil voor dit gebied.

In dit gebied, waar het aan mensen die hier geboren en getogen zijn niet toegestaan wordt een nieuwe woning te bouwen omdat woningbouw het open karakter van het gebied zou aantasten, wordt door dit plan wel toegestaan allerlei gebouwen op te richten ten behoeve van tijdelijk verblijf. In het plan wordt verwezen naar de visie van de raad ten aanzien van recreatie en toerisme en dat de raad vindt dat kleinschalige ontwikkelingen in het

oeverwallengebied mogelijk moeten zijn. Verder wordt naar het actiepunt verwezen dat ondernemers die een bijdrage leveren aan de recreatieve aantrekkelijkheid moeten worden ondersteund.

Door dit plan te accorderen wordt de visie van de raad op een zeer extensieve manier uitgelegd waardoor er een precedent wordt geschapen en er geen weg terug is. Alle mogelijke toekomstige initiatieven zullen met een beroep op deze interpretatie

planologisch gehonoreerd moeten worden als ‘kleinschalige ontwikkeling’. Is ieder jaar 5 recreatiewoningen bouwen in een andere boomgaard ook weer een kleinschalige

ontwikkeling?

Wat betreft de planologische verduidelijking van de B&B accomodatie.

In de zienswijzenotitie wordt gesteld dat er geen sprake is van legalisering omdat de huidige situatie vergund zou zijn in 2013 op grond van het huidige bestemmingsplan. In het vigerende plan wordt in artikel 4.6.2 een omgevingsvergunning vereist, specifiek ten behoeve van een B&B. Een dergelijke specifieke omgevingsvergunning is echter niet te vinden bij de bekendmakingen op overheid.nl. Dit wil niet zeggen dat het besluit niet genomen is, maar mogelijk is hij niet conform de regels bekendgemaakt en dus niet onherroepelijk geworden, waardoor ook bezwaar voor de belanghebbenden alsnog mogelijk zou zijn.

Alsnog legalisering door vaststelling van dit plan maakt echter ook die verlate bezwaarmogelijkheid illusoir.

Op internet is via website Drimble alleen te vinden dat er in 2013 een aanvraag is gedaan voor een omgevingsvergunning voor een schuilstal. De link naar de website van de

gemeente Beuningen is echter dood en op de website van de gemeente is hierover niets te vinden. Een dergelijke omgevingsvergunning is echter niet de in artikel 4.6.2 bedoelde vergunning voor de activiteit B&B, maar mogelijk een omgevingsvergunning voor de

activiteit bouwen. Of het om hetzelfde gebouw gaat is dus onduidelijk, ook omdat op grond

van het vigerende plan een schuilstal maximaal 30 m2 mag bedragen.

(2)

Het huidige bestemmingsplan geeft de kaders voor een B&B-vergunning en geeft duidelijk aan dat een vergunning alleen gegeven kan worden voor woningen en daarbij

horende bijgebouwen. Gelet op de definities in het plan van het begrip woning en het begrip bijgebouw is dan niet voor te stellen dat een dergelijke omgevingsvergunning conform de regels kon worden afgegeven. Ook de andere voorwaarde uit het vigerende plan, namelijk dat het gebruik niet mag leiden tot extra belemmeringen voor de

bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven zal in de omgevingsvergunning gemotiveerd moeten zijn.

Voor een burger is een en ander niet te controleren. De al dan niet verleende

omgevingsvergunning voor de B&B is niet in te zien, dus of de situatie legaal is, zoals in de zienswijzenotitie gesteld wordt, is niet controleerbaar.

Het voorliggende plan stelt dat de B&B-accommodatie in dit plan wordt meegenomen om

“onduidelijkheden” te voorkomen omdat het pand deels in de bestemming wonen en deels in agrarische bestemming ligt. Welke onduidelijkheden dit zijn wordt niet nader

aangeduid. Uit eigen ambtelijke ervaring weet ik dat bij het gebruik van dergelijke vage en verhullende termen in een voorstel alle alarmbellen moeten gaan rinkelen.

De zienswijzenotitie stelt dat voor het bestaande bijgebouw met B&B-accommodatie de bestemming wonen wordt gewijzigd in recreatie. Maar hoe kan dit pand, volgens de verbeelding grotendeels op het perceel met agrarische bestemming gesitueerd, plotseling een bijgebouw geworden zijn van de woning op het woonperceel met als bestemming wonen? En hoe kon dit gebouw überhaupt vergund worden binnen twee bestemmingen?

Dit conceptplan geeft geen antwoorden op al deze onduidelijkheden, maar regelt ruimhartig de gewenste bestemming, inclusief extra planologische ruimte ter

ondersteuning van de hoofdfunctie. In de toelichting wordt gesproken over gebruik als o.a.

vergaderruimte. De regels geven echter aan dat de ondersteunende horeca uitsluitend ten behoeve van de recreatieve hoofdfunctie mag plaatsvinden. Gelet op de jurisprudentie van de Raad van State omtrent ondersteunende horeca zullen die vergaderingen dus zonder versnapering moeten plaatsvinden, tenzij de gasten van de B&B hier vergaderen. Dit lijkt me qua handhaving een leuke uitdaging.

Ik dank u voor uw aandacht en ik wens u veel wijsheid toe bij uw besluit.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op grond van artikel 3.28, eerste lid, Bouwbesluit 2012 heeft een te bouwen bouwwerk een zodanige voorziening voor luchtverversing dat het ontstaan van een voor de gezondheid

De aanvraag kan slechts worden vergund met toepassing van een afwijking als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a.3 o , van de Wabo en voor zover de activiteit niet in strijd

De voorschriften voor het onderdeel milieu, die in deze vergunning zijn opgenomen betreffen aspecten en activiteiten die niet zijn geregeld in het Activiteitenbesluit en de

In elke ruimte mag voor maximaal 5% aan het oppervlak aan constructieonderdelen afwijken van de voorgeschreven brand- en rookklasse. Dit is voor het toe kunnen passen van

Minimaal 4 weken voor in gebruik name van het object moet een gebruiksmelding ingediend zijn bij het bevoegd gezag. Bouwbesluit 2012 Artikel 6.20

Indien de leidingexploitant een aanwijzing krijgt tot het verleggen van een kabel/leiding na vijftien jaar, gerekend vanaf de datum van inwerkingtreding van de zijn vergunning of

U kunt een of meer hokjes aankruisen. Als het project zowel vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen als de vergunningsplichtige exploitatie van ingedeelde inrichtingen of

Een bouwwerk waarvoor een vergunning voor het bouwen is verleend mag niet in gebruik worden gegeven of genomen indien de gemeente niet schriftelijk van de beëindiging van