• No results found

Vraag nr.15 van 2 oktober 2001van de heer JAN LOONES

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.15 van 2 oktober 2001van de heer JAN LOONES"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 15 van 2 oktober 2001

van de heer JAN LOONES

Luchthaven Oostende – Europese geluidsnormen Er zijn vragen over de al dan niet toepassing van de Europese regelgeving rond luidruchtige vlieg-tuigen op de luchthaven van Oostende.

Vanaf 1 april 2002 zouden vier types vliegtuigen uit het Europese luchtruim moeten verdwijnen : d e DC 8, de Boeing 707, de Antonov 124 en de Iljus-hin 76.

Volgens de Werkgroep rond de Impact van de Luchthaven van Oostende op de Omgeving ( Wiloo) bepleit de minister vice-president bij zijn c o l l e g a-minister van Leefmilieu en Landbouw een uitzondering voor de Antonov 124 en de Iljushin 76 (Het Laatste Nieuws van 13.8.01).

De minister vice-president zou daarbij wijzen op het economische belang van de Oostendse luchtha-ven en op het feit men zou werken aan het stiller maken van de Russische toestellen. Naar verluidt zouden Russische specialisten echter zeggen dat het onmogelijk is de toestellen stiller te maken. Ik verneem tevens dat de minister van Leefmilieu niet van plan is een uitzondering toe te staan. 1. Klopt het dat de minister vice-president een

uit-zondering vraagt op de Europese richtlijn voor twee Russische toestellen (de Antonov 124 en de Iljushin 76) op de Oostendse luchthaven ? Is hij ervan op de hoogte dat Russische specia-listen zeggen dat de betrokken vliegtuigen niet stiller te krijgen zijn ?

2. Zijn er nog ontwikkelingen` in de onderhande-lingen met de minister van Leefmilieu ? Zo ja, welke ?

N.B. Een gelijkaardige vraag werd gesteld aan me-vrouw Vera Dua, Vlaams minister van Leefmi-lieu en Landbouw.

Antwoord

1. Krachtens de Europese richtlijn 92/14/EEG be-treffende de beperking van de exploitatie van de vliegtuigen van bijlage 16 bij het Verdrag in-zake de Internationale Bu r g e r l u c h t v a a r t ,b o e k-deel 1, k-deel 2, hoofdstuk 21 tweede uitgave, z u

l-len de hoofdstuk II-vliegtuigen vanaf 1 april 2002 uit het Europese luchtruim verdwijnen. Deze richtlijn vermeldt geen vliegtuigtypes als z o d a n i g, maar verbiedt wel de vliegtuigen waar-van het geluidscertificaat niet voldoet aan de normen van hoofdstuk III. Ik vestig er de aan-dacht op dat de toestellen type Antonov 124 een geluidscertificaat hoofdstuk III hebben en dus ook na deze datum zullen worden toegela-ten.

Ik heb geen acties ondernomen om een uitzodering voor IL-76 toestellen te verkrijgen. Va n-uit de sector zijn er blijkbaar wel initiatieven ten aanzien van Europese instanties.

2. De luchthaven van Oostende zal, net als van alle andere Europese luchthavens verwacht wordt, de Europese richtlijn correct toepassen. Voor toestellen die krachtens deze richtlijn niet meer in het Europese luchtruim zullen zijn toe-g e l a t e n , zullen ook toe-geen trafiekrechten meer verleend worden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naar verluidt komen de gezinnen-ontleners van het Vlaams Woningfonds (en blijkbaar ook van de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij) niet in aan- merking voor de bouw- en

Ik kan de Vlaamse volksvertegenwoordiger ver- zekeren dat het bewuste briefpapier van de Vlaamse Gemeenschap wel degelijk wordt ge- bruikt door onze Vlaamse

Ik verneem dat de minister plannen heeft om aan de militaire domeinen die zullen vrijkomen door de geplande sluiting van een aantal kazernes, e e n groene bestemming te geven

Bij de schriftelijke proef ging een onderdeel van de vraag m.b. rattenziektes over de overdraagbaar- heid van modderkoorts van mens op mens. M o d- derkoorts of de ziekte van Weill

Ik heb alle begrip voor de argumenten die de federale minister voor het behoud van de mili- taire camping aanbrengt1. Deze argumenten volstaan mijns inziens niet om te stellen

Verder blijkt dat, in de dagelijkse praktijk, er nog steeds op het federale niveau beslissingen geno- men worden inzake vrijstelling van onroerende voorheffing (op grond

Indien de Europese Unie beslist om uitzonderingsmaatregelen te verlenen, v a l t de toepassing ervan evenwel niet onder de be- voegdheid van de minister van Leefmilieu, m a a r van

Een stationssleepboot moet bij voorkeur naar bui- tenlands model multifunctioneel en voor diverse opdrachten op zee geschikt zijn, vooral maar niet uitsluitend voor het optreden