Bundel van de voorzittersoverleg van 16 september 2020

(1)

0. Agenda voorzittersoverleg 16-09-2020.docx 02 Conceptverslag voorzittersoverleg d.d. 15 mei 2020

2. Conceptverslag voorzittersoverleg 15 mei 2020.docx 03 Planning & Control

03.a Voorstel uurtarieven RNH (controller RNH) 3a. Advies uurtarieven RNH.docx

3a. Bijlage memo opbouw uurtarieven RNH.docx 03.b (vertrouwelijk)

04 Visie en uitvoeringsprogramma

04.a Mededeling voortgang visie en uitvoeringsprogramma’s recreatieschappen (Manager P&V) 4a. Overzicht visietrajecten schappen september 2020.docx

04.b Mededeling visie recreatie & toerisme provincie Noord Holland (Programmamanager provincie)

05 Meerjaren beheer

05.a Mededeling voortgang korte en lange termijn afspraken Erfpachtcontracten met SBB (Manager P&V) 5a1. Mededeling voortgang erpachtpachtcontracten SBB.docx

5a2. Bijlage brief u20200660_rnh_sbb_erfpachtcontracten.pdf 05.b Mededeling druktemonitor (Manager P&V)

5b1. Mededeling druktemonitor.docx

5b2. Bijlage investeringsvoorstel inzicht in bezoekersstromen.docx

06 Organisatie

06.a Voortgang Bestuursopdracht (Eric Dorscheidt van KokxDeVoogd)

06.b Procesaanpak governance recreatieschap Geestmerambacht (Manager P&V) 6b. Procesaanpak governance structuur recreatieschap Geestmerambacht.pdf

07 Mededelingen

07.a Infographic 2019 van het Routebureau van Recreatie Noord-Holland (Manager P&V)

Informatie over de routenetwerken voor wandelen, fietsen, varen en Toeristische Overstap Punten in de provincie Noord-Holland

7a1. Infographic Routebureau 2019.pdf 7a2. Infosheet RB 2019 per gemeente.pdf

07.b Mededeling werkwijze zienswijzen recreatieschappen (Manager P&V) 7b. Mededeling werkwijze zienswijzen recreatieschappen.docx 07.c Bewapening BOA's (Manager P&V)

7c brief van justis aan rnh bewaping boa's.pdf 08 Agenda vergadering d.d. 18 november 2020

\- Mandaatregeling

\- Erfpacht met SBB opvolging

\- Bestuursopdracht opvolging

09 Rondvraag

10 Sluiting

(2)

01 Opening en vaststelling agenda 1 0. Agenda voorzittersoverleg 16-09-2020.docx

AGENDA

Bijeenkomst : Voorzittersoverleg recreatieschappen RNH Datum : 16 september 2020

Tijd : van 9:00 tot 10:30 uur

Locatie : videoverbinding via Teams (aparte uitnodiging)

1. Opening en vaststellen agenda

2. Conceptverslag voorzittersoverleg d.d. 15 mei 2020 3. Planning & Control

a. Voorstel uurtarieven RNH (bijlagen; controller RNH)

b. Mededeling voortgang corona en evenementen (bijlage; Manager P&V) 4. Visie en uitvoeringsprogramma

a. Mededeling voortgang visie en uitvoeringsprogramma’s recreatieschappen (bijlage;

Manager P&V)

b. Mededeling visie recreatie & toerisme provincie Noord Holland (Programmamanager provincie)

5. Meerjaren beheer

a. Mededeling voortgang korte en lange termijn afspraken Erfpachtcontracten met SBB (bijlagen: voortgang en brief aan de 3 besturen; Manager P&V)

b. Mededeling druktemonitor (bijlagen: Manager P&V) 6. Organisatie

a. Voortgang bestuursopdracht (Eric Dorscheidt van KokxDeVoogd)

b. Procesaanpak governance recreatieschap Geestmerambacht (bijlage; Manager P&V) 7. Mededelingen

a. Infographic 2019 van het Routebureau van Recreatie Noord-Holland met informatie over de routenetwerken voor wandelen, fietsen, varen en Toeristische Overstap Punten in de provincie Noord-Holland (bijlagen; Manager P&V)

b. Mededeling werkwijze zienswijzen recreatieschappen (bijlage: Manager P&V) c. Bewapening BOA’s (bijlage: Manager P&V)

8. Agenda vergadering woensdag 18 november 9.00 tot 10.30 uur:

- Mandateringsregeling - Erfpacht met SBB opvolging - Bestuursopdracht opvolging 9. Rondvraag

10. Sluiting

(3)

Verslag van het voorzittersoverleg recreatieschappen gehouden op vrijdag 15 mei 2020 via MS Teams.

Aanwezig: mevrouw Langenacker (voorzitter), de heer Diepstraten, mevrouw Groenewoud, de heer Nieuwenhuizen, mevrouw van Weel-Niesten, de heer Louwman, de heer Gilliam, de heer Rolleman, mevrouw Hoekstra, mevrouw Willems, de heer Dorscheidt en de heer Hartog (verslag).

Afwezig: de heer Van der Hoek

1. OPENING EN VASTSTELLING AGENDA

Vanwege de afwezigheid van de heer Van der Hoek neemt mevrouw Langenacker de honneurs waar als voorzitter in deze vergadering. De deelnemers wensen heer Van der Hoek veel succes toe in zijn nieuwe baan als burgemeester van de gemeente Schouwen-Duiveland. Welkom aan mevrouw Van Weel-Niesten als vicevoorzitter van het RAUM.

De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

2. CONCEPTVERSLAG 29 januari 2020

Het conceptverslag wordt ongewijzigd vastgesteld met dank aan de notulist.

3. PLANNING & CONTROL a. Procesvoorstel uurtarieven

Mevrouw Hoekstra stelt zichzelf voor als nieuwe manager Middelen van RNH en geeft een toelichting op het voorstel. Zij legt de nadruk op de marktconformiteit van de uurtarieven. De uitvraag in de markt zal zo breed mogelijk bekeken worden. Per functie zal bekeken worden welke marktpartijen je hiervoor het beste kunt benaderen. Ook wordt gekeken naar hoe ander andere overheden tarieven doorberekenen zoals de projectmanagementbureau ’s van Amsterdam en Haarlem. Ook zijn er verschillende manieren om tarieven op te bouwen, ofwel om de kosten van RNH rechtstreeks te koppelen aan de prestaties.

Het voorzittersoverleg neemt met instemming kennis van het procesvoorstel.

b. Voorstel maatregelen t.b.v. recreatie ondernemers / evenementen organisatoren i.v.m.

Corona

Vanuit het rijk komen gelden beschikbaar om de extra kosten die lagere overheden maken door de genomen maatregelen voor het coronavirus te compenseren. De provincie wil deze aanvragen bundelen. Van belang is hoe je de declaraties samenstelt omdat er niet met de gemeenschappelijke regelingen afgerekend wordt . Extra kosten voor gemeenschappelijke regelingen moeten dan ook apart inzichtelijk gemaakt worden in de administraties van gemeenten en provincie. Dit kan alleen als er sprake is van extra bijdragen in 2020 aan de gemeenschappelijke regelingen om de extra kosten ten gevolge van corona op te vangen.

Van belang is ook te kijken hoe de verschillende gemeenten omgaan met de aanpak van de aanvragen van ondernemers. Ondernemers moeten zich actief melden. In het overzicht van ondernemers die zich aangemeld hebben voor steun bij de recreatieschappen moet duidelijk vermeld worden of ze ook steun hebben gevraagd bij het rijk, gemeenten en/of provincie.

De voorgestelde bezuinigingen op het gebied van onderhoud worden afgewezen omdat men het belangrijk vind dat juist nu de recreatieschappen er perfect bijliggen omdat veel mensen niet op vakantie gaan maar wel behoefte hebben aan recreatie in de omgeving. Nadere onderbouwing van

(4)

de scenario’s die geschetst zijn in het voorstel is wenselijk. Voor de huidige scenario’s is al gekeken naar de afspraken van Vastgoedbeleggers met horecaondernemers en partners in de recreatiesector die ook in lijn zijn met het voorstel dat nu voorligt.

Het voorzittersoverleg stemt in met het agenderen van het voorstel voor de komende bestuursvergaderingen met de volgende aandachtspunten:

- zoveel mogelijk één lijn hanteren in de recreatieschappen;

- nadere onderbouwing met getroffen scenario’s voor deze sectoren in andere regio’s duidelijk vermelden;

- overzicht maken per recreatieschap van welke ondernemers zich gemeld hebben met een verzoek voor ondersteuning bij de recreatieschappen, rijk, gemeenten en de provincie.

- in beeld brengen welke regelingen het Rijk rechtstreeks heeft voor evenementen organisatoren en ondernemers;

- afstemming met gemeenten over welke maatregelen we kunnen treffen om ondernemers de komende tijd te helpen met nieuwe initiatieven

c. Voorstel voor aanpassingen jaarplannen 2020 (i.v.m. verwachte lagere inkomsten) De heer Rolleman geeft aan dat het voorstel nog aangevuld moet worden met de informatie van het vorige agendapunt, over de beschikbare gelden van het rijk. Hij licht verder toe dat bezuinigingen op het reguliere onderhoud enerzijds niet mogelijk zijn door meerjarige contracten en anderzijds niet wenselijk vanwege al bestaande achterstand in verschillende gebieden.

De deelnemers geven aan dat door de te verwachten extra toestroom van bezoekers het inderdaad niet verstandig is op het onderhoud te bezuinigen. De gebieden dienen er netje uit te zien wat kan leiden tot hogere bezoeken in de volgende jaren. Het is ook niet wenselijk om uit de reserves te putten. Aangeraden wordt om voor te stellen de participantenbijdrage tijdelijk te verhogen omdat je als recreatieschap inkomsten mist door corona. Dit moet onderbouwd worden door de gemiste inkomsten apart inzicht te brengen en conform de regeling in rekening te brengen bij de participanten. Die laatste methode is nodig voor gemeenten en provincie om de kosten bij het Rijk te kunnen declareren.

De keuze voor een scenario zal elk schap zelfstandig bepalen.

Het voorzittersoverleg stemt in met het agenderen van een voorstel voor de komende bestuursvergaderingen met de volgende wijzigingen en aanvullingen:

- de tegenvallende inkomsten wel te dekken uit een (incidentele) aparte verhoging van de participantenbijdrage;

- geen dekking voor te stellen uit verlaging van de kosten van het reguliere onderhoud;

- per recreatieschap inzichtelijk maken wat de effecten zijn van de corona maatregelen;

4. VISIE- EN UITVOERINGSPROGRAMMA

a. Voortgang visietrajecten recreatieschappen

Het voorzittersoverleg neemt kennis van de mededeling.

5. MEERJAREN BEHEER

a. Voortgang korte en lange termijn afspraken erfpachtcontracten met Staatsbosbeheer (SBB)

De heer Rolleman geeft een toelichting. Dit voorstel betreft de recreatieschappen Twiske-

Waterland, Spaarnwoude en Groengebied Amstelland. Met name in Spaarnwoude speelt de problematiek van de aflopende erfpachtcontracten. Hierdoor kunnen eigenaren hun huis niet verkopen en ondernemers niet investeren. SBB heeft nog niet gereageerd op een voorstel (januari 2020) om te komen tot een oplossing voor de korte termijn.

(5)

instemming voorgelegd aan de betrokken voorzitters en de provincie. De voorzitters zullen hun collega bestuurders vragen voor ambtelijke deelname in de procesgroep.

b. Proforma zienswijze Ontwerp Omgevingsverordening Noord-Holland 2020

De heer Rolleman geeft een toelichting op de proforma zienswijze die RNH namens de recreatieschappen heeft ingediend. Daarbij is aangegeven dat er in de toekomst mogelijk gebruik gemaakt moet worden van salderingsmogelijkheden om recreatieve activiteiten in de diverse gebieden te behouden en mogelijk te maken omdat de huidige bestemmingsplannen te weinig gedetailleerd zijn en de begrenzing niet klopt, waardoor er o.m. parkeerterreinen en terrassen als NNN gebied zijn opgenomen .

Er is in tegenstelling tot wat afgesproken is in het vorige voorzittersoverleg geen nieuw voorstel gemaakt voor de begrenzingproblematiek. De reden hiervoor is omdat ervoor gekozen is nu niet te proberen om de verschillende bestemmingsplannen per gemeente aan ter passen maar te focussen op de systematiek van de salderingsregeling. Voorstel is om per recreatieschap een definitieve zienswijze in te dienen. De provincie is van mening dat het hier gaat om een technische invulling en is geen voorstander van een bestuurlijke zienswijze en stelt een ambtelijke zienswijze per recreatieschap voor. Het bestuur van recreatieschap Geestmerambacht wil l wel een zienswijze indienen.

Het voorzittersoverleg besluit om met uitzondering van het recreatieschap Geestmerambacht te volstaan met het indienen van een ambtelijke zienswijze per recreatieschap.

6. ORGANISATIE

a. Voortgang bestuursopdracht / kennismaking met procesbegeleider KokxDeVoogd De voorzitter gaat ervan uit dat de nieuwe gedeputeerde, mevrouw Zaal, samen met haar de schappen zal vertegenwoordigen in de stuurgroep voor de bestuursopdracht governance- en beheerstructuur recreatieschappen. De heer Dorscheidt van KokxDeVoogd gaat het proces met 2 collega’s begeleiden. Hij stelt zich voor en schetst het traject dat moet leiden tot besluitvorming in de raden en staten in december 2020. De interviewronde met bestuursleden is gestart. In juni zal een bestuurlijke conferentie gehouden worden. Deze moet leiden tot een ambitie over samenwerking van de recreatieschappen. In het najaar worden varianten uitgewerkt om te kijken hoe die ambitie eruit komt te zien en wat daarbij dan de beste governance- en beheerstructuur is.

Omdat de afspraken met SBB over de erfpachtcontracten het onderzoek naar de governance- en beheerstructuur direct raakt is er gedurende het proces regelmatig afstemming met adviesbureau P2.

b. Rapport Berenschot “Knip beleid en uitvoering RNH”

De heer Gilliam vraagt of het rapport openbaar is. Hij is er voorstander van om het rapport toe te zenden aan de bestuursleden van de recreatieschappen. Het rapport kan dienen als bouwsteen in het onderzoek naar de governance- en beheerstructuur.

Provinciale staten zijn geïnformeerd over de stand van zaken van het governancetraject, daar maakt dit rapport onderdeel vanuit. Het rapport zal later toegevoegd worden bij de uitkomsten van de bestuursopdracht. Het nu apart toesturen van het rapport kan tot verwarring leiden.

(6)

Het voorzittersoverleg is van mening dat het rapport door KokxDeVoogd meegenomen dient te worden in het onderzoek naar de governance- en beheerstructuur van de recreatieschappen. Dit in samenhang met de andere (openbare) bouwstenen die leiden tot een voorstel over de nieuwe structuur in november/december van dit jaar.

c. Digitaal vergaderen en besluiten door de algemeen besturen

De voorzitter bevestigd dat de digitale bestuursvergaderingen goed verlopen.

Het voorzittersoverleg neemt met instemming kennis van de mededeling.

7. MEDEDELINGEN

Er zijn geen mededelingen.

8. AGENDA VERGADERING 16 SEPTEMBER 2020

In ieder geval zal het voorstel voor uurtarieven behandeld worden.

In november zal een extra overleg gepland worden voor het bespreken van de rapportage van het onderzoek naar de governance- en beheerstructuur bij de recreatieschappen.

9. RONDVRAAG Mededelingen:

Op 16 september is van 8:30 tot 9:00 uur ook weer een vooroverleg met alleen de voorzitters gepland.

Naar verwachting zullen veel Nederlanders vakantie in eigen land houden. Dit zal de druk op de recreatiegebieden verhogen. Belangrijk is een overzicht van de drukke en rustige gebieden om met elkaar te kijken naar een goede verdeling van de bezoekers. Een goede informatie-

uitwisseling is hierin belangrijk.

RNH pakt dit op in afstemming met de veiligheidsregio’s.

10. SLUITING

De voorzitter bedankt de aanwezigen hartelijk voor hun inbreng en sluit om 10:09 uur het overleg.

(7)

Datum vergadering 16 september 2020

Voorstel aan de voorzitters betreffende uurtarieven RNH

1. Kennis te nemen van de beantwoording van de vragen: 1. Hoe is de opbouw van de huidige RNH-uurtarieven en 2. Hoe marktconform zijn deze uurtarieven?

2. Vraag 3 te bespreken: welk scenario om de kosten van RNH rechtstreeks te koppelen aan de prestaties van RNH nader uitgewerkt moet worden voor het nieuwe contract in 2022?

Het voorzittersoverleg stelt voor aan de algemene besturen van de recreatieschappen Groengebied Amstelland, Twiske- Waterland, Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer,

Geestmerambacht en Spaarnwoude :

1. Kennis te nemen van de beantwoording van de vragen 1. hoe is de opbouw van de huidige RNH-uurtarieven en 2. hoe marktconform zijn deze uurtarieven?

2. De keuze aan de recreatieschappen bij de vaststelling van het jaarplan 2021 voor te leggen of zij:

- bereid zijn meer te betalen voor dezelfde productie / realisatie van het programma;

- minder productie / realisatie van het programma willen.

Toelichting advies

Vraag 1. Hoe is de opbouw van de huidige RNH-uurtarieven?

a) De huidige tarieven zijn op functieniveau bepaald.

b) Het uitgangspunt is dat een fulltime medewerker 1410 uur van de totale arbeidsduur (1872 uur) per jaar productief werk verricht. In de handleiding overheidstarieven is deze norm gesteld op 1415 uur.

c) De opbouw van de uurtarieven is in onderstaande grafiek aangegeven.

(8)

Behandeling voorstel Uurtarieven 16 -09-2020 Agendapunt 3a

d) De 2% korting op de personeelskosten is ingevoerd in 2011, omdat RNH meerdere jaren een zeer positief resultaat had, onder andere door een laag ziekteverzuim. In het belang van de recreatieschappen is een korting aangeboden in plaats van het versneld opbouwen van het benodigde weerstandvermogen in de algemene reserve van RNH.

e) De 1,5% teruggave (van de marge) is ingevoerd in 2016, omdat RNH het aanvankelijk beoogde weerstandvermogen van 3,1 miljoen euro bijna bereikte. De provincie (aandeelhouder van RNH) en RNH kwamen overeen dat het benodigde

weerstandsvermogen moest worden bijgesteld tot 5,1 miljoen euro, maar ook dat de marge van 5% geleidelijk afgebouwd zou worden. Dit afbouwen van de marge begon in 2016 door jaarlijks 1,5% van de inzet RNH terug te geven aan de recreatieschappen. De marge zou pas verder naar 0% worden afgebouwd, wanneer het gewenste weerstandsvermogen van 5,1 miljoen euro wordt bereikt.

Conclusie: De uurtarieven van RNH zijn niet meer dekkend voor de werkelijke kosten. Hierdoor moest RNH in 2019 interen op de reserves (nu gezakt tot 2,6 miljoen euro) en met ingang van 1 januari 2020 de 2% korting en 1,5% teruggave afschaffen. De oorzaken staan nader uitgelegd in de bijlage.

- Een belangrijke reden is het feit dat de indexen van de recreatieschappen, per

recreatieschap afgesproken in de gemeenschappelijke regeling, structureel te laag zijn. Die indexaties zijn niet gekoppeld aan de werkelijke kostenstijgingen: de inzet RNH volgt de CAO van de provincies en de bedrijfskosten volgt in belangrijke mate de Grond, Weg 7 Waterbouw (GGW)-sector.

- Een tweede belangrijke reden is de bestuurlijke wens om de kwaliteit van de dienstverlening door RNH te verbeteren. In voorgaande jaren heeft RNH weinig

geïnvesteerd in innovatie en de ontwikkeling van de organisatie. Sinds 2018 heeft RNH, op basis van de wensen van schapsbesturen zoals verwoord in het evaluatierapport van Berenschot en de aanbevelingen van de Randstedelijke Rekenkamer, een

(9)

Net zoals bij andere kostenstijgingen is de keuze aan de recreatieschappen bij de opdrachtverlening of zij:

Vraag 2. Hoe marktconform zijn deze uurtarieven?

* In de uurtarieven van de provincie lijkt geen overhead te zijn opgenomen.

** Voor ingehuurde medewerkers van uitzend- en adviesbureaus maakt RNH ook huisvestings- en kantoorkosten. In de uurtarieven van RNH zit 11% voor huisvestings- en kantoorkosten.

Directe vergelijking van de tarieven is lastig.

- De exacte opbouw van uurtarieven is bij ons alleen van RNH bekend. Van de overige tarieven is de exacte opbouw ons niet bekend. We weten daardoor niet of dezelfde overheadposten in de uurtarieven zijn opgenomen.

- Verschil bestaat tussen de kostenstructuur en kwaliteitsniveaus van overheden, aan overheden gelieerde NV’s, zoals RNH, en commerciële bedrijven, zoals uitzend- en adviesbureaus.

- Bij de inhuur van medewerkers heeft RNH soms te maken met kosten die niet in

overeenstemming zijn met de in rekening gebrachte uurtarieven bij de recreatieschappen.

- Niet alle partijen bieden dezelfde functies aan.

- Een functie is niet bij alle partijen gekoppeld aan dezelfde loonschaal.

Conclusie: RNH is in alle schalen goedkoper dan gemeenten. Dit geldt vooral in de lagere schalen, omdat de kantoorkosten door RNH worden doorberekend op basis van een percentage en niet een vast bedrag per werknemer.

uurtarieven 2020: RNH vergeleken met gemeenten, provincie en enkele bureaus (bedragen exclusief btw)

Functie RNH schaal RNH

RNH opgebouwd

conform handleiding

overheids-

tarieven Gemeenten

Provincie Noord-Holland

*

Uitzend- en adviesbureau's

**

Programmamanager en

Projectleider C 12 94 - 109 93 106 - 135 86 115 - 130

Financieel controller, Projectleider

B en Juridisch adviseur 11 90 - 92 84 97 -120 76 70 - 110

Locatiebeheerder, Projectleider A, Programma adviseur en

Communicatie adviseur B 10 80 - 82 77 90 - 97 69 53 - 100

Medewerker onroerend goed en

Agrarisch beheermedewerker 9 72 - 74 72 77 - 88 64 49 - 65

Beheermedewerker, Communicatie adviseur A en Medewerker

educatie & recreatie 8 63 - 66 66 68 - 82 59 45 - 57

Toezichthouder en medewerkers bestuurssecretariaat, financiële administratie en

projectondersteuning 7 56 - 60 63 62 - 76 55 39 - 50

Junior toezichthouder,

Ondersteunend medewerker en

Gebiedsmedewerker 6 52 - 55 59 61 - 67 52

Receptionist 5 45 57 58 - 60 49

(10)

Behandeling voorstel Uurtarieven 16 -09-2020 Agendapunt 3a

Vraag 3. Welke scenario’s zijn er om de kosten van RNH rechtstreeks te koppelen aan de prestaties?

Op dit moment wordt afgerekend op basis van inspanning. RNH stuurt de recreatieschappen maandelijks een factuur op basis van de werkelijk bestede uren. Hiervoor gebruikt RNH veel tijdschrijfregels en de verwerking van de maandelijkse facturen kost relatief veel tijd ten opzichte van de omzet die daarmee gemoeid is.

Uitgangspunten:

- RNH wil tevreden opdrachtgevers.

- RNH wil graag toe naar het sturen op resultaat met bijbehorende kwaliteit.

- De kostenafrekening moet niet meer afhankelijk zijn van het resultaat (winst of verlies) van RNH en daarmee de opbouw van (of het interen op) het weerstandsvermogen van RNH.

Mogelijke scenario’s:

- Scenario 1 (huidige situatie): het blijven afrekenen op basis van kostprijstarieven en werkelijk bestede uren, waarbij de kantoorkosten c.a. op basis van een percentage op de uurtarieven zijn overgeslagen.

- Scenario 2: de reguliere taakvelden (dus exclusief projecten en evenementen) niet meer op basis van gewerkte uren afrekenen, maar op basis van afkoopsommen, waarbij heldere resultaatafspraken met kpi’s worden gemaakt. De voor- en nadelen zijn dan voor RNH. Voor de recreatieschappen is het voordeel dat de realisatie meer overeenkomt met de begroting en de besprekingen gaan meer over de inhoud vooraf en minder over de inzet achteraf.

Varianten op bovenstaande scenario’s:

a) De kantoorkosten c.a. op basis van een vast bedrag op de uurtarieven.

b) Management geheel overgeslagen in de uurtarieven.

c) Alleen management als afkoopsom.

d) Alleen taakveld 0.4 overhead als afkoopsom.

e) Bedrijfskosten die RNH centraal inkoopt en verdeeld naar de recreatieschappen voortaan ook als afkoopsom.

In de bijlage zijn deze scenario’s en varianten verder beschreven.

Conclusie: RNH wil met de voorzitters bespreken welke richting wenselijk is, op welke termijn en wie daarbij betrokken moeten worden om er zorg voor te dragen dat bij het nieuwe contract (per 1- 1--2022) gestart kan worden .

(11)

Behandelaars namens Recreatie Noord Holland

H.G. Rolleman, A. Hoekstra-Leijdekkers, A.M. Rodenbach

(12)

1 3a. Bijlage memo opbouw uurtarieven RNH.docx

BIJLAGE agendapunt 3a MEMO OPBOUW UURTARIEVEN RNH Versie 1 september 2020

0 200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000

productief inzetbare uren (1410 uur)

feestdagen (5 stuks = 36 uur)

verlof (5 weken = 180 uur)

ziekte (5,5% = 103 uur)

bijzonder verlof (0,75% = 14 uur)

training & opleiding (1,5% = 29 uur)

P&O, bijeenkomsten (40 uur)

overige RNH uren (60 uur)

opbouw van de arbeidsduur (1872 uur)

In het voorzittersoverleg van 15 mei 2020 is, inzake de uurtarieven van RNH:

RNH staat er als uitvoeringsorganisatie voor om de benodigde en gewenste dienstverlening voor de recreatieschappen effectief, efficiënt en met oog voor kwaliteit uit te voeren. Uurtarieven zijn niet de enige factor die bepalend is voor de uiteindelijke kosten. De deskundigheid, slagvaardigheid en betrokkenheid van onze medewerkers is meer van doorslaggevend belang.

De vragen, die wij zullen beantwoorden zijn:

1. Hoe is de opbouw van de huidige RNH-uurtarieven?

2. Hoe marktconform zijn deze uurtarieven?

3. Welke scenario’s zijn er om de kosten van RNH rechtstreeks te koppelen aan de prestaties?

Ad 1) Hoe is de opbouw van de huidige RNH-uurtarieven?

De huidige tarieven zijn op functieniveau bepaald. Daarbij is het uitgangspunt dat een fulltime medewerker gemiddeld 1410 uur van de totale arbeidsduur per jaar productief werk kan verrichten.

In de handleiding overheidstarieven is deze norm gesteld op 1415 uur.

De opbouw van arbeidsduur van een fulltime medewerker is als volgt:

Het verlofrecht is tegenwoordig 4 weken met de mogelijkheid om er een week bij te kopen.

Het gemiddelde ligt op 4,2 weken. Het aantal verlofuren is sinds 2019 dus 150 uur.

(13)

In de periode 2011-2019

Tarieven voor recreatieschappen

a. Loonkosten: per functie de gemiddelde loonkosten¹ van de medewerkers in die functie in 2010, gedeeld door de gemiddelde arbeidsduur van een jaar (1872 uur per fulltimer). Dit is 100%.

b. + 88% voor niet-declarabele uren, overhead en marge (54% voor niet declarabele uren en 29%

voor bedrijfskosten RNH en 5% marge) c. - 2% korting

d. - 1,5% teruggave (met ingang van 2016), die jaarlijks bij het taakveld overhead (voorheen deelprogramma Financiën) als negatieve lasten werden geboekt

Ad c) De 2% korting op de personeelskosten is ingevoerd in 2011, omdat RNH meerdere jaren een zeer positief resultaat had, onder andere door een laag ziekteverzuim. In het belang van de recreatieschappen is een korting aangeboden in plaats van het versneld opbouwen van het benodigde weerstandvermogen in de algemene reserve van RNH.

Ad d) De 1,5% teruggave (van de marge) is ingevoerd in 2016, omdat RNH in 2015 het aanvankelijk beoogde weerstandvermogen van 3,1 miljoen euro bereikte. De provincie (aandeelhouder van RNH) en RNH kwamen overeen dat het benodigde weerstandsvermogen moest worden bijgesteld tot 5,1 miljoen euro, maar ook dat de marge van 5% geleidelijk afgebouwd zou worden. Dit afbouwen van de marge begon in 2016 door 1,5% van de inzet RNH terug te geven aan de recreatieschappen. De marge zou pas verder naar 0% worden afgebouwd, wanneer het gewenste weerstandsvermogen van 5,1 miljoen euro wordt bereikt.

Tarieven voor andere opdrachtgevers

Voor andere opdrachtgevers geldt als richtlijn dat tarieven met extra opslag voor overhead en marge worden gehanteerd. De markttarieven van RNH liggen 10 tot 25% hoger dan de schapstarieven. De redenen hiervoor zijn:

- RNH heeft met die partijen geen meerjarencontracten, - Zij nemen geen totaalpakket af,

- RNH neemt bij die opdrachten meer risico’s op zich,

- en de backoffice en het management worden niet op voor een deel van hun inzet gedeclareerd bij deze opdrachtgevers.

Het werken voor andere opdrachtgevers tegen hogere uurtarieven draagt bij aan het opbouwen van het benodigde weerstandsvermogen.

1 Dit omvat de bruto salarissen en 37% werkgeverslasten, waaronder het IKB.

(14)

Jaarlijkse indexatie

Naast de opbouw van de uurtarieven met procentuele opslagen en kortingen, worden de uurtarieven jaarlijks geïndexeerd. Het indexeren gebeurt meestal met 2,5% en is nodig om de ontwikkeling van de werkgeverslasten (op basis van de CAO Provincies) en de ontwikkeling van de bedrijfskosten van RNH te volgen. Maar:

a) De indexatie die RNH toepaste werd altijd vooraf bepaald en was daarmee niet helemaal gelijk aan de werkelijke stijging van de werkgeverslasten, omdat de CAO vaak pas na een jaarwisseling bekend wordt. De afgelopen jaren was de werkelijke CAO stijging hoger dan de indexatie die RNH toepaste. Zie onderstaande grafiek.

b) Ook is onvoldoende rekening gehouden met CAO gerelateerde loonstijgingen. De gemiddelde loonkosten van RNH namen hierdoor sneller toe dan de toegepaste indexatie.

Alleen al hierdoor zijn de uurtarieven in 2020 circa 2% te laag. Dat was aanleiding om in het voorzittersoverleg van 15 mei 2020 met het voorstel te komen om de 2% korting af te schaffen. Het voorzittersoverleg en de schapsbesturen hebben aangegeven dat de recreatieschappen hiervoor niet extra willen betalen. RNH kan de korting laten vervallen, maar de schapsbegrotingen voor inzet RNH worden hiervoor niet opgehoogd.

Overhead in de uurtarieven

Mogelijk is het gebruik van het woord overhead verwarrend, omdat er sprake is van overhead in de uurtarieven en daarnaast in de schapsbegrotingen sprake is van het taakveld ‘overhead’. Om dat duidelijker te maken:

De declarabele uren van RNH komen in de schapsbegrotingen terecht bij diverse taakvelden, voor een deel in programma 4 ‘Bestuur en ondersteuning’ bij het taakveld ‘overhead’. Dit is conform de BBV.

Deze ‘overhead’ betreft bestuursadvisering en programmasturing, secretariaat, financiële administratie en control en de inzet van hiërarchisch leidinggevenden zoals de locatiebeheerders. Deze

‘overhead’ wordt natuurlijk niet bedoeld wanneer het gaat om de overhead in de uurtarieven van RNH.

100%

101%

102%

103%

104%

105%

106%

107%

7-1-2018 1-1-2019 7-1-2019 1-1-2020 7-1-2020

CAO RNH

Indexatie uurtarieven RNH en CAO-ontwikkeling

(15)

Overhead in de uurtarieven:

De niet declarabele uren van RNH zijn verdisconteerd in de uurtarieven: hiervoor was initieel rekening gehouden met 54% ten opzichte van de declarabele uren.

 25% betreft de niet declarabele uren van de betreffende medewerker. Deze 25% is gebaseerd op het verschil tussen de arbeidsduur (1872 uur) en de norm (1410 declarabele uren) per fulltimer. In het verleden maakte RNH relatief meer declarabele uren, waardoor in 2011 besloten is een korting van 2% op de uurtarieven te geven. Momenteel maakt RNH echter minder declarabele uren per fulltimer.

 En 29% betreft de niet declarabele uren van de RNH-organisatie:

- de niet declarabele inzet van directie en management (betreft medewerkers die voor een deel wel rechtstreeks productief en declarabel zijn);

- de niet declarabele inzet voor ICT, P&O, RNH-control en RNH-communicatie (betreft medewerkers die in het geheel niet declarabel zijn);

- de niet declarabele inzet voor de ondernemingsraad, arbo en facilitaire zaken (betreft medewerkers die in principe volgens de norm van 1410 uur declarabel zijn, maar vanwege bijzondere taken minder declarabel zijn);

RNH is in de afgelopen jaren minder declarabele uren gaan maken (het ziekteverzuim is niet meer zo laag) en minder declarabel gaan schrijven. De neiging om minder declarabel te schrijven is ingegeven door het feit dat de indexaties van de meeste schapsbegrotingen structureel lager zijn dan de indexatie die RNH toepaste. Zie onderstaande grafiek. Door minder uren declarabel te schrijven kon RNH dezelfde diensten blijven leveren tegen iets lagere kosten, wat nodig was om binnen de schapsbegroting te blijven. Maar hierdoor zijn de kosten van RNH toegenomen ten opzichte van de oorspronkelijke opbouw van de uurtarieven, want er zijn meer niet-declarabele uren. De opslag voor niet declarabele uren zou daarom niet 54% maar 57% moeten bedragen.

100%

102%

104%

106%

108%

110%

112%

114%

116%

118%

1-jan-17 1-jul-17 1-jan-18 1-jul-18 1-jan-19 1-jul-19 1-jan-20 1-jul-20 1-jan-21 1-jul-21

RNH GAB en RAUM SPW, GGA en RTW GWW

Indexaties van RNH, recreatieschappen en GWW-sector

(16)

De bedrijfskosten van RNH, die als overhead zijn verdisconteerd in de uurtarieven, bestaan uit: overige personeelslasten, afschrijvingen en overige bedrijfskosten, zoals training & opleiding, reis- en vervoerkosten, automatisering, de centrale huisvesting, kantoorkosten, PR en marketing, etc. (zie ook de begroting en jaarrekening van RNH). De afschrijvingskosten voor investeringen zijn hierbij inbegrepen.

Deze overhead is in de afgelopen 5 jaren toegenomen van 0,9 naar 1,4 miljoen euro, wat zorgde voor een extra stijging van de totale kosten, bovenop de ontwikkeling van de personeelskosten. De opslag hiervoor zou niet 29% (zoals in 2004 geraamd) maar 35% moeten bedragen. (Deze percentages zijn berekend t.o.v. de directe personeelskosten voor uitsluitend de declarabele uren.)

De bedrijfskosten van RNH zijn overigens flink lager dan norm volgens de handleiding overheidstarieven (€ 18.500 in plaats van € 23.000 per fte).

Ook komende jaren wil RNH blijven investeren in de medewerkers, ICT, producten organisatieontwikkeling.

5.103.668 5.573.906 5.172.493 5.500.214 5.777.402

896.122 1.093.525 1.005.643 1.258.485 1.422.594

- 0 0 0 0 1 1 1 1 1 1

2015 2016 2017 2018 2019

personeelslasten (declarabel en niet declarabel) bedrijfskosten RNH

ontwikkeling van de kosten

(exclusief inhuur en directe projeckosten)

(17)

De marge van 5% is in de afgelopen jaren verdwenen (past niet meer in de uurtarieven). Door de toegenomen personeelskosten en bedrijfskosten heeft RNH nu geen marge meer voor de opbouw van het benodigde weerstandsvermogen voor het opvangen van risico’s. Zie de volgende grafiek.

RNH heeft echter wel te maken met bedrijfsrisico’s en moet het benodigde weerstandsvermogen kunnen opbouwen. Daarvoor is een marge op de uurtarieven nodig.

Samenvattend

Samenvattend heeft RNH te lage uurtarieven, zoals in 2019 bleek. Ook voor 2020 geldt dat de uurtarieven te laag zijn: de korting en teruggave moeten worden afgeschaft, er is geen sprake meer van een marge en de uurtarieven zijn 2% te laag. Met een marge van 3,5% zouden de uurtarieven zelfs 5,5% te laag zijn. Zie ook onderstaande grafiek.

100% 100% 98% 98% 102%

19% 19% 19% 19% 23%

5% 5% 5% 3,5% 0%

extra marge 25%

0%

20%

40%

60%

80%

100%

120%

140%

160%

2004 voor derden

2004 voor schappen

vanaf 2011 vanaf 2016 situatie 2020

extra marge marge bedrijfskosten personeelskosten

Opbouw van de uurtarieven van RNH

In de uurtarieven van RNH is geen ruimte meer voor een marge.

2% k orting

2% k orting en 1,5% ter

uggave

(18)

In 2020 bestaan de tarieven uit:

a. Gemiddelde loonkosten van de medewerkers in die functie, gedeeld door gemiddeld 1410 productieve uren per fulltimer

b. + 88% voor niet-declarabele uren en overhead (dus zonder marge)

In 2019 en 2020 constateert RNH dat de structurele kosten hoger zijn dan de inkomsten. Voor 2020 zijn de uurtarieven 5,5% te laag om nog een marge te hebben. Daarom is RNH genoodzaakt:

c. de 2% korting af te schaffen, omdat de CAO Provincies in werkelijkheid leidt tot een snellere kostenstijging dan indexaties die RNH heeft toegepast;

d. te stoppen met de 1,5% teruggave (door recreatieschappen begroot in taakveld overhead), omdat RNH de overheadkosten zijn toegenomen (meer niet-declarabele uren en meer bedrijfskosten);

e. te besparen op bedrijfskosten en gewenste investeringen;

f. en tijdelijk geen marge in de uurtarieven op te nemen.

Dat is praktisch gezien hetzelfde als het verhogen van de uurtarieven met 3,5%. De kosten voor de recreatieschappen nemen hierdoor toe. Dit is aanvullend op hetgeen ieder jaar aan de orde is, namelijk dat de recreatieschappen lagere indexen toepassen voor hun begroting dan de indexaties die RNH toepast op basis van de CAO. Net zoals door die jaarlijks verschillende indexen is de keuze aan de recreatieschappen of zij:

uurtarieven 2020 voor de recreatieschappen

Functie

loonkosten per uur

= 100%

opslag voor niet declarabele uren

= 54%

opslag voor overhead

= 34%

tarief exclusief btw (zonder

marge) btw 21%

tarief inclusief btw

Projectleider C 52,87 28,55 27,68 109,10 22,91 132,01

Programmamanager 45,55 24,60 23,85 94,00 19,74 113,74

Juridisch adviseur 44,73 24,15 23,42 92,30 19,38 111,68

Projectleider B 44,53 24,05 23,32 91,90 19,30 111,20

Locatiebeheerder 39,69 21,43 20,78 81,90 17,20 99,10

Financieel controller 38,91 21,01 20,37 80,30 16,86 97,16

Projectleider A 38,67 20,88 20,25 79,80 16,76 96,56

Medewerker communicatie A 38,48 20,78 20,15 79,40 16,67 96,07

Agr Beheermedewerker 35,86 19,36 18,78 74,00 15,54 89,54

Medewerker onroerend goed 35,18 19,00 18,42 72,60 15,25 87,85

Medewerker programmamanagement 33,87 18,29 17,74 69,90 14,68 84,58

Medewerker educatie & recreatie 32,08 17,32 16,80 66,20 13,90 80,10

Beheermedewerker 30,34 16,38 15,88 62,60 13,15 75,75

Ondersteunend medewerker projecten 28,98 15,65 15,17 59,80 12,56 72,36

Medewerker toezicht/bijzonder onderhoud 28,49 15,39 14,92 58,80 12,35 71,15

Medewerker bestuurssecretariaat 27,86 15,05 14,59 57,50 12,08 69,58

Medewerker financiële administratie 27,28 14,73 14,29 56,30 11,82 68,12

Ondersteunend medewerker 26,51 14,31 13,88 54,70 11,49 66,19

Gebiedsmedewerker 26,17 14,13 13,70 54,00 11,34 65,34

Junior medewerker toezicht/bijzonder onderhoud 25,44 13,74 13,32 52,50 11,03 63,53

Receptionist 21,61 11,67 11,32 44,60 9,37 53,97

(19)

* In de uurtarieven van de provincie lijkt geen overhead te zijn opgenomen.

** Voor ingehuurde medewerkers van uitzend- en adviesbureaus maakt RNH ook huisvestings- en kantoorkosten. In de uurtarieven van RNH zit 11% voor huisvestings- en kantoorkosten.

De vergelijking tussen de uurtarieven van RNH, gemeenten, provincie en commerciële bureaus is indicatief.

- De exacte opbouw van uurtarieven is bij ons alleen van RNH bekend. Van de overige tarieven is de exacte opbouw ons niet bekend. We weten daardoor niet of dezelfde overheadposten in de uurtarieven zijn opgenomen.

- Verschil bestaat tussen de kostenstructuur en kwaliteitsniveaus van overheden, aan overheden gelieerde NV’s, zoals RNH, en commerciële bedrijven, zoals uitzend- en adviesbureaus.

- Voor ingehuurde medewerkers van uitzend- en adviesbureaus maakt RNH ook kantoorkosten.

- Bij de inhuur van medewerkers heeft RNH soms te maken met kosten die niet in overeenstemming zijn met de vergoeding door recreatieschappen.

- Niet alle partijen bieden dezelfde functies aan.

uurtarieven 2020: RNH vergeleken met gemeenten, provincie en enkele bureaus (bedragen exclusief btw)

overheids-

tarieven Gemeenten

Provincie Noord-Holland

*

Uitzend- en adviesbureau's

**

Programmamanager en

Projectleider C 12 94 - 109 93 106 - 135 86 115 - 130

B en Juridisch adviseur 11 90 - 92 84 97 -120 76 70 - 110

Communicatie adviseur B 10 80 - 82 77 90 - 97 69 53 - 100

Agrarisch beheermedewerker 9 72 - 74 72 77 - 88 64 49 - 65

educatie & recreatie 8 63 - 66 66 68 - 82 59 45 - 57

projectondersteuning 7 56 - 60 63 62 - 76 55 39 - 50

Gebiedsmedewerker 6 52 - 55 59 61 - 67 52

Receptionist 5 45 57 58 - 60 49

(20)

- Een functie is niet bij alle partijen gekoppeld aan dezelfde loonschaal.

Ad 3) Welke scenario’s zijn er om de kosten van de RNH organisatie rechtstreeks te koppelen aan de prestaties?

RNH wil met ingang van 2021 de uurtarieven in beginsel als volgt opbouwen:

a. Per loonschaal uitgaan van de eindschaal.

b. + opslag van 88% voor de overhead, dus nog steeds zonder marge.

In de huidige situatie is er geen uniforme koppeling met de loonschaal per functie en bestaan er verschillende tarieven voor functies met dezelfde loonschaal. Dit wordt vereenvoudigd. De directe koppeling aan de loonschaal stelt een norm die de CAO volgt. Omdat veel medewerkers van RNH in het einde van hun schaal zitten, gaat RNH uit te gaan van de eindschaal.

En stelt de volgende keuzes voor:

Een andere manier om kosten in rekening te brengen en een veranderde opbouw van de uurtarieven is op zichzelf kostenneutraal voor de recreatieschappen.

A. De opslagen in uurtarieven berekenen als percentage of als vast bedrag?

1. Huidige situatie: de opslagen voor de overhead van RNH zijn als percentage in de uurtarieven opgenomen. In werkelijkheid zijn de overheadkosten niet afhankelijk van de loonschaal van een medewerker.

2. Opties: de volgende componenten kunnen als vast bedrag per fte opgenomen worden in de uurtarieven:

a) Niet declarabele uren b) Inzet van MT en directie c) En bedrijfskosten RNH Effecten: De verschillen tussen de uurtarieven van diverse loonschalen worden kleiner, zoals te zien is in de tabel hiernaast.

overheids- tarieven Programmamanager en

Projectleider C 12 94 - 109 93

B en Juridisch adviseur 11 90 - 92 84

Communicatie adviseur B 10 80 - 82 77

Agrarisch beheermedewerker 9 72 - 74 72

educatie & recreatie 8 63 - 66 66

projectondersteuning 7 56 - 60 63

Gebiedsmedewerker 6 52 - 55 59

(21)

B. Welke functies declarabel schrijven

1. Huidige situatie: declarabel schrijven van uren die duidelijk voor een schap/opdrachtgever zijn en niet-declarabel schrijven van uren die duidelijk aan RNH besteed worden.

a) De grens is in de praktijk niet altijd helder.

b) Ook managers en directie schrijven voor een beperkt deel declarabel (ze zitten niet voor 100% als overhead in de uurtarieven).

2. Optie: MT en directie niet langer declarabel laten schrijven, maar overslaan in de uurtarieven.

De hoogte van uurtarieven neemt iets toe, maar MT en directie declareren geen uren meer, waardoor de hoogste uurtarieven vervallen. Gemiddeld is er geen verschil en leidt dit voor de recreatieschappen niet tot hogere kosten.

C. Welke onderdelen afgerekend worden op basis van nacalculatie (declaratie van werkelijk bestede uren) en welke op basis van afkoopsommen (vooraf vastgestelde bedragen)

1. Huidige situatie: alles op nacalculatie, behalve de beheerwerkzaamheden van het Routebureau.

2. Optie: alle reguliere inzet als afkoopsommen, waarbij de concrete taakvelden en producten benoemd worden, en alleen programma 1 (ontwikkeling en inrichting) + evenementen (taakveld 5.3) op nacalculatie. Deze afkoopsommen moeten wel jaarlijks geïndexeerd blijven worden met de CAO stijgingen van RNH en niet met de indexaties die de recreatieschappen toepassen op hun begrotingen.

0 2000000 4000000 6000000 8000000

huidige situatie optie C.2

inzet op nacalculatie

afkoopsommen routebureau

afkoopsommen inzet taakveld overhead

afkoopsommen overige reguliere inzet

Kosten op nacalculatie of als afkoopsommen

(22)

Effecten:

a) De schappen hebben dan minder variabele kosten, omdat een groot deel van de kosten vooraf vast staat.

b) Dit prikkelt RNH meer om te innoveren.

c) RNH neemt meer risico’s op zich, want de prestaties die samenhangen met de afkoopsommen kunnen onder bepaalde omstandigheden meer inzet vergen.

d) De prestaties (product en kpi) en risico’s moeten beter beschreven worden, zodat duidelijk is wat er voor het afgesproken bedrag geleverd wordt.

D. Bedrijfskosten die via RNH lopen voortaan ook middels een vast bedrag?

Een aantal zaken wordt door RNH centraal ingekocht, waarna de kosten worden doorbelast aan de recreatieschappen. Dit zijn bedrijfskosten die niet in de uurtarieven van RNH zitten. Momenteel worden de kosten per factuur (met wisselende verdeelsleutels) verdeeld naar de recreatieschappen en RNH.

Dit kan eenvoudiger, wat tijdswinst oplevert, namelijk door jaarlijks een afkoopsom in rekening te brengen voor een basispakket aan centraal ingekochte bedrijfskosten. Het basispakket moet daarvoor wel gedefinieerd worden om goed te kunnen bepalen welke standaard kosten daar in zitten en welke extra’s niet Het basispakket kan bijvoorbeeld bestaan uit:

 Via Toezichtbureau (taakveld 1.2):

o Kosten aan auto’s en fietsen, kleding, opleiding, portofoons, etc.

 Via team Vastgoed (taakveld 3.2):

o Kosten kadastrale informatie (Kadaster)

 Via team Communicatie (taakveld 3.4):

o Kosten digitale knipselkrant (Lexis Nexis) o Kosten zaken opmaken in de huisstijl (Jung) o Kosten sjablonen (Dot Office)

 Via team FEZ (taakveld 0.4):

o Kosten accountants (Baker Tilly, IPA Acon)

 Via team Bedrijfsvoering (taakveld 0.4):

o Kosten digitaal systeem vergaderstukken (Ibabs) o Kosten aan de Veiligheidspiramide

(23)

en raden- en Staten (o.m.

werkconferentie 6 februari met stakeholders

& raden- en Statenleden)

oktober 2019.

Scenario’s grote bandbreedte waar door onduidelijkheid participantenbijdrage

van 11 juli voor bijeenkomst BOB raden- en Statenleden op 26 september 2019 (oordeelsvormend en besluitvormend)

7 mei 2020 incl.

startbudget planvoorber eiding 7 projecten en aanpak deel achterstallig onderhoud.

2019.

Periode van 16 weken.

GAB Afgehandeld Afgehandeld Afgehandeld;

stakeholders-bijeenkomst afgerond, inwoners breed betrokken (via

Swipocratie)

Modellen zijn doorgerekend op 20/01/2020

Conform planning, gestart

Uitgangspunt en voor uitvoering opgesteld.

Verder gepland Q3 2020

Conceptvisie vastgesteld door AB op 1 juli 2020 en verzonden voor zienswijzen raden

Gepland voor Q4 2020

RAUM Afgehandeld Grotendeels uitgevoerd middels swipocratie.

Afronding

stakeholders overleg in Q3

Gestart. Onderdeel van participatie en gepland in september.

Nog niet gestart Concept-visie op hoofdlijnen gereed voor participatietraject.

Opstarten gepland voor Q4 2020 parallel aan besluitvormin g visie

Gepland voor Q4 2020.

Gepland Q2 2021

TW Afgehandeld Inventarisatie ambtelijk en bestuurlijk:

Bestaande visies, coalitieakkoorden en

collegeprogramma’

s

Participatie

is zienswijze Ambitie document en met omgeving bij uitvoering. In

voorkomende gevallen zal gemeente

initiatiefnemer van ontwikkelingen zijn.

Ontwikkelingen per project doorrekenen als onderdeel initiatieffase/

ontwikkelfase

Ambitiedocument in ontwerp vastgesteld AB 16 okt 19

In opbouw.

Selectie producten/

projecten:

afstemming met AC, in Q1 2020

Procedure zienswijzen afgerond.

Ambitie- document definitief vastgesteld AB 25 juni 20

Ontwerp uitvoerings- programma behandelen

(24)

Start o.b.v.

inspiratie- document

Participatie (1):

Participatie-plan

Rondje velden:

raden & Staten

Financiële- planeconomische doorrekening

Visie op hoofdlijn Uitvoerings programma

Concept vaststelling Visie t.b.v zienswijzen

Besluit Visie op basis van zienswijzen GGA Afgehandeld Procesplan

opgesteld met advies participatie:

Afstemming met AC/DB in Q2 Fase

1:Inventarisatie gestart. Oplevering

Gepland onderdeel van de participatie in fase 3 tweede kwartaal 2021.

Nog niet gestart.

Onderdeel van fase 3:

op te stellen ambitie- en

uitvoeringsprogramma in het tweede

kwartaal.

Ambitie planning vaststelling ontwerp mei 2021.

Parallel ontwikkelen aan de procedure Ambitiedocu ment.

Ambitie planning vaststelling mei 2021.

Gepland fase 4 medio 2021.

(25)

Recreatieschappen Noord-Holland

Voortgang erfpachtcontracten Staatsbosbeheer

Op 13 november 2019 zijn in het voorzittersoverleg de uitgangspunten en het vervolgproces voor de lange termijn afspraken besproken.

Op 15 mei jl. is op het voorzittersoverleg besloten om een brief te sturen aan de directie van Staatsbosbeheer waarin aangedrongen wordt om met spoed tot afspraken te komen voor de korte termijn. Op 7 juli hebben de directeur van RNH en het provinciehoofd van Staatsbosbeheer een brief (zie bijlage) gestuurd aan alle bestuursleden van de recreatieschappen Twiske- Waterland,

Spaarnwoude en Groengebied Amstelland waarin de oplossing voor de korte termijn is aangegeven.

Naar aanleiding van de oproep op het voorzittersoverleg van 15 mei jl. zijn de gemeenten Velsen en Ouder Amstel toegevoegd als deelnemers aan het vervolgproces, ondersteund door het organisatie adviesbureau P2, voor de lang termijn afspraken. De gemeenten Amsterdam en Haarlemmermeer alsmede de provincie Noord Holland maakten al deel uit van het proces, naast Staatsbosbeheer en RNH. De eindrapportage wordt medio september opgeleverd. De eindrapportage zal een aantal toekomstige oplossingsrichtingen beschrijven die geconfronteerd worden met randvoorwaarden en beoordelingscriteria. Een belangrijk criterium is dat er breder gekeken wordt dan alleen de huidige beheergebieden van de recreatieschappen in de MRA en dat daarin ook andere terreinen van Staatsbosbeheer in worden betrokken. Dit conform eerdere voorstellen en de opdracht.

RNH en Staatsbosbeheer hebben in een apart gesprek over rollen, visies en processen in de

recreatieschappen tevens een aantal praktische afspraken gemaakt uitgaande van het gegeven dat er eigenlijk twee lijnen zijn die beide waar zijn. De eerste lijn (recreatieschappen) is dat door de

decentralisatie van taken door het rijk het betekent dat besluiten over inrichting bij provincies en gemeenten ligt. De andere lijn (Staatsbosbeheer) is dat Staatsbosbeheer een duidelijke taakopdracht van het Rijk heeft meegekregen en dat zij daar invulling aan moeten geven. De afspraken zijn:

-Staatsbosbeheer wordt vanaf het begin van een visietraject meegenomen en bevraagd over het gebied net zoals dat bij gemeenten gebeurd;

- Er wordt duidelijk verschaft over de rol van Staatsbosbeheer in deze trajecten;

- Staatsbosbeheer neemt zitting in de Ambtelijke Advies Commissies voor de onderdelen Visie en Uitvoeringsprogramma’s, Gebiedsontwikkeling Natuur en Recreatie en Contractbeheer.

- Er wordt nagegaan of en op welke wijze de recreatieschappen de vastgoedcontracten van Staatsbosbeheer kan gebruiken.

Op 22 oktober a.s. wordt de eindrapportage besproken met de drie voorzitters van de

recreatieschappen en de ambtelijke deelnemers aan het traject. Vervolgens zal op 4 november a.s. in het gesprek met de heer S. Thijsen, directeur van Staatsbosheer, gezamenlijke conclusies getrokken en afspraken gemaakt worden over het vervolgtraject.

(26)

Voortgang erfpachtcontracten met Staatsbosbeheer 16 september 2020 Agendapunt 5a Het voorzittersoverleg stelt voor om de algemene besturen van de recreatieschappen Groengebied Amstelland, Twiske- Waterland en Spaarnwoude :

- Na 4 november a.s. de eindrapportage op te sturen en de conclusies en afspraken te delen zodat besluitvorming in de vergaderingen van december mogelijk is

Bijlagen

1. Brief Staatsbosbeheer en Recreatie Noord Holland d.d. 7 juli 2020

Behandelaars namens Recreatie Noord Holland Rik Rolleman, Manager programmasturing en vastgoed

(27)

Aan de bestuursleden van de recreatieschappen:

Recreatieschap Twiske-Waterland Recreatieschap Spaarnwoude Groengebied Amstelland

Velsen-Zuid : 7 juli 2020 Uw kenmerk : -

Ons kenmerk : U20200660 Projectnummer : -

Onderwerp : Erfpachtcontracten Staatsbosbeheer Bijlage(n) : -

Behandeld door : de heer H.G. Rolleman 06 345 177 77 en mevrouw M.J. Brouwer 06 127 057 42

Geacht bestuur,

Veel van de gronden binnen onze recreatieschappen hebben wij in erfpacht van Staatsbosbeheer. Deze 21 contracten betreffen ca 5.000 ha en hebben een looptijd van 40 tot 60 jaar. Voor een aantal gebieden is de resterende contractduur nu korter dan 30 jaar. Zonder aanvullende afspraken tussen Staatsbosbeheer en ons recreatieschap is het in die gevallen niet mogelijk om een geschikt ondererfpachtcontract aan te bieden aan onze ondererfpachters, omdat een contractduur van 30 jaar in veel gevallen een essentieel onderdeel is van de ondererfpachtvoorwaarden.

In de afgelopen jaren is geprobeerd tot een structurele oplossing te komen voor het probleem van de aflopende termijn van de erfpachten. Dit is een ingewikkeld vraagstuk. Om die reden is het opgeknipt in een korte termijn en een lange termijn vraagstuk, en met succes! Inmiddels is er een oplossing gevonden voor de korte termijn waardoor weer contracten met een looptijd van 30 jaar kunnen worden aangeboden aan ondererfpachters in onze recreatieschappen.

Oplossing korte termijn erfpachten

Deze contracten worden afgesloten in de vorm van een drie partijen overeenkomst tussen de ondererfpachter, recreatieschap en Staatsbosbeheer. Dit maakt het mogelijk om voor een langere termijn afspraken vast te leggen met een ondererfpachter, zonder dat de contractduur van de onderliggende erfpacht hoeft te worden gewijzigd. Met deze oplossing blijven we zo dicht mogelijk bij de huidige mogelijkheden in de huidige erfpachten tussen Staatsbosbeheer en ons recreatieschap. De afspraak is in goed onderling overleg met Staatsbosbeheer tot stand gekomen en biedt voor de komende periode een praktische, werkbare oplossing voor het aangaan van ondererfpachten, in afwachting van lange termijn afspraken over de status en inhoud van de erfpachtrelaties. De korte termijn oplossing vervalt wanneer er een lange termijn oplossing beschikbaar is.

Oplossing lange termijn erfpachten

Om voor de lange termijn tot een oplossing te komen, hebben Staatsbosbeheer en de recreatieschappen gezamenlijk een traject opgestart om te komen tot een nieuwe vorm van samenwerking. Dit traject wordt begeleid door het organisatie en adviesbureau P2. In dit traject worden constructieve, open gesprekken gevoerd over de belangen van de verschillende organisaties en worden oplossingsrichtingen verkend. Hierbij zijn naast de provincie Noord-Holland ook de gemeenten Amsterdam, Haarlemmermeer, Velsen en Ouder- Amstel betrokken als vertegenwoordigers vanuit de recreatieschappen. In oktober wordt het resultaat van het traject in de vorm van toekomstscenario’s besproken met de voorzitters van de 3 recreatieschappen en de heer S. Thijsen, directeur van Staatsbosbeheer, waarna het aan u ter besluitvorming wordt voorgelegd.

(28)

Toekomstscenario’s

Met het uitwerken van deze toekomstscenario’s willen wij een belangrijke bouwsteen voor de vernieuwing van de governance structuur van de recreatieschappen aandragen. In de toekomstscenario’s wordt breder gekeken dan alleen de beheergebieden van de recreatieschappen waarvoor nu erfpachtovereenkomsten met Staatsbosbeheer zijn afgesloten. Door met brede blik naar recreatiegebieden in de MRA te kijken en daar ook de terreinen en beheeropgaven van Staatsbosbeheer in te betrekken, denken we een effectieve samenwerking aan toekomstbestendige natuur- en recreatiegebieden te kunnen vormgeven. Een prachtig perspectief voor bewoners, ondernemers en bezoekers van onze regio.

Wij hopen u zo voldoende te hebben geïnformeerd. Mocht u naar aanleiding van deze brief vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met de heer H.G. Rolleman 06 345 177 77 van Recreatie Noord-Holland of mevrouw M.J. Brouwer 06 127 057 42 van Staatsbosbeheer.

Met vriendelijke groet,

namens Staatsbosbeheer en Recreatie Noord-Holland,

Jos Gilliam

Directeur Recreatie Noord-Holland N.V.

Riena Tienkamp

Provinciehoofd Staatsbosbeheer Noord-Holland

(29)

Recreatieschappen Noord-Holland

Voorstel druktemonitor

Op het voorzittersoverleg is bij de rondvraag de opmerking gemaakt dat het belangrijk is om een overzicht te hebben van de drukke en rustige gebieden om met elkaar te kijken naar een goede verdeling van de bezoekers.

Inzicht in bezoekerstromen

In bijgaand voorstel wordt een overzicht gegeven op welke wijze de recreatieschappen kunnen voldoen aan de informatie uitwisseling. Op dit moment zijn de recreatieschappen niet in staat om realtime data aan te leveren over de drukte in een gebied. De recreatieschappen staan daar niet alleen in, ook veel andere organisaties hebben weinig realtimedata. Elke organisatie monitort en registreert op een andere wijze de drukte en of bezoekers. Soms via betaald parkeren (PWN en Twiske), soms via kaartverkoop (PWN), soms via telslangen (RNH en PWN), soms via optische tellers (routebureau RNH) en soms via waarnemingen van toezichthouders (Staatsbosbeheer) of via indicatoren als vuilaanbod (Recreatieschap West-friesland).

Drukte meting door TBO- NH

De drukte in de gebieden wordt op dit moment onderzocht door de samenwerkende Terrein Beherende Organisaties in Noord Holland, waarin ook Recreatie Noord Holland deelneemt.

Directe aanleiding is de drukte die organisaties zien in de terreinen door de coronamaatregelen. Dit heeft zowel positieve als negatieve effecten op de terreinen. Vijf jaar geleden is er een uitgebreid onderzoek gedaan door NBTC/ Nipo, dat kan gezien worden als 0- meeting. De kwalitatieve quick scan, waarin ook de recreatieschappen worden onderzocht, wordt in oktober opgeleverd. Het wordt

uitgevoerd door bureau ruimte en vrijetijd. Het is wenselijk dat we in de toekomst beschikken over meer realtime informatie om op basis daarvan bezoekersstromen te reguleren en of heatmappen te maken zoals nu ook al gebeurd bij “Visit Brabant” of “Super Linda op Texel” of de “druktemeter in Alkmaar”.

Onderzoeksagenda Vrijetijdsdomein Noord Holland

CELTH heeft in opdracht van de provincie Noord Holland aanbevelingen gedaan voor de

onderzoeksagenda voor toerisme en vrije tijd. Er is veel data beschikbaar alleen is die niet compleet onder meer door de veelzijdigheid en verwevenheid van deze data. Zij stellen voor om een alliantie op te richten onder regie van de provincie (analoog aan Friesland en Zeeland) waarbij een meerjaren onderzoeksplan opgesteld kan worden. Deze onderzoeken kunnen dan per deelregio van Noord Holland ingezet worden. De onderzoeksagenda maakt ook deel uit van de visie Recreatie en Toerisme die nu door de provincie NH wordt opgesteld i.s.m. Bureau Buiten. Corona is inmiddels vertrekpunt geworden voor deze visie omdat het een indicator is voor de recreatiedruk die in de toekomst te wachten staat, onder meer door de verstedelijking.

(30)

Voorstel druktemonitor 16 september 2020 Agendapunt 5b

Het voorzittersoverleg stelt voor om de algemene besturen van de recreatieschappen - Kennis te laten nemen van de investeringsmogelijkheden inzicht bezoekersstromen

- Kennis te laten nemen van de drukte meting door de Terreinbeherende Organisaties Noord Holland zodra het rapport beschikbaar is

- Kennis te laten namen van de onderzoeksagenda vrijetijdsdomein Noord Holland

- RNH de opdracht te geven om nadere voorstellen voor betere informatie uitwisseling uit te werken in samenwerking met de provincie Noord Holland en de andere Terrein Beherende Organisaties

Bijlagen

1. Investeringsmogelijkheden inzicht in bezoekersstromen Behandelaars namens Recreatie Noord Holland

Rik Rolleman, Manager programmasturing en vastgoed