1
Voorjaarsnota 2017 Gemeente Gennep
Vastgesteld door het college van B&W d.d. 23 mei 2017 (2017/253622)
2
INHOUDSOPGAVE
1. INLEIDING ... 3
2. SAMENVATTING ... 2
3. UITGANGSPUNTEN BEGROTING 2018 EN MEERJARENBEGROTING ... 5
4. AUTONOME ONTWIKKELINGEN, NIEUW BELEID ... 9
5. FINANCIËLE SITUATIE EN MEERJARENPERSPECTIEF ... 26
3
1. INLEIDING
Algemeen Algemeen
Voor u ligt de Voorjaarsnota 2017 voor het boekjaar 2018 en de meerjarenbegroting 2019 t/m 2021. De Voorjaarsnota is het moment voor aanpassingen van bestaand beleid, het opvoeren van autonome ontwikkelingen en het initiëren van nieuw beleid. De nota vormt de opmaat naar de begrotingsbehandeling.
Deze vinden plaats op 6 november 2017.
In onze financiële verordening staat dat de raad voor 15 juli de financiële kaders van de ontwerpbegroting met beleidsvoornemens voor het volgende begrotingsjaar en de meerjarenraming en actualisatie van het lopende begrotingsjaar vaststelt.
Uitgangspunten van de Voorjaarsnota vormen het Coalitieakkoord en het Collegeprogramma 2014-2018 'Doen' als het gaat om initiëren van nieuw beleid. Maatschappelijke
ontwikkelingen en wettelijke verplichtingen kunnen tot aanpassingen leiden. Daarvoor vinden bijstellingen plaats op grond van volumeaanpassingen in relatie tot de
autonome ontwikkelingen van de gemeente.
Het kan dan gaan om aanpassingen aan zowel de uitgaven- als inkomstenkant. In hoofdstuk 4 zijn de nieuwe ontwikkelingen opgenomen die we willen of moeten uitvoeren.
Daar waar geen mutaties zijn, is het bestaand beleid (en de financiële actualisatie daarvan) in de Programmabegroting 2017 en
meerjarenbegroting 2018-2020 van toepassing.
Wij vragen u uw visie, politieke wensen en accenten uit te spreken over de
uitgangspunten voor de begroting 2018 en de voorstellen voor nieuw beleid.
Leeswijzer
De Voorjaarsnota begint met een
gevisualiseerde samenvatting, hoofdstuk 2.
Voortbordurend op de 1e trimesterrapportage 2017 en de geactualiseerde begroting 2017 geven wij in hoofdstuk 3 onze visie op de uitgangspunten voor de begroting 2018 en meerjarenbegroting 2019-2021.
In hoofdstuk 4 zijn per programma de nieuwe ontwikkelingen opgenomen.
Wij vragen u om aan te geven of uitvoering daarvan wenselijk is.
In hoofdstuk 5 staan de financiële
consequenties van de in hoofdstuk 2 en 3 opgenomen ontwikkelingen. Ook leest u in dit hoofdstuk hoe onze financiële situatie en meerjarenperspectief er uit ziet.
2
2. SAMENVATTING
5
3. UITGANGSPUNTEN BEGROTING 2018 EN MEERJARENBEGROTING
Algemeen
De economische groei zet door. Zowel dit jaar, als in 2017 neemt het bbp met 2,1% toe. De werkloosheid daalt in 2017 naar 5,3% en de overheidsbegroting is in evenwicht. De koopkracht neemt in 2017 toe met 0,7%. De internationale omgeving blijft echter onzeker.
De gevolgen van de Brexit lijken vooralsnog mee te vallen, maar de economische en politieke situatie in de Europese Unie blijven ongewis.
Bovenstaand bericht komt uit de december raming voor 2016 en 2017 van het Centraal Planbureau.
De vooruitzichten zijn dus beter. Als gemeente zijn we voor onze inkomsten nagenoeg
volledig afhankelijk van de uitkeringen van het Rijk. De overheidsbegroting is weliswaar in evenwicht maar of dit leidt tot een hogere uitkering uit het gemeentefonds blijft nog ongewis. De meicirculaire moet hierover meer duidelijkheid bieden.
Het college blijft koersen op een degelijk financieel beleid waarbij kostenefficiënt opereren centraal staat.
Geen tot zeer beperkt ruimte nieuw beleid In de Voorjaarsnota 2016 was ruimte voor nieuwe beleidswensen. De begroting 2017 kent een tekort. De meerjarenbegroting 2018- 2020 was sluitend zonder aanvullend te moeten bezuinigingen.
In de meerjarenbegroting is rekening gehouden met een daling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Deze daling is gebaseerd op de decembercirculaire 2016.
Bij het opstellen van de Voorjaarsnota weten we niet of het Rijk verder gaat bezuinigen op dit fonds of niet.
Voor de nieuwe taken rond de drie
decentralisaties (Jeugdzorg, Participatiewet en AWBZ/Wmo) hebben we een buffer
gecreëerd.
Er bestaat nog steeds onzekerheid over de financiële effecten van de decentralisaties. Bij een dergelijke overgang zijn drie jaar nodig om voldoende inzicht te krijgen in de omvang van de kosten en uitvoering.
De jaarrekening 2016 heeft een klein negatief saldo. Dit was voorzien was in de 2e
trimesterrapportage 2016.
We blijven vasthouden aan spaarzaamheid.
Ruimte voor nieuw beleid met een structureel financieel effect is nauwelijks aanwezig. Wat ons betreft gaan nieuwe wensen samen met
‘Nieuw voor Oud’.
Structureel begrotingsevenwicht
Uitgangspunt is dat structurele lasten gedekt moeten zijn door structurele baten.
Incidentele inkomsten of meevallers voegen we toe aan de algemene vrije reserve.
Solide maken begroting
Eventuele bezuinigingen vertalen we concreet in de begroting. Bezuinigingsmaatregelen en taakstellingen moeten qua hardheid en haalbaarheid realistisch zijn en op programmaniveau zijn aangegeven.
Oormerken van middelen
De rijksbijdragen voor (decentralisatie van) de zorgtaken zijn geoormerkt voor het uitvoeren van deze taken. Dat oormerken houdt tevens in dat in enig jaar niet bestede middelen worden gereserveerd, waarvoor we de bestemmingsreserve sociaal domein gebruiken.
In 2018 zijn verkiezingen. We stellen voor dat het nieuwe bestuur in 2018 een uitspraak doet over het al dan niet blijven handhaven van het intern oormerken van de middelen.
Andere vormen van oormerken, rest-
budgetten of ‘potjes’ creëren, zijn niet aan de orde.
Tariefontwikkeling belastingen en heffingen In lijn van het Coalitieakkoord is afgesproken in deze bestuursperiode terughoudend te zijn
6 met het verhogen van de lastendruk voor de
inwoners van de gemeente Gennep. De Onroerende Zaak Belasting (OZB) laten we alleen stijgen met de inflatiecorrectie (naar het zich nu laat aanzien) 1%.
De opbrengst OZB relateren we aan de gerealiseerde opbrengst van het voorgaande jaar, verhoogd met de inflatie en eventueel areaaluitbreiding als dit aan de orde is. Daling of stijging van de huizenprijzen in onze gemeente heeft hiermee geen invloed op de hoogte van de begrote opbrengst OZB.
In de begroting 2017 en meerjarenbegroting 2018-2020 is een verhoging voor het hoge tarief van de toeristenbelasting opgenomen van € 0,05 tot en met 2018. Deze stijging is verwerkt in de meerjarenbegroting. Voor 2019 en volgende jaren kan het nieuwe college in de voorjaarsnota 2018 een keuze maken. In het kader van onze concurrentiepositie adviseren we rekening te houden met de tarieven in de regio/provincie.
De afvalstoffen- en de rioolheffing zijn 100%
kostendekkend. Voor de afvalstoffenheffing is een egalisatievoorziening gevormd om tariefschommelingen te voorkomen en de kostendekkendheid meerjarig te bezien. De kosten van de afvalinzameling waren in 2016 lager dan de inkomsten. De stand van de voorziening per 31 december 2016 is
€ 459.000. Voor deze voorziening is geen maximum vastgesteld. In het verlengde van 2017 wordt ook in 2018 de voorziening ingezet voor verdere (financiële en fysieke) stimulering van afvalscheiding van het huishoudelijk afval. Daarnaast wordt de voorziening structureel ingezet om het gft tarief van de minicontainer met 25% te verlagen, waardoor de burger financieel gestimuleerd wordt deze container veel/meer te gebruiken dan wanneer het tarief voor 100% in rekening zou worden gebracht.
Vanuit het verbreed Gemeentelijk Riolering Plan (vGRP 2014-2019) geldt ook voor rioolheffing 100% kostendekkendheid. In het GRP 2013 is opgenomen dat de tarieven jaarlijks worden verhoogd waarin ook een afbouw van de voorziening tarievenbeleid rioolrecht is meegenomen. Door later
uitvoeren van geplande investeringen en verlaging van de rekenrente is de tariefstelling niet meer gelijk aan het GRP 2013. Voor de begroting 2018 wordt een actuele berekening gemaakt van de kosten van de riolering. Op basis van deze berekening bekijken we of een tariefstijging nodig is.
Loonkostenontwikkeling
De loonkosten ramen we op basis van de formatie 2017.
We volgen de CAO-ontwikkelingen en houden rekening met periodieke verhogingen,
gratificaties, ambtsjubilea e.d. Per 1 januari 2017 zijn de salarissen op basis van de CAO gestegen met 0,4%.
Stijging van de loonkosten als gevolg van verhoging van de premies voor pensioen en zorgverzekeringswet en eigen-
risicodragerschap voor WW nemen we mee.
De huidige CAO loopt tot 1 mei 2017. Voor de Voorjaarsnota is nog niet duidelijk zijn wat het effect is van de nieuwe CAO. De gevolgen hiervan zullen we verwerken in de begroting 2018.
Loonontwikkelingen gesubsidieerde sector Voor loonontwikkeling passen we net als voorgaande jaren geen indexcijfer toe en leidt dit tot een percentage van 0%. Met een aantal partijen hebben we, daar waar er sprake is van een langjarige subsidierelatie, afspraken gemaakt over indexatie. Daar waar mogelijk zetten we in 2018 op de nullijn.
Prijsontwikkeling
Het is de afgelopen jaren een beleidsmatige keuze geweest om kostenstijging op basis van het landelijk verwachte inflatiepercentage niet door te voeren. Deze keuze betekent dat al jaren een autonome bezuiniging plaatsvindt door het niet toepassen van deze correctie op prijsontwikkeling. Dit jaar zal de inflatie overigens marginaal zijn waarmee de correctie voor prijsontwikkeling ook minder aan de orde is.
Uit de analyse van het saldo van de Jaarrekening 2016 blijkt dat de budgetten toereikend zijn. Zoals ook afgelopen jaren is gebeurd, vragen we in de zomerperiode 2017 een kwantitatieve onderbouwing van
budgetten. Als op basis van de onderbouwing
7 een verhoging van het budget noodzakelijk is
wordt dit verwerkt. (bijvoorbeeld toepassen van indexering wanneer dit in de contracten is opgenomen).
Wij stellen voor om de budgetten niet standaard te verhogen met een inflatiepercentage.
Prijsontwikkeling subsidies
In het verlengde van het achterwege laten van doorrekening van prijsontwikkeling van gemeentelijke budgetten, zijn ook subsidies de afgelopen jaren bevroren geweest (met uitzondering van de subsidies waarvoor meerjarige budgetten zijn afgesproken).
Er zijn geen signalen dat door het achterwege blijven van de indexering de subsidies te laag zijn. We stellen voor om subsidies (niet- betreffende de subsidies loonkosten) niet te compenseren voor prijsontwikkeling.
Renteontwikkelingen
Met ingang van de begroting 2017 wordt over de inzet van eigen middelen geen rente meer berekend, de zogenoemde bespaarde rente.
De rente die wij betalen over onze geldleningen wordt omgeslagen over de boekwaarde van onze activa inclusief de voorraad grondexploitaties. De omslagrente komt dan uit op ruim 2% maar wordt afgerond op een veelvoud van een 0,5% ofwel 2,5%.
Het afrondingsverschil is een voordelig saldo op het taakveld Treasury.
Jaarlijks lossen we op onze geldleningen € 2 miljoen af, onze rentelasten dalen hiermee met € 80.000 per jaar. Gezien onze
liquiditeitspositie verwachten we ook voor de begrotingsperiode 2018-2021 geen nieuwe geldleningen af te hoeven sluiten. Door de daling van de rentelasten wordt de omslagrente in 2021 2%.
Complicerende factor is de rente voor de berekening kostendekkende tarieven rioolrechten en afvalstoffenheffing. Voor de kostendekkende tarieven blijven we uitgegaan van een rente van 4%, het gemiddelde
percentage dat we betalen over de vaste geldleningen.
Door de verdere daling van de rentelasten bestaat de keuze om voor de berekening van de kostendekkende tarieven een lager
percentage te hanteren waardoor de tarieven afvalstoffenheffing en rioolheffing minder hoeven te stijgen of zelfs lager kunnen. Een verlaging van een 0,5% heeft een financieel effect van € 90.000. Deze keuze laten we over aan de nieuwe coalitie.
Investeringen
Investeringen worden gesplitst in een voorbereidingskrediet en een
uitvoeringskrediet. Aanvullend zullen bij langdurige projecten de lasten over meerdere jaren worden begroot aansluitend op de fasering van de uitvoering. Hierdoor wordt realistischer begroot en zijn er minder budgetoverhevelingen.
Reserves en voorzieningen
Onze reserves zijn afgelopen jaren afgenomen maar zijn vrij besteedbaar. Uit de stresstest van eind 2016 blijkt dat de omvang van de reserves goed is.
Hierbij bekijken we de samenhang met het saldo voorzieningen dat per inwoner in Gennep in 2014 beduidend hoger lag dan het landelijk gemiddelde.
Met ingang van 2017 hebben we een voorziening planmatig onderhoud wegen. In 2017 is hierin een extra dotatie gedaan om in te lopen op achterstallig onderhoud. Vanaf 2018 wordt jaarlijks € 155.000 aan de
voorziening toegevoegd. Tot en met 2020 zijn de kosten van het onderhoud hiermee afgedekt.
In het vigerend wegenbeleidsplan staat dat de gemiddelde kosten van het onderhoud tot en met 2045 € 500.000 per jaar zijn. In 2020 stellen we een nieuw wegenbeleidsplan op.
Het achterstallig onderhoud is dan
weggewerkt waarna een nieuwe financiële doorrekening gemaakt wordt van de kosten planmatig onderhoud wegen. Mogelijk dat de jaarlijkse kosten dan lager uitkomen dan het nu geraamde gemiddelde van € 500.000 maar het verschil tussen de huidige dotatie en de gemiddelde jaarlijkse kosten is aanzienlijk.
Daarom stellen we voor om met ingang van 2018 de dotatie aan de voorziening jaarlijks te verhogen met € 50.000. In 2021 is de dotatie dan € 355.000. Dat ligt meer in lijn met de gemiddelde kosten.
8 Begrotingsbrieven provincie
De provincie stuurt jaarlijks brieven over de aandachtspunten voor de begroting naar de raad en het college. In de brieven staan algemene toetsingsaspecten en
aandachtspunten voor de begroting 2018 en meerjarenbegroting 2019-2021. Belangrijkste punten uit deze brieven zijn:
Structureel en reëel evenwicht
De belangrijkste toets door de provincie is of de begroting structureel en reëel in evenwicht is. Structurele lasten moeten gedekt worden door structurele baten. Belangrijk
aandachtspunt is het onderhoud van
kapitaalgoederen (gebouwen, wegen etc.). De budgetten in de begroting moeten voldoende zijn om het door de raad vastgestelde
kwaliteitsniveau te handhaven. Wij hebben actuele beheerplannen en in 2016 en 2017 zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor het groot onderhoud van de wegen waarvoor we nu uitgaan van kwaliteitsniveau B.
In de nu voorliggende uitgangspunten stellen we voor om de storting in de voorziening groot onderhoud jaarlijks met € 50.000 te verhogen om ook op de langere termijn voldoende middelen beschikbaar te hebben voor handhaving van kwaliteitsniveau B.
Financiële verordening
Door de wijzigingen van het BBV is het
noodzakelijk om de financiële verordening aan te passen. De verordeningen gaan we
actualiseren en in het vierde kwartaal van 2017 aanbieden aan de raad.
Activeren van investeringen met maatschappelijk nut
Het beleid in Gennep was om investeringen met maatschappelijk nut niet te activeren
maar ten laste van de algemene vrije reserve te brengen. Dit is niet meer toegestaan.
De investeringen in de begroting 2018 worden allemaal geactiveerd.
Financiële kengetallen
De verplichte basis-set van de vijf financiële kengetallen hebben wij opgenomen in de begroting met een toelichting. Naarmate we hier meer ervaring mee hebben kan de toelichting verder uitgebreid worden en zijn trends te signaleren.
Sociaal domein
De provincie geeft aan dat steeds meer duidelijkheid komt over het financiële beeld van het sociaal domein. Wij zijn een van de vele gemeenten die hebben besloten om de taken binnen het sociaal domein budgettair neutraal uit te voeren. Bij verwachtte rijks kortingen kan dit tot problemen leiden. De provincie ziet graag concreet in de begroting op welke wijze wij het beperken van de lasten verwachten te realiseren. Wij vinden dit verzoek prematuur maar indien de noodzaak aanwezig is zullen wij dit uiteraard
meenemen. Daarnaast hebben we nog een bestemmingsreserve sociaal domein om mogelijke tekorten op te vangen.
Omgevingswet
De provincie geeft aan dat de gevolgen van de nieuwe omgevingswet voor de gemeenten groot zullen zijn en adviseert om als gemeente de invoering adequaat voor te bereiden.
Voor de implementatie van de nieuwe
omgevingswet is een projectplan opgesteld en is een projectgroep actief.
9
4. AUTONOME ONTWIKKELINGEN, NIEUW BELEID
In dit hoofdstuk zijn per programma de nieuwe ontwikkelingen geschetst. De nieuwe ontwikkelingen zijn niet beperkt tot alleen onderwerpen met een financieel effect, maar een zo breed mogelijk overzicht van onderwerpen die in 2018 spelen.
Programma 2: Openbare ruimte
Taakveld
2.1 Verkeer, wegen en water
Portefeuillehouder J. WellesNieuwe ontwikkelingen/beleid
Bij het vaststellen van het wegenbeleidsplan is het kwaliteitsniveau verhoogd van niveua C naar niveau B. In het wegenbeleidsplan staat dat de gemiddelde kosten van het onderhoud uitgaande van kwaliteitsniveau C tot en met 2045 € 500.000 per jaar zijn. In 2020 stellen we een nieuw
wegenbeleidsplan op. Het achterstallig onderhoud is dan weggewerkt. Daarna maken we een nieuwe financiële doorrekening van de kosten voor planmatig onderhoud wegen. Mogelijk dat de jaarlijkse kosten dan lager uitkomen dan het nu geraamde gemiddelde van € 500.000 maar het verschil tussen de huidige dotatie en de gemiddelde jaarlijkse kosten is aanzienlijk. Voorgesteld wordt daarom om met ingang van 2018 de dotatie aan de voorziening jaarlijks te verhogen met € 50.000. In 2021 is de dotatie dan € 355.000. Dat ligt meer in lijn met de gemiddelde kosten.
Op het gebied van verkeer en vervoer zijn de volgende projecten in voorbereiding naar aanleiding van moties en raadsbesluiten uit 2015 en 2016:
Aanpak fietspad Hoofdstraat Heijen
Aanleg fietspad achter de Weverflat
Aanleg fietstunnel Weverstraat
60 km/uur-zone Zwarteweg;
Langzaam verkeer, 60-km/uur-zone, auto-ontsluiting rondom De Brem;
Het college heeft op 14 maart 2017 het ontwerp vastgesteld voor verbetering van het fietspad Hoofdstraat Heijen. Conform het collegebesluit vragen we via deze voorjaarsnota een
uitvoeringsbudget van € 138.000 aan voor 2018.
De financiële stand van de VJN 2017 is niet zo rooskleurig. Een heroverweging van vastgestelde beleidsvoornemens, projecten en wenselijke ontwikkelingen is daarom aan de orde. Overwogen kan worden om de fietstunnel onder de Weverstraat niet op te nemen in de Voorjaarsnota. De Raad heeft op 29 mei 2017 ingestemd met het opnemen van de benodigde kredieten voor de nadere planvoorbereiding en uitvoering van een fietstunnel onder de Weverstraat in de voorjaarsnota 2017 voor de jaarschijven 2018 en 2019.
De realisatie en planvoorbereidingen van een fietstunnel zijn globaal geraamd op € 1.570.000,-, waarbij het project mogelijk voor maximaal € 500.000,- aan provinciale subsidie in aanmerking komt.
Indien we aanspraak willen blijven maken op de provinciale subsidie, dan dient de realisatie vóór 31- 12-2019 te zijn uitgevoerd.
Per saldo dient er € 1.070.000,- beschikbaar gesteld te worden door de Raad voor de voorbereiding
10 en uitvoering van deze fietstunnel in 2018 en 2019.
Dit bedrag is een enorme grote investering voor een verkeersmaatregel in een situatie, waar de afgelopen paar jaar weinig tot geen ernstige ongevallen zijn geregistreerd (in de periode 2013, 2014, 2015 is geen enkel ernstig ongeval geregistreerd en ons is sindsdien ook geen enkel ernstig ongeval bekend). De investering dient derhalve vooral om een gevoel van veiligheid te creëren zonder objectieve cijfermatige grondslag of argumentatie.
Met de aanleg van de (brom)fietspaddrempel, de geoptimaliseerde opstelplaats voor wachtende scholieren én de aanleg van een fietspad achter de Weverflat is/ wordt in voldoende mate
geïnvesteerd in aanvullende verkeersveiligheid voor fietsers op de Weverrotonde. Daarnaast heeft de aanleg van een fietstunnel ook een aantal nadelen, zoals gevoelens van (sociale) onveiligheid en de verminderde bereikbaarheid van de Brabantweg vanaf de Weverstraat voor fietsers en
mindervaliden.
In verband met de aanleg en het in gebruik nemen van bedrijventerrein De Brem zijn
verkeersmaatregelen noodzakelijk. Naast aandacht voor het fietsverkeer en de instelling van 60 km/uur zones op de wegen rondom De Brem is afsluiting van de weg De Brem voor autoverkeer aan de orde (in verband met de nieuwe ontsluiting) en dient een nieuwe ontsluiting over de
Schaafsebosweg te worden gerealiseerd. In de loop van 2017 zal daartoe een voorstel aan u worden voorgelegd.
Gemeente Gennep is, zoals alle andere gemeentes in Nederland, verantwoordelijk voor adequaat wegbeheer. De gladheidbestrijding is een onderdeel van het wegbeheer. De strooiers die we inzetten worden bij de gladheidbestrijding zijn in 2021 15 jaar oud en dienen vervangen te worden.
“Optimaliseren dienstverlening” beheer openbare ruimte:
Vanwege de digitalisering verandert de manier van werken rond het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Zo kunnen we zaken, die we voorheen analoog bijhielden, voortaan digitaal opslaan. Dat geeft ons ook de mogelijkheid zaken efficiënter op te pakken. Zo zullen de
samenwerking met “Buitenwerk” , ons meldingensysteem en het vastleggen van onze openbare ruimte (zoals wegen, groen, riool, openbare verlichting, enz.), maar ook vervolgens het gebruik daarvan onze dienstverlening verbeteren en ons werken efficiënter maken. Om dit mogelijk te maken zijn investeringen in o.a. hard- en software nodig. Momenteel stellen we een visie op, die inzage geeft in de ontwikkelingen op het gebied van beheer in de openbare ruimte. Het daarin opgenomen uitvoeringsprogramma bevat de noodzakelijke investeringen. Deze zijn momenteel nog niet bekend, maar leggen we tezijnertijd aan u voor, voorzover deze niet passen binnen de huidige ter beschikking staande budgetten.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Groot onderhoud wegen € 50 000 € 100.000 € 150.000 € 200.000
Aanpak fietspad Hoofdstraat (2018) € 138.000 € 9.000 € 9.000 € 9.000 Fietspad achter de Weverflat
voorbereiding Raadbesluit 29 mei 2017 met afzonderlijke begrotingswijziging Aanleg fietspad achter de Weverflat
(2018)
€ 365.000
€ 24.000 € 23.000 € 23.000 Vervanging zoutstrooiers (2021) € 75.000
11
Programma 3: Economische structuur, toerisme en recreatie
Taakveld
3.4 Toeristische en recreatieve voorzieningen
Portefeuillehouder P. LucassenNieuwe ontwikkelingen/beleid
Het college van burgemeester en wethouders stelt aan uw raad voor om a-structureel een bedrag van € 150.000 beschikbaar te stellen voor prioriteiten die voortvloeien uit de uitwerking van het programma versterking vrijetijdseconomie. Zoals we aan uw raad hebben beloofd zullen we de resultaten van de bijeenkomsten met de belangrijkste stakeholders die te maken hebben met het versterken van de vrijetijdseconomie in de zomerperiode via een raadsinformatiebrief met u delen.
Dat betekent dat we na het zomerreces met u van gedachten kunnen wisselen over de inhoud van het programma en de prioriteitenstelling.
We reserveren nu al middelen voor de uitvoering van de projecten die wat u betreft prioriteit gaan krijgen zodat budget beschikbaar is voor uitvoering in 2018. Het gaat bij dit voorstel om een beschikbaarstelling van middelen onder voorwaarden (zoals met u afgesproken): voor elk project ontvangt u een volwaardig projectplan compleet met een financiële onderbouwing en een
dekkingsplan. De reservering bij de voorjaarsnota (en de opname van de middelen in de begroting ) is met name bedoeld om slagvaardig te kunnen handelen. Het bedrag zetten we in als aanjaagfonds en kan deels terugkomen. Daarnaast kan het gezien worden als een multiplier voor het verkrijgen van subsidies.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Budget versterking vrijetijdseconomie € 150 000
Programma 4: Onderwijs en kinderopvang
Taakveld 4.2 Onderwijshuisvesting
Portefeuillehouder
E. VandermeulenNieuwe ontwikkelingen/beleid:
Op 6 maart 2017 is het voorstel goedgekeurd om te starten met de voorbereidingen voor de bouw van een Integraal Kindcentrum aan de Picardie in Gennep. Goed nieuws voor de betrokken
schoolbesturen en kinderopvang die in dit gebied behoefte hebben aan een nieuw gebouw dat bijdraagt aan de ontwikkeling van de onderwijsvisies en tegelijk mogelijkheden biedt om de onderlinge samenwerking en verbinding te bevorderen.
Uw raad heeft ingestemd met een voorbereidingskrediet van € 100.000 voor 2017 en opname van een uitwerkingskrediet ad. € 400.000 (jaarschijf 2018) en een realisatiebudget ad. € 6.500.000 (jaarschijf 2020) in de Voorjaarsnota 2017.
Wat gaat het kosten/opbrengen
12
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Kindcentrum Picardie voorbereiding € 400.000 € 20.000 € 19.750 € 19.500
Kindcentrum Picardie uitvoering € 6.500.000 € 325.000
Vrijval kapitaallasten bestaande
gebouwen en huuropbrengst -€ 148.000
Programma 5: Cultuur en sport
Taakveld
5.6 Media
Portefeuillehouder E. Vandermeulen
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Voor het bibliotheekwerk heeft uw raad in december 2016 het nieuwe beleidskader vastgesteld voor de jaren 2017 - 2020. In 2018 staat continuering van de dienstverlening door Biblioplus centraal met speciale aandacht voor de verdere inbedding van het taalhuis, gericht op de aanpak van
laaggeletterdheid (start in 2017). In 2017 is ook een proces gestart om met diverse stakeholders (o.a.
Biblioplus en cultuurorganisaties) een gedragen (inrichtings)concept te ontwikkelen om het functioneel gebruik en de uitstraling van het gebouw te versterken.
Programma 6: Sociale voorzieningen en maatschappelijk werk
Algemeen sociaal domein Monitoring
Binnen het sociaal domein merken we dat de ontwikkelingen snel gaan. Om die goed te kunnen bijhouden moeten we zowel op het gebied van inhoud als faciliteiten kunnen investeren. Daarom is het noodzakelijk om op het gebied van monitoring een budget te vormen. Daarmee kunnen we de nieuwe ontwikkelingen en het steeds voortschrijdende inzicht verwerken in de regionale en lokale monitoring van zowel inhoud (beleidsmatig en uitvoerend) als processen (bedrijfsprocessen uitvoering sociaal domein).
Innovatiebudget
Over de hele breedte van het sociaal domein willen we experimenteren met het uitvoeren van pilots.
Zo willen we de transformatie verder vorm te geven. Daartoe is het noodzakelijk om een deel van het budget te bestemmen voor innovatie en ontwikkeling binnen het sociaal domein. Er is al een
subsidiebudget gereserveerd voor burgerinitiatieven om de transformatie vorm te geven. Voor transformatieinitiatieven vanuit de gemeente is echter geen financiële ruimte. We stellen voor om twee jaar een bedrag van € 50.000 hiervoor te reserveren ten laste van de reserve sociaal domein.
Wat gaat het kosten/opbrengen
13
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Innovatiebudget sociaal domein € 50.000 € 50.000 Aanwending bestemmingsreserve
sociaal domein -€ 50.000 -€ 50.000
Taakveld
6.2 Wijkteams
Portefeuillehouder E. Vandermeulen Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Om de casusregie op de juiste manier te kunnen voeren, is het noodzakelijk dat we kunnen beschikken over een passend regiesysteem. Het onderzoek naar een passend systeem willen we uitvoeren in 2017. De uitgaven daarvoor, indien aan de orde, doen we in 2018 (incidenteel, aanschaf) en daarna structureel (beheer van het systeem).
Taakveld
6.3 Inkomensvoorzieningen
Portefeuillehouder P. Lucassen Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Op basis van de concept meerjarenbegroting van Intos ramen we het extra tekort van Intos structureel op een bedrag van € 400.000 voor de komende jaren.
We zullen daarom in de komende maanden verder onderzoek doen naar mogelijke maatregelen aan zowel de inkomsten- als uitgavenkant die kunnen leiden tot een taakstelling ter vermindering van het structurele tekort op de WSW. De uitkomsten van dit onderzoek zullen we zo mogelijk meenemen in de vertaling van de voorjaarsnota naar de begroting 2018.
Het Aanvalsplan INTOS levert niet de verwachte resultaten op. Het aanvullend tekort van € 400.000 wordt op hoofdlijnen veroorzaakt doordat:
- Het aantal SW-plekken afneemt, maar er geen vervangende plekken beschut werk op grond van de participatiewet worden gecreëerd. Hierdoor neemt het personeelsbestand sneller af dan voorzien en komt de omzet onder druk;
- De gemeente besteedt niet meer automatisch het gehele budget voor arbeidsmatige dagbesteding bij INTOS, maar beziet per dossier waar de cliënt het meeste baat bij heeft, dat kan bij INTOS zijn, maar ook in een andere passende(r) omgeving. De inkomsten zijn hierdoor gedaald;
- De door het rijk toegekende subsidie per SW-werkplek zich ongunstiger ontwikkelt dan in de planning was opgenomen;
- het aantal SW-werkplekken (landelijk, macro) langzamer daalt dan verwacht. Het macrobudget en de ruimte voor SW-plekken wordt niet naar boven bijgesteld.
Gemeenten gaan daardoor over-realiseren en moeten de meerkostenjaren.
De gemeente heeft WSW dienstverbanden met inwoners met een arbeidsbeperking. Deze dienstbetrekkingen worden uitgevoerd en beheerd bij INTOS. Zij zijn onderdeel van ons beleidsprogramma Ontmoeten Meedoen Ondersteunen. De financiering die we van het rijk ontvangen is het participatiedeel van de decentralisatie uitkering sociaal domein. Intos vervult hiermee een belangrijk taak binnen het sociaal domein.
Met de raad is de afspraak gemaakt dat we de middelen voor het sociaal domein intern oormerken.
Zijn de werkelijke uitgaven lager dan de beschikbare middelen dan wordt het voordelig saldo
14 toegevoegd aan de bestemmingsreserve sociaal domein. Zijn de werkelijke uitgaven hoger dan brengen we dit ten laste van de bestemmingsreserve. In de begroting 2017 en meerjarenbegroting 2018-2020 is een bijdrage van € 236.000 in het exploitatietekort van Intos opgenomen wat nog buiten de lasten van het sociaal domein was gehouden.
Het totale exploitatietekort behoort tot de lasten sociaal domein. In 2016 hadden we een voordelig saldo binnen het sociaal domein van € 600.000. Voor 2017 hebben we voor het sociaal domein € 400.000 meer ontvangen. Of de uitgaven voor 2016 maatgevend zijn voor 2017 en volgende jaren is nog niet te zeggen. Gezien het saldo over 2016 en de hogere rijksbijdrage in 2017, samen € 1 miljoen, verwachten we het exploitatietekort van Intos ad. € 636.000 op te kunnen vangen binnen het sociaal domein. Of dit structureel mogelijk is zal moeten blijken. Als het nieuwe aanvalsplan onvoldoende is om het tekort volledig terug te dringen en de middelen voor het sociaal niet meer toereikend zijn zal een aanvullend voorstel komen voor de dekking van deze kosten. Hiervoor zal in eerste instantie de bestemmingsreserve sociaal domein ingezet worden, saldo 31 december 2016 € 1.250.000.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Exploitatiebijdrage Intos € 400.000 € 400.000 € 400.000 € 400.000 Exploitatietekort Intos tlv sociaal
domein -€ 636.000 -€ 636.000 -€ 636.000 -€ 636.000
Taakveld
6.5 Arbeidsparticipatie
Portefeuillehouder P. Lucassen Nieuwe ontwikkelingen/beleid
In samenwerking met de regiogemeenten vragen we een Europese subisidie aan voor versnelde integratie van mensen die recentelijk als vergunninghouders asiel in de gemeente zijn komen wonen.
Ook vragen we een proviniciale subsidie aan.
Europa vraagt co-financiering van de aanvragers. Dit kunnen we waarschijnlijk deels realiseren door de inzet van de provinciale middelen, maar gemeenten zullen ook zelf moeten bijdragen. Het betreft de jaren 2018 en 2019. Pas eind 2017 wordt bekend óf en hoeveel subsidie we uit Europa krijgen en welke gemeentelijke bijdrage nodig is.
Taakveld
6.6 Maatwerkvoorzieningen (WMO)
Portefeuillehouder E. Vandermeulen Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Op dit moment wordt beschermd wonen ingekocht door centrumgemeenten (voor ons is dit de gemeente Nijmegen). Vanaf 2020 ontvangen de individuele gemeenten hiervoor de middelen en worden zij zelf verantwoordelijk voor het beleid en de inkoop. In 2016 moesten we doorgeven met welke regio we vanaf 2020 gaan samenwerken. Gemeente Gennep heeft er voor gekozen om aan te sluiten bij de regio Noord-Limburg. Dit betekent dat we de komende jaren samen met de regio Nijmegen uitvoering blijven geven aan beschermd wonen dat via hen wordt ingekocht. Tegelijkertijd gaan we al samen met de regio Noord-Limburg een visie vormen op beschermd wonen vanaf 2020 en de overgang van de zorgverlening aan Gennepse inwoners van de ene naar de andere regio.
Taakveld
6.72 Maatwerkdienstverlening 18-
Portefeuillehouder E. Vandermeulen
15 Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Omdat vanaf 2018 geen specialistische jeugd-GGZ meer gecontracteerd kan worden met behulp van de DBC-systematiek, dient hiervoor een alternatief te komen. Van gemeenten wordt verwacht dat ze deze zorgvorm contracteren in één van de drie door het programma i-Sociaal Domein gedefinieerde uitvoeringsvarianten: inspanningsgericht, outputgericht of taakgericht. Samen met aanbieders onderzoeken we en werken we uit hoe we de specialistische jeugd-GGZ in 2018 gaan inkopen.
De overige maatwerkvoorzieningen blijven in stand. Wel zullen we de productbeschrijvingen verder uitwerken zodat er meer duidelijkheid ontstaat tussen de zwaarte en reikwijdte van de verschillende producten.
Programma 7: Milieu en volksgezondheid
Taakveld
7.2 Riolering
Portefeuillehouder J. Welles
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Vanuit het verleden hebben we veel revisies van kolk- en huisaansluitingen op papier vastgelegd.
Deze informatie is niet digitaal voor handen. Omdat er steeds meer papier verdwijnt en we steeds meer met computers werken stellen we voor het complete archief te digitaliseren. De kosten vangen we op binnen de gesloten exploitatie van de gemeentelijke riolering.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Digitaliseren kaarten kolk en
huisaansluitingen € 45.000
Aanwending voorziening GRP -€ 45.000
Taakveld
7.4 Milieubeheer
Portefeuillehouder J. Welles
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Duurzaamheid
In 2017 stellen we de nieuwe versie op duurzaamheid vast. Uitgangspunt is dat de gemeente naast haar eigen opgave op het gebied van duurzaamheid (voorbeeldfunctie) ook initiatieven van inwoners ondersteunt, begeleidt en faciliteert. Met de vaststelling van de nieuwe duurzaamheidsvisie brengen we ook de financiële consequenties in beeld.
Naast deze gemeentelijke opgave, werkt de gemeente regionaal samen op het gebied van duurzaamheid (werkgroep POL energie). Binnen het Ruimtelijk Domein bestaat voor het thema Energie de wens om regionaal voor in ieder geval de periode 2017 t/m 2020 een energiecoördinator en energiespecialist bedrijven aan te stellen. Tevens is er behoefte aan meer regionale
samenwerking op dit thema. Dat betekent dat er meer ambtelijke inzet wordt gevraagd van iedere gemeente. Er heeft nog geen besluitvorming plaatsgevonden binnen het Ruimtelijk Domein.
Regionale Uitvoerings Dienst Limburg Noord (RUD LN)
16 De RUD LN is in 2013 gestart als een netwerkorganisatie met als juridische basis een
bestuursovereenkomst. Tijdens de landelijke evaluatie in 2015 kwam naar voren dat de prestaties van de RUD LN zeker niet onderdeden voor die van de andere RUD’s in het land.
Vanaf 1 januari 2018 zijn de RUD’s wettelijk verplicht te zijn opgericht als een openbaar lichaam op basis van een Gemeenschappelijke Regeling (GR).
Het Bestuurlijk Overleg van de RUD LN is in maart 2016 gestart met de ontwikkeling van een GR RUD LN op basis van het zogenoemde model van de Netwerk RUD ‘nieuwe stijl’.
De oprichting van een rechtspersoon en het inmiddels opgestelde concept-inrichtingsplan “netwerk RUD nieuwe stijl” heeft financiële gevolgen. De exacte kosten zijn afhankelijk van de nog te maken keuzes en het bestuurlijk vast te stellen definitieve plan. Op basis van het concept-inrichtingsplan wordt de jaarlijkse bijdrage van Gennep € 15.000 hoger.
Project gemeenschappelijke informatievoorziening
Met het project Allen voor Eén (AvE) willen de gemeenten in Limburg, de Provincie Limburg en de Regionale Uitvoerings Diensten een gemeenschappelijke informatievoorziening verkrijgen waarmee zij hun taken op het gebied van Vergunningverlening, Toezicht, Handhaving en Advisering (VTHA) efficiënt en effectief kunnen uitvoeren.
De planning is dat in het 4e kwartaal van 2017 gunning kan plaatsvinden. De gemeenten worden vooraf definitief gevraagd of ze al dan niet mee zullen doen in de aanbesteding. In de begroting van het concept-inrichtingsplan is géén rekening gehouden met de gevolgen van het project Allen voor één / Eén voor allen (de gezamenlijke aanschaf en implementatie van de VTH informatievoorziening).
De (financiële) effecten van dit project zullen afzonderlijk aan de deelnemers worden voorgelegd wanneer dit concreet genoeg is.
Basistakenpakket GR RUD LN
Uitgangspunt van het huidige concept-inrichtingsplan is dat iedere partner kan kiezen om taken wabo-breed in te brengen of alleen de verplichte taken conform het “basistakenpakket GR RUD LN”.
Op dit moment hebben we als gemeente Gennep taken ingebracht die vallen onder het zogeheten
“basistakenpakket GR RUD LN”. Dat zijn grofweg alle milieutaken en specialistische milieu-adviezen.
Tevens hebben we de bouwtaken (vergunningverlening en toezicht) met bijbehorende specialistische taken en juridische deskundigheden ingebracht. Vanaf 2018 moeten we ervoor kiezen om alle WABO-taken (dus ook ruimtelijke ordening) in te brengen of alleen het “basistakenpakket GR RUD LN”. Een tussenvariant is niet meer mogelijk.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Actieprogramma Energie PM PM PM
Omzetting RUD naar
gemeenschappelijke regeling € 15.000 € 15.000 € 15.000 € 15.000 Gemeenschappelijke
informatievoorziening PM PM PM PM
Programma 8: Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
Taakveld
8.1 Ruimtelijke ordening
Portefeuillehouder J. Welles
17
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
De omgevingswet gaat vanaf 2019 in werking. Deze wet bundelt alle regels op het gebied van de fysieke leefomgeving. Dit brengt een omvangrijke operatie met zich mee en raakt alle domeinen binnen de leefomgeving. Kern is dat de nieuwe wetgeving uitgaat van een andere sturingsfilosofie. Er komt meer ruimte op lokaal niveau voor bestuurlijke afwegingen en voor maatwerk. De
omgevingswet past in de maatschappelijke trend dat er meer aan de samenleving wordt overgelaten, er door gemeenten in ketens wordt samengewerkt, informatie centraal voor iedereen toegankelijk is, de overheid, inwoners en bedrijven mogelijkheden tot interactie biedt, de regelgeving vermindert, procedures worden vereenvoudigd en dat de afhandeling wordt gedigitaliseerd. Een belangrijk onderdeel is ook dat elke gemeente over een omgevingsvisie en een omgevingsplan moet beschikken. Deze wijzigingen vragen om een gedegen voorbereiding.
Voor het jaar 2018 betekent dit met name het opstellen van de omgevingsvisie, opleidingen en kennisverwerving, aanvang met aanpassingen digitalisering en mogelijk een pilot voor het opstellen van een omgevingsplan.
We verwachten dat het gestelde budget niet toereikend is. Zodra we meer zicht hebben op het totale project implementatie omgevingsplan, stellen we een definitieve kostenraming op.
Taakveld
8.3-2 Wonen en bouwen, stads- en dorpsvernieuwing
Portefeuillehouder J. Welles
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Pottenhoek
In de raadsvergadering van 7 november 2016 is een motie van D66 aangenomen over de
revitalisering van de Pottenhoek. Vooruitlopend daarop zijn we gestart met een onderzoek naar het aanpassen van de parkeerplaatsen. Omdat we de mogelijkheden bekijken om niet alleen de
parkeerplaatsen te wijzigen maar ook de bebouwde omgeving te betrekken;-zoals de motie ook vraagt-; zijn we hierover in gesprek gekomen met een projectontwikkelaar die een visie voor het gebied gaat opstellen.
Mocht de visie leiden tot een aantoonbaar haalbaar en uitvoerbaar plan dan zou de gemeente bereid moeten zijn te investeren in de herinrichting van het openbaar gebied. Dit is (gedeeltelijk) mogelijk op basis van het aanwezige budget voor de opwaardering van het parkeerterrein in de Pottenhoek.
De exacte kosten brengen we te zijner tijd in beeld en leggen we voor aan de raad.
Taakveld
8.3-3 Wonen en bouwen, omgevingsvergunning
activiteit bouwen
Portefeuillehouder J. WellesNieuwe ontwikkelingen/beleid
Wet kwaliteitsborgingMet het wetsvoorstel verdwijnt de beoordeling vooraf van bouwplannen door gemeenten. In plaats daarvan moeten aannemers tijdens de bouw gebruikmaken van een ‘instrument voor
kwaliteitsborging’, zoals een erkenningsregeling of een beoordelingsrichtlijn. Dat moet bij private partijen terechtkomen, nadat ze zijn goedgekeurd door een nog op te richten onafhankelijke toelatingsorganisatie. Verwacht wordt dat het wetsvoorstel beter werkt dan het vooraf door gemeenten laten beoordelen van bouwplannen. En dat het zorgt voor minder gebreken en lagere kosten.
18 Het aantal ambtelijke uren dat wegvalt wanneer private partijen het bouwtoezicht overnemen, schatten we op zo’n 20 procent. De betreffende afdelingen krijgen er ook nieuwe taken bij. Zo moeten we straks controleren of vergunningaanvragers de juiste kwaliteitsborger hebben ingehuurd om hun plan te toetsen. Of en wanneer de wet in werking treedt, is niet bekend.
Digitalisering vergunningverlening
De ontwikkelingen rond vergunningverlening en handhaving lijken steeds sneller te gaan.
Digitalisering speelt in deze vakgebieden een steeds grotere rol. De vak applicatie Squit XO is het softwarepakket waar we nu gebruik van maken voor de uitvoering van alle taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH).
De vele koppelvlakken maken een digitale informatieketen mogelijk van aanvrager (via het omgevingsloket, OLO) tot en met mobiele handhaving (via Squit 2Go). Toezichthouders hebben hierdoor ‘in het veld’ actuele vergunningsinformatie bij zich, terwijl de door hen gecontroleerde punten dankzij een koppeling weer in Squit XO terechtkomen.
De koppeling met het OLO hebben we in 2017 gerealiseerd. Om het vergunningverleningsproces geheel te digitaliseren zijn onder andere koppelvlakken/applicaties nodig v.w.b.: koppeling met Verseon, koppeling met BAG, digitale vergunningverlening (Bluebeam), aanschaf publicatiemodule, etc. Hiermee realiseren we onder andere een automatische registratie van vergunningaanvragen, kunnen aanvragers statusinformatie over de procedure in te zien, en wordt de digitale opslag van archiefwaardige documenten in Verseon geautomatiseerd.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Implementatie omgevingswet PM PM PM PM
Digitalisering vergunningverlening € 25.000 € 12.000 € 12.000 € 12.000
Programma 9: Dienstverlening
Taakveld
0.2 Burgerzaken
Portefeuillehouder P. de Koning
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Digitalisering van aanvraag rijbewijzen
In 2017 is gestart met de pilot Digitaal Aanvragen Rijbewijzen (DAR) in 15 (grote) gemeenten voor het digitaal verlengen van rijbewijzen, een categorie-uitbreiding en her-afgifte na opheffing
ongeldigverklaring. Eerste afgifte en vervangend rijbewijs na verlies of diefstal blijft bij gemeenten.
De pilot duurt in ieder geval tot 2020. Het inklaren en uitgeven van de rijbewijzen blijft vooralsnog bij de gemeenten. De identiteitsvaststelling bij het uitreiken wordt hiermee nog belangrijker. De
digitalisering leidt tot minder baliebezoeken en meer digitale en administratieve afhandeling, alsmede extra aandacht voor het voorkomen van identiteitsfraude. Dit betreft een verschuiving van de werkzaamheden van de frontoffice naar de backoffice. Nog onduidelijk is of de omvang van de werkzaamheden gelijk blijft aan de huidige werkzaamheden of dat dit leidt tot een
vermindering/uitbreiding.
Aansluiting op landelijke Basisregistratie Personen (BRP), nu voorzien in 2019
De oorspronkelijke aansluiting was voorzien in 2015. In 2017 en 2018 is/wordt een upgrade van de
19 bestaande applicaties gerealiseerd, zodat we blijven voldoen aan alle wet- en regelgeving. Want op het gebied van Burgerzaken zijn veel ontwikkelingen gaande die zorgen dat de software
(Key2Burgerzaken) continu aangepast moet worden. Met de upgrade (en bijbehorende onderhoudsvorm) zijn we automatisch voorzien van de Burgerzakenmodules en kunnen we op termijn aansluiten op de landelijke BRP.
Op dit moment gaan we uit van aansluiting in 2019. Voor de aansluiting van alle gemeenten is twee jaar de tijd genomen. De geraamde kosten voor de daadwerkelijke aansluiting liggen (volgens de leveranciers) tussen de € 6.000 en € 20.000. Dit is echter afhankelijk van het zogenoemde “Logisch Ontwerp wijzigingen van de GBA/BRP”. Dit is nog in ontwikkeling.
Bezorgen van reisdocumenten en rijbewijzen
Het aan huis of op het werk bezorgen van reisdocumenten is vanaf 2017 mogelijk voor alle
gemeenten. Datzelfde geldt voor plaats onafhankelijke dienstverlening ( het aanvragen en ophalen van een paspoort of identiteitskaart bij een gemeentehuis naar eigen keuze).
Indien we voor deze mogelijkheden kiezen zal dit leiden tot extra kosten. De hoogte van die kosten is nog niet te bepalen en hangt mede af van de mate van doorberekening van de bezorgkosten aan de inwoners.
Taakveld
0.4 Dienstverlening
Portefeuillehouder P. de Koning
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
¨De gemeente dat ben ik¨.
Binnen de organisatie is een cultuurtraject in gang gezet met als doel medewerkers zich nog meer te laten oriënteren op wat er in de samenleving leeft en dat te vertalen naar verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening. In dit verband is het idee ontstaan om een externe werk- en ontmoetingsplek te realiseren in de vorm van ‘de Bus’. het om een fysieke bus (of camper) die binnen de gemeente permanent op steeds wisselende locaties te vinden is. Het is een mobiele werkplek waar inwoners van de gemeente hun ideeën kwijt kunnen, hun hart kunnen luchten en hun mening kunnen geven. Mogelijk dat de bus ook ingezet kan worden voor het bezorgen van
reisdocumenten, zie hierboven. Medewerkers van de gemeente kunnen de bezoekers van de bus op een plaats en een tijd die deze bezoekers schikt, te woord staan. Dit gebeurt onder het motto ‘we slopen de muren van het gemeentehuis’. Met de bus willen de initiatiefnemers actief op zoek naar initiatieven en ideeën conform de bedoeling van de raad om burgerinitiatieven te stimuleren (motie van juni 2016). De kosten van dit idee komen neer op ongeveer € 12.000,- structureel.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Aansluiting landelijke BRP € 13.000
“De bus¨ € 12.000 € 12.000 € 12.000 € 12.000
Programma 10: Bestuur en organisatie
20
Taakveld
0.4-2 Ondersteuning organisatie
Portefeuillehouder P. de Koning
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Nieuwe privacy regels en het aanstellen van een Functionaris Gegevensbescherming (FG)
Er is een nieuwe Europese privacy verordening vastgesteld. Op 25 mei 2018 moeten alle gemeenten voldoen aan de ‘Algemene Verordening Gegevensbescherming’ (AVG). De AVG zal een aanzienlijke impact hebben op gemeenten, aangezien het verwerken van persoonsgegevens tot de primaire taken van gemeenten behoort. Zo worden gemeenten bijvoorbeeld verplicht om een functionaris gegevensbescherming (FG) aan te stellen. Verder worden gemeenten verplicht actief beleid te voeren op privacy en maatregelen te treffen om inwoners te informeren over hoe de gemeenten omgaan met de bescherming van persoonsgegevens.
Een FG moet tenminste de volgende taken uitvoeren (art. 39 AVG):
informeren en adviseren over de verplichtingen verwerken persoonsgegevens;
toezien op de naleving van de AVG, andere EU wet- en regelgeving en nationale bepalingen omtrent gegevensbescherming;
toewijzen van verantwoordelijkheden, bewustmaking en opleiding van het personeel van de organisatie die persoonsgegevens verwerkt;
geven van advies;
samenwerken met en als contactpunt optreden voor de landelijke Autoriteit Persoonsgegevens.
De FG dient onafhankelijk zijn werkzaamheden uit te voeren en rapporteert rechtstreeks aan het college.
Voorstel is om een jaarlijks bedrag van € 15.000 op te nemen voor de invulling van de functionaris.
Samenwerking met andere organisaties behoort tot de mogelijkheden.
Inventariseren en implementeren nieuw (social) intranet
In 2016 is de website van de gemeente Gennep geheel vernieuwd. Vervolgens hebben we ook het intranet een nieuw jasje gegeven; de functionaliteiten zijn echter niet aangepast. Deze slag moeten we nog maken om medewerkers beter te kunnen ondersteunen in hun dagelijks werk. Informatie vinden, delen en samenwerken aan documenten wordt steeds belangrijker binnen organisaties. We zouden hierin kunnen voorzien met een social intranet. Daarin kunnen we ook andere systemen integreren (denk aan Verseon, Delta T en You Force). Medewerkers kunnen hun eigen homepage inrichten met directe koppelingen naar de pagina’s die voor hun werk van belang zijn.
In 2017 inventariseren we intern wat de wensen en mogelijkheden zijn voor een gemeente van onze omvang. Wellicht blijkt dat er geen behoefte is aan een social intranet, maar dat we kunnen volstaan met een vernieuwd intranet met koppelingen en personaliseringsopties. Op basis van de
inventarisatie treffen we in de tweede helft van 2017 verdere voorbereidingen om in 2018 tot uitvoering over te kunnen gaan.
Ontwikkelingen ICT, Ondersteuning digitale dienstverlening Digitale Agenda.
Digitale agenda 2020 (DA2020) is een landelijk programma gericht op digitale dienstverlening aan inwoners en bedrijven.
Onderdelen van DA 2020 zijn:
Meer datagedreven werken
Optimaliseren van gemeenschappelijke infrastructuur
Samen organiseren
Verbeteren dienstverlening aan inwoners
21
Verbeteren dienstverlening aan ondernemers
Verder brengen van innovatie en onderzoek
In het kader van de digitale dienstverlening, om de organisatie te ondersteunen in de dienstverlening en om te voldoen aan wettelijke eisen is voor 2018 en verder een aantal investeringen nodig.
Mijn Overheid Lopende Zaken
Nadat een aantal randvoorwaarden is ingevuld kan naar verwachting in 2018 de aansluiting op Mijn Overheid Lopende Zaken worden gerealiseerd. Hierin kunnen de inwoners de status van hun zaken volgen.
Kaartmateriaal en geografische informatie zichtbaar op website i.v.m. omgevingswet
Als voorbereiding op de nieuwe omgevingswet en in het kader van digitale dienstverlening willen we kaartmateriaal en geografische informatie via de website openbaar maken. Hiervoor worden
verschillende lagen of thema’s uit het Geografisch Informatie Systeem (GIS) openbaar toegankelijk gemaakt.
Documentair structuur plan (DSP)
Een DSP is een inventarisatie van alle werkprocessen binnen de organisatie. Het landelijke Model- DSP voorziet in een compleet informatie dashboard voor de organisatie.
Om het model aan te passen, actueel te houden en gegevens uit te wisselen is een beheers-tool noodzakelijk (i-Navigator).
Wanneer wij gebruik maken van het Model-en de landelijke Model-DSP beheerorganisatie levert dit naast het kwaliteitsvoordeel een significant kostenvoordeel op ten opzichte van het zelf bijhouden.
Generen managementinformatie: Cognos migratie
Om management- en overige rapportages te kunnen blijven draaien bij nieuwe versies van de software is een migratie nodig.
Digitalisering P&C cyclus
Voor de ondersteuning van de planning en control cyclus zijn diverse rapportagetools beschikbaar.
Voordeel van deze tools is dat meerdere medewerkers tegelijk aan de producten kunnen werken, rapportages zonder tussenstappen gegenereerd kunnen worden en verbanden zichtbaar zijn tussen de diverse rapportages. In 2017 gaan we ons oriënteren op de diverse mogelijkheden en aanbieders waarna we in 2018 over willen gaan tot aanschaf en implementatie.
Organisatieontwikkeling en verbouw gemeentekantoor
De wereld om ons heen verandert snel, de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. De ambtelijke organisatie moet er voor zorgen dat ze bij deze ontwikkelingen aansluit zodat ze er gezamenlijk met ons en onze inwoners voor zorgt dat het ook in de toekomst in Gennep goed wonen, werken en recreëren is.
Dit vraagt continue aandacht voor organisatieontwikkeling. In 2016 is daarom gestart met een nog steeds lopend cultuurtraject. 2017 wordt gebruikt om na te denken over een bij de huidige fase van ontwikkeling passende organisatiestructuur.
Bij die ontwikkeling hoort ook een werkplek die faciliterend is aan de opgave waar we voor staan.
Ons huidige gemeentekantoor is met uitzondering van de publiekshal wat dat betreft niet meer toereikend.
Door de budgetten voor onderhoud aan het gebouw en vervanging van meubilair voor de komende begrotingsperiode t/m 2021 te benutten, is additioneel € 500.000,- nodig om de verbouwing te realiseren.
22 Daarnaast is het los van de verbouwing op grond van de Arbowet onontkoombaar om het gebouw van een klimaatbeheersingsinstallatie te voorzien. Door het aanbrengen van deze installatie te combineren met de verbouwing kan dit voor een bedrag van € 500.000,-.
Met deze extra investering van gezamenlijk maximaal € 1.000.000, is het gebouw in alle opzichten weer toekomstbestendig.
Binnen de contouren van het bestaande gebouw is ruimte voor herinrichting ten behoeve van bijeenkomsten met bewoners, alsmede de vergadermogelijkheden voor de gemeenteraad, de politieke partijen en de ambtelijke organisatie. Deze ruimte wordt gecreëerd door onder meer te gaan werken met flexplekken. Na een positief besluit over deze voorjaarsnota, zal voor de
begrotingsbehandeling een inhoudelijk verder uitgewerkt plan aan u worden gepresenteerd, zodat na definitieve besluitvorming door de gemeenteraad bij de begrotingsbehandeling, zo snel mogelijk gestart kan worden met een gefaseerde verbouwing het pand.
Garantiebanen
Sinds 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht. Eén van de doelen van deze wet is meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te krijgen. De gemeenten van de regio Limburg Noord hebben zich het doel gesteld de komende jaren (oplopend tot 2024) gezamenlijk ongeveer 110 banen te realiseren.
Voor Gennep betekent dit dat er elk jaar, tot 2023, 1 fte (25,5 uur) ruimte moet worden gecreëerd voor een garantiebaan.
Ook nu hebben we garantiebanen. We hebben op dit moment 3 garantiebanen. De 3 medewerkers die deze plekken op dit moment bezetten leveren gezamenlijk een inverdieneffect op binnen de organisatie.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
Functionaris gegevensbescherming € 15.000 € 15.000 € 15.000 € 15.000
Nieuw (social) internet € 15.000
Digitale dienstverlening € 56.000 € 5.000 € 5.000 € 5.000
Digitalisering P&C cyclus € 30.000 € 5.000 € 5.000 € 5.000 Klimaatbeheersingsinstallatie
gemeentekantoor
€ 500.000
€ 37.500 € 36.900 € 36.250
Verbouw gemeentekantoor € 500.000 € 37.500 € 36.900 € 36.250
Garantiebanen € 25.000 € 50.000 € 75.000 € 100.000
Garantiebanen inverdieneffect - €25.000 - €25.000 - €25.000 - €25.000
Programma 11: Gemeentefinanciën
Taakveld
0.5 Treasury
Portefeuillehouder P. Lucassen
Nieuwe ontwikkelingen/beleid
Treasury.
23 In de begroting 2017 is de rekenrente voor de investeringen bepaald op 2,5%. Dit door de
daadwerkelijke rentelasten over de vaste geldleningen te verdelen over de boekwaarde van de investeringen. Voor de kapitaalasten van de nieuwe investeringen wordt ook 2,5% rente
meegenomen. Onze liquiditeitspositie is echter zodanig dat we de nieuwe investeringen “zo kunnen betalen” en daarvoor geen geldleningen hoeven af te sluiten. De rente over het positieve saldo aan liquiditeiten is zo laag dat het inzetten van de liquide middelen niet leidt tot een verlies aan rente inkomsten. De nieuwe investeringen leiden, vooralsnog, niet tot daadwerkelijk hogere rentelasten wat terugkomt in een positief saldo op het taakveld Treasury.
In onderstaand overzicht hebben we voor dit effect een grove aanname opgenomen.
Bij het opstellen van de begroting 2018 wordt de rekenrente opnieuw berekend.
Wat gaat het kosten/opbrengen
Toelichting Investering 2018 2019 2020 2021
ResultaatTreasury -€ 50.000 -€ 50.000 -€ 100.000
24
Onzekerheden en risico’s
Taakveld
5.2 Sportaccommodaties
Portefeuillehouder E. Vandermeulen
In 2005 heeft gemeente Gennep de sportvelden van Achates aangelegd op sportcomplex De Niersvallei te Ottersum. Op deze velden treedt regelmatig wateroverlast op waardoor het gebruik belemmerd. Voor het afronden van de privatiseringsafspraken met Achates heeft er een onderzoek naar de sportaccommodatie plaatsgevonden. Conclusie van het rapport is dat de kwaliteit van de velden onvoldoende is om de trainingen en wedstrijden van Achates te laten plaatsvinden. Uit dit onderzoek blijkt dat de problemen veroorzaakt worden door de slechte
waterdoorlatendheid/drainage en stagnerend grondwater.
Er is dan ook een investering in de sportvelden nodig voor het creëren van een nulsituatie. Op dit moment is nog niet duidelijk voor welke oplossingsrichting precies gekozen wordt. Op basis van het onderzoek is echter wel duidelijk geworden dat, ongeacht voor welke richting gekozen wordt, de kosten aanzienlijk hoger zijn dan het bedrag van € 25.000 dat hiervoor binnen programma 5 begroot is. Gezien de oorzaak van het probleem kunnen de kosten voor het treffen van doelmatige
maatregelen grotendeels gedekt worden uit de voorziening van het GRP. Dit past namelijk binnen de beleidsmatige doelstellingen die zijn opgenomen in het huidige GRP over hemelwater en
grondwater:
- Het zorgdragen voor het doelmatig inzamelen en verwerken van regenwater (voor zover de particulier niet op eigen terrein redelijkerwijs in de verwerking ervan kan voorzien);
- Zorgen dat (voor zover mogelijk) de bestemming van een gebied moet aansluiten bij de natuurlijke grondwaterstand.
De exacte kosten worden in 2017 nader onderzocht. De uitvoering vindt plaats in 2018. Bij de voorbereiding houden we rekening met uw motie kunstgrasvelden van 27 juni 2016 (nr. 218217).
Taakveld
5.3 Cultuurpresentatie, -productie en –participatie
Portefeuillehouder P. LucassenGevraagd is om kaders voor een fonds voor kunst- en cultuurhistorie. Samen met de commissie Samenleving en Milieu zullen we deze kaders formuleren en bepalen hoe het fonds gevuld wordt en de maximale hoogte van het fonds. De voorlopige richtlijn is € 1,50 per inwoner. Wanneer we hiervoor kiezen zal er vanaf 2018 € 25.000 opgenomen moeten worden in de begroting.
Taakveld
6.3 Inkomensvoorzieningen
Portefeuillehouder P. Lucassen
Voor de uitvoering van het sociaal domein hebben we de middelen die we hiervoor krijgen intern geoormerkt. De jaren 2015 en 2016 geven nog onvoldoende inzicht om een uitspraak te doen over de totale uitgaven voor die wij structureel kunnen verwachten. De kosten die onder het sociaal domein vallen zijn vooral open einde regelingen.
In 2016 hadden we een positief saldo van € 600.000 maar het structurele exploitatietekort van Intos ad. € 636.000in het participatiedeel van het sociaal domein legt een fors beslag op de middelen en de mogelijke ruimte die we hebben in het totale beschikbare budget.
25
Taakveld
8.3-1 Wonen en bouwen, algemeen
Portefeuillehouder P. Lucassen
In 2017 stellen we de nieuwe Lokale Woonvisie vast. Dit vraag van ons als gemeente een actievere houding op volkshuisvestingsgebied, met name omdat we actiever moeten gaan sturen op de reductie van de plancapaciteit en we onze vorderingen natuurlijk ook willen monitoren. Dat kan meer kosten met zich mee gaan brengen. Op dit moment is echter onvoldoende helder wat deze extra kosten dan zouden zijn, omdat dat deels afhankelijk is van de regionale samenwerking op dit gebied. Een onderzoek dat we zelf uitvoeren is uiteraard duurder dan een onderzoek dat we regionaal uitvoeren en waarbij ook de kosten regionaal worden gedeeld.
Taakveld
0.1 Bestuur
Portefeuillehouder P.de Koning
In maart 2018 vinden er weer gemeenteraadsverkiezingen plaats. Mogelijk dat dit leidt tot wijzigingen in het college. Dat kan financiële gevolgen hebben. Denk aan inkomende pensioenen, waardeoverdracht pensioenen, wachtgeldverplichtingen, kosten i.v.m. sollicitatieplicht e.d.
26
5. FINANCIËLE SITUATIE EN MEERJARENPERSPECTIEF
Financiële effecten voorstellen voorjaarsnota
In onderstaand overzicht is een samenvatting opgenomen van de financiële effecten van de in hoofdstuk 4 opgenomen voorstellen.
Tabel: Overzicht financiële effecten 1) Bijdrage rotondes opgenomen ivm activering bijdrage.
+ = nadelig; - = voordelig
Prog-
ramma Exploitatie Inves-
teringen 2018 2019 2020 2021
2 Groot onderhoud wegen dotatie voorziening 50.000 100.000 150.000 200.000
Aanpak fietspad Hoofdstraat 138.000 8.970 8.832 8.694
Fietspad achter de Weverflat uitvoering 365.000 23.725 23.360 22.995
Vervanging strooiers 2021 75.000
Bijdrage rotondes N271 1) 350.000 22.750 22.400
3 Speerpunt Toerisme en recreatie 150.000
4 Kindcentrum Picardie voorbereidingskrediet 400.000 20.000 19.750 19.500
Kindcentrum Picardie uitvoeringskrediet 6.500.000 325.000
Vrijval kapitaallasten bestaande gebouwen, huur -148.000
6 Innovatiebudget sociaal domein 50.000 50.000
Aanwending bestemmingsreserve sociaal domein -50.000 -50.000
Exploitatietekort Intos 400.000 400.000 400.000 400.000
Exploitatietekort Intos onderdeel sociaal domein -636.000 -636.000 -636.000 -636.000 7 Digitaliseren kaarten kolk en huisaansluitingen 45.000
Aaanwending voorziening GRP -45.000
Actieprogramma energie PM PM PM
Omzetting RUD naar gemeenschappelijke regeling 15.000 15.000 15.000 15.000
Kosten gemeenschappelijke informatievoorziening PM PM PM PM
8 Implementatie omgevingswet PM PM PM PM
Digitalisering vergunningverlening 25.000 12.000 12.000 12.000
9 Aansluiting BRP 13.000
De bus 12.000 12.000 12.000 12.000
10 Functionaris gegevensbescherming 15.000 15.000 15.000 15.000
Nieuw (social) internet 15.000
Digitalisering dienstverlening 56.000 5.000 5.000 5.000
Digitalisering P&C cyclus 30.000 5.000 5.000 5.000
Klimaatbeheersingsinstallatie gemeentekantoor 500.000 37.500 36.875 36.250
Verbouw gemeentekantoor 500.000 37.500 36.875 36.250
Garantiebanen 25.000 50.000 75.000 100.000
Inverdieneffect -25.000 -25.000 -25.000 -25.000
11 Resultaat Treasury -50.000 -50.000 -100.000
Totaal 132.000 43.695 126.442 326.089
Voorjaarsnota 2017 nieuw beleid