• No results found

Proefexamen Filosofie 2012-2013

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Proefexamen Filosofie 2012-2013"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Proefexamen Filosofie 2012-2013

De cursusdienst van de faculteit Toegepaste

Economische Wetenschappen aan de Universiteit

Antwerpen.

Op het Weduc forum vind je een groot aanbod van samenvattingen, examenvragen, voorbeeldexamens en veel meer, bijgehouden door je medestudenten.

(2)

Proefexamen Filosofie 2012-2013

1. Breng volgende begrippen in verband met het ontstaan van ons westers denken: thaumasia, ancilla , krinein.

Thaumasia is de verwondering, nieuwsgierigheid. Dit is een belangrijke drijfveer van het filosofisch denken, ook vandaag nog.

Ancilla komt er op neer dat men de filosofie zag als een dienstmeid (=ancilla) van de

theologie. Beide zijn geen vijanden, hoewel dit soms mogelijk is, maar de theologie spreekt zich soms uit over zaken waar de filosofie niets over zegt.

Krinein is het kritisch denken in het besproken mensbeeld, de derde fase om van het vanzelfsprekende mensbeeld te komen tot de filosofie. Men gaat het eigen mensbeeld kritisch bekijken en vergelijken met andere om dan te beslissen of het eigen mensbeeld wel het juiste is.

2. Leg uit op welke manier we in het videofragment omtrent het St.-Patrickcollege van de USA te maken hebben met een ideologie.

Het is een ideologie omdat het college een extreem christelijk mensbeeld opdringt, zonder tegenspraak te dulden. Het doel is om zo de VS opnieuw te kerstenen.

3. Hoe zou je vanuit het Stoïcisme een beknopte filosofische commentaar kunnen schrijven (max. 10 lijnen) bij de gevolgen van de vulkaanuitbarsting in IJsland?

We moeten aanvaarden dat deze uitbarsting voorkomt, we moeten aanvaarden dat alles een begin en een einde heeft. Het is helemaal niet erg dat dit voorvalt, want daardoor zal er iets nieuw ontstaan. De vulkaanuitbarsting is er dus ook voor de mens, het heeft een doel, want alles bestaat voor de mens.

4. Leg uit hoe we bij Plato zowel in zijn ideeënleer (1) als in zijn kennisleer (2) een uitwerking van de trits inzicht/uitzicht/zin-zicht krijgen?

In zijn ideeënleer komt hij via de ziel tot het inzicht en uitzicht: de ziel is een krachtig

instrument, het brengt twee zaken samen. Enerzijds het feit dat we kunnen denken (inzicht) en anderzijds ons morele zelf (uitzicht. Het zinzicht komt dan weer van de zin van het leven, deze vinden we als we proberen los te komen van het lichaam.

5. Wat is het onderscheid tussen het rationalisme en het empirisme?

Bij het rationalisme gaat men uit van de ratio, de rede om tot kennis te komen. Het

empirisme daarentegen gaat er van uit dat men via de ervaring van de zintuigen tot kennis moet komen.

6. Wat betekent de boutade “Kant maakte Kant van kant met Kant”?

Kant beschrijft in zijn Kritik der reinen Vernunft dat de werkelijkheid zintuiglijke

(3)

deze waarneming in categorieën plaatsen. Het gevolg is dat ons verstand deze

waarnemingen vervormt en we dus niets echt kunnen weten. Door deze theorie kon men in principe geen enkele grote waarheid meer verklaren. Hierdoor ontstond er wanhoop die dan soms zelfs zelfmoord als gevolg had. Vandaar de bovenstaande boutade.

7. Wat verstond Socrates onder het daimonion? Leg uit. In welke eeuw leefde hij? Het daimonion van Socrates was een goddelijk beginsel dat in ieder van ons zit en dat we moeten ontdekken. We moeten er naar luisteren in plaats van het doen verstommen door het vervullen van vele behoeften. Socrates leefde in de 5de eeuw voor Christus.

8. Wat is het grote verschil tussen de pre-socratici Thales van Milete & Anaximenes tegenover Heraclitus?

Thales en Anaximenes gaan ervan uit dat alles is, het zijn staat bij hen centraal. Heraclitus stelt niet het zijn centraal, maar het worden. Dit leidt hij af uit zijn oerstof, vuur, waarvan hij zegt dat alles voortdurend verandert. Bij de pre-socratici stond de oerstof centraal, alles bestond uit deze oerstof. Heraclitus vond de oerstof niet zo belangrijk.

9. Vergelijk een tweetal joodse filosofen met een tweetal islamitische filosofen. De twee joodse filosofen zijn Gabirol en Mozes Maimonides, de twee islamitische zijn Avicenna en Averroës. Gabirol legde vooral de nadruk op de neoplatoonse filosofie, Maimonides was eerder bezig met de filosofie van Aristoteles. Veel verschil met de islamitische filosofen is er niet. Zo hield Avicenna zich bezig met het zoeken naar een verbinding tussen de filosofie van Aristoteles en het neoplatonisme. Averroës verwerkte de filosofie van Aristoteles.

Er is dus niet veel verschil tussen de filosofieën die de joodse en islamitische filosofen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De kandidaten kunnen verschillende opvattingen over het goede leven, vrijheid, markt, arbeid, instituties, lichaam, zin, relaties en natuur herkennen, uitleggen, vergelijken,

Leidend bij deze analyse zijn, overeenkomstig de analyse van de benadering van Pearce en Turner in hoofdstuk 5, de twee deelvragen van deze studie naar de wijze waarop in

De mensenrechten als constitutionele rechten waren reeds tot stand gekomen in 1803, toen Marshall de consequentie trok dat het geen zin heeft hoger recht in een constitutie vast

Zijn beroemde Gids der verdoolden is een groots opgezet traktaat, dat zich richt tot diegene die "heeft gefilosofeerd en die kennis bezit van de ware wetenschappen, maar

Volgens Maimonides is het precies de door de profeet gebrachte thora, de bindende wet, die oproept tot vrijelijk filosoferen: het hoogste doel voor de mens is immers gelegen in

door de wil zich te bewijzen. De voorlopers hebben een sterke 'intrinsieke drive', wat ook door intermediairs als een belangrijk onderscheidend aspect ten opzichte van de

Uiteraard komt een lexicon over joodse filosofen voor de vraag te staan, wat er eigenlijk 'joods' genoemd kan worden. Deze vraag is uiteindelijk niet te beantwoorden. De schrij- ver

De kandidaat kan een aantal centrale begrippen en toonaangevende visies uit de ethiek herkennen, uitleggen en in een filosofische context toepassen en evalueren.. Het gaat daarbij