• No results found

Handelskennis

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Handelskennis"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VOLKSOTNWIKKELIN EXAMENBUREAU

UNIFORM EINDEXAMEN MULO 2009

VAK : HANDELSKENNIS

DATUM: DINSDAG 07 JULI 2009 TIJD : 09.45 – 10.30 UUR

DEZE TAAK BESTAAT UIT 30 ITEMS.

Economische begrippen 1

Beschouw de volgende beweringen:

I De behoeften van de mens bestaan uit primaire en secundaire behoeften.

II Huisvesting wordt gerekend tot de primaire behoeften.

Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I juist is. B alleen II juist is. C I en II beide juist zijn. D I en II beide onjuist zijn.

2

Welke van de onderstaande goederen is niet schaars? A electriciteit B kleding C regenwater D telecommunicatie Goederenhandel 3

Het verloop van de padi- en rijstopkoop ziet er als volgt uit:

producenten opkopers verwerkers exporteurs

In het productiegebied begint de collecterende functie bij de A exporteurs. B opkopers. C producenten. D verwerkers. 4

Het plaatsverschil in de handel wordt overbrugd door de A distribuerende functie. B financierende functie. C opslaande functie. D transporterende functie. 5

Beschouw de volgende beweringen:

I Een entrepot staat onder toezicht van de douane. II In een entrepot worden onder andere goederen voor de doorvoer opgeslagen.

III Een entrepotbewijs is beleenbaar.

Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I en II juist zijn. B alleen I en III juist zijn. C alleen II en III juist zijn. D I, II en III allen juist zijn.

6

Beschouw de volgende beweringen:

Groothandel is

I het kopen van goederen door de consument bij de fabrikant.

II het verkopen van goederen door de importeur aan de consument .

III de handel tussen handelaren.

Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I juist is. B alleen III juist is. C alleen I en II juist zijn. D alleen II en III juist zijn.

(2)

Tussenpersonen in de handel

7

Een commissionair is een tussenpersoon, die A beëdigd is.

B een werknemer is. C financieel risico loopt. D vaste opdrachtgevers heeft.

8

G. Wilebran

Beëdigd makelaar in onroerende goederen

Wat is onjuist ten aanzien van het beroep van de heer

G. Wilebran?

A Hij behartigt zowel de belangen van de koper als van de verkoper.

B Hij sluit overeenkomsten af op naam en voor rekening van zijn lastgever.

C Hij oefent een vrij beroep uit. D Zijn loon heet courtage.

Effecten

9

Mevrouw Zekerheid koopt op de effectenbeurs obligaties.

Wat is onder andere het voordeel voor deze mevrouw? A Zij hoeft bij het verzilveren van de coupons geen

provisie te betalen.

B Zij loopt geen koersrisico.

C Zij ontvangt op een vaste datum een vaste intrest. D Zij wordt mede-eigenaar van de N.V.

10

Welke van de volgende beweringen ten aanzien van de dividendbelasting is juist?

De dividendbelasting wordt A aan de N.V. uitbetaald.

B berekend over de koerswaarde van de aandelen. C berekend over de brutodividendopbrengst. D tot de indirecte belastingen gerekend.

11

Heer Vinod koopt een gewoon aandeel van de N.V. Artisto boven pari.

Door deze aankoop zal hij

A meer betalen dan de nominale waarde van het aandeel.

B extra dividend ontvangen van de N.V. C voorkeursrechten krijgen.

D provisie moeten betalen.

Bank- en Kredietwezen

12

Hypotheekbanken verkrijgen hun middelen onder andere door de uitgifte van

A aandelen.

B converteerbare obligaties. C pandbrieven.

D premielening obligaties. 13

Beschouw de volgende beweringen:

I Bij passieve krediettransacties verleent de bank krediet.

II Kredieten die door de banken verstrekt worden, moeten altijd gedekt zijn.

Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I juist is. B alleen II juist is. C I en II beide juist zijn. D I en II beide onjuist zijn.

14

Alle instellingen, die zich bezighouden met geld- en krediettransacties, staan onder toezicht van

A de Centrale Bank van Suriname. B de Surinaamsche Bank N.V. C de verzekeringsmaatschappijen. D het Ministerie van Financiën.

(3)

Marktvormen

15

Twee kenmerken van een marktvorm zijn: I Eén koper staat tegenover één verkoper. II De goederen zijn in natura aanwezig. Deze kenmerken hebben betrekking op een A aanbesteding.

B beurs. C inschrijving. D markt.

16

Een overeenkomst tussen de markt en de veiling is, dat A de goederen in natura aanwezig zijn.

B de partij in zijn geheel wordt verkocht. C de prijs altijd bij afslag wordt bepaald.

D meerdere kopers staan tegenover een verkoper.

Overeenkomsten

17

De huurovereenkomst van een huis eindigt, wanneer A de huurder overlijdt.

B de verhuurder het huis verkoopt. C de huurder zijn plichten niet nakomt. D de verhuurder het huis nodig heeft vóór de

opzeggingstermijn. 18

Wanneer een werkgever een werknemer wil ontslaan, moet dit ontslag worden goedgekeurd door

A de arbeidsinspectie. B de bemiddelingsraad. C de ondernemingsraad. D zijn vakbond. Betalingsverkeer 19

Tot het chartaalgeld wordt gerekend: I bankbiljetten

II munten en muntbiljetten. III bank tegoeden.

Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I en II juist zijn. B alleen I en III juist zijn. C I, II en III alle juist zijn. D I, II en III alle onjuist zijn.

20

Prijslijst:

Puntbroodje SRD 0,45 Tarwe brood SRD 0,50 Geld vervult hier de functie van A betaalmiddel. B oppotmiddel. C rekeneenheid. D ruilmiddel. Handelsinstellingen 21

Bij welke handelsinstelling ligt het handelsregister ter inzage?

A Associatie van Surinaamse Fabrikanten B Kamer van Koophandel en Fabrieken C Vereniging van het Surinaams Bedrijfsleven D Vereniging van kleine winkeliers in Suriname

Ondernemingsvormen

22

De eigenaars van een Naamloze Vennootschap zijn, de A aandeelhouders.

B directie.

C obligatiehouders.

(4)

23

In de oprichtingsakte van een onderneming is onder andere opgenomen:

I Een ieder ontvangt eerst een bepaald percentage van zijn ingebracht kapitaal.

II De rest van de winst wordt gelijkelijk verdeeld. Bovenstaande winstverdeling komen we tegen bij de A Commanditaire Vennootschap.

B Coöperatieve Vereniging. C Naamloze Vennootschap. D Vennootschap onder Firma.

24

Bij welke ondernemingsvorm is opname of privé-storting uitgesloten?

A Commanditaire Vennootschap B Eenmanszaak

C Naamloze Vennootschap D Vennootschap onder Firma

Sociale wetgeving & belastingen 25

Beschouw de volgende beweringen ten aanzien van de Algemene Oudedags Voorziening (A.O.V.): I A.O.V. gelden worden ondere andere verkregen middels het heffen van premies.

II A.O.V.wordtalleenuitgekeerdaan gepensioneerden. Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd

worden, dat

A alleen I juist is. B alleen II juist is. C I en II beide juist zijn. D I en II beide onjuist zijn.

26

De omzetbelasting is een ..I.. en wordt uiteindelijk betaald door de ..II..

I II A B C D directe belasting directe belasting indirecte belasting indirecte belasting consument producent consument producent

Vervoer

27

Welk vervoersdocument behoort tot de waarde-papieren? A Adreskaart B Connossement C Vervoeradres D Vrachtbrief 28

Mevrouw Maya stuurt een pakket voor de heer Gray onder de conditie “niet franco”.

Dat wil zeggen, dat

A de heer Gray alle verzendkosten betaalt. B mevrouw Maya alle verzendkosten betaalt. C de heer Gray het pakket thuis geleverd krijgt. D mevrouw Maya de invoerrechten betaald heeft.

Verzekering 29

Glenn heeft zijn auto all-risk verzekerd. Dat houdt in, dat bij een aanrijding ook vergoed wordt: I de schadekosten van zijn auto.

II de te betalen dokterskosten voor zijn eventueel lichamelijk letsel.

Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I juist is. B alleen II juist is. C I en II beide juist zijn. D I en II beide onjuist zijn.

30

Beschouw de volgende beweringen:

I Een compagnonsverzekering behoort tot de sommenverzekering.

II Bij sommenverzekering is de uitkering afhankelijk van de geleden schade. Ten aanzien van het bovenstaande kan gezegd worden, dat

A alleen I juist is. B alleen II juist is. C I en II beide juist zijn. D I en II beide onjuist zijn.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Handelaar Dew zendt een partij goederen „in consignatie” voor tussenpersoon Prem, die deze goederen „in commissie” ontvangt.. De vaktermen „in consignatie” en

de duursport Een sport die je lang achter elkaar doet, zoals

Solanum avlculare var albiflorum 291 Solanum nemophillum 294 Solanum laciniatum 295 Solanum eodomsum 40 Solanum verrucosum 106 Solanum berthaultil 169 Solanum acaule 1S3

Het de RESEQUENCE opdracht wordt de reâelnukkerinâ van het in ranâe opSeSeven deel van de tekst veranderd» Als Seen ranâe wordt opäeäeven« nee»t EDT aan» dat de äehele

Chronic, de titel van de film, slaat niet zozeer op terminale patiënten, maar ook op professionele verzorgers en vrijwilligers die zich al te diep laten verstrikken in de pijn en

Samevattend kan daar gesê word dat Krog in ―sondagmiddagete‖ en ―om ‘n mens kos te gee‖ die wyses ondersoek waarop die voorbereiding en voorsit van ‘n maaltyd verbondenheid met

De uitspraken van de uitgevers maken duidelijk dat er ondanks de concentratie in de educatieve uitgeve- rij toch nog diversiteit is – de drie groten, Noordhoff, Malmberg

Als uit een studie komt dat vrouwtjes van hoge kwaliteit (groene lijn) wel een voorkeur vertonen voor bepaalde mannetjes, maar vrouwtjes van lage kwaliteit (rode lijn) niet, komt dit