1970
120.000 Broedparen 90% van de Grutto’s in Europa komen naar Nederland om te broedenTe kleine aanwas van jongen
is het grootste probleem
Grutto’s broeden maximaal 2-3 km van geboorteplaats
Jaarlijks neemt de populatie met 4-5% af
Van het reservaat
voldoet 10% aan de eisen
Elke 10 broedparen moeten jaarlijks 6 jongen grootbrengen om de populatie in stand te houden. Dit zijn er nu 2 per jaar
Populatie Grutto holt achteruit
70% Agrarisch
70% van de paren broedt op boerenland met laag broedsucces
30% Reservaat
30% van de paren broedt
in reservaat met hoog broedsucces
1990
93.000 Broedparen2000
62.000 Broedparen2015
36.000 BroedparenMet de juiste maatregelen kan het aantal broedparen in beheerd gebied verdubbelen
# Openheid
Door nieuwe bebouwing, wegen en bossen verliest het
landschap de openheid die weidevogels nodig hebben
# Drooglegging
Door te grote ontwatering zitten insecten te diep in de grond.
# Vaak maaien
Door elke 4 weken te maaien kunnen insecten hun levenscyclus niet volbrengen en blijven ze te klein als voedsel voor de kuikens
# Verstoring
Drukke wegen en
wandelaars met honden kunnen ernstige verstoring veroorzaken
# Predatoren
In pas gemaaid gras vinden kuikens geen beschutting en zijn ze een makkelijke prooi voor roofdieren
# Vroeg maaien
Door te vroeg te maaien verliezen de kuikens de beschutting en gaan nesten kapot
# Engels Raaigras
Soortenarm gras geeft de kuikens weinig voedsel en ze kunnen er moeilijk in bewegen
Weidevogellandschap
# Drooglegging
Maximaal 25 cm (veen), 35 cm (klei-op-veen) en 50 cm (klei)
# Verstoring
Afstand tot snelwegen minimaal 300 m (buiten verstoringszone
# Maaien
Na 15 juni maaien zodat voedsel en beschutting beschikbaar is
# Openheid
Zichtafstand meer dan 600 m
# Vegetatie
Structuurrijke vegetatie
# Beheer
Beheereenheden van 100-250 Ha per weidevogelkolonie