• No results found

Verder herstel agrarisch inkomen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verder herstel agrarisch inkomen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

VERDER HERSTEL AGRARISCH INKOMEN

Ton de Kleijn

Na de forse daling in 1999 is er dit jaar voor het tweede opeenvolgende jaar een herstel van het agrarisch inkomen. Het blijft echter nog steeds achter bij de inkomenssituatie in de jaren voorafgaande aan de daling in 1999 (figuur 1). Het resterend inkomen per bedrijf ligt in 2001 op iets minder dan 80% van het gemiddel-de niveau van gemiddel-de jaren 1994-1996. Een belangrijke remmengemiddel-de factor op gemiddel-de inkomens is gemiddel-de groei van het aantal betaalde arbeidskrachten en de hogere lonen. Het totale bedrag dat wordt uitbetaald aan lonen, rente en pacht bedraagt met ongeveer 3,2 miljard euro bijna de helft van de netto toegevoegde waarde. Deze toegevoegde waarde nam met ruim 5% toe, mede door uitbetaalde subsidies als gevolg van de crisis. Deze subsidies zijn echter betaald als compensatie voor niet gehaalde productie en zonder de MKZ-crisis was de productiewaarde naar verwachting hoger geweest.

De bruto toegevoegde waarde nam in beperktere mate toe. Deze is de resultante van de bruto productie-waarde en de productie-waarde van de aangekochte goederen en diensten. Beiden namen ongeveer in even grote termen toe.

Figuur 1 Ontwikkeling van het reële resterende inkomen (in euro per bedrijf)

Hogere productiewaarde

De stijging van de productiewaarde is vooral het gevolg van toegenomen prijzen. Ondanks de duidelijke da-lingen bij rundvee en glasgroenten zijn de gemiddelde prijzen over alle land- en tuinbouwproducten gemeten dit jaar 6% hoger dan vorig jaar. De prijsontwikkeling van aardappelen bepaalt voor een groot deel de prijs in de akkerbouwsector (+24%). In de tuinbouw zijn de ontwikkelingen uiteenlopend. Terwijl er voor de glas-groenteteelt lagere prijzen zijn, zijn de prijzen voor groenten in de volle grond gedurende 2001 evenals die van fruit aanzienlijk hoger. Een mislukte perenoogst en een matige productie van appelen hebben de prijs in het tweede halfjaar omhoog gestuwd. De prijzen voor de verschillende producten in de sierteeltsector geven een lichte toename te zien. Voor de meeste producten van de veehouderij zijn de prijzen hoger. Uitzonderin-gen hierop zijn de prijzen van rundvee (-35%) en eieren (-7%). De rundveeprijzen zijn als gevolg van de BSE- en MKZ-crisis in Europa op een zeer laag niveau uitgekomen. De geringe vraag en het grotere aanbod in de tweede helft van het jaar zorgen dat het prijsniveau het gehele jaar laag blijft. Varkens- en pluimveevlees daarentegen profiteren van de teruglopende vraag naar rundvlees en noteren op kalenderjaarbasis hogere prijzen. Ook de iets grotere melkproductie wordt afgezet tegen hogere prijzen (+5%).

Het volume van de Nederlandse landbouw nam, vooral door dalingen in de varkenshouderij, rundveehouderij en de fruitteelt licht af (-2,5%). Deze kleinere productie werd gerealiseerd met een eveneens dalende hoe-veelheid aangekochte goederen en diensten. Met name de hoehoe-veelheid zaaizaad en pootgoed daalde aanzienlijk, terwijl ook de afname in het verbruik van kunstmeststoffen en gewasbeschermingsmiddelen

(2)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

LEI, Agri-Monitor, december 2001 pagina 2

der is doorgezet. De prijzen van de verbruikte goederen stegen, net als die van de productie, met gemid-deld circa 6%. Vooral kunstmeststoffen en energie waren fors duurder dan in 2000.

Per saldo leiden de ontwikkeling van productiewaarde en die van aangekochte goederen en diensten tot een toename van de bruto toegevoegde waarde met bijna 300 miljoen euro (+3%). Een hoger bedrag aan af-schrijvingen en lagere subsidies leiden er toe dat de netto toegevoegde waarde met 314 miljoen euro (5%) stijgt.

Tabel 1 Toegevoegde waarde en inkomen in de agrarische secto (in miljoenen euro) r

1999 2000 2001

(v) (v) (r)

Brutoproductie 18.526 19.288 19.982

Aangekochte goederen

en diensten (-) 10.096 10.526 10.922 Bruto toegevoegde waarde

tegen basisprijzen 8.430 8.763 9.060 Afschrijvingen (-) 2.317 2.408 2.492 Saldo lasten en subsidies (+) 51 -285 -184 Netto toegevoegde waarde 6.062 6.070 6.384 Betaalde factorkosten (-) 3.120 3.056 3.174 Resterend inkomen 2.942 3.014 3.210 Bron: CBS; bewerking LEI.

Meer informatie:

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Elementen als de sector, de omvang, de organisatie- en bestuurscultuur en het ontwikkelingsstadium van de organisatie, bepalen waar de behoeften het grootst zijn en waar de

(29%) duidt erop dat er een hogere respons is onder vrou- wen, zodat de steekproef op dit punt niet representatief is. De respondenten moesten de vragen beantwoorden voor slechts

De criteria waaraan een idee voor een nieuwe aanvullende dienst moet voldoen wil het van toegevoegde waarde zijn volgens Bedrijf X, zijn in tabel 4.1 samengevat....

Frits de Boer heeft over zijn inkomen van 2007 de volgende gegevens verzameld:.. bruto-inkomen € 51.500 belastbaar inkomen

behandeling handicap/chronische ziekte (WGBH/CZ) uit 2003 in 2016 uit te breiden met het terrein ‘aanbod van goederen en diensten’. Sindsdien is het wettelijk verboden om

In dit hoofdstuk kunt u lezen in hoeverre, blijkens de onderzoekresul- taten, de opzet van het programma 'Netwerken in de veehouderij' in 2004 heeft voorzien in optimale

Eerst zal het gaan over de (rol van de) duurzaamheid in de allianties, de volgende paragraaf handelt over de (relevante) stakeholders, daarna de toegevoegde waarde van

Dat brengt met zich dat deze - indien nodig - van buiten de organisatie moet worden gehaald.. Dit brengt kosten met zich die in de wijziging