AFZETTINGEN WTKG 24(2). 2003 40
Lapilli
LarsvandenHoek+Ostende
Voetsporen
in deasFossielen
zijn
leukomdatze zoechtzijn.
Degetuigen
van eenleven uiteenandere wereld. Oesters vertellenoverde tweehonderdjaar
dat hiereenoesterbankwas,viermiljoen jaar geleden.
Een mammoetkies herinnertaan devijftig jaar
dateenharige
olifant hierrondliep,
zo’n 45.000jaar geleden.
Een blad-afdrukgetuigt
vanhet seizoendathet bladgroeide
enaf-geworpen
werd,
alweer2,5 miljoen jaar geleden.
Maar de mooistegetuigen zijn
toch wel defossielen ofgeologi-sche
verschijnselen
dieeenmomentuit het verleden laten Z0'rf°°"-
G"°rdmor
£’***
r.IÖ03J
s.(T,t
-
Krl *"“"Het is alweer de 10de
Lapilli.
En als ik devorige
Afzet-tingen goed begrepen heb,
deeerstekeer dat het deenige
nieuwsrubriek in het bladis.Degrote broer,
GEOCOM-municatie,
isernietmeerbij.
Lekkeromhetrijk
alleente hebben?Nou,neeeigenlijk. Natuurlijk plukte
ik elke keerweermettrillende handen
Afzettingen
uit debrievenbus,
om te
kijken
ofergeendoublures in deonderwerpen
za-ten. Maar datwas nooit hetgeval
endetwee rubrieken werktenduidelijk
aanvullendop elkaar. GEOCOMmu-nicatie toondeeenbrede variatieaanonderwerpen, Lapilli
pikte
erpaardingen
tussenuit. De rubriek is wat beperk-ter,vooral ook omdat ik metoch hetprettigst
voel inon-derwerpen
dichtbij
huis.Devertebratenpaleontologie
dus. Alsje
het daneens iets verderwegzoekt,
danontlokt dat meteeneenreactievaniemand die het nieuws net ietsbe-ter in eenkader kan
plaatsen.
Zoals het stukvan Gerard Cadée in devorige Afzettingen
overdesamenstelling
van het zeewater.Ikvind datfantastisch,
eniedereen die daarin het voorbeeldvanGerardwilvolgen
moet dat vooral doen. Maar daarnaast wil ik vooralmijn uitnodiging
vandeeer-ste
Lapilli
herhalen. Voormij
hoeft deze rubriek geenone manshowtezijn.
Eenieder dieeennieuwtje
zietwaarvanhij
ofzij
denkt: “Daarzouikeenswatoverkwijt willen”,
is van harte welkom om aante schuiven. En voor
“Joh,
schrijf
daareensover”benik ook best wel vatbaar.Het-geen
natuurlijk
nietwegneemt,dat ik gewoonmijn
best zalblijven
doen de rubriekteblijven
vullen. Geenverras-singen
ditmaal,wederomtweenieuwtjes
uit dewereldvan devertebratenpaleontologie.
Nougoed,
hetzijn
wel ver-rassendenieuwtjes.
Alhoewel de ledenvande WTKGna-tuurlijk allang
wisten,datje
ook in Nederlandopzienba-rende fossielen kan vinden.
AFZETTINGEN WTKG24 (2), 2003 41
zien. Eenmomentbevroren in de
tijd,
eenoogwenk
ver-eeuwigd.
Een bliksemflits slaat inen smelt het zandtoteen
fulguriet. Regendruppels
laten hun afdruk achter in modder dieuiteindelijk
verhardttot steen.Voor depaleon-toloog zijn
het desporenvandieren die hemterugvoeren naardatenemomentuit hetgeologische
verleden.Op
26september
om14.17,
4.287.516jaar geleden,
zetteeen beestzijn linkerachterpoot
neerop dezeplek.
Fantastisch toch.De sporen uit eenvulkanische
aslaag
in Zuid Italië die door Miettoetal. in Naturevan 13 maartwerden gepre-senteerd(lit.
1),zijn
nietzoprecies gedateerd.
Hetmo-mentdatze
zijn gemaakt, ligt
ergenstussen de 385.000 en325.000jaar geleden.
Dat maaktzemeteentotde oudst bekendemenselijke voetsporen.
Dat deze afdrukken doormensen
zijn gemaakt, lijdt
geentwijfel.
Zetonenheeldui-delijk
de hielende balvande voet,enbij
de best bewaar-deexemplaren zijn
zelfs afdrukken vandetenen tezien. Geziendeouderdomvandesporen,afgeleid
uit de ouder-domvande vulkanischeaslaag
waarinzezijn gevonden,
moeten zegemaakt zijn
dooreenvertegenwoordiger
van hetgeslacht
Homo,een modemtype mens dus.Sporen
van
mensachtigen zijn
alvan oudere datum bekend. De Tanzaniaansevindplaats
Laetoli leverde een inmiddels beroemdgeworden
spoorvanAustralopithecus,
eveneensgemaakt
ineenvulkanischeaslaag. Australopithecini
lie-pen weliswaar al optweebenen,
maarhadden nog niet derechtopgaande
gangvanmodernemensen.In hoeverre dit totuiting
komt in verschillen invoetafdrukken,
wordtniet in het artikelbesproken.
Het is veelmeer eenvondstmel-ding.
Maar het is dan ookeenindrukwekkendevondst.Kennelijk
warende sporenoverigens bij
de lokalebevol-king
allanger
bekend. In iedergeval
haddenzeal debij-naam ‘de
duivelssporen’
meegekregen.
Tussen de velediersporen
die ook in deaslaag zijn achtergebleven,
lig-gen drie sporen van mensen. Het
langste
spoor, dat be-staatuit 27 voetafdrukken ismeerdan dertienmeter
lang,
envertoonteen
duidelijke Z-vormige
bocht.Kennelijk
lie-pen demensenhiervan eenhelling
af(het
spoor daalt in totaalruim viermeter),
envolgden
ze eenstukje
dehoogte-lijnen
omgemakkelijker
aftekunnendalen. Ookeenruim achtmeterlang
spoor,met19voetstappengetuigt
van eenafdaling.
Er isaantezien hoe de makeruitgleed,
ennaast het spoor is ookeen handafdrukgevonden
waarhij
ofzij
probeerde
haar balanstevinden. Hetderdespoor isbijna
tienmeterlang,
en eenstuk minder steil. De tienvoet-stappen
vandit spoorzijn gelijkmatig
verdeeldengetui-genvan een
rustige wandelpas.
Helaaswetenweniet
precies
hoe de wandelaars eruit ge-zien hebben. Hetenige
watweuit hetspoor kunnen aflei-denis,datzenietgrootwaren.De
voetstappen zijn
zo’n 20centimeterlang
en 10 centimeterbreed. Dat komtvol-gens
mij
neerop zoongeveermaatje
35. Statistisch ge-zien betekent dat dat dewandelaars nietlanger
warendan 1 meter50.Het is
natuurlijk aardig
om tefantaserenover wat dezemensen dachtentoenze de heuvel
afliepen. Erg
op hungemak
zullenze nietzijn geweest.
Immerswasernetin de buurteenvulkaanuitbarsting
geweestdie hetlandschap
meteenlaag
ashad bedekt. Maar het beeld dateen kranten-berichtschetste,
van mensendiewegvluchten
van een werkendevulkaan, lijkt
ook niet opzijn plaats.
Jezou ver-wachten dat deasuitgehard
is voordathij opnieuw
bedekt werd. Anders zouden devoetstappennietzomooi bewaardzijn gebleven.
En dat betekent weerdatereenperiode
vanrust moetzijn geweest
tussen detweeuitbarstingen.
Een
ding lijkt
wel zeker; ze moeten wel verdomdvuile voetengehad
hebbennahunafdaling.
Oude kaak
opzienbarend
jong
Ieder
jaar,
aan het eindvan de zomer, vaarteenZierikzeese mosselkotter uitomin de Oos-terscheldetevissennaarfossielen.Dit is een
:
almeerdanvijftig jaar
bestaatonder denaam‘
KorenBot.
’
Alshet illustere
gezelschap
voorhet vertrekaande kadestaatin deochtendkilte,dan hoor
je altijd
wel iemand zeggen: “En... ditjaar
maar weer eens eensabel-tandtijger?”
Alle bottenzijn
mooi, mastodontenkies,hertengewei
of neushoombot. Maareensabeltandtijger
is toch wel iets heelbijzonders.
Enwashet nietjuist
de ‘KorenBot’ tocht die het eerste,en
lange tijd enige,
sabeltand-tijgerfossiel
vanNederland hadgevonden?
Hetwas
pas eenpaar
jaar geleden
dat op eenschelpen-hoop bij
Yerseke het tweede fossielvan Homotherium werdgevonden.
Net alsbij
deonderkaak dieindertijd
door de mosselkotterwasopgevist,
betrofheteen zwaar gefossi-liseerdbot,
dat weldeelmoethebbenuitgemaakt
van een Laat Pliocene ofVroeg
Pleistocene fauna. En datpastein het beeld. Want desabeltandtijger,
zo wasdevasteover-tuiging,
stierf inEuropa
uitin hetMiddenPleistoceen. Hoe anderswasdataandeandere kantvande AtlantischeOceaan,
waarde indrukwekkendekatachtigen
nog over-leefdentotaanhet eindvanhet Pleistoceen. Maarja,
ook de mastodonten wisten het daar veellanger
uittehouden. En deze dikhuiden worden vaakgenoemd
alsmogelijke
prooi
voorsabeltandtijgers.
Hetwasallemaalzo mooienduidelijk.
Maar de nieuwste vondstvan eensabeltandtijger
inons land
gooit
roetin heteten(lit. 2).
Net alsdeeerste vondstvan een
sabeltandtijger,
werd het nieuwefossielopgevist. Op
16 maart 2000 trof debeman-ning
van de UK 33 tussen hunvangsten
eenonderkaak vanzo’n16,5
cm,metdaarin drie kiezen. De UK 33 viste echternietindeOosterschelde,
maarbij
de BruineBank. Dit deelvandeNoordzeestaatbekendomde vele fossie-len die hieropgevist
worden. Hetgaatdaarbij
steedsom vondsten uit de laatsteijstijd
en het Holoceen. Zoalszo veel vondsten diegedaan
worden door deUrkervissers,
vond het fossiel
zijn
weg naaramateurpaleontoloog
en verzamelaar Klaas Post. Helaas bleektoendattijdens
de reis descheurkies verlorenwas gegaan.Gezien de
vindplaats
moesthet hier wel gaanom eenLaat Pleistocenesabeltandtijger.
Bovendienwas het stuk op42 AFZETTINGENWTKG24 (2), 2003
dezelfde
wijze gefossiliseerd
als andere botten diebij
de Bruine Bankzijn opgevist.
Oudere vondsten uit de Noord-zeeof de Oosterscheldezijn
zwaardergemineraliseerd
en geveneenmetaalachtig geluid
alsmeneroptikt. Maar
bij
zo’nopzienbarende
vondst,heeftmenharderbewijs
no-dig.
Dat kwam in devormvanC14dateringen.
Die gaven eenouderdomvan28.100 ± 220 BPen27.650 ± 280 BP. Datplaatst
het bot in hetDenekamp interstadiaal,
een re-latiefwarmeperiode
vlakvoorhetglaciale
maximumvan de laatsteijstijd.
De kaak werd
gedetermineerd
alsHomotheriumlatidens,
dezelfdesabeltandtijger
die ook uit hetVroeg
enMidden PleistoceenvanEurazië bekend is.Overigens zijn
de vond-stenuit dieperiode
ookzeldzaam,enis het dus nietver-wonderlijk
dat hetzolang geduurd
heeft voordat desoort ook in het Laat Pleistoceengevonden
werd. Erwarenwel vermoedens. Eenstenenbeeldje
uit de Isturitzgrotin WestFrankrijk,
dat ongeveerevenoud is als het fossiel datnu in de Noordzee isgevonden,
verbeelddevolgens sommige
archeologen
eensabeltandtijger. Indertijd
wasdie sugges-tietegek
voor woorden. Immers meendemen dat deze grotekattenallang
warenuitgestorven.
Maar datblijkt
nu dus niet hetgeval
tezijn.
Dat isevenwennen. Maar ook de Nederlandse verzamelaars die hun materiaalkrijgen
via deNoordzeevissers kunnen echtervoortaanhalsreikend
uitkijken.
“Wieweet, zitervandaag
welsabeltandtijger
bij.”
Literatuur
1
Mietto, P.,
M. Avanzini & G.Rolandi,
2003. Humanfootprints
in Pleistocene volcanic ash. Nature422,
p. 133.2 Reumer,
J.W.F.,
L.Rook,
K.van derBorg,
K.Post, D. Mol & J. deVos,
2003. Late Pleistocene survival of thesaher-toothedcatHomotheriumin NorthwesternEurope.
Journal ofVertebralePaleontology
23(1),
pp. 260-262.*Lars IV. vandenHoek