• No results found

Broedeihygiene in legnesten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Broedeihygiene in legnesten"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Broedeihygiëne in legnesten

R. Meijerhof, onderzoeker vermeerdering.

Een belangrijk aspect bij de produktie van broedeieren is de kwaliteit van de eieren.

Broedeikwaliteit betreft ook de micro-biologische reinheid van de eieren. Eieren uit

verschillende typen legnesten kunnen op dit punt behoorlijk verschillen.

Inleiding Mogelijke nestinvloeden

Kwaliteit van produkten is een steeds belangrij-ker wordend criterium. Het gaat hierbij uiteinde-lijk om de produkt kwaliteit zoals de consument die ervaart. Naast smakelijkheid en andere crite-ria speelt met name de veiligheid en de hygiëne van de produkten daarbij een belangrijke rol. Om deze kwaliteit te kunnen garanderen zien we in alle schakels van de produktiekolom een toena-me van de aandacht voor kwaliteit.

Hygiëne

Bij de produktie van broedeieren heeft de kwali-teit van het produkt, en dan vooral de hygiëne, altijd al een hoofdrol gespeeld. Als de broedei-eren niet schoon en heel zijn gaan de broedre-sultaten achteruit. Vuile eieren zijn niet geschikt als broedei en moeten ook na het wasproces als eieren met een verminderde kwaliteit worden be-schouwd.

De laatste jaren zien we in de vermeerderings-sector een toenemend gebruik van automatische wegrolnesten. De resultaten van het legnesten-onderzoek op het proefbedrijf in Delden wekken de indruk dat de broedresultaten bij dit type legnest iets beter zijn dan bij strooiselnesten. Een verklaring hiervoor zou kunnen liggen in het feit dat de eieren bij strooiselnesten gedurende een langere tijd een hogere temperatuur behou-den. Het zou echter ook veroorzaakt kunnen worden door een verhoogde bacteriële besmet-ting van de eieren in de strooiselnesten en daar-door een grotere kans op binnendringen van micro-organismen in het ei en kiemsterfte.

Legnestenonderzoek

Bacteriële verontreiniging

Hygiëne wordt echter niet alleen bepaald door de zichtbare hoeveelheid vuil en mest aan de eieren, maar ook door de bacteriële verontreini-ging. Dit maakt het noodzakelijk om ook eieren die op het oog schoon zijn, vóór het inleggen te ontsmetten, zoals in Nederland verplicht en alge-meen gebruikelijk is. Deze bacteriële besmetting ontstaat vooral in het legnest en kan snel het ei binnendringen. Hierdoor is het van belang om, naast een goede ontsmettingsstrategie, ook aan-dacht te besteden aan het tegengaan van de besmetting in het legnest.

Om dit laatste punt nader te onderzoeken heb-ben we op het proefbedrijf van een aantal nesten bepaald hoe hoog de micro-biologische veront-reiniging van de nesteieren is. We hebben dit bepaald toen de dieren 54 weken oud waren. Het onderzoek hebben we uitgevoerd bij de vol-gende nesten (het artikel van Jan van der Haar op blz. 20 van deze uitgave bevat een uitgebrei-de beschrijving van uitgebrei-de proefopstelling):

l Hellmann automatisch strooiselnest met lo-pende band als bodem.

l Jansen automatisch wegrolnest.

l Delden handgeraapt strooiselnest.

Zowel bij het Hellmann nest als bij het Delden nest worden haverdoppen als neststrooisel ge-bruikt en wordt de dikte van de strooisellaag door regelmatig bij te vullen op ongeveer 7 cm

(2)

gehouden.

Bij het Jansen en Delden nest zijn zowel de eieren afkomstig van de afdelingen met mini-rooster als van de afdelingen met u3 mini-rooster onderzocht, waardoor in totaal vijf verschillende groepen zijn meegenomen. Van elke behande-ling zijn de eieren van twee afdebehande-lingen onder-zocht, zodat in totaal 10 afdelingen voor het onderzoek zijn gebruikt.

Voor de bepalingen zijn tijdens het rapen per afdeling willekeurig 20 schone nesteieren apart gehouden. Alle afdelingen werden zo veel moge-lijk op hetzelfde tijdstip geraapt en de eieren werden direkt op ontsmette plastic trays ge-plaatst. Op het laboratorium werd vervolgens het totaal kiemgetal en het aantal E-coli bacteriën, entero bacteriën en schimmels bepaald. Alleen in het totaal kiemgetal werden verschillen gevon-den, de resultaten van de overige bepalingen waren voor alle afdelingen nagenoeg gelijk en relatief laag.

Resultaten

De resultaten voor wat betreft het totaal kiemge-tal (gemiddeld van 2 afdelingen) zijn vermeld in tabel 1.

Tabel 1: totaal kiemgetal per ei x 1000 (gemid-delde van 2 afdelingen)

Hellmann 1,7

Jansen mini-rooster 16,3

Jansen X3 rooster 20,4

Delden mini-rooster 75,0

Delden u3 rooster 31,3

Uit deze tabel blijkt dat er tussen de nesten duidelijke verschillen bestaan. De eieren uit het Hellmann nest hadden het laagste kiemgetal. Dit verschil was significant, dat wil zeggen dat de

verschillen naar alle waarschijnlijkheid relevant zijn en niet door toeval veroorzaakt. De verschil-len tussen het Jansen nest en het Delden nest waren kleiner maar eveneens significant. Duide-lijke verschillen tussen X3 rooster en mini-rooster zijn niet geconstateerd.

Het verschil tussen Delden nest en Jansen nest ligt in de lijn van de verwachting. De eieren zijn in een strooiselnest voortdurend in contact met strooisel en hebben gedurende langere tijd een hogere temperatuur, zodat meer kans bestaat op besmetting met bacteriën. Het Hellmann nest is echter eveneens een strooiselnest en heeft een duidelijk lager kiemgetal. Dit kan verklaard wor-den uit het feit dat bij dit nest het strooisel elke dag wordt getransporteerd met behulp van lucht en via een cycloon opnieuw op de band ge-bracht. Hierdoor wordt het strooisel in feite elke dag schoon geblazen, wat een verklaring kan zijn voor het lage kiemgetal.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Omdat de tijd per handeling vaak verschilt, hoeft hier alleen een gemiddelde tijd aangegeven te worden.. De voorspelbaarheid, uitstelbaarheid en planbaarheid van een handeling kunnen

Al het personeel is niet gekwalificeerd voor alle taken, zodat we aan moeten kunnen geven welke kwalificaties een persoon bezit, en welke kwalificaties nodig zijn voor de uitvoering

De verbanden tussen groepen van kritische kenmerken en groepen van prestatie indicatoren zoals die uit de literatuur naar voren zijn gekomen, lijken binnen dit onderzoek niet in

Het bestuur deelt in iedere ledenvergadering mede, welke personen zich sinds de vorige ver- gadering voor .het lidmaatschap van de partij hebben aangemeld. Bestaat tegen toelating

De vrouwelijke leden van de afdeling kunnen, indien zij dit wensen, hetzij een vrouwengroep oprichten, overeenkomstig her reglement van het vrouwenkontakt in de Partij van de Arbeid,

De financiële verantwoording en de overzichten zijn opgesteld voor de Vereniging Politieke Partij Democraten 66 en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met

Lokale scholingsbegeleiders moeten in de afdelingen alle ruimte krijgen om scholing te organiseren -vooral nieuwe leden zijn er erg in geïnteres- seerd.. Voor

• Cellen kunnen zich delen, dit is nodig om te kunnen groeien of beschadigingen te kunnen herstellen (mitose)....