• No results found

Noden en behoeften in onze toekomstige zorg : de gezondheidszorg: wat te doen? (1)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Noden en behoeften in onze toekomstige zorg : de gezondheidszorg: wat te doen? (1)"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ouderdom kent gebreken en de Nederlandse le-vensverwachting –bijna tachtig jaar bij geboorte ¬ hoort tot de langste ter wereld. Daarbij leven wij gemiddeld tot ons zestigste jaar zonder ern-stige ziekten en gebrek en hebben dan nog twin-tig jaar te goed, weliswaar met chronische aan-doeningen maar ook met een medische techno-logie die ons met kunstlens, bypassoperatie, heupvervanging, gehoorapparaat en kankerchi-rurgie op de been en onafhankelijk houdt. De ziektelast en de steeds betere maar ook kost-baarder bestrijding in het laatste kwart van ons leven eist ook verzorging thuis en in het ver-pleeghuis wanneer ons lichaam ons brein over-leeft of we door alle gebreken afhankelijk van zorg door anderen zijn geworden. Het aantal ver-pleeghuisbedden overtreft straks het aantal zie-kenhuisbedden.

In de gezondheidszorg van de toekomst ver-schijnen er andere patiënten, andere dokters en ook andere zorg.

De acute ziekten van vroeger, infectieziekten, ongevallen oflongontsteking verdwijnen naar de achtergrond en maken plaats voor chronische aandoeningen als hart- en vaatziekten, kanker, diabetes, gewrichtsaandoeningen, neurologi-sche aandoeningen als de ziekte van Parkinson en vooral dementie. Waar geneeskunde eerst een

ontijdige dood van zuigelingen, kinderen en jong volwassenen bestreed, heeft ze straks bijge-dragen tot een ontijdige dood van vele hoogbe-jaarden die dement en van alle zorg afhankelijk sterven. Als wij alle hart- en vaatziekten uit de statistiek verwijderen hebben we nog zes jaar te-goed, bij verdwijning van alle kanker drie jaar en maar drie maanden bij verdwijning van alle on-geval, geweld en vergiftiging. Bij elkaar is dat tien jaar en omvat 85 procent van de vaderlandse sterfte. We zouden door deze virtuele triomf van de geneeskunde gemiddeld negentig jaar wor-den, deels dement, doofofblind, moeilijk bewe-gend op weg naar een verlangd einde. Zover zal het niet komen want de huidige geneeskunde kent zijn beperkingen, bij hart- en vaatziekten en bij kanker.

Inmiddels zijn er ook andere patiënten, mon-diger en beter geïnformeerd en vaak niet ge-neigd de autoriteit ofhet paternalisme van de arts te aanvaarden. Patiëntenrechten als infor-matievoorziening, toestemming, bescherming van privacy en de lichamelijke integriteit zijn de plichten van de arts geworden. Ze kiezen voor een kwart bij de behandeling van ernstige ziekte ook voor de alternatieve therapieën naast de re-guliere, om zin te geven en sturing te behouden over lot en leven, ook al verwachten ze er geen wonderen van.

Er komen ook andere dokters, nu meer dan tweederde van de afstuderenden vrouw is en wil werken onder redelijke arbeidsvoorwaarden als beperkte werkuren en diensten, kinderopvang

s&d 3 | 20 0 2 20

Over de auteur Ad Dunning is emeritus-hoogleraar

Cardiologie aan de Universiteit van Amsterdam en was tot 2002 voorzitter van het curatorium van de Wiardi Beckman Stichting.

De gezondheidszorg: wat te doen? (1)

Noden en behoeften in onze

toekomstige zorg

a d d u n n i n g

(2)

s&d 3 | 20 0 2

en de kans op een gezinsleven. Het verklaart een deel van het artsentekort nu de mannelijke dok-ters die zestig uur per week de norm vinden, af-zwaaien en vaak opgebrand ofteleurgesteld zijn. De beroepsuitoefening is altijd de belangrijkste motivatie in het doktersvak geweest, ongeacht de verdere omstandigheden. De bureaucratie, de geringe waardering, het geweld in huisartsprak-tijken maakt dat velen voortijdig uitstromen. De feminisatie van het beroep zal de patiëntenbeje-gening verbeteren, maar een continuïteit van zorg bemoeilijken. Die artsen zullen vaker in deeltijd werken, minder op carrière dan op zin-vol werk gericht zijn en de gangbare medische cultuur blijvend veranderen.

Tenslotte zal ook de verleende zorg sterk ver-anderen. Het ziekenhuis in zijn gebruikelijke in-richting verliest zijn centrale plaats en is alleen nodig voor grote chirurgische ingrepen. Het po-liklinisch centrum met dagbehandeling maakt velerlei behandeling zonder opname mogelijk en waar dat tot gedeeltelijk herstel leidt zullen verpleeghuizen met gedifferentieerde structuur en intensieve thuiszorg daarvoor in de plaats ko-men. De geneeskunde van de toekomst zal steeds kostbaarder worden, allerlei gekoesterde ideeën van doelmatigheid ten spijt.

serieuze beleidsproblemen

Die toekomst wordt bedreigd door twee belang-rijke en deels van elkaar afhankelijke factoren. Het één is een stelsel dat naar organisatie en fi-nanciering volstrekt ontoereikend is; het tweede een groeiend personeelstekort waar men gebio-logeerd naar staart zonder iets te ondernemen. Nederland heeft als enig Europees land een dub-bel stelsel van ziektekostenverzekering, het zie-kenfonds en de particuliere verzekering. Bij de een is de premiebetaling goeddeels inkomensaf-hankelijk, bij de andere nominaal en verschil-lend, afhankelijk van ziekterisico’s. Tenslotte is er een AWBZ als een volksverzekering tegen kostbare, langdurige verzorging en verpleging die ongeveer 40 procent van het gezondheids-budget vergt. Allerlei wetgeving en overheveling

van gelden is nodig om het geheel bij elkaar te houden. Politieke tegenstellingen hebben ge-maakt dat een basisverzekering inclusiefde AWBZ voor iedere Nederlander met een ruim pakket en goeddeels inkomensafhankelijke pre-miebetaling zoals in 1987 voorgesteld door de commissie Dekker, nooit tot uitwerking is geko-men. Ook nu hebben de paarse coalitiepartners zich voorgenomen om tot een dergelijke basis-verzekering te komen bij de kabinetsformatie van deze zomer, maar opnieuw zijn er funda-mentele verschillen over de pakketomvang en premiebetaling. De basisverzekering, zo goed als de toegang tot de arbeidsgeschiktheidverzeke-ring hangt als een molensteen om de paarse hals.

Dat is niet het enige ofhet belangrijkste be-leidsprobleem. Ons gezondheidsbudget was een zaak van loven en bieden bij het sluiten van een regeerakkoord en kwam meestal uit op een Euro-pees gemiddelde van 8,5 procent van het bruto nationaal inkomen. De premiegelden zorgden voor een aanbod dat door de overheid werd gere-guleerd met budget, tarieven, bouw- en vesti-gingsvergunningen, gebaseerd op regulatie ten behoeve van kostenbeheersing. De werkelijke vraag is daarbij steeds onderschat ofgenegeerd en jaren van onderinvestering eisen nu hun tol in tekorten aan huisartsen en specialisten, aan bestralingsapparatuur en ambulancevervoer en vooral aan verpleegkundigen.

Dat tekort is niet alleen de overheid te verwij-ten. Het aantal schoolverlaters neemt afen velen willen niet in de zorg werken. Zolang de sector zelfroept dat het werk zwaar en de beloning en waardering laag zijn wordt de profetie van de leegloop zelfvervullend. Goede secundaire ar-beidsvoorwaarden en flexibel personeelsbeleid met bestrijding van het hoge ziekteverzuim zou-den veel kunnen verbeteren en thuisblijvers terug kunnen halen. Verpleegkundigen van el-ders, zoals uit Vlaanderen ofde Bondsrepubliek, zouden hier kunnen werken in plaats van te re-kruteren uit ontwikkelingslanden waar ze hard nodig zijn.

Toch blijft het probleem groot. De numerus

fixus van tweeduizend medische studenten per

21 Nederlandse gezondheidszorg Ad Dunning Noden en behoeften in onze toekomstige zorg

(3)

jaar zou opgerekt kunnen worden tot driedui-zend maar de vraag is ofer dan nog studenten zijn te vinden die meer en meer andere studies dan exacte vakken, biologie ofgeneeskunde kie-zen. We zullen straks in die sector zuinig moeten zijn op onze hoog opgeleide asielzoekers.

toekomstig beleid

Het is duidelijk dat het toekomstig beleid op deze veranderingen moet inspelen. Tekorten aan menskracht op alle niveaus eisen een systemati-sche werving, ook bij onze buurlanden die over-schotten kennen en een flexibel personeelsbe-leid waarin de maatschappelijke waardering voor het werken in de zorg een duidelijk accent krijgt. Dat plan is er niet en de oplopende perso-neelstekorten, in verpleeghuis, operatiekamer en intensive care zorgen voor blijvende wacht-lijsten.

De hoop dat het nieuwe begrip vraagsturing soelaas zal brengen lijkt een illusie. Marktwer-king in de zorg, bijvoorbeeld door gereguleerde competitie van verzekeraars die voor hun verze-kerden door onderhandeling met zorgaanbie-ders lagere prijzen bedingen, is op papier aan-trekkelijk maar in de werkelijkheid weerbarstig. Regionale monopolies van aanbieders en verze-keraars staan in de weg en waar de uitgaven in

belangrijke mate collectiefzijn zal er in ieder re-geerakkoord een uitgavenplafond worden vast-gesteld, afhankelijk van de budgettaire ruimte die in de zwakker wordende economie beschei-den zal zijn. Eigen risico, aanzienlijke eigen beta-lingen ofhogere belastingen ofpremies zouden een toegenomen vraag moeten dekken. We zul-len meer voor onze gezondheidszorg nodig heb-ben als aan redelijke vraag moet worden voldaan. Een herzien stelsel van financiering als basis van ziektekostenbetaling waarbij minder overheids-regulering en bureaucratie de slagvaardigheid vergroot is daarbij nodig om goede en betaalbare zorg te garanderen.

Het andere scenario, het handhaven van de status-quo bij gebrek aan politieke bereidheid tot verandering, zal een tweedeling in de zorg ver-sterken. Er is een koopkrachtige vraag die zich eerder en elders de zorg aanschaft waar anderen op moeten wachten ofonbetaalbaar dreigt te worden, zoals allang in Groot-Brittannië het ge-val is.

Vanuit Moskou aan Zee, zoals Flip de Kam de Haagse regelzucht in de zorg noemt, zal voor al-les moeten worden ingezet op een zorg waar mensen niet ontgoocheld uittreden maar nog met plezier en toewijding willen werken.

s&d 3 | 20 0 2 22

Nederlandse gezondheidszorg Ad Dunning Noden en behoeften in onze toekomstige zorg S&D maart 2002 binnenwerk 16-09-2002 13:01 Pagina 22

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Check in de tool het overzicht met voorbeelden van lokale en Huis vh Kind bevragingen?. • Check in de tool de tabel met studies naar gezinnen

Ik vind het belangrijk dat de groeicurven van mijn kind worden opgevolgd door ... LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: de arts van K&G. 2:

Jongeren stellen vooral informatievragen over veilig vrijen (voorbehoedmiddelen en angst voor zwangerschap), seksueel contact (hoe eraan beginnen en hoe erover

Mijdrecht - Voetbal is echt niet meer alleen een jongenssport, want inmiddels hebben al veel meisjes de weg naar het voetbalveld gevonden. Meisjesvoetbal is zelfs hot en vol-

Uit steeds meer gegevens vanuit onderzoek in de VS blijkt dat vooral de gezondheidseco- nomen er steeds meer van overtuigd zijn dat de markt tot een kostenex- plosie leidt en dat

Behoud huidige bacheloropleiding 4 jaar en nieuw verpleegkundig functieprofiel in de WUG 2015 6 voor HBO5 na 3 jaar

Maatschappelijke verantwoordelijkheid betekent voor 50PLUS, dat ieder niet alleen voor zichzelf en zijn medemens verantwoordelijk is, maar ook voor het doen functioneren en in

Deze handelt over de manier waarop leerkrachten in de 2 de graad van het Vlaamse secundair onderwijs vorm geven aan de vakoverschrijdende eindtermen, relationele en