• No results found

Rekstrookmetingen, verricht aan een kadaverfemur in ongeschonden toestand en voorzien van diverse prothesen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Rekstrookmetingen, verricht aan een kadaverfemur in ongeschonden toestand en voorzien van diverse prothesen"

Copied!
73
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Rekstrookmetingen, verricht aan een kadaverfemur in

ongeschonden toestand en voorzien van diverse prothesen

Citation for published version (APA):

Heugten, van, P. C. M. (1974). Rekstrookmetingen, verricht aan een kadaverfemur in ongeschonden toestand en voorzien van diverse prothesen. (DCT rapporten; Vol. 1974.018). Technische Hogeschool Eindhoven.

Document status and date: Gepubliceerd: 01/01/1974

Document Version:

Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at:

openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)

Rekstrookmetingen, verricht aan een kadaverfemur in ongeschonden toestand en voorzien van diverse prothesen.

(3)

Inhoudsopgave

1 .

I n l e i d i n g

2.

R e s u l t a t en 2.1 Algemene gegevens

2.2

E e r s t e d e e l van d e r e s u l t a t e n 2.3 Gegevens t . b . v . h e t tweede d e e l v a n d e r e s u l t a t e n B i j l a g e 1 L i j s t v a n v e r r i c h t e metingen ( g e d e e l t e l i j k ) B i j l a g e

2

( l o s ) G r a f i s c h e weergave van een d e e l van

(4)

-1-

1 ,

Inleiding

Het doel van dit rapport is het verstrekken van informatie over de verrichte experimenten aan een kadaverfemur.

Geen informatie of beschouwingen over onderwerpen als: keuze meet- objekt, realisatie meetopstelling, geometriebepaling femur, enz. zijn in dit werkje opgenomen, Hierover zal t.z.t. gerapporteerd wor- den.

Getracht is de informatie voldoende volledig te bundelen om als basis voor diskussies gebruikt te worden. Deze diskussies kunnen leiden tot interpretatie van de metingen. Hierop wordt dieper inge- gaan in hoofdstuk 2.

In hoofdstuk 2 . 1 volgen gegevens en resultaten uit metingen die hier niet als losse bijlage enomen.

In hoofdstuk 2.2 worden de thesen gegeven.

Om onderlinge vergelijking goed mogelijk te maken zPJm diverse meet- resultaten als losse bijlagen

gebruikte pro-

Resultaten

Het is zinvol de resultaten van de rekstrookmetingen in drie groepen te verdelen:

groep

1

Resultaten die betrekking hebben op een eerste oriëntatie neetobjekt en de meetopstelling zoals:

- reproduceerbaarheid van de metingen,

-

materiaalgedrag vac het bot-nareriaal,

-

superponeerbaarheid van de resultaten, enz.

---

--

op het

2 .

€L-- roe2

--

2

Resultaten die geheel uit de experimenten volgen - bijvoorbeeld door interpretatie van een serie meetgegevens of door vergelijking van diverse metingen

-

en die niet tot groep 1 behoren.

Voorbeelden: invloed van het gebruik van een dikkere KÜntscherpen op de vervormingstoestand van het femur, invloed steellengte kop

-

halsprothese, invloed A-O-plaat enz.

groep 3

Resultaten die volgen uit een vergelijking van diverse modellen van een femur met de experimenten of uit de modellen afzonderlijk. Hieronder kunnen uitspraken vallen over het anisotrope materiaalge- drag als funktie van de positie op het femur, de invloed van het

---

--

(5)

vervormingstoestand, kriteria voor orthopaedische ingrepen en pro- thesen enz.

De resultaten als bedoeld onder groep

1

zullen in hoofdstuk 2.1 ge- geven worden.

De resultaten van groep 3 zullen volgen na het gereedkomen van de diverse modellen.

De resultaten van groep 2 worden in dit rapport niet gegeven. Wél bevat dit rapport alle informatie en gegevens die nodig zijn om tot resultaten uit groep 2 te komen.

2 . 1

In figuur

1

zijn vier aanzichten van een rechterfemur gegeven met daarop aangegeven de posities van 112 rekstrookjes.

Hierbij moet bedacht worden dat de rekstrookjes in werkelijkheid op een linkerfemur geplakt zijn. (Het femur van fig. I en het femur dat gebruikt is als meetobjekt zijn afkomstig van dezelfde persoon (mnl.

52 Jaar).

Fig. I toont ook de uitslag van het femuroppervlak zoals gebruikt

zal worden om de meetresultaten weer te geven. Deze uitslag is gereali-

seerd door het femuroppervlak ~

meest mediaal gelegen rekstrookjes en het oppervlak af te rollen in een plat vlak. Dit afrollen is benaderd door als x-koordinaat van de verschillende rekstrookjes de onderlinge afstand kumulatief uit te zetten. De z-koördinaat van punten in de uitslag komt voor de schacht overeen met de werkelijke z-koÜrdlnaat v a ~ i de rekctrmkjes ep h e t femur. De 12 rekstrookjes die op de hals van het femur geplakt zijn, werden op een aparte manier afgerold.

In figuur 2 is de femuruitslag nogmaals getekend met daarbij aange- geven :

-

de posities van de rekstrookjes (cirkeltjes)

- de posities van doorsnijdingsvlakken van het rechter femur, met behulp waarvan de geometrie is opgemeten (onderbroken lijnen)

- de posities van de onderkant van de stelen van diverse aangebrachte kop-halsprothesen.

-

de positie van een tijdens de experimenten aangebrachte transver-

sale zaagsnede (fraktuur)

-

de positie van een aangebrachte A-O-plaat

-

de oriëntatie van de uitslag.

mediaal (naar het midden van het lichaam gericht) anterior (naar de voorzijde van het lichaam gericht) lat eraal (van het midden van het lichaam af gericht)

(6)

-3-

posterior (naar de achterzijde van het lichaam gericht)

in figuur 3 is een twee-dimensionale schets van het femur gegeven met daarin aangegeven de posities van alle doorsnijdingsvlakken zoals ge- bruikt om de geometrie van het femur op te meten.

In figuur 4 zijn de kontouren van 23 doorsnijdingsfiguren weergegeven met daarin een twee-dimensionale elementverdeling. De nummers van de vlakken korresponderen met de nummers in figuur 3. Ook zijn de vier richtingen (mediaal, anterior, lateraal en posterior) aangegeven. OPM.: Elke doorsnijdingsfiguur is op een aparte schaal weergegeven.

In werkelijkheid is de verhouding tussen de diverse doorsneden totaal anders dan in deze figuur wordt gesuggereerd.

2.2 ie deel van de resultaten

De eerste metingen aan het femur zijn verricht in oktober 1971, de laatste in juli 1974.

Om onderlinge vergelijking van alle metingen zonder aanpassingen toe te staan is het noodzakelijk dat tijdens de meetperiode geen verloop in meetwaarden is opgetreden.

Uit vergelijkingen van metingen, verricht in november 1971, april

1972 en januari 1973 bleek, dat geen verloop in de meetwaarden is

opgetreden. Konklusie: De metingen die in dit verslag worden gepre- senteerd (verricht van februari tot juli 1974) mogen worden be- schouwd als verricht direkt na het gereedkomen van de meetopstelling (oktober 197 i )

.

Reproduceerbaarheid

Het meetobjekt werd achtereenvolgend acht maal belast en ontlast.

uit de aldus verkregen gegevens werden per rekstrookfilament de rekken en de gemiddelde rek over de acht metingen berekend. In fig.

5 is een voorbeeld gegeven van de grafische weergave van de resul- taten.

Langs de horizontale as staan de nummers van de rekstrookjes aange- geven. Vertikaal staan uitgezet de afwijkingen van elke meetwaarde met het gemiddelde van alle meetwaarden van het beschouwde rekstrook-

filament. Deze figuur heeft betrekking op de le filamenten van alle rekstrookjes. Soortgelijke figuren zijn ook getekend voor de andere filamenten.

De verdeling van de meetpunten is niet in strijd met de aanname dat de afwijkingen normaal verdeeld zijn. 80% van de afwijkingen blijken kleiner dan 5

waarden voor de spreiding van meetseries, berekend met het rekstrook- verwerkings-programma.

--

---

(7)

-4-

Bij de onderhavige metingen bedroeg de rek maximaal ca. 1200 w e k , zodat we kunnen konkluderen, dat de reproduceerbaarheid van de me- tingen voldoende groot is.

N.B. In het hiervolgende is steeds gebruik gemaakt van de ideële spanning o om metingen onderling te vergelijken. Steekproefs' gewijze is gekontroleerd of deze werkwijze tot dezelfde konklu- sies leidt als vergelijking van de rekken per filament of de hoofdl-ekken en de hoek

+,

Dit bleek steeds het geval.

id

BelastingstyEe

_-_--_--

--

--

Nagegaan is of het belastingstype invloed heeft op de resultaten. Hiervoor zijn diverse belastingen aangebracht volgens type I en

type 2 (zie figuur).

..

Met behulp van programma 0506-3551: verwerkingcprogramma voor rosette- metingen, geschreven door W.5. Gr60t werden vociï b e i d e belastingstypen de rek per rekstrookfilament bij belasting Bmax berekend en de ideële spanningen. De verschillen tussen beide belastingstypen bleken niet groter dan de verschillen tussen twee metingen met hetzelfde belastings- type, Gekozen is voor type 2 vanwege de eenvoudigere uitvoerbaarheid t.o.v. type

1 .

Lineariteit

Binnen de toegepaste belastingsgevallen blijken de rekken in het femur- materiaal evenredig met de opgelegde belasting, Dit bleek reeds uit de voorgaande vergelijkingen van het belastingstype. Bovendien werd lineari-

teit aangetoond door verschillende malen een tweetal metingen uit te voeren: eenmaal met maximale belasting B

4.B

.

-_---

en eenmaal met als belasting max

Resultaat: rekken bij Bmax = 2

x

rekken bij

1

Bmax max

(8)

-5-

OPM.: De beschouwde belastingen zijn aan de lage kant gehouden om de

meetopstelling niet te beschadigen. Williams en Svenson komen tot belastingen op de kop van het femur tot ca. 6 x het lichaams- gewicht bij het staan op één been, terwijl a l s belasting die een femur kan doorstaan op de kop maximaal 1600 à 1800 kg. gegeven word t.

en kracht F.- = - 50 N

Y

In figuur 6 zijn de richtingen van de x,y en z-as aangegeven.

De z-as loopt evenwijdig aan een denk- beeldige lijn door het midden van de kop en een punt midden tussen de kon- dylen.

Na vergelijking van de resultaten bleek 95% van de ideële spanningen een verschil, kleiner dan O,I5 N/mm

Konklusie: Het materiaal van het beschouwde femur vertoont geen ver- schil in elasticiteitsmoduli bij trek of bij druk (binnen het be- schouwde belastingsgebied en binnen de meetfouten).

2

(9)

-6-

Superponeerbaarheid van belastingen

Wij noemen belastingen superponeerbaar als de rekken, die in het femur optreden als gevolg van een willekeurige belasting, samengesteld uit n deelbelastingen, gelijk zijn aan de (vektoriëile) som van de rekken die optreden als gevolg van elk der deelbelastingen afzonderlijk. Voorwaarden voor superponeerbaarheid zijn lineair materiaalgedrag en

eenzelfde materiaalgedrag bij positieve als bij negatieve belastingen Aan deze beide voorwaarden, die nodig zijn (maar niet voldoende) is

-

...

-

hier voldaan.

Om het empirische bewijs voor superponeerbaarheid te leveren zijn enige metingen verricht aan het femur belast met een kombinatie van belastingen waarvan de afzonderlijke invloed reeds gemeten was.

Metingen: A: F =

-

50 N en Fx = 50 N B: F = 1000 N en Fx = 50 N C : F = -1000 N en F = 50 N Y z z X

Per rekstrookfilament werd van de gemeten waarde, de waarden gemeten bij elk der deelbelastingen, afgetrokken.

Met deze verschillen werden berekeningen uitgevoerd die voerden tot hoofdrekken, hoofdspanningen en een ideële spanning. De ideële span- ningen werden vergeleken met spanningen die korresponderen met de resulterende belasting. Dit zal in de hiervolgende twee voorbeelden verduidelijkt worden.

Voorbeeld 1

Kombinatie A moet, als aangenomen wordt dat de belastingen superpo-

---

r.eerhaar z i j n , rekken in h e t femur veroorzaken, gelijk aan de vekto- riële som van optredende rekken bij de afzonderlijke belastingen F =

-

50 N en F = 50 N &meen wringend moment M

.

Moment M

werklijn befmloeden. (zie de schets). De verplaatsingen van de kop van het femur als gevolg van diverse belastingen is aangegeven in figuur 7 . Deze verplaat- singen zijn bepaald t.o.v. een vast punt (de inklemming). Naarmate men punten op het femur beschouwt die dichter bij de kop gelegen zijn, ondervinden deze

Z

c

Y X

wordt veroorzaakt doordat de beide belastingen elkaars

Z

(10)

-7

-

waardoor d e extra b e l a s t i n g M

Zo z a l v o o r punten op d e h a l s v a n h e t femur n a u w e l i j k s s p r a k e z i j n v a n e e n extra b e l a s t i n g M

.

De i d e ë l e spanningen, berekend u i t h e t v e r s c h i l v a n d e gemeten rekken en d e r e k k e n v a n d e d e e l b e l a s t i n g e n a f z o n d e r l i j k , zouden dan O moeten z i j n . Daar d i t r e s u l t a a t berekend w o r d t d o o r d r i e metingen met een s p r e i d i n g i n d e rek v a n ca. 4 u r n ,

wordt d e s p r e i d i n g 3 x 4 pmm =

12

umm w a t overeenkomt met e e n s p r e i -

d i n g i n i d e ë l e spanning, g r o o t 0,38 N/mm2. Z o a l s w o r d t h i e r a a n v o l d a a n .

Voor d e meest d i s t a a l g e l e g e n r e k s t r o o k j e s moeten d e berekende i d e ë l e spanningen overeenkomen met d e i d e ë l e spanning t e n g e v o l g e

v a n e e n wringend moment M = F

.

y

-

Fy. x ( z i e s c h e t s I ) . H i e r u i t v o l g t : M

v o o r d e meest d i s t a l e meetpunten: - 5 N/mm

.

H i e r u i t v o l g t v o o r meting A d a t d e i d e ë l e spanning v o o r d e meest

-3

2

d i s t a l e r e k s t r o o k p u n t e n g e l i j k moet z i j n aan c a . 7 , 5 . 1 0 X 5 N/mm

%0,04 N/mm

,

s p r e i d i n g = 0,38 N/mm

.

Ook h i e r a a n b l i j k t v o l d a a n t e

z i j n ( z i e f i g . 8 ) . Bovendien b l i j k t u i t h e t g r i l l i g e , n i e t g e s t r u k - t u r e e r d e v e r l o o p v a n d e rekken over h e t o p p e r v l a k d a t d e d i v e r s e gevonden waarden inderdaad v o o r a l een g e v o l g v a n d e s p r e i d i n g i s .

r e l a t i e f afneemt. Z Z b l i j k t u i t f i g . 8 Z X = + 7 , 5 Ncm. U i t d e meting met b e l a s t i n g MZ = +

1000

Ncm v o l g t 2 Z 'id

-

2

2

V o o r b e e l d

2

V e r g e l i j k i n g b e l a s t i n g F

door b e i d e b e l a s t i n g e n wordrn v e r o o r z a a k t z i j n op t e l l e n e n t e ver-

---

= +

1000

N en FZ = -

1000

N. D e r e k k e n d i e

Z

s

b werken t o t hoof drekken, hoof dspanningen

en i d e ë l e spanning. D e i d e ë l e spanning =fOOOlyvoor punten op d e h a l s b l e e k

-

e v e n a l s

-

i n v o o r b e e l d i

-

g e l i j k a a n n u l ( s p r e i - d i n g i n o &0,26 N/mm ) . Naarmate d e Seschouwde e et pun ten Eeer d i s t a a l op h e t femur g e s i t u e e r d z i j n , werden d e

2

i d

S;hets

4, i d e ë l e spanningen hoger.

V o l g e n s s c h e t s

2

en f i g u u r 7 i s d e maximale extra b e l a s t i n g M = ( - 1000 x 4 , 5

-

1000 x 4 , O ) + IO-' Ncm = 850 Ncm.Vermenigvuldiging

van d e i d e ë l e spanningen v a n d e meest d i s t a a l g e l e g e n punten met 850/1250 en v e r g e l i j k i n g met d e waarden d i e v o l g e n u i t h e t experiment met b e l a s t i n g M =

1250

Ncm toonde h e t v o l g e n d e aan. Zowel d e orde-

g r o o t t e a l s h e t v e r l o o p v a n oid stemde o v e r e e n (rekening houdend met d e s p r e i d i n g e n ) .

Y

(11)

-8

-

Konklusie: Uit de experimenten volgen geen resultaten die in strijd zijn met het beginsel der superpositie.

2.3 Gegevens t.b.v. het tweede deel van de resultaten

Als losse bijlagen zijn diverse meetresultaten, weergegeven in uit- slagtekeningen, gegeven. Telkens bevat een uitslag de hoofdrekken (in elk rekstrookpunt weergegeven door middel van een assenkruisje onder een hoek 4 met de vertikaal). De lengte van de assen is een

maat voor de grootte van de hoofdrekken (zie de schaalwaarde voor de rekken) worden het begin en het eindpunt van een lijnstukje ge- markeerd door een sterretje, dan is de bedoelde hoofdrek negatief. In een tweede uitslag zi-jn lijnen van konstante ideële spanning getekend (iso's genaamd).

In elke meetserie bleek dat voor enige rekstrookjes (variërend van

2 tot 5 stuks) een foutieve meetwaarde werd gevonden. Als oorzaken komen hiervoor in aanmerking:

- het stuk zijn van een rekstrookje (2 stuks) of toevallige oorzaken zoals:

-

een korte storing in de elektriciteitsvoorziening van het meet- apparaat

-

een korte hapering van het gebruikte ponsapparaat of andere toevallige invloeden (slechte kontakten etc.).

Voor zover het rekstrook-verwerkingsprogramma deze fouten niet korri- geerde, zijn met de hand verbeterde waarden ingevoerd. Dit met het

oog op de tekeningen van de iso's,vaziïvm h e t verlmy s t e r k werd beI~iv1ee.i (ondufdellJk genzzkt) door enkele foutieve meekti7aarben. Slechts ZZn

meting bleek ondanks deze aanpassingen achteraf onbruikbaar (meting no. 3 7 ) .

In bijlage 1 is opgenomen een lijst van verrichte metingen. Vóór deze metingen zijn nog andere oriënterende metingen uitgevoerd. De resul-

taten hiervan zijn in het vorige hoofdstuk verwerkt,

-~

~~

Meting no. 19

Gekombineerde belasting, bestaande uit krachten op de kop van het femur en krachten op de trochantor major. Uit literatuurgegevens van Rydell en Chârnley en Mc. Leish is een gemiddelde belasting berekend die op het femur werkt bij het staan op één been en een horizontale

stand der heupen.

(12)

-9-

p.m.: Rydell heeft krachten op de kop van een geïmplanteerde kop- halsprothesen in vivo gemeten. Charnley en Mc.Leish zijn m.b.v. evenwichtsbeschouwingen tot statische belastingen op het femur gekomen bij het staan op één been, afhankelijk van de hoek welk de heupen met de horizontaal maken.

De berekende belasting bedraagt (zie schets 3): PI = 2,30 W P2 = 0 , 6 6 W P3 = 0 , 3 3

w

P4 = 1 , 4 3

w

P5 = 0 , 4 6 W

waarbij W = het lichaamsgewicht

De meting is verricht met krachten die overeenkomen met W = 250 N. OPM.: Wellicht is een fout geslopen in deze meting waarvoor gemeten

is bij P2 = 0 , 4 6 W en P5 = 0 , 6 6 W.

Positionering-prothesen

__---_---___

---_-

De KÜntscherpennen zijn aangebracht door proximaal in het femur een gat te buren, in het verlengde van de mergholte en door

-

zo nodig - opboren van de mergholte met een flexibele pneumatische boor.

De diameter van de boor werd één millimeter groter genomen dan de diameter van de Küntscherpennen. De opening van d e pen weid wille- keurig tussen mediaal en dorsaal gericht.

OPM.: De eerste pen (diameter 8 mm) bleek tijdens de meting zeer

los in het femur

-

nauwelijks geklemd - te hebben gezeten. De kop-halsprothesen zijn aangebracht na dekapitatie van de femur-

hals. De positie vaii de onderkant van de verschillende prothese-

stelen is aangegeven in figuur 2 .

De positie van het midden van de kop is aangegeven in de lijst van figuur 7.

De is bevestigd aan ventraal-laterale zijde, zo-

danig dat zo weinig mogelijk rekstrookjes beschadigd zijn.

Een breuk in de schacht van het femur werd gerealiseerd door het femur transversaal door te zagen (dus geen "grillige" rand). Zie voor de positie van het aangebrachte breukvlak figuur 2.

(13)

Bijlage 1 I . 2. 3, 4 . 5, 6. 7. 8. 9. I O . 1 1 . 12. 13. 14. 1 5 . 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 2 4 . 3 5 -.,

.

26 27 e 28. 29 a 30. 31. 32. 33. I 1 1 1 I1 11 1 1 I 1 I 1 11 11 I 1 I? 1 1 11 I I I t I 1 f l I1 I 1 I t 11 I 1 I ? I? 1 1 1 1 11 I 1 I I I ! I, I1 1 1 I 1 11 I1 I1 I 1 I 1 1 1 I 1 1 1 I1 1 1 11 11 I 1 I1 I 1 11 I ! I1 I 1 1 1 I1 1 1 1 1 I 1 I1 1 1 1 1 I 1 I1 11 1 1 I1 I1 I T 1 1 I1 I 1 I 1 I1 f l 1 1 1 1 11 I1 I 1 I1 1 1 1 1 1 1 I1 I I I1 I 1 I1 11 I1

femur ongerept, bel. op kop FZ = 1000 N

Fx = + 50 N =

+

1000 N en Fx = + 50 N FZ FZ

-

-

-

1000 N Fx =

+

50 N =

+

50 N en FZ = - 1000 N FX Reproduceerbaarheidstest F = - 5 0 N Y Y Y F = - 5 0 N e n F x = + 5 0 N F = + 5 0 N F = - 5 0 N X =

-

1000 N en F = + 50 N FZ X M e - 1000 Ncm M =

+

1000 Ncm M =

+

1000 Ncm

- -

-

1000 Ncm M = + 1250 Ncm M =

-

1250 Ncm Z Z X MX Y Y en op trochantor major met KÜntscherpen @ 8 mm F Z = - 1000 N @ 8 mm MZ = - 1000 Ncm @ 8 mm FZ =

-

1000 N en MZ =

-

1000 Ncm g 8 m m F = + 1 0 0 0 N

@ 10 mm, verschil tussen femur zonder en

I1 I? I 1 1 1 1 1 I 1 Z I ? 11 1 1 fJ 10 mïìì F = - 1000 N @ 10 mm MZ = - 1000 Ncm

fl

10 mm FZ =

-

1000 N en MZ =

-

1000 Ncm

0

10 mm F = + 1000 N

G? 12 mm, verschil tussen femur zonder en

I1 z 11 I ? I 1 I ? 11 1 1 Z 1 1 11 pj 12 mm, FZ = + 1000

w

I ? I 1 0 12 mm, FZ =

-

1000 N I t I1 @ 1 2 n ~ n , M = - 1000 Ncm @ 12 mm, M =

-

1000 Ncm en F =

-

1000 N 11 I 1 Z Z z 11 1 1

3 4 . met kop-halsprothese, korte hals, geen cement, F =

-

500

Z femur mét pen N I1 11 I 1 I1 I 1 11 M = + 1250 Ncm 11 1 1 1 1 I1 1 1 11 M =

-

1250 Ncm 11 11 1 1 I 1 11 1 1 M = + 1000 Ncm 1 1 I1 1 1 M =

-

1000 Ncm 35. 36: ' I 37. 38. 'I Y Y X X I1 I1 I1

(14)

39. met kophalsprothese, lange hals, geen cement, F- =

-

500 N 40. 41. 42. 43 44. 45 46. 47. 48. 49. 50. 51. 52. 53. I I 11 I 1 11 I I 1 1 11 I 1 1 1 I! 1 1 11 I I I t 11 I t 1 1 11 I1 I I 1 1 11 1 1 11 1 1 I 1 I I I 1 1 1 I t I 1 I I I t 1 1 1 1 I I I1 l l 1 1 I 1

korte hals, met cement,

I1 I 1 1 1 I 1

11 1 1 I 1 1 1

I t 11 1 1 I t I I I I I T I1

lange hals, met cement

l l I1 I I I I

I I 1 1 11 I t

11 1 1 I t 11

I I I1 I1 I ?

101. femur met korte kop-halsprothese en cement,

f l I f 11 I t I I

102. I f

103. I'

104. "

105.

106. voornoemd femur met zes schroefgaten,

107. 108. 109. i i o . i l l . 11 I 1 I I I I 11 11 I I I I I 1 I t I 1 I I 1 1 I t 11 11 I1 I t I1 I1 I I 1 1 I1 1 1 I I 1 1 I I A-O-plaat, !! I. I I I I

..

I 1 ii v i 112. 113. 1 1 I I 11 I t I! I1 11 I1 L M = + 1250 Ncm M =

-

1250 Ncm M = + 1000 Ncm M = - 1000 Ncm Y Y X X z F =

-

1000 N M = + 1250 Ncm M =

-

1250 Ncm M = + 1000 Ncm M = - 1000 Ncm F = - 1000 N M =

+

1250 Ncm M = - 1250 Ncm Y Y X X Z Y V f M = + IO00 Ncm X M = - 1000 Ncm X F = - 1000 N z M = + 1250 Ncm M = - 1250 Ncm M = + 1000 Ncm M = - 1000 Ncm Y Y X X z F =

-

1000 N M =

-

1000 Ncm X en fraktuur (los), M = - 1000 Ncm Z z 1 1 ' I F =

-

1000 N I t (fraktuurdelen op elkaar)

(15)
(16)
(17)
(18)

1 A 7 I O 16 19 , , , , , . , ,

22

3 I I _-- L 14 17 , , , , , , . ,

3

, , , . , , , , 6

9,

, .

15

, , , , , . , , 18 21 FIG

4

(19)

Belasting verplaatsing F Z = + 1000 N f = - 4,5 mm X X X X FZ =

-

1000 N f = + 4.0 mm F = + 5 0 N f =

-

3 , 8 mm F = - 50 N F = + 5 0 N f =

+

4 , 2 mm f = - 4 , 8 mm F = - 5 0 N f = + 3 , 3 mm X X Y Y Y Y

positie van het midden van de kop van het femur: x = 6 6 , 5 mm

y = 7 2 , 7 mm

z = 490,O mm

positie van het midden van de kop van kop-halsprothese no.

1

(korte steel, zonder cement) (x,y,z) = ( 6 0 . 7 , 6 5 . 8 , 4 8 3 . 5 )

positie van het midden van de kop van kop-halsprothese no. 2

(lange steel, zonder cement) ( x , y , z ) = (60.0, 6 5 . 3 , 4 8 7 . 0 )

positie van het midden van de kop van kop-halsprothese no. 3

(korte steel, met cement) (x,y,z) = ( 5 5 . 0 , 6 8 . 0 , 4 9 6 . 0 )

positie van het midden van de kop van kop-halsprothese no. 4

(lange steel, met cement) (x,y,z) = ( 5 6 . 0 , 6 9 . 0 , 4 9 8 . 0 )

positie van het midden van de kop van de kop-halsprothese van meting 10:

(20)

t

i

i

J

iso’s o i d = O,]-0,2-0,3-0,4-0,5- 2

-rel<

0,6-0,7 N / m

(21)
(22)
(23)

Meting no. 5

iso's u i d = 2-4-6-8-10-12 N/IIIID 2 rekken: í cm 2 3 3 3 vrek

(24)

Meting no. 8 iso's o

rekken: I cm

2

333 rek

= 2-4-6-8-10-12 M/mm 2 id

(25)

I I

Meting no. 13

iso’s aid = 2-4-6-8-10-12 N / m rekken :

1

cm e 3 3 3 vrek

(26)

I Meting no. 15 iso's rekken: 1 cm e 3 3 3 v r e k = 2-4-6-8-10-12 N/IDK~ 2 id

(27)
(28)
(29)

Meting no. 20

iso's oid = 2-4-6-8-10-12 N/D

rekken: I cm e 667 vrek

(30)

Meting no. 21

iso's o = 4-8-12-16-20-24 N/mm

rekken: 1 em 333 w e k

2

(31)

Meting no. 22

ico's o = 4-8-12-16-20-24 N / ~ L 2 id

(32)

Meting no. 23

2 iso's uid = 4-8-12-16-20-24 E/IIITII

(33)
(34)
(35)
(36)

2

-8- 1 2-1 6-20-24 E/ZKR cm 667 vrek

(37)
(38)

r c - _ Meting no. 29 iso's O = 4-8-12-16 N / m 2 rekken: 1 cm 333 v r e k id

(39)

.

(40)

\

F

(41)

c

(42)
(43)

Meting no. 34 iso’s fl

rekken: i cm e 3 3 3 v r e k = 2-4-6-8-!+:2

w / m

2

(44)
(45)

!

bleting no. 38

i s o ’ s

,-J.

ld = 2-4-6-8-18-1 2 N / m 2 rekken:

1

cm 2 333 P r e k

(46)

&ring no,, 36

iso's oid = 2-4-6-8-10-12 î?/m

rekken:

1

CIU ^= 3 3 3 I-irek

2

(47)

= 274-6-8-10-12 N / m 2 ken:

1

cm 2 3 3 3 prek

(48)
(49)
(50)
(51)

I I I 2 ;SO' c

aid=

2-4-6-8-1 O rekken: I cm 3 3 3 prek c

(52)

6-20-24 N / m 2

(53)
(54)
(55)
(56)
(57)

MEting no, 4 9

2

~ S O ' S O = 4-8-12-16-20-24N/~ id

(58)

Meting no. 50

iso's o = 2-4-6-8-10-12 N/mm 2

i d

(59)

?

Meting no. 51

iso's 0 = 2-4-6-8-10-12 N / m 2 id

(60)
(61)

Meting no. 5 3

iso's O = 2-4-6-8-10-12 N / m

rekken:

1

cm 2 333 vrek 2 i d

(62)
(63)

'\,

Meting no.

102

iso's crid = 2-4-6-8-10-12 N / m

rekken:

1

cm e 333 v r e k

(64)

Meting no.

103

iso's CJ = 2-4-6-8-10-12 N/mm

rekken:

1

cm 2 333 v r e k

2

(65)

Meting no. 105

i s o ' s crid = 2-4-6-8-10-12 N / m rekken:

1

cm e 333 vrek

(66)

Meting no. 106

iso's gid = 4-8-12-16-20-24 rekken: 1 cm 0 667

(67)

Meting no. 107

iso's o i d = 2-4-6-8-10-12 rekken: 1 cm e 333 v r e k

2 N / m

(68)

Meting no. 108

iso's oid = 2-4-6-8-10-12 N / m rekken: i cm e 3 3 3 v r e k

(69)

-.-

.I

Meting no. 109

iso's c id = 4-8-12-16-20-24 N / m 2 rekken: I cm 2 667 pirek

(70)
(71)

yai ri

m/ N

(72)

I

Meting no. 112

iso's o id = 2-4-6-8-10-12 rekken: 1 cm 2 333 vrek

(73)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Target group does not realise that the BA Dutch Language and Culture embodies more than spelling &amp; language skills:. •

As gerekende navorsers is die medeskrywers van hierdie publikasie terdeë bewus daarvan dat totale neutraliteit en objektiwiteit in geskiedskrywing ‘n strewe bly en word onomwonde

The South Australian Tourism Plan 2003-2008 is an example how a vision can be used through partnerships to achieve sustainability in destination development, strategic

Zorginstituut Nederland adviseert de minister om osimertinib niet op te nemen in het verzekerde pakket, tenzij hij door prijsonderhandeling de kosteneffectiviteit van deze

ingericht. Dat betekent concreet dat de mens en robot beide doen waar ze goed in zijn, elkaar aanvullen en binnen die samenwerking de mens centraal wordt gesteld. De voorspelling

In het Uitvoeringsprogramma Handhaving 2014 is ruimte voor het handhaven van de bestemmingsplannen binnen de bebouwde kom.. Een controle om de locatie te bezoeken

Voorzitter. Om te beginnen twee vragen. De vraag van de heer Van Oosten gaat over de schriftelijke vragen die hij heeft gesteld aan collega Grapperhaus. Ik zie het punt dat dit

Leerkrachten in het gewoon ba- sisonderwijs sterker maken met expertise uit het buitengewoon onderwijs, dat is precies de be- doeling van de proefprojecten waarin De