35 Gorteria 26(2000)
Mibora
minima
(L.)
Desv.
op
Texel
Rense Haveman
(IKC-Natuurbeheer,
Postbus30, 6700 AAWageningen)
Mibora minima (L.)Desv.onTexel
In1999 Mibora minimawasfoundon oneof the Friesian Isles: itsmostnorthern localitythusfar, in atherophyte-rich pioneer grassland,oncalcareous sand. InBretagneandNormandy,M.minima is regularlyfound in moreorless similargrasslands.In Central Europe, however,M. minimais confined tositesstronglyinfluenced bymen,onsiliceous sand.
Tijdens
een bezoek aande Joost Dourleinkazerneopdezuidoostpunt
van Texel(km-hok
9.43.43)
op 27april
1999 werden in denabijheid
van dekazerne-gebouwen
2rijkelijk
bloeiendepollen
van Mibora minima(Dwerggras)
aan-getroffen.¹
Deze in Nederland zeer zeldzame soort was nog niet eerder op de Waddeneilandengevonden
²³
en degroeiplaats
is,afgezien
van de vondst vanwaarschijnlijk
adventieveplanten
opÖland
4,
tot nog toe de meest
noordelijke
vindplaats
op hetEuropese
continent. Degroeiplaats
betrefteen zeer zwak zuid-waartsgeëxponeerde,
openpioniervegetatie
op kalkhoudend duinzandnaast eenparkeerplaats
op het kazerneterrein. Terplaatse
is eenvegetatie-opname gemaakt
(zie
Tabel1).
De
vegetatie
kangerekend
worden tot het Phleo-Tortuletumbrachythecieto-sum5
,een
associatie die kenmerkend isvoor "... open,
kalkrijk
of althans kalkhou-dend duinzand dat nog welbeweeglijk
is maar waargeen...overstuiving
van meerdaneendecimeter
diepte optreedt".
5 Recent is M. minima in de Nederlandsedui-nen ook
aangetroffen
bij
Goedereede(km-hok 36.58.32) enbij
Driehuis(km-hok 25.11.54). Dezevindplaatsen
in de Nederlandse duinen worden welgezien
alsuitloper
van hetnatuurlijke
areaalvan dezesoort.2 6 7 Degroeiplaats bij
Goede-reede betrefteengraslandvegetatie
opoppervlakkig
ontkalkt duinzand;de vegeta-tie kan hiervolgens
dehuidige opvattingen
gerekend
wordentot het Phleo-Tortu-letum cladonietosum58enniettothetFestuco-Galietum,zoals eerder vermeld.2Degroeiplaats bij
Driehuis betrofeenPhleo-Tortuletumruraliformis ineenopen duin2
; hier heeft desoortechter niet kunnen standhouden.8 9
36 Gorteria26(2000) Nummer: RH99-031
Expositie
enhelling:
Z,2° Totalebedekking:
40%Bedekking kruidlaag:
40%Bedekking
moslaag:
« 1% Mibora minima Cerastium semidecandrum Festuca rubra Bromus hordeaceus Vicia lathyroides Arenaria serpyllifolia Airapraecox Myosotisramosissima Veronica arvensis Sedumacre Leontodon saxatilis Erophilaverna +.2.0 2a.2.fl 2a.2.v 2a.2.fl 2m.2.fl 2m.2.fl 2m.2.fl I 1 1 1 1 Galium verumErodium cicutarium subsp.dunense Cerastium diffusum Trifolium arvense Phleum arenarium Carex arenaria Lotus corniculatus Seneciojacobaea Brachytheciumalbicans Polytrichumjuniperinum Tortula ruralisvar.ruraliformis
+ + + + + + + + + + +
In de
standplaatsvoorkeur
van Mibora minima in Nederland iseenopvallende
'tweeslachtigheid'
op te merken.10 Veelal wordtDwerggras
beschouwd als eenkalkmijdende
soort, althans in deMidden-Europese
literatuur11; dit betreft echter sterkantropogeenbepaalde standplaatsen.
De binnenlandsegroeiplaatsen
in Ne-derland,metnamedie inboomkwekerijen
welke door Havemanetal. in 'De vege-tatievanNederland'12totde Stellarieteamediae wordengerekend,
sluitengoed
aanbij
dezeMidden-Europese groeiplaatsen
vanDwerggras,
waar zeook wel inkalkar-meakkersen
graslandbegroeiingen
wordtaangetroffen.
11 13Degroeiplaatsen
in de Nederlandse duinen zoals hierbovengeschetst, wijken
hiervanvrij
sterk afen heb-ben veelmeerovereenkomstmetdeWest-Europese groeiplaatsen
vandesoort.Ten zuidwestenvan onsland,inBelgië
enlangs
de NormandischeenBretonsekust, is Mibora minimanamelijk
kenmerkendvoorpioniergraslanden
op kalkhoudend zand. In hetBelgisch-Franse grensgebied
vindt M. minimaeengroeiplaats
in het Phleo-Tortuletumbachythecietosum
14, evenals in de Nederlandse duinen. Aan de Franse
kust
groeit
zein hetHornungio-Tortuletum
ruraliformis(Euphorbio-Helichrysion
stoechadis)
15 16, eenzuidelijke
vicariantvan het Phleo-Tortuletum die in Neder-land niet voorkomt. Deze overeenkomst in
standplaatsvoorkeur
in de Nederlandseende
overige West-Europese
duinen is eenondersteuning
voor deopvatting
dat M. minima hiereenuitloper
heeftvan haarnatuurlijke
areaal.Hoe Mibora minimaop Texel terecht is
gekomen
isonduidelijk.
Misschien is de soort uitzuidelijker
strekenmeegekomen
met militairevoertuigen,
maar het kan ook om een spontaneareaaluitbreiding
gaan. Ondanksgericht
zoekenzijn
nietmeerdantwee
exemplaren
vanhetliefelijke grasje gevonden.
Gezien dezeergerin-ge omvangvande
populatie
enhet veelalonbestendig optreden
vandesoort9 11 is het onzeker of Mibora minima op Texel zal kunnen standhouden.Tabel
1. Vegetatie-opname
op degroeiplaats
vanMibora minimateTexel.Nummer: RH99-031
Expositie
enhelling:
Z,2° Totalebedekking:
40%Bedekking kruidlaag:
40%Bedekking
moslaag:
« 1%Miboraminima +.2.H Galium verum +
Cerastium semidecandrum 2a.2.fl Erodium cicutarium subsp.dunense +
Festuca rubra 2a.2.v Cerastium diffusum +
Bromus hordeaceus 2a.2.fl Trifoliumarvense +
Vwia lathyroides 2m.2.fl Phleum arenarium +
Arenaha serpyllifolia 2m.2.fl Carex arenaha +
Airapraecox 2m.2.fl Lotus corniculatus +
Myosotisramosissima 1 Seneciojacobaea +
Veronica arvensis 1 Brachytheciumalbicans +
Sedumacre 1 Polytrichumjuniperinum +
Leontodon saxatilis 1 Tortula ruralisvar.ruraliformis +
Gorteria26(2000) 37 1. Deandere excursiedeelnemers warenL.M. Fliervoet enM. Hornman.
2. A.Farjon& J.Mennema,1987. Over deoecologieendeverspreidingvanMibora minima
(L.) Desv. inWest-Europa,inhetbijzonderin Nederland.Gorteria 13: 252-258. 3. V. Westhoff & M.van Oosten,1991. De plantengroeivande Waddeneilanden. Utrecht. 4. K. Rönning,1981. Mitt livs fynd: Mibora minima,pysslinggras, pa Öland.Svensk Bot.
Tidskrift 75: 115-116.
5. E.J.Weeda,H.Doing&J.H.J.Schaminée,1996.Koelerio-Corynephoretea.In: J.H.J. Scha-minéeetal.(red.),DevegetatievanNederland3: 61-144. Leiden.
6. E.J.Weeda, 1980. Mibora minima(L.) Desv. In: J. Mennema,A.J.Quené-Boterenbrood& C.L. Plate(red.),Atlasvande Nederlandse Flora 1:147. Amsterdam.
7. J.H.J.Schaminée,L.vanDuuren & A.J. deBakker, 1992.Europeseenmondiale verspreiding
vanNederlandse vaatplanten.Gorteria 18: 57-96. 8. Mondelinge mededelingE.J.Weeda.
9. E.J. Weeda,1994. Nederlandse OecologischeFlora5: 107. Amsterdam.
10. M.Hermy, 1983. Mibora minima (L.)Desv. intweekasteeldomeinen vanhet Vlaams district. Dumortiera26: 24-27.
11. E.Oberdorfer, 1994.PflanzensoziologischeExkursionsflora,ed. 7.Stuttgart.
12. R.Haveman,J.H.J. Schaminée & E.J.Weeda,1998. Stellarietea mediae. In: J.H.J. Schaminée
etal. (red.),DevegetatievanNederland 4: 199-246.Leiden.
13. G. Eberle,1953. DasZwerggras(Mibora minima).Natur undVolk 83: 33-39.
14. L. Vanhecke & R.Clarysse, 1975. Eenbelangrijkenieuwe vindplaatsvanMibora minima (L.)Desv. in de binnenduinen vanGhyvelde (Frankrijk, Dept.du Nord).Dumortiera 3: 14-19.
15. E.J. Weeda &J.H.J. Schaminée,1996. Nomenclatorische ensystematische notities met
be-trekkingtotdeKoelerio-Corynephoretea.Stratiotes 13: 77-97.
16. J.-M. Géhu & B. de Foucault, 1978. Les pelouses silicieuses a Thérophytesde la zone littorale du Nord de la France. Colloques Phytosociologiques6: 319-327.