• No results found

N.I. Novikov als Vrijmetselaar", De spirituele zoektocht van een Russische schrijver, publicist en uitgever 1744-1818 - Hoofdstuk II NOVIKOV EN DE VRIJMETSELARIJ

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "N.I. Novikov als Vrijmetselaar", De spirituele zoektocht van een Russische schrijver, publicist en uitgever 1744-1818 - Hoofdstuk II NOVIKOV EN DE VRIJMETSELARIJ"

Copied!
97
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl)

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

N.I. Novikov als Vrijmetselaar", De spirituele zoektocht van een Russische

schrijver, publicist en uitgever 1744-1818

de Kok, A.C.H.M.

Publication date

2000

Link to publication

Citation for published version (APA):

de Kok, A. C. H. M. (2000). N.I. Novikov als Vrijmetselaar", De spirituele zoektocht van een

Russische schrijver, publicist en uitgever 1744-1818.

General rights

It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Disclaimer/Complaints regulations

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.

(2)

Hoofdstukk II

NOVIKOVV EN DE VRIJMETSELARIJ Inleiding g

Ditt hoofdstuk begint met een schets van Novikovs levensloop. Fei-tenn over zijn vroege jeugd zijn schaars en informatie over zijn schooltijdd is fragmentarisch. Familieomstandigheden dwongen No-vikovv tot een vroegtijdig beëindigen van zijn schoolopleiding. Hij was voorbestemdd voor een militaire loopbaan. Tijdens de eerste jaren van zijnn soldatenbestaan had hij veel tijd voor zelfstudie en viel hij op doorr leergierigheid en eruditie. Zijn superieuren droegen hem voor alss griffier bij het grote wetgevingsproject van Catharina de II. Tij-denss die werkzaamheden leerde hij de tsarina persoonlijk kennen. Na enigee tijd verliep het project en Novikov besloot de overheidsdienst tee verlaten. In het verlengde van haar intentie de Russische samenle-vingg te liberaliseren schiep Catharina de Grote ruimte voor een 'vrije' pers.. Novikov greep deze gelegenheid aan om zich te wijden aan sati-rischerische journalistiek en richtte achtereenvolgens een viertal periodie-kenn op. Tegelijkertijd publiceerde hij een enkel historisch werk.

Inn zijn functie als griffier en door zijn journalistieke belangstel-lingg voor de problemen en tekortkomingen in de samenleving werd hijj geconfronteerd met de zijnsvragen van zijn tijd. Hij kreeg grote behoeftee aan een nieuw emotioneel referentiekader. Onverwacht trof hijj zichzelf op een kruispunt van wegen. De ene weg voerde naar het gedachtegoedd van de Franse verlichtingsfilosofen, de andere weg leiddee naar de bovennatuurlijke belevingswereld van de godsdienst. Opp dat moment kwam de vrijmetselarij in zijn leven. Met grote aar-zelingg trad hij toe tot de loge en hij weigerde de gebruikelijke inwij-ding.. Zijn langdurig ma^onnieke bestaan had een aanvang genomen.

(3)

Hett eerste en belangrijkste dat hij in de loge meemaakte was de in-wijding,, niet van hemzelf, maar van anderen. De inwijding vraagt uit-gebreidd aandacht omdat zij voor de novice een transformatie-rite is waardoorr hij aan het begin wordt geplaatst van een nieuw bestaan. Dee inwijdings- en bevorderingsrituelen, de geheimhoudingsplicht, maarr vooral de schending daarvan door individuele macons, gaf in de profanee wereld aanleiding tot een verkeerde beeldvorming. Kerk en hoff waren daaraan debet. Op die beeldvervorming was Novikovs aarzelingg gebaseerd om tot de loge toe te treden.

Hett logeleven stelde Novikov teleur. Zijn teleurstelling betrof echterr niet het wezen van de magonnerie, het werken met symbolen enn ritualen - waarop de karikaturale beeldvorming van de buitenwe-reldd stoelde - maar de weinig serieuze manier waarop de broeders hunn ma^onnieke plichten vervulden. Ondanks zijn teleurstellende eerstee ervaringen werd de vrijmetselarij voor hem een noodzakelijk spiritueell platform. Binnen korte tijd verwierf Novikov zich in ma-conniekee kring groot gezag en werd hij voorzittend-meester, de eerst aangewezenee om het ritueel van inwijdingen en bevorderingen te lei-den.. Gedwongen door de concurrentie tussen de verschillende ma-gonniekee systemen en de weinig betrokken manier van werken door broederss om hem heen richtte Novikov met gelijkgezinden een eigen logee op. Het oorspronkelijke Engelse systeem met zijn drie Johan-nesgradenn was voor hen te beperkt om in hun spirituele behoeften voldoendee tegemoet te komen en daarom gingen hij en zijn geest-verwantenn op zoek naar de inhoudelijk 'ware vrijmetselarij'. Men had vernomenn dat die bestond en belichaamd werd door een zeer select enn geheim genootschap: de orde van het Gdd- und Rosenkrwz. Het hadd zijn wortels in de denkwereld van Andrea, Paracelsus en Böhme enn het centrum van de orde bevond zich in Berlijn.

Inn dit hoofdstuk wordt de zoektocht die volgde en die Novik-ovv en de zijnen uiteindelijk tot in Berlijn bracht, op de voet gevolgd. Dee hoofdfiguren in de Duitse orde passeren de revue en nagegaan wordtt op welke wijze de Moskouse vrijmetselaars de 'theoretische graad'' en het lidmaatschap van de orde verwierven. De hiërarchieke verhoudingg tussen de Duitse en Moskouse broeders werpt een bij-zonderr licht op Novikov als macon.

Novikovv had zich aangesloten bij een esoterisch genootschap datt zijn werkwijze ontleende aan aspecten van de (hermetische)

(4)

sofie.. Maar Christus en het evangelie stonden in de denkwereld van velee rozenkruisers centraal. De orde zag zich als 'de ware vrijmetsela-rij** en bood haar leden een Tabula Mpka met negen hogere graden diee de bovenbouw vormde van de drie Johannesgraden. Ook nu weer,, in dit nieuwe macpnnieke milieu, genoot Novikov direct groot vertrouwen:: hij werd ingewijd en onder Duitse leiding en supervisie werdd hij een van de drie belangrijkste figuren in de kringen van Mos-kousee rozenkruisers.

Eenn korte levensloop

Opp de grafsteen van Nikolaj Ivanovic Novikov staat dat hij geboren werdd op 27 april 1744. Op het voormalige landgoed van zijn vader, Tichvinskoe-Avdot'ino,, het geboortedorp van Novikov, liggen nog dee restanten van zijn kerk, de begraafplaats en zijn grafsteen. Het landgoedd ligt in het administratief-territoriale gebied rondom Kolom-na,, ongeveer 70 verst ten zuid-oosten van Moskou. De kerkarchieven uitt het midden van de negentiende eeuw vermelden dat Novikov een vijff jaar jongere broer had en twee zusters. De vader van Nikolaj werktee tijdens de laatste jaren van Peter de Grote als secretaris scheepvaartt in overheidsdienst en onder tsarina Anna Ivanovna was hijj commandant van een militaire eenheid in Alator.148 Vlak na de troonsbestijgingg van Elizabeth verliet hij als staatsraad de overheids-dienst.. Zijn vader was welgesteld, behoorde tot de adellijke klasse van grootgrondbezitterss en bezat meer dan zevenhonderd zielen, ver-spreidd over drie bij elkaar gelegen boerengehuchten. Daarnaast was hijj de eigenaar van een huis in Moskou, dicht bij de Serpuchovskij poort.149 9

Niettegenstaandee zijn welstand besteedde Novikov senior aan dee opleiding van zijn zoon Nikolaj weinig geld. Hij liet het aan de 1488

Vopnmyeptmkty Seskovshogp otvety Novikout, napisartnyev Slissdhtt^v ijuns 1792 g. i vo^afytijavo^afytija na eti otvety. Het betreft hier de antwoorden van Novikov op vragen van de justitiëlee aanklager van Catharina de Grote die hij in 1792, tijdens zijn verhoor, kreeg

voorgelegd.. De vragen zijn verloren gegaan. Ik zal de verwijzing Ótuety Novihoui ge-bruikenn in de noten en alleen Otvety in de tekst. De pagina's die met 0 aanvangen kunnenn in de bijlage [pp. 073-0155] bij Longinov worden gevonden.

U9U9

Longinov, pp. 8, 9. Longinov put voor deze biografische gegevens voornamelijk

ukRusskijvesönk,ukRusskijvesönk, 1858, nr. 15, pp. 442, 443. Zie verder: Otvety Novikoua, pp. 072,073, 074. .

(5)

dorpsgeestelijkee over om hem wat taal en rekenen bij te brengen. Maarr eigenlijk was God zijn eerste onderwijzer geweest, zou Nikolaj laterr opmerken.150 In zekere zin had hij inderdaad met God een pe-dagogischee relatie. Het evangelie en de kerkelijke plechtigheden vormdenn voor ieder kind uit de bovenlaag van de samenleving de belangrijkstee opvoedkundige en onderwijskundige omlijsting. Details overr Novikovs jeugd zijn niet bekend. Zijn tijdgenoot Fonvizin, die ookk in 1744 geboren werd, vertelt over zijn religieuze opvoeding dat hijj met een mengsel van verbazing en bewondering terugkeek op de grotee godsvrucht van zijn ouders, op het veelvuldige kerkbezoek en opp de heilige boeken die gelezen moesten worden. Ook de uitleg die zijnn vader daarbij altijd gaf, was hem zeer bijgebleven. Het leven van dee jongeren stond geheel in het teken van godsdienst en kerk. Daar buitenn was er niets. Zo was dat gedurende alle eeuwen christendom inn Rusland altijd geweest. Onder een deel van de jeugd werd de een doorr een dergelijke intense religieuze vorming gestimuleerd tot zelf-standigg denken, verviel de ander voor altijd tot nihilisme en werd een derdee een kritiekloze gelovige. Fonvizin heeft zich in zijn uitlatingen vann zijn religieuze opvoeding gedistantieerd.151 Radiscev, die in 1749 geborenn werd, verbrak al jong de religieuze kaders waarin hij was grootgebrachtt en de jonge Novikov zou de godsdienstige vorming diee hij in zijn jeugd had gekregen een tijdlang voltairiaans overdenken enn vervolgens een definitieve keuze maken. Door die keuze zou hij zichh weliswaar buiten het instituut kerk plaatsen, maar niet buiten het christelijkee geloof. Integendeel, hij werd een gedreven religieuze zoe-ker. .

Inn januari 1755 werd in Moskou de eerste Russische universiteit op-gericht.. In april van dat jaar werden twee gymnasia geopend die met dee universiteit verbonden waren; een voor de adel en een voor de ge-goedee burgerij. Het niveau van die toenmalige gymnasia kunnen on-derzoekerss niet goed inschatten. Sommigen laten Fonvizin aan het woordd die memoreert dat de leraar Latijn, nog vlak vóór het examen, dee leerlingen zijn knopen van jas en vest had gewezen als ezelsbrug-getjee om het aantal vervoegingen en verbuigingen uit elkaar te

hou-^Russkijvestnik,^Russkijvestnik, 1857, nr. 19, p. 540, zie Longinov, p. 9.

1511

Longinov, p. 10.

(6)

den.. Ook vertelt Fonvizin dat hij eens, om onduidelijke redenen, met eenn medaille beloond werd voor aardrijkskunde, terwijl hij op de een-voudigstee vragen met een 'HC 3Hau>' [ik weet het niet] moest ant-woorden.1522 Dat het onderwijspeil nog veel te wensen overliet, kan gevoeglijkk worden aangenomen. Aan goede leraren was een groot ge-brekk en onder Elizabeth werden daarom veel onderwijskrachten uit hett buitenland aangetrokken. Maar de kwaliteit van die westerse do-centenn was niet zelden ver beneden de maat. Het waren vaak half-geletterdee meestal Franse types die naar Rusland kwamen om voor goedd geld Vat' onderwijs te geven. Novikov heeft later, in zijn satiri-schee tijdschrift KoBdëk, enkele malen met hen de spot gedreven. Maar naastt de anekdotische kritiek die Fonvizin op het onderwijs had, gaf hijj toe de universiteit dankbaar te zijn voor de literaire vorming die hijj er had ontvangen. Ondanks alle tekortkomingen heerste er een al-gemeenn erkend goede atmosfeer. Het universiteitsblad van die dagen,

Moskovskievedcmosti,Moskovskievedcmosti, beschrijft hoe het gymnasiale en universitaire le-venn zich in die tijd ontplooiden. De universiteit en haar gymnasia

wa-renn jong, er was elan en ouders stuurden er hun meest begaafde kin-derenn naartoe. Schrijvers als Cheraskov en Popovskij, die in die jaren dee spil vormden van de zich ontwikkelende literaire kring, speelden eenn belangrijke rol bij het ontwikkelen van het aanwezige jonge ta-lent.'" "

Novikov,, die wel met Fonvizin op hetzelfde gymnasium had gezeten,, ging niet naar de universiteit. Zijn vader had geen plannen omm hem te laten studeren. Het gymnasium was volgens de statuten weliswaarr voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, maar het bood ookk een leerprogramma dat gericht was op algemene ontwikkeling en hett leren van vreemde talen ten behoeve van een functie in de sa-menleving.. Volgens paragraaf 31 van de statuten van het gymnasium kondenn ouders kiezen tussen 'Latijn en hogere wetenschappen' of 'kennis'' die voldoende zou zijn als de vader zijn zoon had voorbe-stemdd voor de handel, de schone kunsten of de militaire dienst.154 Dezee vorm van middelbare schoolopleiding bestond uit vier tot vijf klassen.. In de eerste klas, een soort onderbouw, lag het accent van 1522

D. Fonvizin, SoSnmija, SPB., 1866, p. 534; zie Longbov, p. 11.

I5JJ

Makogonenko, p. 44.

1544

S. Rozdcstvcnskij, Okr/o po istorii sisten narodtwgo prosveïknija v Rossü Xl'lll-XIX va,va, SPB., 1912, pp. 219,220; zie Makogpnenko, p. 50.

(7)

hett onderwijs op het Russisch, de eerste beginselen van het Latijn en opp het rekenen. Daarna kon de leerling kiezen voor de Duitse of de Fransee richting in een tweejarige tussenfase. Novikov koos voor de Fransee richting. In dat tweede jaar werd per week 24 uur Frans gege-ven:: spreken, brieven schrijven, vocabulair en lezen. In de derde klas ofwell het tweede Franse jaar, kwam daarbij het lezen van buitenland-see (Franse) auteurs en werd dieper ingegaan op de eigen taal. Vakken alss geschiedenis, aardrijkskunde en catechismus completeerden de opleiding. .

Inn welk jaar Novikov precies naar het gymnasium ging is on-bekend.. Hij werd wel drie jaar lang vermeld op een inschrijvingslijst voorr de 'Franse klas'. Ook komt Novikovs naam voor op een lijst vann leerlingen van de tweede Franse klas die in 1758 een eervolle vermeldingg hadden gekregen.155 Na die twee "Franse' jaren, volgde hij tott 1760 nog onderwijs. In die tijd maakte hij kennis met filosofie en wiskunde.. Vermoedelijk enige maanden voor zijn eindexamen werd hijj plotseling van school gestuurd. Het universiteitsblad Moskouskie

vedamostivedamosti wist te melden: Sa AeHocrb n HexojKAemie B KAaccw'156 [vanwegee luiheid en notoir spijbelgedrag]. Maar luiheid lag niet in zijn

karakterr en het vermoeden is dat dit berichtje betrekking had op Po-temkin,, de latere minnaar van Catharina de Grote, die samen met hemm van school gestuurd werd. Zijn afwezigheid had waarschijnlijk te makenn met de ziekte van zijn vader die in 1760 stierf. In de periode daarnaa heeft hij zich twee jaar met het beheer van het landgoed moetenn bemoeien.157

Err zijn geen feiten meer bekend over de vraag hoe Novikov zichh na die tijd verder heeft ontwikkeld. Het is onbekend of hij actief wass in kringen van literaire geïnteresseerde jongeren, of dat hij op een anderee manier blijk heeft gegeven van literaire interesse. Russische onderzoekerss wijzen er echter op dat hij negen jaar later, in zijn eerste tijdschrift,, relatief grote eruditie aan de dag legde.

Hadd de vorming van Novikov in zijn jeugd nu enig niveau? 'HeÖAecTHmee'' [niet briljant] is Longinovs oordeel, maar hij doelt voornamelijkk op het basisonderwijs dat Novikov ontving. Enkele

le-1555

Longinov, p. 11.

1566 Moskovskk vaicmosti, 1760, nr. 34. Ibid, p. 11.

1577 Makogonenko, pp. 52,53.

(8)

zerss van de tijdschriften die Novikov later zou uitgeven, hadden ook all geen hoge dunk van zijn opleiding. Novikov plaatste in 1772, in zijnn tijdschrift twopisec, een ingezonden brief waarin een van zijn le-zerss schrijft:

'Bceroo VAHBirreAbHee, HTO BW, He 3Haa HU no <ppaHny3CKH> HII noo HeMenKH, CAeAOBareAbHO no OAHOMy npwpoAHOMy pa3yjuy nn ocrpOTe, ne 3aHMCTBy« OT HpKecrpaHHbix niicaTCAefr, nnin-eTee TaKHe AHCTOHKH, KOTOpbie MHOHIM BKyc 3HaiomHM AIOAHM

HpaBarcH.'158 8

[Hett is verbazingwekkend, dat u, zonder kennis van het Frans enn het Duits, zonder aan buitenlandse schrijvers te ontlenen, duss met uw eigen scherpe verstand, zulke goede nummers maaktt die door veel mensen met eruditie gewaardeerd worden.] Novikovv vergrootte de verwarring over de kwaliteit van zijn school-opleidingg nog meer door zichzelf in een brief aan Karamzin als een 'onwetendee idioot' voor te stellen, die geen enkele talenkennis had en nauwelijkss iets had gelezen van de bekende filosofen. Aan Labzin laat hijj zich in een brief in dezelfde bewoordingen uit.

'Hee 3a6bntaMTe, HTO C BaMM roBopirr IIAHOT (HeBOKAa), ne

3Ha-IOLUHHH HHKaKHX H3bJKOB, H e HHTaBHJHH HHKaKHX IIIKOAbHblX c|>HAOCO(|>OB,, H OHH HHKOrAa HC AC3AH B MOK) rOAOBy...JI

CO-BepuieHHOO neAOBeK HeyneHbiH H MaAorpaMOTHWH.>159

[vergeett niet dat u met een idioot praat (met een weinig ontwik-kelde)) die geen enkele taal spreekt, die geen van de bekende filosofenn heeft gelezen, die [in ieder geval] niet bij me zijn bek-lijfd.... Ik ben helemaal geen wetenschapper en ben on-derontwikkeld.] ]

Dezee citaten, in de gehele context van de brieven gelezen, geven de indrukk van een ontboezeming van iemand die zich weliswaar reali-seertt dat hij weinig opleiding heeft genoten, maar niettemin weet dat 1588

Longinov, p. 9.

1S91S9

PishiaPishia Novihoux, p. 219 (brief aan N. M. Karamzin); p. 237 (brief aan A. F. Labzin) p.. 237.

(9)

hijj in zijn leven heeft; bewezen over grote kwaliteiten te beschikken. Karamzinn bevestigt die indruk in een brief aan tsaar Alexander I. No-vikov,, schrijft hij de tsaar, was door zijn uitstekende pen al jong bij hett publiek bekend Zonder opvoeding [6e3 BocrmraHHfl] en zonder scholingg [6e3 VHCHHH] was hij toch in staat scherpzinnige artikelen te schrijvenn die goed leesbaar waren.160 Karamzin moet van Novikovs achtergrondd enige voorstelling hebben gehad; hij was immers zelf magonn geweest en had langere tijd in de kringen rondom Novikov verkeerdd In ieder geval komt zijn beoordeling van Novikovs intel-lectuelee vorming overeen met wat Novikov er zelf over zegt.

Eenn universitaire opleiding voor Nikolaj Ivanovic was in huize Novikovv niet aan de orde. Ivan Novikov had voor zijn zoon al heel vroegg een militaire loopbaan op het oog gehad Een militaire carrière hadd voor adellijke jongeren aanzien en toekomst en was heel gebrui-kelijk.. Novikov was al op jonge leeftijd in het elitaire Izmajlovskij re-gimentt ingeschreven en in 1762, nadat hij nog twee jaar zijn moeder tott steun was geweest bij het beheer van het landgoed, meldde hij zichh in de kazerne in Sint Petersburg. In dit regiment kwam hij voor hett eerst de toekomstige tsarina onder ogen, de vrouw die dertig jaar laterr aan zijn maatschappelijke activiteiten een einde maakte en hem gevangenn zette.

Toenn Novikov als recruut aantrad was Peter III nog aan het bewind,, maar juist in die dagen zag Peters echtgenote, Catharina II, zichh gedwongen daaraan een einde te maken. Daartoe stelde zij haar vertrouwenn op het Izmajlovskij regiment en nadat zij voldoende steunn had verworven om tot actie over te gaan, reed zij op 28 juni 1762,, begeleid door getrouwen uit het officierscorps, het kazerneter-reinn van het regiment op waar Novikov juist aan de poort op wacht stond1611 De coup was goed voorbereid want de toekomstige tsarina werdd binnen de poorten van de kazerne met gejuich onthaald Het Izmajlovskijj regiment vormde de eerste eenheid die haar plechtig trouww zwoer. Andere regimenten in Sint Petersburg volgden snel hun voorbeeld.. Catharina wist de bijzondere steun van het regiment te waarderenn en was na de troonsbestijging tegenover haar officieren en l60

Zapiskaa o N.I. Novlkove. (Pisana Karamzinym dlja Imperatora Aleksandra, 20 de-kabrjaa 1818. Otvety NouikoLU, p. 0161

1611

Otuety Novihout, Novikov, N.L, Izfrrannyt soSnenija, p. 606. Zie voor een uitvoerig verslagg over de gebeurtenissen op de ochtend van de 28' juni: Solov'ev, pp. 418 e.v.

(10)

manschappenn niet karig met beloning. Hoewel Novikov niet meer gedaann had dan aan de poort staan, werd hij tot onderofficier bevor-derd. .

Novikovv was tussen 1762 en 1768 militair. Het zijn de jaren waarinn Catharina, samen met de haar dierbare Pruisische koning Fre-derikk II, bezig was met een lobby om haar vroegere minnaar Ponia-towskii op de vacante Poolse troon te krijgen. Grote oorlogen wer-denn in die tijd niet gevoerd en Novikovs regiment was inactief en lag voornamelijkk in de kazernes. Hij had veel tijd voor zelfstudie en wel-draa viel hij bij zijn superieuren op door zijn eruditie en intellectuele kwaliteiten.. In 1767 werd hij dan ook geselecteerd als griffier ten be-hoevee van een omvangrijk wetgevingsproject dat door Catharina was geïnitieerd.. Het wetgevingswerk, waaraan zij internationaal prestige wildee ontlenen, was onder meer gericht op humanisering van het strafrechtt naar het voorbeeld van de ideeën van Montesquieu zoals verwoordd in zijn De ïesprit des loi$.lb2 Ze wilde meer medemenselijk-heidd en mededogen in de samenleving brengen, maar had ook ratio-neel-politiekee redenen om tot hervorming van de wetgeving te be-sluiten.. Steeds vaker gingen boeren en lijfeigenen tegen de sociale misstandenn van die tijd in verzet en ontstonden er opstanden en moordpartijenn op locale grootgrondbezitters. Maar Catharina ging dezee maatschappelijke krachtproef ook aan omdat zij de progressieve Europesee intelligentsia wilde tonen dat zij Rusland een plaats in het beschaafdee Europa zou geven. De centrale stelling van de inleiding opp haar Instructie [Nakaz] waarmee de eerste plenaire vergadering

werdd geopend, was dan ook: 'POCCHA een» eBponeHCKan AepwaBa'

[Ruslandd is een Europees land].163

Hett wetgevingswerk zou worden geadviseerd en voorbereid doorr vertegenwoordigers van verschillende standen die in een wetge-vendee commissie werden opgenomen. Er moest een nieuw wetboek komenn dat het wetboek van 1649 zou gaan vervangen. Novikov werd alss griffier ingedeeld bij de zevende werkgroep van deze commissie, eenn groep die zich bezig hield met de positie van de middenklasse, dee burgerij. Tot zijn werk in de commissie behoorde ook het maken vann verslagen van de Algemene Vergadering van de gedeputeerden.

1622

Zie voor gedetaileerde uitwerking, De Madariaga, pp. 155 e.v.

1633

Solov'ev, p. 493; De Madariaga, p. 153.

(11)

Opp de periodieke voortgangsbijeenkomsten met de tsarina, las hij haarr deze persoonlijk voor.164

Hett werk in de commissie moet de jonge Novikov zijn hele le-venn zijn bijgebleven. Dit wetgevende gremium, met ongeveer zes-honderdd leden, was in die tijd een hele gebeurtenis, vooral omdat de liberalee Instructie die Catharina voor de Algemene Vergadering ge-schrevenn had, onder de landadel grote opschudding had veroor-zaakt.1655 De lijfeigenschap was daarin het belangrijkste onderwerp. Hett ging daarbij echter niet om een eventuele afschaffing van dit in-stituut,, maar uitsluitend om een betere behandeling van de boeren-lijfeigenen.. Fysiek verzet van de boeren kwam in het algemeen niet voortt uit sociaal-politieke overwegingen, maar uit wanhoop over de vaakk mensonterende behandeling die zij van de landjonkers te verdu-renn hadden. Vlucht van deze arbeidskrachten was niet zeldzaam en vormdee voor de grootgrondbezitters een groeiend economisch pro-bleem.. Door de discussie over de vraag hoe het vluchten te keren, kwamm de mentaliteit en het gedrag van een deel van de bezittende klassee op een zeldzame wijze aan het daglicht. Uithongering, marte-ling,, vernedering en terechtstellingen waren de trefwoorden in de dis-cussies.. Deze vorm van openheid leidde in de commissievergaderin-genn tot weinig verheffende taferelen waarin enkele moedige afgevaar-digdenn de hoon, verontwaardiging en haat van de grootgrondbezit-terss trotseerden.166 Felle emoties, onbarmhartige uitvallen en grenze-looss standsegoïsme kenmerkten de soms heftige woordenwisselingen. Novikovv was erbij aanwezig en notuleerde. Bij het uitwerken van zijn aantekeningenn en het opstellen van zijn rapporten diende hij bij iede-ree passage intellectuele en emotionele keuzes te maken: wat zou hij opschrijven,, wat weglaten, hoe verwoorden, inkleuren of neutralise-ren?? Dat werk moet hem hebben getekend en het zal hebben bijge-dragenn aan zijn gevoel voor rechtvaardigheid en medemenselijkheid datt hij later in zijn leven zou betonen.

1HH

Zte voor een gedetailleerd verslag, Makogonenko, pp. 83-103.

i<** De Madariaga schrijft [p. 162] dat het bijeenroepen van deze Algemene Vergade-ringg een gedurfde stap was gezien de verschillende vormen van potentiële oppositie diee zij verwachten koa Een van de motieven om het risisco te nemen was haar wens ookk daadwerkelijk hervormingen door te voeren die haar verlichte imago ten goede zoudenn komen.

1666 Bezemer, p. 121.

(12)

Eindd 1768 werden de werkzaamheden van de wetgevende commissiee stilgelegd omdat Rusland met de Turken in oorlog raakte

enn vele afgevaardigden ten strijde trokken.167 De werkzaamheden zijn

nooitt hervat. De tijden waren veranderd.

O pp vierentwintigjarige leeftijd verliet Novikov de overheids-dienst.. Dat was een bewuste en gedurfde stap. Door zijn werk had hij ervaringg opgedaan en tegelijk een sociaal netwerk opgebouwd. Het zouu hem weinig moeite hebben gekost vanuit die positie aan het hof eenn plaats te veroveren. Maar hij besloot anders. In het voorwoord vann zijn eerste satirische maandblad Tntten\ in het eerste nummer van meii 1769, legde hij zijn stap uit. Het militaire metier stond hem tegen, maarr dat gold ook voor een functie bij de overheid of aan het hof. Hijj was daar openhartig over en schreef:

'M6oo BCHKan CAymöa ne cxoAHa c Moeio CKAOHHOCTHK>.

BoeH-Haaa KanceTbCH MHe oneHb 6ecnoKoiiHoio(.. .)Ona HjoKHa, n 6e3

Heee HHKaK He MOMCHO OGOHTHCH; ona noHTeHm; HO oHa He no

MOIIMM CKAOHHOCTHM. IlpHKa3HaJI XAOnOTAHBa(.. . ) H XOTR OHa H

n oo ene BpeMH eme ropa3AO HaHanma, OHa He n o MOIIM CKAOH-HOCTHM,, npHABopHaa Bcex noKOHHee H 6biAa 6w Aerne Bcex, esceAHH 6 H He naAAOKaAO 3HaTb HaH3ycn> HayKy npHTBopcTBa ropasAOO B BuuiHeM creneHe(.. .)KopoHe cKa3aTb, H OHa He n o MOHMM CKAOHHOCDIM.168

[Mijnn karakter is er niet naar o m ergens in dienst te zijn. D e mi-litairee dienst is onrustig(...)Ze is noodzakelijk, we kunnen niet zonder,, ze is eervol maar niets v o o r mij. D e overheidsdienst is mee te druk(... )hoewel zij vandaag aan de dag nog zo gek niet is, hebb ik o o k daar het vereiste karakter niet voor. Aan het hof dienenn is nog het rustigste en het makkelijkste ware het niet dat jee daar de kunst van het huichelen t o t in de puntjes dient te be-heersen(...)Kortomm o o k daar h o o r ik niet thuis.]

Catharinaa de G r o t e heeft N o v i k o v zijn 'desertie' altijd nagedragen. Twintigg jaar later schreef ze enigszins bitter, dat hij al als jonge m a n d ee overheid de rug h a d toegekeerd z o n d e r d e k r o o n of de staat enige

1677

Dat is slechts een van de verklaringen waarom de werkzaamheden werden stilge-legd.. Zie De Madariaga, p. 168,169.

1688 N.I. Novikov, Izbravrye soSne$iija

y pp. 3,4. 87 7

(13)

dienstt te hebben geleverd169

Hett was al direct duidelijk waaraan Novikov zijn verdere leven dachtt te wijden: aan (sociaal geëngageerde) journalistiek en uitgeverij. Hijj was de dienst nog niet uit of in mei 1769 lag het eerste nummer vann Truten' [Klaploper/Luiwammes] klaar. Uit onderzoek van Se-mennikovv is gebleken dat Novikov al enige tijd voordat hij de dienst verliett bescheiden uitgeversactiviteiten ontplooide. Hij schijnt toen mett boekhandelaren contact te hebben gehad en in samenwerking mett hen heeft hij een register samengesteld en uitgegeven van boeken diee in die tijd te koop waren.170 In 1766 gaf Novikov een door Popovv vertaald werk uit met daarin een uitvoerige dankbrief van de vertalerr aan zijn uitgever.171 Volgens andere onderzoekers heeft No-vikovv in 1766 ook een vertaling uitgegeven van een werk van de Fransee bisschop en quiëtist Fénelon [1651-1715] Les aventwes

d'Aristonoüs.d'Aristonoüs. Met deze uitgave - van de kerkvorst die van grote in-vloedd is geweest op Ramsay172 - gaf hij voor het eerst blijk van

spiri-tuelee belangstelling.173 Dit prille uitgeverswerk was ook een getuigenis vann de liefde van de nog jonge Novikov voor het boek.

Hett begin van de Russisch Turkse oorlog, die tot 1774 duurde, wordtt gezien als de belangrijkste reden waarom het commissiewerk werdd gestaakt. Catharina de Grote zou er niet verdrietig om zijn ge-weest;; ze was onder meer teleurgesteld door de mentaliteit en de har-dee opstelling van de adellijke afgevaardigden. De meesten hadden zo weinigg sociale intelligentie getoond dat al ruim vóór de aanvang van dee oorlog haar hoop vervlogen was de samenleving op korte termijn viaa wetgeving te humaniseren. Enige naïviteit kan haar op dit punt niett worden ontzegd. Ze had toen nog onvoldoende inzicht in volk

1699 Makogonenko, p. 107. 1700

V. Semennikov, Materiatydija istorii russkqj lüeraiury i eüja slavarjapisatdej epocbi Ekat e-rinyll,rinyll, SPB., 1914, p. 74; zie Makogonenko, p. 55.

1711

Het betreft hier Dvepovesti: Aristonoevy prikljit&iiija i rv^ieiiie Ijudej Pramifeevycb, ibid.,

1722

Van Fénelon ontving Ramsay de titel Oxudter, Later schreef Ramsay: L ifê of Féne-lon.lon. Mackey, p. 608. Fénelon was aartsbisschop van Kamerijk en verdedigde tever-geefss madame Guyon en haar leer over de 'zuivere liefde', het quiëtisme. Borchert, p. 215. .

1733

Mcarthur, p. 362. Mcarthur verwijst naar Semennikovs Krügjadatel'skaja dejatdhost' N.I.N.I. Novikova i lipograftieskaja hompamja, Petrograd* Gos.izd-vo, 1921, p. 9.

(14)

enn adel om te beseffen dat het verheven juridische en maatschappe-lijkee gedachtegoed van Montesquieu, een vrucht van Frans filosofisch denken,, niet zomaar overgebracht kon worden naar dat vreemde li-chaamm dat *Rusland' heette.

Belangrijkee punten die in Catharina's Instructie stonden, waren dee wenselijkheid van religieuze tolerantie en een aan voorwaarden gebondenn 'vrije' pers. De Algemene Vergadering, met haar behou-dendee krachten, nam daarvan kennis, maar de tsarina nam de uitvoe-ringg ter hand. Ze was daarin doelbewust want wilde zij Rusland op hett Europese toneel een waardige rol laten spelen, dan moest op kortee termijn in de samenleving ruimte gemaakt worden voor ver-nieuwendd denken. De tsarina maakte daartoe de weg vrij. Een ieder konn toen een tijdschrift stichten en voor het eerst was er de moge-lijkheidd voor publieke meningsuiting over sociale en morele kwesties; bovendienn ontstond er ruimte voor discussie over nieuwe, westerse ideeën.. De censuur was gematigd en er kon onder pseudoniem wor-denn geschreven. De opening die Catharina de intelligentsia verschafte werdd ruimschoots benut. Tussen 1769 en 1774 werden zestien satiri-schee tijdschriften uitgegeven.174 De verlichte satirici grepen hun kans inn de hoop dat zij met het geschreven woord tenminste een deel van dee geletterden tot nadenken zouden kunnen stemmen. En er waren thema'ss genoeg: het vooroordeel, het bijgeloof, de verklikkerij, de kwezelarij,, de corruptie, de grofheid, de wreedheid en de onwetend-heidd De Russen die de pen durfden te hanteren, geselden vrijwel zonderr aanziens des persoons de geborneerde landeigenaar, de wel-lustigee dienaar Gods of de rijke gallomanische nietsnut op zijn 'nut-teloze'' zwerftochten door West-Europa. Maar ze vergaten ook niet, omm met politiek Fingerspitzengfiibl, af en toe, op het juiste moment, Catharinaa de Grote te prijzen voor haar verlichte opstelling. Zij had immerss deze vrije journalistieke productie mogelijk gemaakt. In deze nieuwee ontwikkeling liep Novikov met zijn drie satirische tijdschrif-tenn voorop.

Hett lag voor de hand, gezien zijn werk in de wetgevende commissiee en de doelbewuste keuze voor de journalistiek, dat No-vikovss eerste blad TnOen' een reflectie zou zijn van zijn doorleefde commissie-ervaringen.. Hij had met eigen ogen gezien hoe afgevaar-1744

Longinov geeft een overzicht en toelichting, p. 22.

(15)

digdenn die de moed hadden gehad voor een betere behandeling van dee boeren te pleiten, in de vergaderingen waren neergesabeld In zijn tijdschriftt nam hij hun pleidooi voor medemenselijkheid over. Het probleemm van de lijfeigenschap was echter slechts één aandachtspunt inn het brede scala van zijn journalistieke interesse. Hij streed in zijn tijdschriftt ook voor het behoud van de nationale elementen in de Russischee cultuur en verzette zich tegen Franse en andere Vijandige' ideologischee invloeden. Hij deed dat voor die tijd ongekend scherp enn indringend en had de moed om zelfs met Catharina de Grote over socialee en morele kwesties te polemiseren.

Catharinaa had, kort voordat Truien' het licht zag, naar het voorbeeldd van het Engelse tijdschrift The Spectator, zelf een satirisch tijdschriftt opgericht: Vsjakaja vsjaana [Van alles en nog wat],175 Zij wildee ook graag een bijdrage leveren aan de verbetering van de zede-lijkee en morele toestand van haar volk. Ze schreef haar satires met eenn 'glimlach'; ze waren te aardig en te vergoelijkend om werkelijk enigee invloed te kunnen uitoefenen.176 De debatten in de wetgevende commissievergaderingenn hadden haar duidelijk gemaakt waar het overgrotee deel van de adel stond, en waar zijn grenzen lagen. Vsjakaja

vsjaana,vsjaana, waarvan iedereen wist dat zij het redactiebeleid voerde, kon zichh dus een al te pogressieve statuur niet veroorloven; als Catharina

datt al had gewild, want de politica in haar bleek toch vaak sterker dan dee verlichtster. Niettemin was haar journalistieke activiteit in deze vormm onder de gekroonde hoofden van Europa uniek. Novikov, die zichh inzette voor werkelijke verbeteringen, raakte met het blad in dis-cussiee en ondergroef haar pogingen om zich als de verlichte monarch voorr te doen. Zijn voornaamste bezwaar tegen haar satires was dat ze dee realiteit van het dagelijkse leven uit de weg gingen en gericht wa-renn op futiliteiten die de kern van de intermenselijke verhoudingen niett raakten.177 Novikov nam daarentegen de maatschappelijke mis-standenn op de korrel; hij toonde het publiek de rauwe werkelijkheid 1755

Bogoljubov, p. 41.

1766

Stender-Petersen, dl.I, p. 419.

1777

Illustratief is de door meerdere Russische onderzoekers geciteerde passage uit

VsjakajaVsjakaja vsjaana: 'MUOI'HH MOAOAMH ACBVINKH nyAKon lie BbnarnBaioT, a KorAa CHAVT, Toiwaa irory na noiy KAaAfr; ncpc3 HTO noAWMaior loony 'rate HMCOKO, MTO H CHC

iipHM€THTT Mor, a mioiAa H GOACC cero.* [vert. Vele jonge meisjes halen hun kousen niett op, en als ze gaan zitten, dan slaan ze hun benen over elkaar en gaat de rok zo omhoogg dat ik ze kan zien en soms nog meer.]

(16)

enn riep op tot het uitroeien van maatschappelijke ondeugden. De hofadell was door Novikovs schrijverijen niet geamuseerd en er ont-stondd oppositie. Men wilde hem de mond snoeren. Gewaarschuwd doorr zijn vrienden werd Novikov voorzichtiger en hij zwakte de scherptee van zijn satires af. De boerenproblematiek raakte hij nauwe-lijkss meer aan en ook andere gevoelige thema's ging hij mijden. De lezerss die het tijdschrift aanvankelijk zo aantrekkelijk hadden gevon-den,, keerden zich nu tegen hem; het blad was geen schim meer van watt het geweest was. Plotseling, in april 1770, werd Truien' beëindigd. Hett laatste nummer ging 27 april de deur uit: 'npoTHB meAHHim Moero,, HHTaTeAH, n c BSMH pa3AyHaiocb* [tegen mijn zin, lezers, neem ikk afscheid van u] had hij bij de sluiting nog laten weten. De druk was hemm te groot geworden, hij kon in zijn tijdschrift niet meer zichzelf zijnn en de lezers haakten af.178 Echter, een maand later lag er bij de administratiee van de Academie van Wetenschappen, die de drukkerij onderr beheer had waar Novikov zijn Trutm' had laten drukken, een verzoekk van een zekere Andrej Fok. Deze meldde dat hij op eigen kostenn een maandblad wilde uitgeven, getiteld Pwtandja [Zwamkous]. Dee administratie gaf toestemming, niet vermoedend dat Novikov de initiatiefnemerr was. Het nieuwe tijdschrift was een eendagsvlieg: er kwamenn twee nummers uit. In het tweede nummer plaatste Tok' een vertalingg van een verhaal over een Chinese autocraat die zijn zoon uitlegdee hoe hij erin was geslaagd een fatsoenlijke samenleving op te bouwen.. Deze toespeling op het beleid van Catharina ontging weini-gen.. Daarnaast publiceerde 'Fok' een gedicht van Fonvizin waarvan dee laatste regel luidde: 'HTO AypeH 3AeuiHUH CBCT, TO BCHKHH

noHiiMaer,, Aa AAA nero OH ecTb, roro HHKTO He aHacr* [dat deze aar-dee slecht is, begrijpt iedereen, maar waarom hij bestaat, dat weet niemand].. Fonvizin hekelde in het eerste deel van zijn gedicht de popen,, hovelingen en bojaren, en in de slotzin gaf hij blijk van twijfel aann de doelmatigheid van Gods wil. Hier was sprake van euvele moed:: van dichter én uitgever.179 Aan een volgend nummer kwam 'Fok'' niet meer toe. Hij vond de deuren van de drukkerij gesloten.

Inn die tijd was Novikov als vertaler in dienst bij het College voorr buitenlandse betrekkingen. Uit een brief van Novikov, van 2

1788

Bogoljubov, p. 61.

'T»» A.V. Zapadov, 1968, pp. 78,81.

(17)

novemberr 1770, aan een commissie van de Academie van Weten-schappen,, blijkt dat hij een vertaling voorbereidde van een poema O

Hbtueu/HbtxHbtueu/Hbtx èejiax [Over actuele zaken] van Jean Plokhof, een pseudo-niemm van Voltaire. Hij verzocht die te mogen drukken en wel op

Hollandss papier, in een oplage van vierhonderd stuks en op eigen kosten.. De brief is ondertekend door TlepeBOAHHK [vertaler], Nikolaj Novikov.'1800 De commissie besloot de drukkerij weer voor Novikov openn te stellen en de vertaling kwam in 1771 uit.

Inn die tijd had Catharina de Grote haar beoogde maatschap-pijhervormendee schrijversactiviteiten naar een ander platform ver-plaatst.. Haar satirisch tijdschrift Vsjakaja vsjaana was ter ziele. Het bladd was in feite niet meer geweest dan een steen in de hofvijver; de kringenn hadden de oevers nauwelijks bereikt. Toch wilde zij met haar ideeënn in de samenleving actief blijven. Met de nodige oouvagz ver-toondee zij zich vervolgens in de theaterwereld en schreef in korte tijd vijff 'belerende' komedies. Vermoedelijk tot zijn eigen verrassing kreegg Novikov wederom de ruimte om een tijdschrift uit te geven. Ditmaall werd het iivopisec [Kunstschilder]. Het eerste nummer maakt duidelijkk dat Novikov niet van plan was het leven van zijn derde sati-rischee tijdschrift nodeloos in de waagschaal te stellen. Hij besloot tot eenn houding van aanpassing en voorzichtigheid. Zijn eerste nummer begonn hij met de tsarina uitvoerig te prijzen voor haar 'meesterwerk', dee komedie O Vmnja. Hij schreef nederig:

'Bbii oTKpwAH Mne Aopory, KOTopoft H BcerAa crpariiHACH; BH

BO36VAHAHH BO MHC MteAaHne noApawaTb BRM B noxBaAbHOM noABHree HcnpaBAHTb upaBbi CBOHX eAMH03eMneB.'181

[UU wees me de weg die ik nooit durfde inslaan; u heeft in mij hett verlangen gewekt tot navolging van uw prijzenswaardige heroïschee poging de zeden en gewoonten van uw landgenoten tee verbeteren.]

Nett als in Truien' was ook in "Lwopisec de situatie onder de boeren kortee tijd een belangrijk thema. Maar de boerenopstand van Pugacèv, inn 1773, wierp zijn schaduw vooruit. Er was grote nervositeit onder

1800

Pishn KL Nouikm, nr. 3, p. 6. Commentaar, p. 274. 1811

Makogonenko, p. 185.

(18)

dee grootgrondbezitters en Novikov werd tot voorzichtigheid ge-dwongen.. Hij staakte dan ook in dat jaar de uitgave. Toch slaagde hij err nog in tijdens de oorlog met Pugacëv, zijn laatste, vierde, satirische tijdschriftt uit te geven. Het betrof hier het nationalistisch getinte tijd-schriftt Kosdëk [Geldbuidel] dat slechts negen keer uitkwam. Van juni tott en met september 1774. Het boerenthema werd niet meer aange-roerd.. Zijn tegenstanders zouden hem te gemakkelijk hebben kunnen beschuldigenn van sympathie voor de opstandelingen. De gallomanie inn zijn omgeving werd nu zijn belangrijkste thema.

Inn het voorwoord van het eerste nummer tekende hij van zichzelff het portret van de patriot en schreef dat wie de zeden en ge-woontenn onder het volk wil verbeteren, zich niet aan buitenlanders maarr aan zijn voorouders dient te spiegelen. Hij verkeerde in de ver-onderstellingg dat de moraal onder zijn voorouders aanmerkelijk beter wass geweest dan in zijn tijd en dat zijn medeburgers aan hen een voorbeeldd zouden kunnen nemen. Zoals gezegd, het verschil tussen Catharina'ss satires en die van Novikov, waren fundamenteel en ook hierr weer richtte hij zich op een belangrijk cultureel-maatschappelijk probleem.. Alles wat Frans was of met Frankrijk te maken had werd aangevallen,, niet met het floret maar met de sabel. De francomanen werdenn * . ..BwcTaBAeHM(. ..)B caMOM mycHOM BHAe' [uiterst negatief afgeschilderd].1822 Vele edellieden aan het hof, maar ook de lagere adel enn leden van de gegoede burgerij voelden zich aangesproken. Ook de Fransee gezant werd onaangenaam verrast en maakte aan het hof ken-baarr dat hij achter Novikovs schrijverijen Engelse intriges vermoed-de.. Er dreigde een heuse internationaal-politieke rel en Novikov voeldee zich gedwongen Sint Petersburg enige tijd te verlaten. Hij zou bijj vrienden hebben moeten wachten tot de verontwaardiging was weggeëbd.1833 Daarop kwam ook Kosdëk abrupt tot een einde. Met dit laatstee tijdschrift, waarmee hij overigens zijn satirische periode af-sloot,, berokkende hij zichzelf veel schade. De rancune onder de hof-adell bleef lang hangen. De vrijheid die Novikov zich permitteerde omm te schrijven wat zijn journalistiek geweten hem ingaf, was voor Russischee begrippen ongewoon en opzienbarend Toch raakte hij bij Catharinaa de Grote niet zonder meer uit de gratie. Ze accepteerde

1822

Longjnov, p. 32. 1833 Ibid, p. 33.

(19)

veell van hem. Dat kwam tot uiting in de manier waarop zij hem on-dersteundee bij de uitgave van niet controversieel, wetenschappelijk werk.. In de periode dat hij zijn satirische tijdschriften uitgaf was hij tegelijkertijdd bezig met de uitgave van (üterair)historische geschriften. Eenn van zijn eerste veel genoemde publicaties was een informatieve bundell over het leven en werk van grote Russische schrijvers: Ornam

ucmopmecmzoucmopmecmzo cjioeapn o poccuücKux nucameAxx.m In 1773 begon hij aan dee uitgave van een serie boeken over Russische historische

wetens-waardigheden.. Hij wilde de geschiedenis van land en volk toeganke-lijkk maken voor een breder publiek. Dat werk, dpeewui Poccuüacax

euejiuo^uKa^euejiuo^uKa^ in tien delen, was uniek naar aard en omvang. Hij moet daarvoorr een interessant gezelschap geleerden om zich heen hebben

verzameld.. Een breed scala van onderwerpen kwam aan de orde: Russischee hydrografie, Oud-Russische wetgeving, de Russische ge-zantschappenn in andere landen, zeldzame talen, beschrijvingen van oudee huwelijksplechtigheden, werk van Oud-Russische dichters, en-zovoort.. Catharina steunde hem omdat ze de cultureel-educatieve waardee van zijn werk hoogachtte en het op prijs stelde. Zij gaf hem daarvoorr ook financiële steun: voor 1773 duizend roebel, en voor het jaarr daarna twee honderd Hollandse dukaten.185 Maar dat niet alleen, hijj kon door haar bemiddeling ook de hand leggen op belangrijke ar-chiefstukkenn en zeldzame handschriften.186

Uitt deze pré-mac,onnieke levensperiode van Novikov komen enkele aspectenn van zijn karakter naar voren. Moed en gedrevenheid kunnen hemm niet worden ontzegd. Hij verliet de overheidsdienst en trotseer-dee de reacties daarop. Hij ging met Catharina de Grote in debat en moestt uiteindelijk - met Truten' - het onderspit delven. Hij richtte vervolgenss nog drie tijdschriften op, maar ieder blad bracht hem in moeilijkhedenn omdat hij de hem geboden ruimte zo volledig mogelijk wildee benutten. Alleen ten aanzien van de lijfeigenschap en de be-handelingg van boeren was hij terughoudend. Zo op het oog was No-vikovv een man die midden in het leven stond en die zich door middel vann zijn schrijvers- en uitgeversactiviteiten praktisch wilde inzetten 1844

In 1987 is het werk [1772] opnieuw uitgegeven: Moskva, Zfoga. [Faksimil'noe iz-danie]. . 1855 Zapadov, p. 104. 1866 Longinov, p. 39. 94 4

(20)

voorr de ontwikkeling van de samenleving van zijn tijd. Uit zijn prille uitgeverswerkk werd nog niet duidelijk welke kant hij in zijn leven uit wilde.. Dat werd helder toen hij in 1775 tot de vrijmetselarij toetrad.

Novikovv wordt lid van de loge

Inn de Russische geschiedenis is de West-Europese cultuur enkele malenn het voorbeeld geweest voor een perestrojka. De initiatiefne-merss en uitvoerders daarvan in de achttiende eeuw waren Peter de Grotee en Catharina de Grote. Twee verschillende persoonlijkheden maarr met dezelfde doelstelling: hervormingen. Kenmerken van de tijdd waarin die hervormingspogingen plaatsvonden waren: verwarring, angst,, verval en teleurstelling; maar ook openheid en nieuw elan. On-derr Peter de Grote waren het vooral de handel en bedrijvigheid waarinn dat elan tot uiting kwam en Catharina II gaf haar regeringspe-riodee kleur door haar opvallende culturele en intellectuele belangstel-ling.. Zij ontwikkelde deze interesse niet alleen uit persoonlijke be-hoefte,, maar ook uit een verlangen de Russische samenleving op een hogerr peil van beschaving te brengen. Na haar teleurstellende erva-ringg met het project van wetgeving, begreep ze dat een samenleving alleenn kan veranderen als de individuele burger de mogelijkheid wordtt geboden zich breed te ontwikkelen. Dat besef had haar tole-rantt gemaakt. Novikov heeft zich door haar tolerantie als satiricus en uitgeverr kunnen ontplooien. Hij had - ondanks alle tegenstand die hij opriepp - de gelegenheid om met zijn journalistieke werk de geletterde laagg van de bevolking tot denken aan te zetten. Tegelijkertijd echter werdd hij op een bijzondere manier getroffen door zijn eigen activiteit. Doordatt hij als journalist en redacteur bewust en intens met de soci-alee en morele tekortkomingen van de samenleving bezig was, con-fronteerdee hij zichzelf nadrukkelijk met de grote problemen van zijn tijd.. En die tijd was in het midden van de jaren zeventig, zoals be-kend,, maatschappelijk en politiek weinig vreugdevol. Behalve met de structurelee ellende van het dagelijkse bestaan, hadden volk en over-heidd ook te kampen met de voelbare gevolgen van de oorlog met Turkijee en de opstand van Pugacëv, een opstand die de grootste uit-barstingg van volkswoede veroorzaakte die de Russische geschiedenis

(21)

tott dan toe had gekend.187 Niet alleen het gewone volk, maar ook de hogeree standen kregen het zwaar te verduren.

Allee ontwikkelingen en gebeurtenissen van die tijd vormden dee omstandigheden waaronder de jonge Novikov nadacht over de wegg die hij in het leven te gaan had. Hij stond op een kruispunt van wegen.. Welke richting moest hij kiezen? Die keuze betrof niet zozeer zijnn verdere maatschappelijke loopbaan, als wel zijn eigen geestelijke ontwikkeling.. Hij zocht een ideeënwereld die hem in zijn bestaan houvastt zou kunnen geven. Hij zei daarover

'HaxoAHCbb Ha pacnyrHH Me>KAy BOAbTepnaHCTBOM H peAHnieii, HH n e iiMeA TOHKH onopw, HAM KpaeyroAbHaro naMHH, Ha KOTO-poMM MOT 6w ocHOBaTb AyuieBiioe cnoKoiicTBiie.. .\1 8 8

[Mee bevindend op een kruispunt tussen voltairianisme en gods-dienst,, zocht ik een dak waaronder ik geestelijk tot rust zou kunnenn komen.]

Hett filosofisch gedachtegoed van Voltaire en de zijnen had zich in de bovenlaagg van de Russische samenleving aangediend als een interes-santt alternatief voor het bestaande religieuze denken. In die tijd, in de winterr van 1773 op 1774, was Diderot op uitnodiging van Catharina dee Grote enige maanden aan het Russische hof om zijn denkbeelden aann haar en de hovelingen toe te lichten. De daar gevoerde discussies bereiktenn ook de kringen waarin Novikov verkeerde. Novikov had well belangstelling voor het Franse verlichtingsdenken, maar het deïs-tischee gedachtegoed van mannen als Voltaire en Diderot waren voor hemm niet acceptabel; 'zij spraken niet uit het geloof'. Over Diderot zei

hij:: ' 3 T O yMHHH Opanuy3, Aa eiuy, KaK neBepyiomeMy, Bepirrb HeAh3fl.189 [Hett is een intelligente Fransman, maar men mag hem als ongelovige niett serieus nemen]. Maar ook tegen de kerk had hij bezwaren. No-vikovv had afstand genomen van het geloof uit zijn kindertijd, maar hij wass wel een religieus mens gebleven. Daarom zocht hij naar een

vol-77 Bezemer, p. 124. Nekrasov geeft op pp. 69-70, enkele verslagen van vrienden van Novikovv die de terechtstelling van Pugacëv, op 10 januari 1775 in Moskou, hadden meegemaakt.. Een van hen, A.T. Bolotov, merkte op dat heel Moskou over de zaak Pugacëvv in rep en roer was.

1888

Russkijvestnik, 1858, nr.15, p. 446;; zie Longinov, p. 99. >»» Ibid., p. 445.

(22)

wassenn invulling van zijn religieuze verlangens. Echter, de dienaren Godss van de Orthodoxe kerk waren onbekwaam hem daarbij te hel-pen.. In deze toestand van zieletwijfel werd hij door de vrijmetselarij benaderd d

ïnn de Qfcefy, in vraag 3 van de justitiële vragenlijst die Novikov na zijn gevangennemingg in 1792 heeft ingevuld, schrijft hij over zijn toetre-dingg tot de vrijmetselarij, dat hij het lidmaatschap niet zelf had ge-zocht,, *He no co6cTBeHHOMy HCKaHHJO HAM no6yjKAeHHK>' [niet uit eigenn initiatief of vanuit een eigen zoeken], dat hij door verschillende masonss benaderd was en dat hij eigenlijk door hen werd overrom-peld-- Novikov schrijft verder dat hij - voordat hij zich in de loge liet opnemenn - een aantal voorwaarden had gesteld- Hij wilde zich niet mett het gebruikelijke rituaal laten inwijden en geen eed afleggen. Hij vroegg de masons die hem hadden benaderd de inhoud van de drie190 eerstee graden vooraf bekend te maken en voegde er aan toe dat, als hijj maar iets zou horen dat tegen zijn geweten inging, hij van toetre-dingg zou afzien of de loge weer zou verlaten. Een (onbekende) ma-£onn bevestigt Novikovs verslag. Deze vertelt dat enkele bekende vrijmetselaarss Novikov op een avond bij hem thuis het inwijdingsri-tuaall voorlazen en dat een geheimhoudingsbelofte niet van hem ge-vraagdd werd Dat was niet nodig want: 'MM 3HaeM Te6n(.. .)3HaeM,

HTOO TM HCCTHMH MeAOBeK, M V B e p e H M , HTO H e HapVIUHIIIb T a H H M . '1 9 1

[Wee kennen je toch, we weten dat je een eerlijk mens bent en we zijn ervann overtuigd dat je de geheimen niet zult schenden]. Daarna werd Novikovv met zijn nieuwe status gefeliciteerd en was hij plotseling vrijmetselaar,, aldus deze ma§on.

1900 Kennelijk bestonden er in de tijd van Novikov drie afzonderlijke ceremoniën. Maarr daarover is moeilijk iets met zekerheid te zeggen omdat loges van de diverse systemenn ook op dit punt nog al eens eigen gewoonten ontwikkelden. Cross [pp. 48, 52]] meldt echter dat de Engelse vrijmetselarij in Rusland omstreeks 1772 al in de drie gradenn werkte. Er is lange tijd discussie gevoerd over de vraag op welk moment de vrijmetselarijj daadwerkelijk in drie graden [trigradal system] ging werken. Stevenson schrijftt in zijn recente studie: Indeed, the first evidence for fellow craft [gezel] and masterr ceasing to be synonymous terms occurs in the Lodge of Edinburgh in the late seventeenthh century.* Stevenson, p. 151. Ook was het lange tijd onduidelijk waar en hoee lang het gewoonte was de kandidaat als leerling in te wijden en, tijdens dezelfde ceremonie,, tegelijk tot gezel te bevorderen.

1911

Sbornik studentov imp. Peterb. universheta, 1857, vyp. 1, p. 322; zie Makogonen-ko,, p. 299.

(23)

Novikovss toetreden was ongebruikelijk. Hij had uiteraard in zijnn omgeving van de vrijmetselarij gehoord en wat hem uit het ge-ruchten-- en verhalencircuit ter ore was gekomen, had hem terughou-dendd gemaakt. Aanvankelijk had hij de boot nog afgehouden, maar nadatt hem de inhoud van de graden was verteld, waren de magons ookk bereid geweest hem over de vrijmetselarij meer informatie te ver-strekken.. Hij vernam dat de beweging haar oorsprong had in Enge-land,, dat de vooraanstaande hoffunctionaris Elagin voorzittend meester wass van de Russische Grootloge, en dat er vele belangrijke personen uitt regeringskringen lid waren. Toen liet Novikov zijn wantrouwen varenn en stemde hij met het lidmaatschap in.192 Hij wilde direct in de meestergraadd worden opgenomen.193 Van welke loge hij lid werd, is niett duidelijk. Beresniak schrijft: 'Initié en 1775, dans une loge dont Ie nomm reste inconnu, il frequente la loge Uranie, participe a la fondation de laa Grande Loge Astree et devient venerable de la loge Latone qui practi-quee Ie système suédois'.194 Longinov geeft daarover ook geen uitsluit-sel.. Het materiaal waarop hij zich baseert, laat hem op dit punt in de steek.. Hij vermeldt alleen dat enkele magons van de loge Urania van Elaginn toestemming kregen om een nieuwe loge op te richten. Dat werdd Astreja, een loge waarvan ook Novikov lid werd Nog vóór die oprichtingg echter komt Novikov voor op een lijst van Visiteuren' van dee loge Urania. Dat betekent dat hij van een andere loge lid moet zijn geweest,, anders kan hij Urania niet hebben bezocht.195 Hoe dan ook, Novikovv gaat aan het logeleven deelnemen.

Dee inwijding

Novikovss lange magonnieke leven is niet te begrijpen zonder enig in-zichtt in de ritualen en symboliek die de vrijmetselarij kenmerken en waarmeee Novikov als macon en als 'BCAHKHH Macrep'

[voorzittend-1922

CkvOyNovihout, p. 075. i»» Ibid, p. 074.

1944

Beresniak, p. 22. Gareth Jones: 'It was a lodge of this 'English' system that No-vikovv was invited to join in 1775*, p. 129.

1955

Longinov, pp. 99, 100. Overigens meldt Vernadskij op p. XVI, dat er van de 18e eeuwsee loges weinig protokollen zijn bewaard. Alleen van Urania waren ze redelijk compleet. .

(24)

meester196]] heeft leren werken.

Dee inwijding tot leerling-vrijmetselaar is in een loge de belang-rijkstee gebeurtenis. Daardoor wordt de 'profaan' ingewijde en staat hij mett zijn broeders aan het begin van een lange weg waarvan het einde voorr hem niet zichtbaar en niet kenbaar is. Het is een gebeurtenis die iederee kandidaat op een eigen manier ondergaat en die in haar emoti-onelee en associatieve dimensies voor een onderzoeker ontoegankelijk is.. Kleinknecht schrijft:

Thee ritual experience of becoming a Mason is a bond stronger thann any division - economic, social, or religious - that may dividee one man from another. The performance of the ritu-al(...)iss the only real business of Masonry.'197

Overr de aard en herkomst van initiatierituelen is veel geschreven. In hett algemeen wordt verwezen naar de oude mysteriën van Isis en Osiris,, de Eleusinische mysteriën of die van Mithras. Deze laatste kendenn een uitgebreid stelsel van inwijdingsgraden. Veel is er van de initiatieritenn van de oude mysteriegenootschappen niet bekend omdat dee geheimhoudingsplicht voor de ingewijden zeer zwaar woog. Maar zee hadden waarschijnlijk een paar kenmerken die ook in de inwijding vann de leerling-vrijmetselaar aanwezig waren en die eveneens terug-keerdenn in de rituele bevordering tot meester-vrijmetselaar. Een eer-stee kenmerk was dat de postulant die zou worden ingewijd voor korte tijdd van het dagelijkse leven werd afgescheiden en dat de attributen diee zijn profane status onderstreepten hem werden afgenomen. Een tweedee kenmerk was dat de symbolische handelingen betrekking haddenn op dood en wedergeboorte en op het verkrijgen van wijsheid enn inzicht in esoterische zin. Ook was er immer de onontkoombaar-heidd van beproevingen. Door het inboezemen van angst werden de emotiess van de kandidaat geprikkeld en de ontvankelijkheid voor de 'boodschap'' van het inwijdingsgenootschap vergroot. Die kortston-digee geestelijke gesteldheid werd ook benut om de uitverkorene de

1966

Russische onderzoekers gebruiken verschillende aanduidingen voor een en de-zelfdee functionaris: BCAHKHH Macrcp [Groot-meester], ynpaiiAJiiomiiff Macrcp [Voorzittend-meester],, Macrcp cryAa |letr.vert. 'Meester der stoel']

1977

C. Fred Kleinknecht, februari 1995, Scottish Rhe Journal, p. 6. Editorial; zie Pe-terson,, p. 187.

(25)

waardee van langdurige loyaliteit en samenhorigheid in te prenten. Tegelij-kertijdd deden de beproevingen de kandidaat de ernst inzien van zijn ver-plichtingenn en de hardheid van de af te leggen eed van geheimhouding. Dezee ging altijd gepaard met strafbedreiging.198 De overtuiging van een le-venn na de dood was uiteraard ccndüo sine qua non. Na een inwijding bij mysteriegenootschappenn volgde meestal een maaltijd, bij de vrijmetselarij, eenn tafelloge of een broedermaaltijd. Deze maaltijd was meer dan een louterr sociaal samenzijn. Zij maakte deel uit van de inwijdingsceremonie.

Inn welke mate er een relatie was tussen de inwijding bij de vrijmet-selarijj en de oude mysteriën is een open vraag. Mackey geeft daarover vijf theorieën,, maar besluit met vast te stellen dat het maar het beste is om uit tee gaan van 'a natural coincidence of human thought'199, gebaseerd op het universelee vraagstuk van het zijn, de dood en het verlangen van de mens naarr eeuwig leven.

Err wordt bij de inwijding tot leerling-vrijmetselaar uitvoerig stilge-staann omdat zij de basis vormt van de beide andere Johannesgraden, die vann gezel en meester, maar ook van de hogere graden. Bevordering of verheffingg in de opeenvolgende graden van de maconnieke hiërarchie, verlopenn op enigszins vergelijkbare wijze als de inwijding in de graad van leerling.. Maar ieder bevorderingsrituaal is uiteraard eigen aan een bepaalde graadd en geeft naast de graduele verschillen die de spirituele groei van de ma^onn symboliseren, verdieping van de vorige graad of graden. In de leer-ling-graadd dient de magon zichzelf te leren kennen, in de graad van gezel richtricht hij zich op zijn naaste en in de meestergraad is zijn relatie met de Op-perbouwmeesterr van het heelal aan de orde. Het is hier echter niet de be-doelingg het inwijdingsrituaal in zijn symbolische betekenis volledig weer te geven.. Gezien de complexiteit en veelzijdige uidegbaarheid - juist de be-langrijkstee karakteristiek van de maponnieke symboliek - kan dat ook nauwelijks.. Hoewel de hoofdlijnen en elementen van het rituaal standaard waren,, kon iedere loge eigen accenten leggen. Daar komt bij dat - of-schoonn de Engelse Grootloge streng was ten aanzien van het nauwgezet uitvoerenn van zijn rituaal - niets op papier mocht worden gezet en bijna alless mondeling werd doorgegeven. Complete rituaalboekjes zijn in de

1988 2 k voor een wijsgerige en ferorrenofogsdtt Apostel,, hoofdstuk V.

iww Mackey, 1924, p. 499.

(26)

Russischee archieven ook nauwelijks of niet te vinden.200 Bij het weergeven vann de inwijding wordt deels gesteund op het onderzoek van de Russische onderzoekerr Sokolovskaja. Zij werd door de redactie in de inleiding van de tweedeligee verzamelbundel Masonstvo v egpptvsfom 't nastojaskm [De vrijmet-selarijj in het verleden en heden] aangemerkt als de enige kenner van de maconniekee ritualen in Rusland Zij behandelt in haar artikel 'Obrjadnost' vol'nychh kamenscikov5201 [Ritualen van de vrijmetselaren] de ritualen van dee achttiende en begin negentiende eeuw zoals zij door loges werden uit-gevoerdd die deel uitmaakten van de Russische Nationale Grootloge. Zij baseerdee haar onderzoek en analyse mede op informatie uit het werk van dee Engelse achttiende-eeuwse schrijver Hutchinson en op Duitse en Fran-see bronnen.202 Sokolovskaja geeft in haar boek [1907] en aangehaalde arti-kell [1915] uiteraard veel details, maar die zijn niet van belang. Haar recon-structiee van het inwijdingsrituaal wordt hier getoetst aan bevindingen van anderee Russische onderzoekers en vergeleken met recente westerse opvat-tingenn over de toen vigerende ritualen.203

Eenn inwijdingsrituaal in zijn daadwerkelijke uitwerking was een allusief spel datt in een dramatische vorm werd opgevoerd Tijdens deze opvoering werdd door middel van teksten, symbolen en handelingen uitdrukking ge-gevenn aan het algemene idee van de vrijmetselarij, aan de gedachten over gelijkheidd en broederschap en aan de plichten van de macon. Het spel werdd in de tempel opgevoerd door een aantal broeders-functionarissen die iederr een rol vervulden. Alles verliep volgens een vast patroon. De ge-woontee van de herhaling van vaste teksten en handelingen had bewust-wordingg en vorming tot doeL Alle geometrische of bouwkundige symbo-liekk was weliswaar muhi-interpretabel, maar tegelijkertijd in beperkte zin

2000 Sokolovskaja, 1915, p. 81. De volledige tekst van het rituaal werd vermoedelijk alleen aan de vooratteixhneesterr en de broeders rerar^

20ii Sokolovskaja, 1915, pp. 80-118.

2022

Dit werk, The Spirit of Masonry, zal in het volgende hoofdstuk blijken, werd door Novikovv als eerste op de geheime persen van de rozenkruisers gedrukt en heeft hem inn zijn maconnieke denken beïnvloed

2033

Er is één werk in de wereldliteratuur waarin de vrijmetselarij een belangrijke rol speeltt en waarin de inwijding van een van de hoofdfiguren uitvoerig wordt beschre-ven.. Dat is de roman van L.N. Tolstoj, Oorlogen vrede. Tolstoj heeft van het toen ge-bruikelijkee Engelse rituaal - volgens The Prvmier Loge of Research, QuatwrGomnati - een tamelijkk accuraat beeld geschetst, wat te danken is aan het feit dat hij tijdens de voorbereidingenn voor de roman maandenlang in de Rumjancev bibliotheek de ma-gonniekee archieven heeft bestudeerd Zie: Troyat, Tolstoi, pp. 359,363.

(27)

ookk richtinggevend Het symbool was, zoals gezegd, voor de maoon een werkelijkheidd die naar een andere, maar strikt persoonlijke, hogere werke-lijkheidd verwees. Ieder symbool sprak voor iedere mac, on een eigen taal op basiss van een eigen semantiek204 Maar ook de (aan)kleding, ornamenten enn attributen van de macpn en de tempel hadden alle hun betekenis en wa-renn gedurende rituele bijeenkomsten onderworpen aan strenge voor-schriften.. De geloofwaardigheid van inwijdingsritueel en bevorderings-plechtighedenn naar een hogere graad stond of viel met het stipt uitvoeren vann de handelingen, het spreken van de juiste teksten en het gekleed zijn in dee voorgeschreven uitmonstering. De broeders die tijdens de inwijdings-plechtigheidd een rituele rol vervulden, bezetten de volgende functies: voor-zittend-meester,, le en 2e opziener, ceremoniemeester, redenaar, voorberei-der,, begeleider en tempelbewaarder. Het tempelvertrek was rechthoekig:

AAimaa AO>KH OT BocroKa AO 3anaAa, uiHpHHa or ceBepa AO iora, Bwcora

OTT 3CMAH AO He6a, rAyöima OT noBepxnocm 3eMAH AO ca ueirrpa.'205 [de lengtee van de loge strekt zich uk van het oosten naar het westen, haar breedtee van het noorden naar het zuiden, haar hoogte van de aarde tot de hemel,, haar diepte van het oppervlak van de aarde tot haar centrum] De vloerr had volgens een oude traditie een mozaïek patroon van afwisselend lichtt en donker.206 Ten behoeve van een inwijding was de heersende kleur

2044 Het symbool van de cirkel kon bijvoorbeeld uitdrukken: eindeloosheid, eeuwigheid, vol-maaktheid,, godheid, rede. Passer en winkelhaak konden als meetinstrumenten in overdrach-telijkee zin op allerlei manieren worden gehanteerd: 'I IaMjrryHTC »rro concpuiaitiMH BCAHKHH Macrepp ABACKO pitciipocrcpnjiM mipKVACM CIIOHM pa3Mcpacr H Hcuwiycr naury pafxny.' [Onthoudd dat de volmaakte Groot-Meester met zijn wijd uitgespreide passer uw werk meet enn toetst.]

2055 Sokolovskaja, 1915, p . 99.

2066 Deze traditie ging terug tot de tempel van Salomo die, zo was de overlevering, een moza-iekee vloer zou hebben gehad. In de vrijmetselarij was deze vloer een beeld van de zichtbare wereldd waarin het leven van de mens zich afspeelt. Zoals in een mozaïek de donkere en lichtee gedeelten zich afwisselend voordoen, zo is een mensenleven en de natuur voortdurend onderhevigg aan lichte en donkere momenten, is er steeds sprake van ontstaan en vergaan, vann vreugde en pijn, van geluk en ongeluk, van leven en dood. De mozaïeke vloer toont de vrijmetselaarr de wereld zoals zij is, als een oorzakelijke opeenvolging van het goede en het slechte.slechte. Zie de gravures 'CoGpanHe AAS upucMa yHciiHKOBtbijeenkomst voor de leerling-inwijding].. Mel'gunov, MasonstuL., ÓL IL Het betreft hier gravures van Lebas, uitgave 1775, diee de inwijding tot leerling-vrijmetselaar en bevordering tot meester-vrijmetselaar uitbeelden. Kennelijkk zijn deze afbeeldingen niet in de Russische archieven aangetroffen want het zijn foto'ss die gemaakt zijn in de 'Naaonal'noj bibkteke v Pari% ^Nationale bibliotheek in Parijs]. In

Masonstw,Masonstw, dL IL, op de laatste ongenummerde pagina's, wordt gewezen op het feit dat deze

afbeeldingenn werden aangetroffen in Duitse en Engelse bronnen. In Ds kErloTgvtiyraselaar staatt dezelfde gmvurernaar dan van de Franse uitgave van 1745.

(28)

inn de tempel azuur-blauw. Die kleur kwam tot uitdrukking in wand-bekleding,, ornamenten en in de kleding van de broeders. Tegen de oostelijkee muur, bekleed met een azuur-blauw gordijn met kosmische symbolen,, stond op een verhoging met drie treden een altaar en daar-achterr de zetel van de voorzittend-meester. Boven de zetel was een baldakijnn aangebracht die de hemelkoepel of het universum symboli-seerde.. Op het altaar lag een bijbel geopend op het eerste hoofdstuk vann het evangelie van Johannes. Een ontbloot zwaard, een geopende passerr en een winkelhaak lagen op de bijbel; het zwaard was zo ge-legdd dat het als het ware voorkwam dat het heilige boek dicht zou slaan.. Ook de stoelen van de broeders-functionarissen hadden de ty-perendee blauwe kleur en waren versierd met een driehoek. In het middenn van het vertrek lag een tapijtje [MacoHCKHH KoBep] met een tableau2077 van de meest essentiële maconnieke symbolen waarmee de 'coBepiueHHyioo AOKy^de volmaakte loge] werd uitgebeeld. In het Westenn van het tableau een afbeelding van de vloer, afwisselend don-ker-lichtt geblokt, waarop de twee zuilen van de tempel van Salomo rustten.. Verder toonde het tableau de kosmische symbolen van zon, maann en sterren en gaf het afbeeldingen van de bouwsymbolieke werktuigenn passer, troffel, winkelhaak, schietlood en meetsnoer. De afbeeldingg van een ruwe onbewerkte en een (bewerkte) kubieke steen,, ingekaderd in het gehele tableau, impliceerde de centrale op-drachtt van de vrijmetselarij: de bouw van de tempel der volmaking. Dee verlichting in de tempel kwam van drie driehoekige kandelabers mett ieder zeven kaarsen. Ze stonden opgesteld in het oosten het westenn en het zuiden van het vertrek. Het noorden, waar de zon nooitt zichtbaar is, was niet verlicht. Aan het plafond, boven het ta-bleauu hing de 'nAaMeHyiomaa 3Be3Aa' [vlammende of de vijfpuntige ster]] aan een ketting van schakels. De Vlammende ster' wees de broederss de weg naar de schepper van de wereld, naar de waarheid.208 Langss de wanden van de tempel zaten de broeders die in het ritueel 2077

Het oudste specifieke object voor de Inrichting van de tempel was het tableau van eenn aantal maconnieke symbolen. In de vroegste loges werd het tableau wel met krijt opp de vloer uitgetekend of in zand getrokken. Na de bijeenkomst werd het weer uit-gewist. .

2088

In de versie van Hutchinson: The Blazing star, enlightneth us through the dreary andd darksome paths of this life(...)it may be said to represent the star which led the wisee men to Bethlefon, proclaiming to mankind the nativity of the Son of God, and he-ree conducting our spiritual progress...' Hutchinson, pp. 69, 70.

(29)

geenn rol speelden.

Nietss in de tempel was onwillekeurig aangebracht. De posities, dee kleuren, de vormgeving en de aantallen van alles en iedereen had-denn een verborgen betekenis. Achter de symbolen en ritualen verbor-genn zich vierduizend jaar spirituele geschiedenis, was onder de broe-derss het algemeen gevoelen.

Eenn nieuwe kandidaat meldde zich uit eigen beweging bij de loge. Zijnn kandidatuur werd besproken in de 'KppKKa-npeAAaraTeAhHima', [toelatingscommissie]] en als de kandidatuur voorlopig werd geaccep-teerd,, hing zijn naam in het logegebouw twee weken voor. Alle broe-derss werd verzocht na te gaan of er iets op het karakter en het morele gedragg van de kandidaat was aan te merken. Immers, personen van wiee op voorhand duidelijk was dat zij als 'ruwe steen' onbewerkbaar warenn en dus waarschijnlijk nook in 'het te voltooien bouwwerk* in-pasbaarr zouden zijn, waren een potentieel gevaar voor de innerlijke sterktee en uiterlijke schoonheid van dat 'bouwwerk'. Over de toela-tingg van de kandidaat werd hoofdelijk en geheim gestemd. Dat ging naarr Engels gebruik met witte en zwarte balletjes, of bonen. Werd er eenn zwart balletje in de stembus gevonden, dan was toetreding tot naderr order uitgesteld. Drie zwarte balletjes betekende het einde van dee kandidatuur.209 Andere loges werden over de afwijzing van de kandidaatt in kwestie op de hoogte gesteld. Werd de kandidatuur van dee profaan geaccepteerd dan volgde de inwijding.

Inn vele loges in Rusland in de achttiende eeuw werd de kandi-daatt vóór de plechtigheid door een macpn van huis opgehaald Bij binnenkomstt in de lokaliteit van de loge werd hij door zijn begeleider [nopyHHTeAb]] geblinddoekt en naar een apart vertrek gebracht, naar dee kamer van overpeinzing [xpaMHHa pa3MbiuiACHHfl]. Daar werd hij alleenn gelaten en mocht de blinddoek af. De kamer van overpeinzing wass klein, had zwarte wanden en zwarte aankleding en was zeer spaarzaamm verlicht. Er stond in deze 'donkere kamer' een tafeltje met eenn schedel die van binnen uit met wat alcohol verlicht werd en er la-genn beenderen met het opschrift: 'tot stof zul u vergaan'. Een doods-2

<»» Sokolovskaja, 1915, p. 87; Mackey, dl. I, p. 94. Lennhoff-Posner, p. 883.

(30)

kistt behoorde vaak tot de aanwezige attributen.Verder lag er op tafel eenn bijbel en een zandloper. Het heilige boek was opengeslagen op hett evangelie van Johannes, hoofdstuk I, 1-5, op de passage: 'B HanaAee 6e CAOBO H CAOBO 6e K 6ory... * [in den beginne was het Woordd en het Woord was bij God... ] De omringende duisternis, het Woordd Gods en de symbolen van vergankelijkheid en eeuwigheid moestenn de kandidaat tot nadenken stemmen over zijn eigen vergan-kelijkheid.2100 Door deze vorm van overpeinzing werd verondersteld datt de kandidaat ontvankelijk zou worden voor 'het aanschouwen vann het geestelijk licht,* een door de ma^onnerie gehanteerde meta-foorr voor de ultieme waarheid. Het verblijf in de 'donkere kamer' was dee eerste stap naar het vrijmetselaarschap.211

Naa enige tijd wachten kwam de broeder-ceremoniemeester [o6pflAOHaHaAbHHK]] de kandidaat halen voor de inwijding. Eerst werd hemm echter de betekenis van de kamer der overpeinzing verklaard Er werdd ingegaan op de symboliek van de duisternis die in de kamer heerstee en het zwakke Hcht dat de duisternis trachtte te overwinnen. Hett zwakke schijnsel werd gerelateerd aan het grote licht dat voor de kandidaatt nog verborgen was in het Johannes-evangelie. De kandi-daatt behoorde eerst de hem omringende duisternis te ervaren alvo-renss tot het ware licht te kunnen komen. De blinddoek speelde in de lichtt en duisternisallegorie een essentiële rol. Vervolgens zette de broeder-begeleiderr het doel van de vrijmetselarij uiteen en legde uit datt symbolen en ritualen de instrumenten waren waarmee de ma$on moestt leren werken om de bouw van zijn 'innerlijke tempel' te ver-wezenlijken.. Ook hield hij de kandidaat de ma^onnieke deugden voor diee gesymboliseerd werden door de zeven treden van Salomo's tem-pel.. Die deugden waren: gehoorzaamheid, zelfkennis, deemoed [soms:: standvastigheid], naastenliefde, vrijgevigheid en bescheiden-heid.. Liefde voor de dood, die 'de ziel bevrijdt', was de laatste, maar

2 , 00

'It is only in solitude that we can deeply reflect upon our present or future un-dertakings,, and blackness, darkness, or solitariness, is ever a symbol of death. A man whoo has undertaken a thing after mature reflection seldom turns back.' Uit: Trei-maurer-Lexikon'' van J.C Gaedicke [1818]. Vertaling van Mackey, dl. I., p. 141. 2111

Er bestaat twijfel over de vraag of in het Engelse rituaal, vroeg in de achttiende eeuw,, na 1717, wel een "Chamber of reflexion' voorkwam. Lennhoff-Posner schrij-venn [p. 812] dat in het Engelse rituaal de kandidaat werd voorbereid 'in eüiem pas-sendenn Raume nahe der Loge'. In de Russische loges, in de tweede helft van de achttiendee eeuw, is over het gebruik van de "Kamer van Overpeinzing' geen twijfel.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Veel Russische bedrijven vrezen dat deze contracten niet gehonoreerd zullen worden door de Syrische Nationale Coalitie, als deze de macht in het land over zou nemen van Assad,

De Amerikaanse bedrijfseconoom Porter stelde in zijn publicatie uit 1991 dat een streng milieubeleid positieve gevolgen kan hebben voor het concurrentievermogen van een land

Onder de Joodse gemeenschap bevinden zich zowel voor-, als tegenstanders van deze theorie, maar feit is dat Zionisme regelmatig werd aangehaald door Russische

Doorr gastmoleculen te introduceren, die gefunctionaliseerd zijn met een elektrondonor of een elektronacceptorr groep, kunnen de HR-dendrimeren toegepast worden als template moleculen

Door heel veel van zulke methyl oranje groepen aan eenn dendrimeer vast te maken kunnen deze twee eigenschappen, namelijk de structuurverandering onderr invloed van licht en

John van Ramesdonck enn Mattijs Koeberg, hartelijk dank voor jullie hulp en enthousiasme bij mijn eerste metingen en voorr de uitgebreide introductie op de laserapparatuur.. Zowaar

Hett feit dat voor de aanschaf van Barbital (Veronal) een stapel formulieren ingevuld dient tee worden en een sterke motivatie voor het gebruik ervan moet worden aangedragen,

It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly