• No results found

Het archeologische vooronderzoek in het kader van het Forté-project te Neerpelt

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het archeologische vooronderzoek in het kader van het Forté-project te Neerpelt"

Copied!
45
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Archeo-rapport 15

Het archeologische vooronderzoek in het kader van het

Forté-project te Neerpelt

Kessel-Lo, 2009

(2)

Archeo-rapport 15

Het archeologische vooronderzoek in het kader van het

Forté-project te Neerpelt

Kessel-Lo, 2009

(3)

Colofon

Archeo-rapport 15

Het archeologische vooronderzoek in het kader van het Forté-project te Neerpelt

Opdrachtgever: Gemeente Neerpelt Projectleiding: Maarten Smeets Uitvoering veldwerk: Maarten Smeets

Michiel Steenhoudt

Auteur: Maarten Smeets

Michiel Steenhoudt

Foto’s en tekeningen: Studiebureau Archeologie bvba (behalve figuren 1 t.e.m. 7)

Op alle teksten, foto’s en tekeningen geldt een auteursrecht. Zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van Studiebureau Archeologie bvba mag niets uit deze uitgave worden vermenigvuldigd, bewerkt en/of openbaar gemaakt, hetzij door middel van webpublicatie, druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook.

Studiebureau Archeologie bvba Jozef Wautersstraat 6 3010 Kessel-Lo www.studiebureau-archeologie.be info@studiebureau-archeologie.be tel: 0474/58.77.85 fax: 016/77.05.41

(4)

Administatieve gegevens

Naam site: Sooi Willemsplein

Provincie: Limburg

Gemeente: Neerpelt

Deelgemeente: Neerpelt

Adres: Sooi Willemsplein en hoek Groenstraat-Kloosterstraat

Kadastrale gegevens: Afdeling 1, Sectie B, percelen 843p2, 843l2 en openbaar domein

Projectcode: NE-09-SWP

Opdrachtgevers: Gemeente Neerpelt Kerkstraat 7

3910 Neerpelt Vergunningsnummer: 2009/255 Naam aanvrager: Maarten Smeets Aanvraagdatum: 12 augustus 2009

(5)

1

I

NHOUDSTAFEL

Inhoudstafel p. 1

Hoofdstuk 1: Inleiding en situering p. 2

Hoofdstuk 2: Werkmethode p. 5

Hoofdstuk 3: Het archeologisch proefputtenonderzoek p. 6

3.1 Het Sooi Willemsplein p. 6

3.1.1 Proefput 1 p. 6 3.1.2 Proefput 2 p. 7 3.1.3 Proefput 3 p. 8 3.1.4 Proefput 4 p. 10 3.1.5 Proefput 5 p. 10 3.1.6 Proefput 6 p. 12 3.1.7 Interpretatie p. 12

3.2 De parking op de hoek van de Kloosterstraat en de Groenstraat p. 13

3.2.1 Proefput 7 p. 13 3.2.2 Proefput 8 p. 15 3.2.3 Proefput 9 p. 16 3.2.4 Proefput 10 p. 16 3.2.5 Proefput 11 p. 18 3.2.6 Proefput 12 p. 20 3.2.7 Interpretatie p. 22

Hoofdstuk 4: Interpretatie en advies p. 23

Bibliografie p. 25

Bijlagen p. 26

Bijlage 1: Sporeninventaris p. 27

(6)

2

H

OOFDSTUK

1

I

NLEIDING EN SITUERING

Naar aanleiding van het nieuwbouwproject Forté in het centrum van Neerpelt (Sooi Willemsplein en de parking op de hoek van de Groenstraat en de Kloosterstraat), waarbij ook een ondergrondse parking voorzien is, werd door het Agentschap R-O Vlaanderen, Onroerend Erfgoed een archeologische vooronderzoek opgelegd (Fig. 1). De uitvoering hiervan werd toegewezen aan Studiebureau Archeologie bvba.

Fig. 1: Topografische kaart van Neerpelt met aanduiding van het projectgebied.

Het dorpscentrum van Neerpelt is een kunstmatige creatie die ontstond doordat de vier kleinere gehuchten Grote Heide, Broeseind, Boseind en Herent samen de noodzaak voelden om één kerkgebouw op te trekken. Hiervoor werd een centrale plaats gekozen, tussen de vier gehuchten in. Rond deze nieuwe kern ontwikkeld zich langzaamaan ook een dorpskern.

Het onderzoek in het projectgebied, eerder aan de rand van de kleine 18de eeuwse bewoningskern, is

in die zin interessant dat eventuele aanwezige sporen mee een datering en betere kennis kunnen opleveren enerzijds van de groei rond het nieuwe centrum en anderzijds de gestage invulling van de ruimte tussen het centrum en de vier gehuchten.

Op de Ferrariskaart uit 1771-1777 staan verschillende gebouwen afgebeeld in het huidige projectgebied (Fig. 2). Op de plaats van het huidige Sooi Willemsplein staat een L-vormig gebouw afgebeeld, met de lange gevel langsheen een klein zijwegje van de huidige Kloosterstraat. Uiteraard is op deze kaart de Nortertinessenlaan niet aanwezig, wel de huidige Groenstraat. Op de hoek van de Kloosterstraat en de Groenstraat staat één langwerpig bouwvolume afgebeeld.

(7)

3

Fig. 2: Detail uit de Ferrariskaart met aanduiding van het projectgebied.

Het primitief kadaster (ca. 1840) kon helaas niet geraadpleegd worden (hoewel op basis van de mutatieschetsen van het kadaster wel achterhaald kon worden dat er drie gebouwen aanwezig waren in de projectzone ten tijde van de opmaak van het primitief kadaster), maar de atlas van de buurtwegen (via de website van de provincie Limburg) was wel raadpleegbaar. Ook op deze kaart zijn in het projectgebied verschillende gebouwen weergegeven (Fig. 3).

(8)

4

Halverwege de 19de eeuw ontstaat op de plaats van het huidige Sooi Willemsplein een

Norbertinessenklooster. Na het overlijden van ene Theodoor Brouwers wordt een deel van zijn bezittingen verkocht aan het Norbertinessenklooster Sint-Catharinadal te Oosterhout (NL) teneinde een nieuwe stichting in Neerpelt te doen waar onderricht aan meisje kan gegeven worden. De woning van Brouwers vormde de kern van het nieuwe klooster.

In de loop van haar 100-jarig bestaan vonden enkele verbouwingen plaats, waarbij het klooster steeds werd uitgebreid. Hoewel de laatste grote verbouwingen omstreeks 1935 plaatsvonden, was het voortbestaan van het klooster toen al hoogst onzeker omdat het gemeentebestuur op zoek was naar ruimte om het centrum uit te breiden. De onteigening volgt uiteindelijk pas in 1952 en 1955 wordt het klooster grondig afgebroken. De afgebroken kapel van het klooster bevindt zich onder het huidige Sooi Willemsplein en grote delen van het klooster zelf bevinden zich thans onder de (nieuwe) Norbertinessenlaan.

(9)

5

H

OOFDSTUK

2

W

ERKMETHODE

Het archeologisch vooronderzoek dat werd opgelegd, bestond uit het graven van 12 proefputten van 2 x 2 m. Op basis van de Ferrariskaart en de atlas der buurtwegen werden de 12 verschillende proefputten zodanig ingeplant dat zowel een inzicht verkregen kon worden van de verdwenen bebouwing als een beeld van de achtererven.

Op het Sooi Willemsplein werden 3 proefputten langsheen de Kloosterstraat en 3 aan de noordzijde van het plein voorzien. De putten langsheen de Kloosterstraat werden aangelegd in het verlengde van de bestaande bebouwing, enerzijds om geen nutsleidingen in de proefputten te hebben (is al verstoord) en anderzijds om de verdwenen bebouwing beter in te schatten. De 3 putten aan de noordzijde van het plein lagen niet op dezelfde lijn om een betere inschatting van bewaring op de achtererven te kunnen maken.

Op de parking op de hoek van de Kloosterstraat en de Groenstraat werden 2 proefputten langsheen de Kloosterstraat, 2 in het midden en 2 aan de zuidzijde voorzien. De putten langsheen de Kloosterstraat werden aangelegd in het verlengde van de bestaande bebouwing, enerzijds om geen nutsleidingen in de proefputten te hebben (is al verstoord) en anderzijds om de verdwenen bebouwing beter in te schatten. De putten in het midden en het zuiden van het plein zijn zo ingeplant dat eventuele bebouwing langs de Groenstraat ook geëvalueerd kan worden, en anderzijds ook de achtererven.

Na het verwijderen van de bestaande verhardingen, werden de proefputten uitgegraven met een minigraver. Hierbij werd de nodige aandacht besteed aan de stratigrafie, maar uiteindelijk kon overal machinaal tot in de natuurlijke bodem worden gegraven. Hoewel slechts putten van 2 x 2 m voorzien waren, werd afhankelijk van de toestand op het terrein gekozen de meeste putten ruimer te maken en zelfs enkele putten uit te breiden.

De profielen en aanwezige sporen werden opgekuist, gefotografeerd, beschreven en ingemeten (zie ook hoofdstuk 3 en bijlage 4). De stratigrafie was vrij eenvoudig en bestond voornamelijk uit verschillende puinlagen (afbraak) en enkele ophogingslagen (of teelaarde). Sporen van de natuurlijke bodemvorming werden nergens vastgesteld.

(10)

6

H

OOFDSTUK

3

H

ET ARCHEOLOGISCH PROEFPUTTENONDERZOEK

3.1 Het Sooi Willemsplein

In de zes proefputten op het Sooi Willemsplein werden relatief weinig sporen aangetroffen. De stratigrafische opbouw van de meeste putten was ook steeds dezelfde met bovenaan de huidige bestrating met bijhorende egalisatie- en stabilisatielagen en daaronder een dik puinpakket met daaronder enkele ophogingslagen (of teelaarde).

3.1.1 Proefput 1

Proefput 1 lag in het noordwesten van het plein. In totaal werden hier 12 verschillende lagen (Fig. 4) en 2 grondsporen aangetroffen. Lagen 1 t.e.m. 3 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 4 t.e.m. 6 ontstaan waren bij de afbraak van het klooster in de jaren ’50 van de 20ste

eeuw. Vooral in laag 5 werden hele grote bouw- en muurfragmenten uitgegraven.

De helemaal onderaan gelegen geelbruine laag 8 is, in tegenstelling tot lagen 7, 9, 11 en 12, niet te interpreteren als een restant van de oude teelaarde, maar eerder een puinlaag (zowel mogelijk van de afbraak als van één van de verbouwingsfasen van het klooster). Indien deze puinlaag eveneens ontstond bij de afbraak van het klooster, wil dit zeggen dat de bodem tot ongeveer 125 cm diep door recente activiteiten verstoord is.

(11)

7

Ook de twee grondsporen die zich in het vlak aftekenden, zijn van recente datum en hebben een heel duidelijke aflijning en een donkere vulling. Vermoedelijk gaat het hier om plaatselijk iets diepere verstoringen.

3.1.2 Proefput 2

Proefput 2 lag centraal in het noorden van het plein. Deze proefput is ongeveer gesitueerd in de absis of de sacristie van de voormalige kloosterkapel. Hiervan werden echter geen resten aangetroffen. In totaal werden er 15 verschillende lagen (Fig. 5) en 3 grondsporen waargenomen. Lagen 1 t.e.m. 3 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 4, 5 en 14 ontstaan waren bij de afbraak van het klooster in de jaren ’50 van de 20ste eeuw.

Net zoals in werkput 1 is de geelbruine laag 7 te interpreteren als een puinlaag. Ook de kuilen 9 en 15 en laag 6 moeten in dat geval in verband worden gebracht met deze afbraakfase, die zowel overeen kan komen met de afbraak van het klooster als één van de verbouwingsfasen ervan.

Lagen 8, 10 en 11 zijn als een restant van de oude teelaarde te interpreteren. De overgang tussen lagen 10 en 11 is gekenmerkt door een zigzaglijn die wijst op spitsporen. Kuil 12 heeft een donkergrijze tot donkerbruine vulling en is tevens één van de drie aanwezige grondsporen in het vlak.

(12)

8 3.1.3 Proefput 3

Proefput 3 lag in het noordoosten van het plein. Deze proefput is ongeveer op de overgang van het koor van de kapel met het eigenlijke kloostergebouw. In totaal werden er 20 verschillende lagen (Fig. 6 en 7) en 1 grondspoor in de natuurlijke bodem waargenomen.

Lagen 1 t.e.m. 4 hadden te maken met de recente verhardingen en lagen 17 en 18 met de afwateringsleiding, terwijl lagen 5, 6, 9 en 10 ontstaan waren bij de afbraak van het klooster in de jaren ’50 van de 20ste eeuw.

Lagen 7, 8 en 11 zijn als afbraaklagen te interpreteren. Aangezien laag 13, de insteek van beerput 14, deze lagen doorgraaft, zijn deze lagen ontstaan bij één van de verbouwingen van het klooster. Onder de teelaarde (laag 12) zijn enkel kuilen bewaard gebleven (lagen 15, 16 en 19). Restanten van een oude bodemvorming zijn niet meer aanwezig, en de aangetroffen sporen in de natuurlijke bodem hebben dan ook geen heel oude datering.

Fig. 6: Profiel van proefput 3.

Naast één centraal grondspoor in het vlak, werd in proefput 3 ook een deel van een bakstenen beerput (laag 14) aangetroffen (Fig. 8). Deze beerput was met cementmortel gemetseld in bakstenen van 18 x 8,5 x 4,5 cm. De onderkant van de beerput werd niet bereikt in de proefput.

Verondersteld wordt dat deze beerput deel uitmaakte van het eigenlijke kloostergebouw. Aangezien de proefput zich bijna in de uiterste noordoostelijke hoek van het projectgebied bevond, kan verondersteld worden dat het klooster zich volledig onder de huidige Norbertinessenlaan bevindt.

(13)

9

Fig. 7: Profiel van proefput 3.

(14)

10 3.1.4 Proefput 4

Proefput 4 lag in het zuidwesten van het plein. In totaal werden hier 11 verschillende lagen (Fig. 9) en geen grondsporen aangetroffen. Lagen 1 t.e.m. 3 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 4, 5 en 6 ontstaan waren bij de afbraak van het klooster in de jaren ’50 van de 20ste

eeuw.

Lagen 7 t.e.m. 10 zijn vrij donkere lagen die als ophogingslagen of teelaarde geïnterpreteerd kunnen worden. Deze proefput lag in de boomgaard die zich ten noorden en ten westen van het klooster bevond.

Fig. 9: Profiel van proefput 4.

3.1.5 Proefput 5

Proefput 5 lag centraal in het zuiden van het plein. Deze proefput is gesitueerd in de kloosterkapel. Bij de afbraak werd hier zeer grondig te werk gegaan en de funderingen werden volledig uitgebroken. Enkele grotere muurfragmenten bleven achter en het terrein werd aangevuld met gele vulzand. Om een betere interpretatie van de nog aanwezige resten te bekomen, werd de proefput voornamelijk in zuidelijke richting sterk uitgebreid met als doel de aflijning van de beide buitenmuren van de kapel vast te kunnen stellen (Fig. 10). Belangrijk hiervoor was een afbakening te verkrijgen van de gele zandopvulling. In totaal werden er 12 verschillende lagen (Fig. 11) en 10 grondsporen waargenomen.

(15)

11

Fig. 10: Zicht op proefput 5 met aanduiding van de contouren van de kloosterkapel.

(16)

12

Lagen 1 t.e.m. 4 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 5, 6, 7 en 10 ontstaan waren bij de afbraak van het klooster in de jaren ’50 van de 20ste eeuw. Laag 5 kwam hierbij overeen

met een uitbraakspoor van de kapelmuur en bestond uit grote muurresten (soms met sculpturale elementen). De interpretatie van lagen 8, 9 en 11 is moeilijker, maar waarschijnlijk kunnen ook deze lagen in verband worden gebracht met de afbraak en het opvullen met gele zand.

3.1.6 Proefput 6

Proefput 6 lag in het zuidoosten van het plein. In totaal werden er 9 verschillende lagen (Fig. 12) en 1 grondspoor in de natuurlijke bodem waargenomen.

Lagen 1 t.e.m. 4 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 5 en 9 ontstaan waren bij de afbraak van het klooster in de jaren ’50 van de 20ste eeuw. Lagen 6 en 7 zijn als een restant van

de oude teelaarde te interpreteren. De overgang tussen lagen 7 en 8 (de natuurlijke bodem) is gekenmerkt door een zigzaglijn die wijst op spitsporen.

Fig. 12: Profiel van proefput 6.

3.1.7 Interpretatie

Op basis van de zes uitgegraven proefputten worden volgende interpretaties en conclusies getrokken. De opbouw die in proefputten 1, 2, 3, 4 en 6 is aangetroffen, is overal grotendeels gelijk. Enkel in proefput 5 verschilt de bodemopbouw doordat hier een gebouw werd uitgebroken.

(17)

13

De bovenste 25-30 cm van het terrein is verstoord door de aanleg van de huidige verhardingen. Daaronder volgt een ca. 30-40 cm dikke puinlaag die ontstond bij de afbraak van het klooster. Ook lagen 8 in proefput 1, 7 in proefput 2 en 7, 8 en 11 in proefput 3 wijzen op een egalisatie- of puinlaag. Omdat de beerput 14 in proefput 3 gegraven is door lagen 7 en 11, kan aangenomen worden, dat de datering van deze lagen overeenkomt met één van de verbouwingen van het klooster.

De onderste 35-40 cm van het terrein bestaat uit ophogingslagen of teelaarde. In proefputten 2 en 6 zijn duidelijke spitsporen waargenomen. In alle proefputten bevindt de overgang met de natuurlijke bodem zich op ongeveer 125-130 cm onder de huidige bestrating en is de overgang steeds zeer duidelijk. Sporen van bodemvorming zijn nergens aangetroffen en overal werd onmiddellijk de C-horizont waargenomen.

Ten gevolge van de bouw en de afbraak van het klooster is de grond ter plekke geroerd tot ongeveer 125-130 cm onder het huidige niveau. Doordat ook geen sporen van bodemvorming meer aanwezig zijn, is de bewaring van oudere sporen nagenoeg onbestaande (behalve eventuele hele diepe sporen, waarvoor echter geen aanwijzingen werden gevonden).

Conclusie voor dit deel van het projectgebied (Sooi Willemsplein) kan zijn dat zowel oudere sporen als restanten van het klooster een dermate slechte bewaringstoestand hebben, dat bijkomend archeologisch onderzoek niet noodzakelijk wordt geacht.

3.2 De parking op de hoek van de Kloosterstraat en de Groenstraat

In de zes proefputten in de parking op de hoek van de Kloosterstraat en de Groenstraat werden relatief veel sporen en structuren aangetroffen. De stratigrafische opbouw van de meeste putten was ook steeds dezelfde met bovenaan de huidige bestrating met bijhorende egalisatie- en stabilisatielagen en daaronder een dik puinpakket met daaronder enkele ophogingslagen (of teelaarde).

3.2.1 Proefput 7

Proefput 7 lag in het noordwesten van de parking. In totaal werden hier 16 verschillende lagen (Fig. 13) en 5 grondsporen aangetroffen. Lagen 1 en 2 hadden te maken met de recente verhardingen en laag 4 met een afwateringsbuis, terwijl lagen 3 en 5 t.e.m. 8 ontstaan waren bij de afbraak van de gebouwen.

Van de aanwezige gebouwen was in het noorden van de proefput één bakstenen muur bewaard (laag 10). De bovenste twee rijen stenen van deze muur waren met kalkmortel bezet. Het fundament ging niet tot op de natuurlijke bodem, maar bevond zich nog op een aan de onderkant onregelmatige donkerbruine tot donkergrijze laag (laag 11). Een tweede muur bevond zich in het oosten van de werkput (Fig. 14). In deze bakstenen muur was een dorpel in blauwe hardsteen bewaard, evenals enkele vierkante vloertegels (zwart en wit). Het is niet duidelijk of beide muren met elkaar in verband staan.

(18)

14

Fig. 13: Profiel van proefput 7.

(19)

15 3.2.2 Proefput 8

Proefput 8 lag in het noordoosten van de parking. In totaal werden er 19 verschillende lagen (Fig. 15) en 10 grondspoor waargenomen. Ongeveer 40 cm onder het huidige loopniveau werden de resten van een gebouw (twee herkenbare kamers, twee dorpels en een vloer in vierkante zwarte en witte tegels) en een gegoten terras (laag 5, beton met ingekraste lijnen die tegels suggereerden) aangetroffen (Fig. 16). Het terras was boven een (water)put gelegen, want zowel de insteek (laag 7.6) als de put zelf (lagen 7.7, 7.8 en 7.9) werden in het profiel waargenomen.

Fig. 15: Zicht op de bewaarde vloer- en muurstructuren in proefput 8 en het profiel.

(20)

16

Lagen 1 en 2 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 3 en 4 ontstaan waren bij de afbraak van de gebouwen. Lagen 6 en 10 zijn vermoedelijke nivelleringslagen ten tijde van de aanleg van het terras.

De overige lagen (voornamelijk kuilen 7, 8 en 9 en de lagen 11, 12 en 14 t.e.m. 18) zijn te interpreteren als bewoningssporen uit de 18de-20ste eeuw. De natuurlijke bodem bevond zich op

ongeveer 130 cm onder het huidige niveau.

3.2.3 Proefput 9

Proefput 9 lag ongeveer in het midden (west) van de parking. In totaal werden er 12 verschillende lagen (Fig. 17) en geen grondspoor waargenomen. Lagen 1, 2 en 3 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 4 t.e.m. 9 als puinlagen te interpreteren zijn. Lagen 10 en 11 zijn ophogingslagen of teelaarde. Vooral in laag 10 werden nog veel baksteenresten waargenomen.

Fig. 17: Profiel van proefput 9.

3.2.4 Proefput 10

Proefput 10 lag ongeveer in het midden (oost) van de parking. In totaal werden er 24 verschillende lagen (Fig. 18) en 5 grondspoor waargenomen. Lagen 1, 2 en 18 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 3, 4, 10 en 19 als puinlagen te interpreteren zijn ten tijde van de afbraak van de gebouwen. Lagen 6, 7, 20, 21, 22 en 23 zijn eveneens puinlagen, maar van tijdens de bewoning. Laag 5 is het restant van een oude riolering.

(21)

17

Fig. 18: Profiel van proefput 10.

(22)

18

In proefput 10 werd ook één groot muurfragment aangetroffen (fig. 19). Deze dikke bakstenen muur was niet overal even diep gefundeerd, wat doet vermoeden dat in de zone met een dieper fundering mogelijk een kleine neerkamer aanwezig was. Tegen het dieper gelegen gedeelte van de fundering liggen nog enkele dunnen laagjes (lagen 12 t.e.m. 16) (fig. 20).

Fig. 20: Zicht op de bakstenen muur in proefput 10.

3.2.5 Proefput 11

Proefput 11 lag in het zuidwesten van de parking. In totaal werden hier 19 verschillende lagen (Fig. 21) en 3 grondsporen in de natuurlijke bodem aangetroffen. Lagen 1, 2, 3 en 9 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 4, 10, 11, 12 en 13 ontstaan waren bij de afbraak van de gebouwen.

In deze proefput werden de twee evenwijdige bakstenen muren aangetroffen (lagen 5 en 17). Beide muren hadden een vrij onstabiele onderkant van het fundament (lagen 6, 16 en 18). Muur 5 was deels beschadigd bij het machinaal uitgraven, maar toch was nog een dwarsmuurtje bewaard gebleven. Hierdoor waren delen van twee kamers zichtbaar in de proefput. De meest oostelijke kamer was zeer klein en had een vloer die uit een cementlaag bestond. In de westelijke kamer lag een bakstenen vloer die deels verstoord was. Mogelijk ligt de cementlaag in de oostelijke kamer boven op een gelijkaardige bakstenen vloer (Fig. 22). In de oostelijke kamer was tegen het opgaand metselwerk een kalkmortel aangebracht waarop een rode plint geschilderd was.

Tussen beide muren bevonden zich enkele ophogingslagen (lagen 7, 14 en 15). De natuurlijke bodem bevond zich ongeveer 150-160 cm onder het huidige niveau.

(23)

19

Fig. 21: Profiel van proefput 11.

(24)

20 3.2.6 Proefput 12

Proefput 12 lag in het zuidoosten van de parking. In totaal werden hier 30 verschillende lagen (Fig. 23, 24 en 25) en 3 grondsporen in de natuurlijke bodem aangetroffen. Lagen 1, 2, 3 en 4 hadden te maken met de recente verhardingen, terwijl lagen 5, 16 en 19 ontstaan waren bij de afbraak van de gebouwen.

Tegen de zuidelijke rand van de proefput is een bakstenen muur (laag 6) gelegen. Mogelijk gaat het om dezelfde muur als in proefput 11 (laag 17). Behalve een steriele gele zandlaag (laag 7) onder deze muur, bevinden er zich nog enkele oudere puinlagen (lagen 4, 5 en 8). Daaronder is een donkere ophogingslaag (laag 10) aanwezig en een kuil (laag 12) met een sterk gevlekte inhoud.

In de noordwestelijke hoek van de proefput is de hoek van een bakstenen gebouw vastgesteld. Deze muur bevindt zich ongeveer 45 cm onder het huidige niveau en is 80 cm bewaard. Helemaal in de hoek is één versierde vloertegel aanwezig. Tegen de bakstenen muur liggen een aantal lagen. Lagen 8, 17, 18, 20, 24, 26 en 27 zijn recenter dan de muur, terwijl de insteek van de muur (laag 25) wel doorheen lagen 28 en 29 snijdt. Lagen 9 en 29 zijn als ophogingslaag of teelaarde te interpreteren.

(25)

21

Fig. 24: Profiel van proefput 12.

(26)

22 3.2.7 Interpretatie

Zowel aan de straatkant als op de achtererven werden een aantal bakstenen constructies aangetroffen in het vooronderzoek. Minstens van 4 gebouwen werden resten vrijgelegd. In proefput 8 werd de achtergevel van een gebouw (met bewaarde vloer en een terras), dat langsheen de Groenstraat lag, aangesneden (Fig. 16). Onder het terras werd een waterput waargenomen. De muurresten in proefput 7 kunnen eventueel tot een aanbouw van deze woning gehoord hebben. Ook in proefput 10 werd een gebouw waargenomen dat langsheen de straat gelegen was. Het aantal resten dat binnen de proefput viel, was minimaal, maar toch kon naast de achtergevel ook een haaks daarop staand muurtje ingetekend worden. Aangezien een deel van de achtergevel dieper gefundeerd is, wordt verondersteld dat aan de binnenkant van het gebouw daar een kleine neerkamer bewaard bleef (Fig. 20).

De bakstenen muur in het zuiden van de proefputten 11 en 12 kan van één en dezelfde constructie geweest zijn (eventueel een scheidingsmuur). In proefput 11 werd parallel met de hierboven aangehaalde muur nog een tweede muur vrijgelegd. Een dwarse muur hierop zorgt al voor een indeling in minstens twee kamers, waarvan één kamer een bakstenen vloer heeft en in de andere kamer een cementlaagje op deze bakstenen gesmeerd is. Beide kamers kunnen kleine, ondiepe keldertjes geweest zijn (Fig. 22).

In de noordwestelijke hoek van proefput 12 werd ten slotte ook nog de hoek van een gebouw aangetroffen. Vermoedelijk is de cementtegelvloer nog volledig bewaard (Fig. 24).

In de uitgegraven proefputten werd geen dateerbaar materiaal gevonden. Toch kan een bijkomend onderzoek van deze zone dateerbare contexten aanleveren. Vooral voor de betere kennis van de organische groei rond het dorpscentrum van Neerpelt, is verder onderzoek interessant. Het projectgebied ligt op het einde van de 18de eeuw op de rand van de dorpskern.

Het ware zeker interessant geweest een beeld te krijgen van de bouwgeschiedenis op het perceel om zo tot een betere datering te komen van de groei van de dorpskern. Op basis van het primitief kadaster en de Ferrariskaart is het immers duidelijk dat er zich bebouwing bevindt in het projectgebied, al is niet geweten of deze bebouwing 17de_ of 18de-eeuws (dan wel nog ouder) is.

(27)

23

H

OOFDSTUK

4

I

NTERPRETATIE EN ADVIES

Zowel op het Sooi Willemsplein als de parking op de hoek van de Kloosterstraat met de Groenstraat werden telkens 6 proefputten gegraven. Beide zones zorgen voor een opdeling in twee van het projectgebied.

* * *

Op het Sooi Willemsplein werd onder de huidige bestrating een 30-40 cm dikke puinlaag aangetroffen. Ten gevolge van de bouw en de afbraak van het klooster is de grond geroerd tot ongeveer 125-130 cm onder het huidige niveau. Doordat ook geen sporen van bodemvorming meer aanwezig zijn, is de bewaring van oudere sporen nagenoeg onbestaande.

Conclusie voor dit deel van het projectgebied (Sooi Willemsplein) kan zijn dat zowel oudere sporen als restanten van het klooster een dermate slechte bewaringstoestand hebben, dat bijkomend archeologisch onderzoek niet noodzakelijk wordt geacht.

* * *

Op de parking aan de hoek van de Kloosterstraat met de Groenstraat werden zowel aan de straatkant als op de achtererven een aantal bakstenen constructies aangetroffen in het vooronderzoek. Van minstens vier gebouwen werden resten vrijgelegd, maar tot noch toe werd geen dateerbaar materiaal gevonden.

Het ware zeker interessant geweest een beeld te krijgen van de bouwgeschiedenis op het perceel om zo tot een betere datering te komen van de groei van de dorpskern. Op basis van het primitief kadaster en de Ferrariskaart is het immers duidelijk dat er zich bebouwing bevindt in het projectgebied, al is niet geweten of deze bebouwing 17de_ of 18de-eeuws (dan wel nog ouder) is.

Naar de lokale geschiedenis van Neerpelt toe kan dit de nodige geschiedkundige nuances aanbrengen die niet te achterhalen zijn op basis van ouder kaartmateriaal of archiefstukken. De mutatieschetsen van het kadaster tonen immers enkel bouwvolumes en geen indeling ervan noch enige invulling van activiteiten op de achtererven.

Omwille van de mogelijkheid om de 17de-18de eeuwse groei van de huidige dorpskern beter te

documenteren en te interpreteren, is bijkomend archeologisch onderzoek op de parking aan de hoek van de Kloosterstraat met de Groenstraat aangewezen.

Tijdens dit bijkomende onderzoek, een vlakdekkende opgraving van het volledige terrein, worden twee archeologische vlakken aangelegd. Een eerste vlak wordt aangelegd door het verwijderen van de huidige verhardingen en de recente puinlagen (afbraak gebouwen) en dit tot op het niveau van de bewaarde muur- en vloerresten. Het vlak dient volledig opgeschoond, gedocumenteerd en ingetekend te worden. Aanwezige sporen dienen gecoupeerd te worden en er dient aandacht besteed te worden aan dateerbare contexten.

Van alle muren wordt getracht een datering te verkrijgen, hetzij door raadpleging van de mutatieschetsen van het kadaster, hetzij door de stratigrafie op de site, hetzij door 14C-datering,

hetzij door gerelateerde contexten of vondsten.

In de zones van de bebouwing dienen de verschillende opeenvolgende vloeren stratigrafisch opgegraven te worden. Deze verdieping kan eventueel machinaal (minigraver) gebeuren.

(28)

24

Een tweede vlak wordt aangelegd op de scherpe overgang van de natuurlijke bodem en de geroerde grond. Ook hier dient een registratie te gebeuren van het volledige vlak. Eventuele oudere vondsten kunnen hiermee ook opgespoord worden (cfr. de waterput in proefput 8).

Voor de uitvoering van het volledige onderzoek dient de nodige tijd voorzien te worden en moet een archeologisch team samengesteld te worden dat bestaat uit twee archeologen en twee arbeiders.

(29)

25

B

IBLIOGRAFIE

COSSINX J.z.d.: Neerpelt, korte geschiedkundige schets, Neerpelt.

VERLINDEN R. 1994: De eerste meisjesschool te Neerpelt. Geschiedkundige gegevens over de stichting

(30)

26

(31)

27

B

IJLAGE

1

S

PORENINVENTARIS

Werkput 1

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Betonklinkers

2 Wt Zandbed

3 Gl-Br Berggrint

4 DGr BS, KM, GR, klein puin

5 Wt-LGr BS, IJZ, nylon, groot bouwpuin

6 Gr-DGr BS, IJZ, bouwpuin 7 DGr-DBr 8 Gl-Br BS 9 DBr Veel BS, KM 10 Wt Natuurlijke bodem 11 Br 12 DBr BS, KM SP. 1 DBr BS SP. 2 DBr BS, KM Werkput 2

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Betonklinkers

2 Wt Zandbed

3 Gl-Br Berggrint

4 Gr-Wt BS, IJZ

5 Br-Gr BS, IJZ, natuursteen, veel puin

6 Gr met Gl vlekken BS, HK, kiezel, pleisterwerk

7 Gr met Gl vlekken BS, HK, Wt zand

8 DGr BS, HK, kiezel 9 Gr-Br BS, HK 10 DBr-DGr BS, HK 11 Br HK 12 DGr-DBr Wt vlekjes 13 Wt Natuurlijke bodem 14 Gr-Gl Veel BS 15 LGr, DBr-Gr gevlekt BS, kiezel SP. 1 DBr BS SP. 2 DBr-DGr BS SP. 3 DBr BS, KM

(32)

28

Werkput 3

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Betonklinkers

2 Wt Zandbed

3 Gl-Br Berggrint

4 Br-Gr BS, KS, HK, KM, kiezel, veel puin

5 Lgr-Br BS, KS, pleisterwerk 6 DGr-Zw BS, LS, KM 7 Br-LBr BS, HK 8 Gr-Gl HK 9 DGr-Zw BS, LS, KM 10 Gr-LGl HK

11 Br met boven eerder DGr HK

12 DGr-DBr-Zw BS, HK 13 Gl-Br BS 14 Rood BS beerput 15 LBr 16 Wt-Zw gevlekt 17 Riolering 18 Gl gevlekt 19 Wt-Zw gevlekt 20 Wt Natuurlijke bodem SP. 1 DGr Werkput 4

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Betonklinkers 2 Wt Zandbed 3 Gl-Br Berggrint 4 Zw-DGr BS, grint 5 Wt-Gr-Gl BS, KM 6 Gr BS, plastiek 7 Br-Gr BS, HK 8 Br-Gr met Wt vlekjes BS 9 Br-Gr BS, HK 10 LBr-Gr HK 11 Wt Natuurlijke bodem Werkput 5

Laag Spoor Kleur Bijmenging

(33)

29 2 Wt Zandbed 3 Gl-Br Berggrint 4 Br BS, KM, puin 5 Br Grote muurfragmenten 6 Gl-Br 7 DGr 8 Gl-DGr gevlekt 9 Wt Natuurlijke bodem 10 LBr BS, veel KM 11 Br-Gr gevlekt 12 DGr SP. 1 DBr SP. 2 DGr SP. 3 DGr SP. 4 DBr SP. 5 Br SP. 6 Gl-Br SP. 7 DBr Veel BS, KM SP. 8 Br Heel veel BS, KM SP. 9 Gl-Br SP. 10 DBr BS, KM Werkput 6

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Betonklinkers 2 Wt Zandbed 3 Gl-Br Berggrint 4 Wt 5 DGr-DBr BS, KM 6 Gl-DBr 7 DBr Beetje BS, KM 8 Wt Natuurlijke bodem 9 Wt tot Gl-Gr BS SP. 1 DGr BS Werkput 7

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Asfalt

2 Kiezelfundering

3 Br IJZ

(34)

30

5 Br-LGr BS

6 Gl-Br-LGr gevlekt BS, kiezel

7 Br-LGr gevlekt BS, KM

8 Gl-Gr gelaagd BS, KM

9 Ro-Br Veel BS, KM, cementtegels

10 RO BS muur 11 DBr-GR BS, HK, VL 12 Wt Natuurlijke bodem 13 Ro BS muur 14 Br-Gl gevlekt BS, HK 15 Gl gevlekt 16 Br-Gr met LGr en Wt vlekken BS, HK, VL SP. 1 Ro BS muur

SP. 2 Br Heel veel puin

SP. 3 Wi-Zw Cementtegels

SP.4 Gr Dorpel in hardsteen

SP. 5 Ro BS muur

Werkput 8

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Asfalt 2 Kiezelfundering 3 Zw HK, IJZ 4 Ro-Br BS, KM 5 Betonterras 6 Gr-Zw BS, HK, kiezel, grote natuursteenblokken 7.0 LGr-Gl gevlekt BS, HK, kiezel 7.1 Gr-Br BS, HK 7.2 Br-Gl gevlekt BS, HK, IJZ 7.3 Gr en Zw vlekken BS 7.4 LGr en Gl vlekken BS, HK 7.5 Gl gevlekt HK 7.6 Wt-Gr gevlekt Bs, kiezel 7.7 Zw HK, BS 7.8 Gr HK 7.9 Gr-Br Kiezel 8.0 Gl gevlekt BS 8.1 Gl BS 8.2 Gl-Gr BS 9.0 Gl-Or BS, IJZ

(35)

31

9.1 DGr BS, KM, HK, IJZ, veel puin

9.2 Zw BS, HK, veel puin 9.3 Br BS, KM, HK, veel puin 10 Gr BS, HK, VL 11 Gr-Gl gelaagd HK, kiezel 12 Gl-Wt gevlekt IJZ 13 Wt-Gl Natuurlijke bodem 14 LGr-Gl gevlekt BS, KM, HK, VL, kiezel 15 DGr HK, kiezel 16 Br HK 17 DGr-Gr gelaagd HK 18 LBr 19 Br HK SP. 1 LGr-Gl gevlekt BS, HK, kiezel SP. 2 Gl gevlekt BS SP. 3 Gr Betonterras SP. 4 Gr Dorpel in hardsteen SP. 5 Ro BS muur SP. 6 Gr Dorpel in hardsteen SP. 7 Ro BS muur SP. 8 DBr Veel puin SP. 9 Cementtegelvloer SP. 10 Cementtegelvloer Werkput 9

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Asfalt 2 Betonklinkers 3 Wt Zandbed 4 Gr-Br Kiezellaag 5 Br-Gl BS, HK 6 Gl 7 Gr-Zw 8 Gr BS, KM 9 Wt-LGr BS, kiezel 10 DBr BS, HK, SK, bot 11 DBr BS, HK, kiezel 12 Wt Natuurlijke bodem Werkput 10

(36)

32 1 Asfalt 2 Kiezelfundering 3 Br IJZ 4 Br-Gr BS, KM, HK, veel puin 5 Ro BS fundering riool 6 Wt 7 DBr BS, HK, VL, kiezel 8 Gr BS, HK, VL 9 Wt Natuurlijke bodem 10 Gl 11 Ro Muurfragment 12 LGr gelaagd HK 13 Br-Gr 14 Gr HK 15 DGr gevlekt HK 16 Gr met Or vlekken HK, VL 17 Gr-LGr gevlekt HK 18 Beton 19 Br BS, KM 20 DBr BS, HK, SK, natuursteen 21 Br BS, HK, natuursteen 22 Gl BS 23 LBr-Gr BS, VL 24 Gr HK SP. 1 Gr Gootje SP. 2 Ro BS muur SP. 3 Ro BS muur SP. 4 Ro BS muur SP. 5 Ro BS muur Werkput 11

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Asfalt 2 Kiezelfundering 3 Betonklinkers 4 Ro-Br BS, KM, SK, kiezel 5 Ro-Br Muurfragment 6 Br BS, HK, LS 7 Br-Gr BS, HK, kalk 8 Wt Natuurlijke bodem 9 Wt

(37)

33 10 Kiezellaag 11 DBr BS, HK, IJZ 12 Br BS, HK, SK, KM, cementtegels, kiezel 13 Gl BS 14 BR-DGr gelaagd BS, HK, SK, KM 15 DBr BS, HK, SK, kiezel 16 Gl-Gr BS 17 Ro BS muur 18 DBr-LGr gevlekt BS, KM, HK 19 LGr gevlekt SP. 1 DGr BS, KM SP. 2 DBr BS SP. 3 DGr-DBr BS, KM Werkput 12

Laag Spoor Kleur Bijmenging

1 Asfalt 2 Kiezelfundering 3 Betonklinkers 4 Wt Zandbed 5 Kiezellaag 6 Ro BS muur 7 Gl 8 DGr-Br BS, HK, kiezel 9 DGr BS, HK 10 Gr BS, HK, VL 11 Gl-Gr gevlekt HK 12 Gr-LGr-Wt gevlekt BS, HK 13 Wt Natuurlijke bodem 14 LGr HK 15 Gr BS, HK 16 Zw-Br BS, HK, SK 17 Zw-Br gelaagd BS, SK 18 Br BS 19 Br BS 20 Gl BS, KM 21 Vloer in cementtegels 22 Gl 23 Ro Muurfragment 24 LGr gevlekt BS, HK 25 Br-Gr BS, HK, SK

(38)

34 26 Zw BS, KM, HK, SK 27 Gr BS, HK, SK 28 LBr-Br BS, HK, kiezel 29 Br BS, KM, kiezel 30 Gl Kiezel SP. 1 DGr BS, HK SP. 2 Ro BS muur SP. 3 Ro BS muur Gebruikte afkoringen: Kleur: Bijmenging: D- donker BS baksteen L- licht HK houtskool

Br bruin IJZ ijzer

Gl geel KM kalkmortel

Gr grijs KS kalksteen

Or oranje LS leisteen

Ro rood SK steenkool

(39)

35

B

IJLAGE

2 F

OTOINVENTARIS

Fotonummer Soort Werkput NE-09-SWP-001 Overzicht 1 NE-09-SWP-002 Overzicht 1 NE-09-SWP-003 Overzicht 2 NE-09-SWP-004 Overzicht 2 NE-09-SWP-005 Overzicht 3 NE-09-SWP-006 Overzicht 3 NE-09-SWP-007 Overzicht 4 NE-09-SWP-008 Overzicht 4 NE-09-SWP-009 Overzicht 5 NE-09-SWP-010 Overzicht 5 NE-09-SWP-011 Overzicht 6 NE-09-SWP-012 Overzicht 6 NE-09-SWP-013 Overzicht 7 NE-09-SWP-014 Overzicht 7 NE-09-SWP-015 Overzicht 8 NE-09-SWP-016 Overzicht 8 NE-09-SWP-017 Overzicht 9 NE-09-SWP-018 Overzicht 9 NE-09-SWP-019 Overzicht 10 NE-09-SWP-020 Overzicht 10 NE-09-SWP-021 Overzicht 11 NE-09-SWP-022 Overzicht 11 NE-09-SWP-023 Overzicht 12 NE-09-SWP-024 Overzicht 12 NE-09-SWP-025 Overzicht 5 NE-09-SWP-026 Overzicht 5 NE-09-SWP-027 Overzicht 1 NE-09-SWP-028 Overzicht 1 NE-09-SWP-029 Overzicht 1 NE-09-SWP-030 Overzicht 1 NE-09-SWP-031 Overzicht 1 NE-09-SWP-032 Overzicht 1 NE-09-SWP-033 Overzicht 1 NE-09-SWP-034 Overzicht 1 NE-09-SWP-035 Overzicht 1 NE-09-SWP-036 Overzicht 1 NE-09-SWP-037 Profiel 1 NE-09-SWP-038 Profiel 1

(40)

36 NE-09-SWP-039 Profiel 1 NE-09-SWP-040 Profiel 1 NE-09-SWP-041 Profiel 1 NE-09-SWP-042 Profiel 1 NE-09-SWP-043 Profiel 1 NE-09-SWP-044 Profiel 2 NE-09-SWP-045 Profiel 2 NE-09-SWP-046 Profiel 2 NE-09-SWP-047 Profiel 2 NE-09-SWP-048 Profiel 2 NE-09-SWP-049 Profiel 2 NE-09-SWP-050 Profiel 2 NE-09-SWP-051 Overzicht 2 NE-09-SWP-052 Overzicht 2 NE-09-SWP-053 Overzicht 2 NE-09-SWP-054 Overzicht 2 NE-09-SWP-055 Overzicht 2 NE-09-SWP-056 Overzicht 2 NE-09-SWP-057 Overzicht 2 NE-09-SWP-058 Overzicht 2 NE-09-SWP-059 Overzicht 2 NE-09-SWP-060 Overzicht 4 NE-09-SWP-061 Overzicht 4 NE-09-SWP-062 Overzicht 4 NE-09-SWP-063 Overzicht 4 NE-09-SWP-064 Overzicht 4 NE-09-SWP-065 Overzicht 4 NE-09-SWP-066 Overzicht 4 NE-09-SWP-067 Overzicht 4 NE-09-SWP-068 Overzicht 4 NE-09-SWP-069 Overzicht 4 NE-09-SWP-070 Overzicht 4 NE-09-SWP-071 Overzicht 4 NE-09-SWP-072 Profiel 4 NE-09-SWP-073 Profiel 4 NE-09-SWP-074 Profiel 4 NE-09-SWP-075 Profiel 4 NE-09-SWP-076 Profiel 4 NE-09-SWP-077 Profiel 4 NE-09-SWP-078 Profiel 4 NE-09-SWP-079 Profiel 4

(41)

37 NE-09-SWP-080 Profiel 4 NE-09-SWP-081 Profiel 4 NE-09-SWP-082 Werkfoto NE-09-SWP-083 Werkfoto NE-09-SWP-084 Profiel 3 NE-09-SWP-085 Profiel 3 NE-09-SWP-086 Profiel 3 NE-09-SWP-087 Profiel 3 NE-09-SWP-088 Profiel 3 NE-09-SWP-089 Overzicht 3 NE-09-SWP-090 Overzicht 3 NE-09-SWP-091 Overzicht 3 NE-09-SWP-092 Overzicht 3 NE-09-SWP-093 Overzicht 3 NE-09-SWP-094 Overzicht 3 NE-09-SWP-095 Overzicht 3 NE-09-SWP-096 Overzicht 3 NE-09-SWP-097 Overzicht 3 NE-09-SWP-098 Overzicht 3 NE-09-SWP-099 Overzicht 3 NE-09-SWP-100 Overzicht 3 NE-09-SWP-101 Overzicht 3 NE-09-SWP-102 Overzicht 3 NE-09-SWP-103 Overzicht 3 NE-09-SWP-104 Overzicht 3 NE-09-SWP-105 Overzicht 3 NE-09-SWP-106 Overzicht 3 NE-09-SWP-107 Overzicht 3 NE-09-SWP-108 Overzicht 3 NE-09-SWP-109 Overzicht 3 NE-09-SWP-110 Overzicht 3 NE-09-SWP-111 Profiel 5 NE-09-SWP-112 Profiel 5 NE-09-SWP-113 Profiel 5 NE-09-SWP-114 Profiel 5 NE-09-SWP-115 Profiel 5 NE-09-SWP-116 Profiel 5 NE-09-SWP-117 Overzicht 5 NE-09-SWP-118 Overzicht 5 NE-09-SWP-119 Overzicht 5 NE-09-SWP-120 Overzicht 5

(42)

38 NE-09-SWP-121 Overzicht 5 NE-09-SWP-122 Overzicht 5 NE-09-SWP-123 Overzicht 5 NE-09-SWP-124 Overzicht 5 NE-09-SWP-125 Overzicht 5 NE-09-SWP-126 Overzicht 5 NE-09-SWP-127 Overzicht 5 NE-09-SWP-128 Overzicht 5 NE-09-SWP-129 Overzicht 5 NE-09-SWP-130 Overzicht 5 NE-09-SWP-131 Overzicht 5 NE-09-SWP-132 Profiel 6 NE-09-SWP-133 Profiel 6 NE-09-SWP-134 Profiel 6 NE-09-SWP-135 Profiel 6 NE-09-SWP-136 Profiel 6 NE-09-SWP-137 Overzicht 6 NE-09-SWP-138 Overzicht 6 NE-09-SWP-139 Overzicht 6 NE-09-SWP-140 Overzicht 6 NE-09-SWP-141 Overzicht 6 NE-09-SWP-142 Overzicht 6 NE-09-SWP-143 Overzicht 6 NE-09-SWP-144 Overzicht 6 NE-09-SWP-145 Profiel 7 NE-09-SWP-146 Profiel 7 NE-09-SWP-147 Profiel 7 NE-09-SWP-148 Profiel 7 NE-09-SWP-149 Profiel 7 NE-09-SWP-150 Overzicht 7 NE-09-SWP-151 Overzicht 7 NE-09-SWP-152 Overzicht 7 NE-09-SWP-153 Overzicht 7 NE-09-SWP-154 Overzicht 7 NE-09-SWP-155 Overzicht 7 NE-09-SWP-156 Overzicht 7 NE-09-SWP-157 Overzicht 7 NE-09-SWP-158 Overzicht 7 NE-09-SWP-159 Overzicht 7 NE-09-SWP-160 Overzicht 7 NE-09-SWP-161 Profiel 8

(43)

39 NE-09-SWP-162 Profiel 8 NE-09-SWP-163 Profiel 8 NE-09-SWP-164 Profiel 8 NE-09-SWP-165 Profiel 8 NE-09-SWP-166 Profiel 8 NE-09-SWP-167 Profiel 8 NE-09-SWP-168 Profiel 8 NE-09-SWP-169 Profiel 8 NE-09-SWP-170 Overzicht 8 NE-09-SWP-171 Overzicht 8 NE-09-SWP-172 Overzicht 8 NE-09-SWP-173 Overzicht 8 NE-09-SWP-174 Overzicht 8 NE-09-SWP-175 Overzicht 8 NE-09-SWP-176 Overzicht 8 NE-09-SWP-177 Overzicht 8 NE-09-SWP-178 Overzicht 8 NE-09-SWP-179 Overzicht 8 NE-09-SWP-180 Overzicht 8 NE-09-SWP-181 Overzicht 8 NE-09-SWP-182 Profiel 9 NE-09-SWP-183 Profiel 9 NE-09-SWP-184 Profiel 9 NE-09-SWP-185 Overzicht 9 NE-09-SWP-186 Overzicht 9 NE-09-SWP-187 Profiel 10 NE-09-SWP-188 Profiel 10 NE-09-SWP-189 Profiel 10 NE-09-SWP-190 Profiel 10 NE-09-SWP-191 Profiel 10 NE-09-SWP-192 Profiel 10 NE-09-SWP-193 Profiel 10 NE-09-SWP-194 Overzicht 10 NE-09-SWP-195 Overzicht 10 NE-09-SWP-196 Overzicht 10 NE-09-SWP-197 Overzicht 10 NE-09-SWP-198 Overzicht 10 NE-09-SWP-199 Overzicht 10 NE-09-SWP-200 Overzicht 10 NE-09-SWP-201 Overzicht 10 NE-09-SWP-202 Overzicht 11

(44)

40 NE-09-SWP-203 Overzicht 11 NE-09-SWP-204 Overzicht 11 NE-09-SWP-205 Overzicht 11 NE-09-SWP-206 Overzicht 11 NE-09-SWP-207 Overzicht 11 NE-09-SWP-208 Overzicht 11 NE-09-SWP-209 Overzicht 11 NE-09-SWP-210 Overzicht 11 NE-09-SWP-211 Overzicht 11 NE-09-SWP-212 Overzicht 11 NE-09-SWP-213 Overzicht 11 NE-09-SWP-214 Overzicht 11 NE-09-SWP-215 Overzicht 11 NE-09-SWP-216 Overzicht 11 NE-09-SWP-217 Overzicht 11 NE-09-SWP-218 Overzicht 11 NE-09-SWP-219 Overzicht 11 NE-09-SWP-220 Overzicht 11 NE-09-SWP-221 Overzicht 11 NE-09-SWP-222 Overzicht 11 NE-09-SWP-223 Overzicht 11 NE-09-SWP-224 Overzicht 11 NE-09-SWP-225 Profiel 11 NE-09-SWP-226 Profiel 11 NE-09-SWP-227 Profiel 11 NE-09-SWP-228 Profiel 11 NE-09-SWP-229 Profiel 11 NE-09-SWP-230 Profiel 11 NE-09-SWP-231 Profiel 11 NE-09-SWP-232 Profiel 11 NE-09-SWP-233 Profiel 11 NE-09-SWP-234 Profiel 11 NE-09-SWP-235 Overzicht 11 NE-09-SWP-236 Overzicht 11 NE-09-SWP-237 Werkfoto NE-09-SWP-238 Profiel 12 NE-09-SWP-239 Profiel 12 NE-09-SWP-240 Profiel 12 NE-09-SWP-241 Profiel 12 NE-09-SWP-242 Profiel 12 NE-09-SWP-243 Profiel 12

(45)

41 NE-09-SWP-244 Profiel 12 NE-09-SWP-245 Profiel 12 NE-09-SWP-246 Profiel 12 NE-09-SWP-247 Profiel 12 NE-09-SWP-248 Profiel 12 NE-09-SWP-249 Profiel 12 NE-09-SWP-250 Overzicht 12 NE-09-SWP-251 Overzicht 12 NE-09-SWP-252 Overzicht 12 NE-09-SWP-253 Overzicht 12

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Key

[r]

Samenstelling projectgroep, adviesgroep en andere betrokkenen.. 4

In het schip bevindt hij zich meestal op het gewelf van de eerste schiptravee, zo in Leveste (laatste kwart vijftiende eeuw), Schiplage (eerste kwart zestiende

De dood wordt in de late middeleeuwen meestal afgebeeld als een levend lijk. Een voorstelling met drie levende doden is de voorstelling naar de legende van de drie

Elk voorjaar lopen uit de knoppen takken: een scheut in de hoogte en meerdere rondom. Bij een gezonde den kan men de naalden van de laatste 3 tot 5 jaar

‘t Liep tegen het nieuwe jaar Toen zij er te Bethlehem kwamen Daar schoten drie stralen dooreen Een straal van omhoog zij vernamen. Een straal uit het kribje benee Daar vlamd‘ er

GSWorks heeft aan Econsultancy opdracht verleend voor het uitvoeren van een milieuhygiënisch vooronderzoek bodem op de locatie Molenstraat 3 te Ingen.. Het