Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017
ERYSIPELAS
• Klinische aspecten en commentaren
o Oppervlakkige infectie van de huid (beperkt tot de dermis) al dan niet met aantasting van het lymfestelsel (lymfangitis).
o Manifesteert zich als een pijnlijk, blinkend, rood, oedemateus letsel met een verheven rand die vooruit-schrijdt en duidelijk afgescheiden blijft is van de omliggende gezonde huid.
o Komt vooral voor op de (onderste) ledematen, de neusbrug en (vlindervormig) op de wangen.
o Bij uitbreiding in de diepte wordt een ander classificatie/terminologie gebruikt: cellulitis, subcutaan abces (furonkel), furunculose, necroserende fasciitis.
o Hoger risico bij patiënten met nefrotisch syndroom.
o Navelstomp is een mogelijke ingangspoort bij de pasgeborene.
o Risicofactor voor infecties door Staphylococcus aureus: diabetes (geldt in het bijzonder voor erysipelas in het aangezicht).
• Betrokken pathogenen
o Groep A streptokokken (Streptococcus pyogenes).
o Groep B streptokokken [Streptococcus agalactiae (vooral bij pasgeborenen)]. o Groep C streptokokken (Streptococcus dysgalactiae).
o Groep G streptokokken.
• Empirische anti-infectieuze behandeling o Regimes.
Milde pathologie: amoxicilline. Matige of ernstige pathologie.
Ampicilline. Penicilline G o Standaard posologieën.
Amoxicilline: 500 mg po q8h of 1 g po q12h. Ampicilline: 1 g iv q6h.
Penicilline G: 3 tot 4 miljoen internationale eenheden iv q6h.
o Totale duur van de adequate (empirische + gedocumenteerde) anti-infectieuze behandeling: 5 tot 10 da-gen.