• No results found

‘Detaildrift bij richtlijn ic frustreert de regio’ (artikel Medisch Contact)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "‘Detaildrift bij richtlijn ic frustreert de regio’ (artikel Medisch Contact)"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

10 MEDISCH CONTACT 05 | 4 FEBRUARI 2016

ACHTER HET NIEUWS

Eva Nyst e.nyst@medischcontact.nl @evanyst

‘Detaildrift

bij richtlijn ic

frustreert de regio’

Vijf jaar werkten anesthesiologen, internisten en intensivisten

tevergeefs aan een nieuwe richtlijn ic. Het Zorginstituut nam

de regie over en diagnosticeerde: vastgeroeste debatposities

en doorgeslagen detaildrift. Zomer 2016 verschijnt een

kwaliteitsstandaard ic waarbinnen de zorg regionaal moet

worden ingevuld, zo liet het Zorginstituut vorige week weten.

G

ynaecoloog Jan Kremer moest afgelopen najaar wel even nadenken voordat hij voorzitter werd van de adviescommissie kwaliteit van

Zorginstituut Nederland. ‘Ik vroeg me af wat de rol van de overheid moet zijn bij kwaliteit. Ik ben professional van origine, heb lang als medisch specialist in het ziekenhuis gewerkt en ben jaren verant-woordelijk geweest voor het richtlijnen-beleid van de gynaecologenvereniging.’ Kwaliteit is iets van professionals en patiënten en als het niet nodig is moet de overheid zich er niet mee bemoeien, vindt Kremer. ‘Maar als de discussie wordt gevoerd op basis van andere argumenten dan kwaliteit, dan vind ik wel dat de over-heid namens zeventien miljoen

Nederlanders de stap mag zetten.’ Het Zorginstituut wil de vastgelopen nieuwe richtlijn ic omwerken naar een standaard waarin kernachtig de belangrijkste kwali-teitseisen staan beschreven. Binnen dit raamwerk moeten ziekenhuizen hun eigen ‘regiomaatwerkoplossingen’ ontwikkelen.

Waarom ging het mis met de richtlijn?

‘Vanuit het Zorginstituut en met een externe partij hebben we de afgelopen maanden een uitgebreide analyse gemaakt. Vooraf is te snel gezegd dat het draaide om belangen van grote versus kleine organisaties en koepelorganisaties. Ik denk eerder dat mensen zo vastzaten in bepaalde posities dat ze er even niet meer uitkwamen. Een andere reden is dat de conceptrichtlijn wel heel veel op landelijk niveau in detail wilde vastleg-gen – bijvoorbeeld een bepaald aantal zorgverleners aan een bed. Daar kun je vragen bij stellen omdat we toch in een tijd leven – kijk naar de decentralisaties in de langdurige zorg – dat de regionale context belangrijker wordt. Je kunt niet alles vanuit een landelijke standaard regelen; er moet ruimte zijn voor regionale, of zelfs lokale variatie.’

Waarom overkwam dat juist de richtlijn ic?

‘Het is een jong, dynamisch vakgebied dat veel doet aan kwaliteit. Misschien zit

HO L L A N D SE HO O G TE

(2)

4 FEBRUARI 2016 | MEDISCH CONTACT 05 11

daar ook de reden dat er te veel is doorgeschoten naar details. De NVIC (Nederlandse Vereniging voor Intensive Care, red.) is een heel ambitieuze vereni-ging. Daarnaast heeft een nieuwe richtlijn grote bedrijfskundige gevolgen. Niet alleen of een intensivist in het ziekenhuis moet slapen, maar ook of een ziekenhuis een ic kan openhouden. De ic is de kernactiviteit van een groot ziekenhuis. Als je geen ic hebt, heeft dat consequenties voor operaties en spoed-zorg. Overigens is het goed om te weten dat ons uitgangspunt niet is dat er meer moet worden geconcentreerd. Wij kijken naar kwaliteitsargumenten. Als dat bepaalde bedrijfsgevoelige consequenties heef, dan is dat zo.’

Hoe nu verder?

‘We dachten dat voor de ic het inzetten van een expertgroep niet de juiste weg was omdat de richtlijnontwikkeling al zo lang had geduurd. Daarnaast was het vrij lastig om voor de ic literatuurgegevens te krijgen die van toepassing zijn op de situatie. We bouwen nu de conceptricht-lijn om tot een kwaliteitsstandaard met wat de partijen naar onze verwachting allemaal redelijkerwijs zullen ondersteu-nen.’

Allemaal?

‘Nou ja, we gaan niet streven naar consen-sus. Het Zorginstituut is nu aan zet. Op basis van onze wettelijke doorzettings-macht maken we een standaard waarvan

we denken dat die op draagvlak kan rekenen. We gaan niet in overleg met elkaar dat document vaststellen; de tijd van polderen is nu even voorbij. Maar een kwaliteitsstandaard waarmee het veld niet verder kan, heeft natuurlijk geen waarde.’

Hoe moeten artsen verder met de kwaliteits-standaard?

‘We verwachten van de regio’s dat ze aan de slag gaan om het verder lokaal en regionaal in te vullen. We gaan drie dingen doen. Eén: we gaan faciliteren, partijen bij elkaar brengen. Twee: we gaan het onderling leren van de regio’s stimuleren, best practices tonen. En als derde gaan we monitoren of de regio’s echt in beweging komen en bewaken dat ze de stappen zetten die we in de standaard hebben beschreven. Als de regio’s na zes maanden nog niet klaar zijn, dan grijpen we in. Want de algemene ondertoon is: ondanks alle goede inspanningen van het veld waar mensen met energie en passie aan de slag zijn geweest, duurt het gewoon te lang.’

Tijdpad

2006 De oude richtlijn ic met een driedeling in ic’s verschijnt. 2010 Start van de ontwikkeling van een nieuwe richtlijn ic door

Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA), de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC) en de Nederlandse Internisten Vereniging (NIV).

2013 Eerste concept van de richtlijn verschijnt.

2013 Vijfkoppige ‘schrijfgroep’ kritisch over voorgestelde omvang en tweedeling van ic’s.

2014 Tweede concept van de richtlijn verschijnt.

februari 2015 Nederlands onderzoek in Intensive care medicine stelt niet-significante verschillen vast in ziekenhuissterfte tussen de drie ic-types.

juli 2015 De besturen van de internisten en anesthesiologen nemen de richtlijn aan.

juli 2015 De leden van de NVIC wijzen de richtlijn af.

juli 2015 Zorginstituut Nederland neemt regie richtlijn ic over.

oktober 2015 Laatste deadline voor het veld om richtlijn ic te maken verloopt. januari 2016 Zorginstituut kondigt kwaliteitsstandaard aan.

zomer 2016 Zorginstituut ziet toe op de regionale uitwerking. voorjaar 2017 Afronding regionale invulling van de kwaliteitsstandaard.

web

Onder dit artikel op de website vindt u eerdere artikelen over de richtlijn ic en informatie over Zorginstituut Nederland.

‘We gaan niet streven naar consensus;

de tijd van polderen is voorbij’

ADVIESCOMMISSIE

KWALITEIT VAN ZORGINSTITUUT

NEDERLAND

De adviescommissie kwaliteit (ACK) van Zorginstituut Nederland bestaat uit veertien experts uit alle hoeken van de zorg: artsen, patiënten en cliënten, inspecteurs voor de gezondheidszorg. De ACK adviseert het Zorginstituut onder voorzitterschap van professor Jan Kremer, gynaecoloog en hoog-leraar patiëntgerichte innovatie aan het Radboudumc.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

verzoekt de regering om in kaart te brengen welke initiatie- ven veldpartijen hebben genomen om de transformatie naar digitale en hybride zorg te versnellen, welke initiatieven

Het is belangrijk om goede voorlichting te geven over de verschillende risicofactoren en de mate waarin deze bij kunnen dragen aan het ontstaan van de ziekten. Onderzoek

Om zoveel mogelijk patiënten de benodigde medische zorg te kunnen geven tijdens (de aanloop naar) Fase 3 moet de medische zorg voor alle patiënten worden afgeschaald tot

Dit formulier bestaat uit 2 luiken: één luik bestemd voor de behandelende geneesheer (de eerste geneesheer die wordt geraadpleegd), en een tweede luik dat ingevuld en ondertekend

In dit artikel staat de vraag centraal of het ziekenhuisbe- stuur voldoende instrumenten in handen heeft om richting medisch specialisten de wettelijke eindverantwoordelijk- heid

Indien de huisarts gebruik heeft gemaakt van ECMS en de medisch specialist concludeert na de eenmalige consultatie dat de patiënt hier niet geschikt voor is, wordt de afspraak

Deze pati~nte bracht als kern- punten naar voren: het gemis aan priva- cy; de opvatting dat de pati~ntenraad wel mogelijk iets zou kunnen oplossen, maar dat zij er zelf

vele houdingsafwijkingen en een minder goede algemene toestand van bet kind worden op deze manier zeker veroorzaakt. Daarnaast ko- men er in bet gesprek met