• No results found

Hoofdstuk 7. Conclusie

7.3 Discussie en reflectie op het onderzoek

7.3.2 Zelfcensuur

Tot slot: wat zegt dit onderzoek over de manier waarop zelfcensuur te onderzoeken is? Zelfcensuur blijft een gevoelig onderwerp en zodoende lastig om te onderzoeken. Er is geen censor die met een pen bepaalt wat er wel en niet gepubliceerd mag worden. In plaats daarvan wordt druk uitgeoefend op journalisten in de vorm van persaccreditaties, verblijfsvergunningen, gevangenisstraf en uitzettingen, en door de psychologische druk door de onzekerheid die dit teweegbrengt. Als een journalist niet over een bepaald onderwerp schrijft omdat hij zeker weet dat hij opgepakt wordt, is er dan sprake van zelfcensuur? En wat als de journalist niet merkt dat hij zichzelf beperkt, omdat de beïnvloeding subtiel en psychologisch is? Zelfcensuur is een complex en genuanceerd proces van meer en minder opzichtige beïnvloeding en de al dan niet bewuste reactie van de journalist daarop om een onderwerp te onderzoeken, een stuk te schrijven, een bepaalde bron te spreken of een stuk te publiceren.

Ik heb in dit onderzoek gebruik gemaakt van de vier stadia van het journalistieke proces waarin zelfcensuur kan optreden (Prenger 2007). Bij een onderzoek naar zelfcensuur is het nuttig om het journalistieke proces te ontleden in vier stadia. Waar de respondenten in eerste instantie vertelden dat ze zich nooit inhielden, bleek bij het doorvragen in verschillende stadia bijvoorbeeld dat ze bepaalde bronnen links lieten liggen. Dat is informatie die anders niet snel naar boven zou komen. Bij zelfcensuur wordt in eerste instantie gedacht aan onderwerpkeuze, terwijl qua brongebruik ook zelfcensuur kan plaatsvinden. Dat zouden de

correspondenten niet uit zichzelf benoemen. Wel overlappen de stadia: zo heeft de beschikbaarheid van bronnen effect op de onderwerpkeuze van journalisten. De kans over overlappende antwoorden is dus groot. Het gebruikte corpus, acht respondenten, was groot genoeg aangezien het om een kwalitatief onderzoek gaat. Vanwege het relatief beperkte aantal respondenten was het immers mogelijk om diepte-interviews te houden. De representativiteit van het onderzoek zou beter kunnen: één correspondent per land interviewen is niet veel. Daarbij komt dat de correspondenten uit verschillende mediasystemen (Hallin & Mancini) komen. Het is interessant om te kijken of de onderzoeksresultaten anders zouden zijn als alle correspondenten uit hetzelfde land zouden komen.

Ook heb ik ervoor gekozen om Hanitzsch en Vos' theorie van roloriëntatie te gebruiken. Het is effectief geweest om het onderscheid te maken tussen de verschillende niveaus waarop journalisten spraken: om zowel te kijken naar wat journalisten vinden wat ze zouden moeten doen, als naar wat ze zeggen dat ze doen. Bij een gevoelig onderwerp als zelfcensuur biedt deze theorie de mogelijkheid om een onderscheid tussen beide lagen te maken. Daardoor is duidelijk geworden dat wat journalisten zeggen dat ze doen, niet altijd overeenkomt met wat ze zouden willen doen als het gaat om zelfcensuur. Het verschil hiertussen zou in nader onderzoek verder uitgeplozen kunnen worden.

Ik heb als methode voornamelijk gebruik gemaakt van semigestructureerde kwalitatieve interviews. Dat heeft als voordeel dat het inzicht geeft in de zelf gerapporteerde werkelijkheid van de correspondenten: wat ze zeggen over journalistiek en hoe ze journalistiek bedrijven. Dat is bruikbaar als het gaat om een gevoelig

onderwerp zoals zelfcensuur en komt overeen met wat ik wilde onderzoeken, namelijk de normatieve roloriëntatie en vertelde roluitoefening van de correspondenten. Dat is tegelijkertijd nadeel van het gebruik van interview: het gaat immers alleen uit van wat de correspondenten zeggen. In een interview is niet te achterhalen wat de journalist uiteindelijk opgeschreven heeft.

Slechts in één geval heb ik gekeken naar het eindproduct: de hoeveelheid krantenartikelen die verschenen over de Koerdische regio. Helaas was het niet mogelijk om dat in dit onderzoek op grotere schaal te doen, omdat dat teveel tijd in beslag zou nemen. Dat kleine kwantitatieve onderzoek laat zien dat het zinvol is om ook de eindproducten van de correspondenten te onderzoeken. Het bood immers een kwantitatieve onderbouwing aan een deel van het onderzoek, dat verder slechts kwalitatief van aard is. Ook gaf het een extra dimensie aan de vertelde roluitoefening van de correspondenten, omdat bleek dat de correspondenten collectief nog minder over de Koerdische regio schrijven dan ze vermoedden. Een uitgebreider onderzoek naar wat correspondenten daadwerkelijk schrijven, kan verschillen blootleggen tussen wat journalisten zeggen dat ze willen doen, wat journalisten zeggen dat ze doen, en wat ze daadwerkelijk doen.

Literatuur

Arsan, E. 2013. ‘Killing Me Softly with His Words: Censorship and Self- Censorship from the Perspective of Turkish Journalists’, Turkish Studies 14(3): 447-462.

Burt, R. 1998. ‘(Un)censoring in detail: the fetish of censorship in the early modern past and postmodern present.’ In Post, R. (Ed.). Censorship and silencing: practices of cultural regulation. Santa Monica, CA: Getty Research Institute Publications, 17–41.

Carkoglu, A., & Yavuz, G. 2010. ‘Press–party parallelism in Turkey: An individual level interpretation’. Turkish

Studies, 11(4): 613–624.

Christensen, C. 2007. ‘Concentration of ownership, the fall of unions and government legislation in Turkey’.

Global Media and Communication, 3 (2): 179–199.

Christensen, M. 2010. ‘Notes on the public sphere on a post-national axis: Journalism and freedom of expression in Turkey’, Global Media and Communication, 6(2) 177–197.

‘Circulation Wars: the government rounds on its secular critics in the media’, 2008. The Economist. 8 Mei. Geraadpleegd op 4 december via http://www.economist.com/node/11332305.

Cottle S., Sambrook R., Mosdell N. 2016. Reporting Dangerously: Journalist killings, Intimidation and

Security. Londen: Palgrave Macmillan.

Deuze, M. 2005. ‘What is journalism? Professional identity and ideology of journalists reconsidered.’

Journalism 6 (4): 442-464.

Donsbach, W. 2012. ‘Journalists' Role Perception’, The International Encyclopedia of Communication. Geraadpleegd via Blackwell Reference Online, op 29 november 2017.

'Free speech in Turkey dealt fresh blow with sale of independent media outlets', 2018. The Guardian, 22 maart. Geraadpleegd op 20 juni 2018.

'Freedom in the world 2018: Turkey'. Freedom House, via https://freedomhouse.org/report/freedom- press/2017/turkey, geraadpleegd op 28 mei 2018.

Hallin, D. en Mancini, P. 2004. Comparing Media Systems: three models of media and politics. New York: Cambridge University Press.

Hanitzsch, T. en Vos, T. 2016. ‘Journalism beyond democracy: a new look into journalistic roles in political and everyday life’, Journalism 19 (2): 1-19.

Hanitzsch, T en Vos, T. 2017. ‘Journalistic roles and the struggle over institutional identity: The discursive constitution of journalism’. Communication Theory 27(2): 115-135.

Hannerz, U. 2004 Foreign News: Exploring the World of Foreign Correspondents. Chicago en Londen: University of Chicago Press.

Hoogstraten, M. en Jinek, E. 2008. Het maakbare nieuws: Antwoord op Joris Luyendijk -

buitenlancorrespondenten over hun werk. Amsterdam: Balans.

Josephi, B. 2005. Journalism in the global age: Between normative and empirical. Gazette, 67(6): 575–590. 'Journalism is not a crime: crackdown on media freedom in Turkey'. 2017. Amnesty International, 3 mei. Geraadpleegd via amnesty.org/en/documents/eur44/6055/2017/en/ op 28 mei 2018.

Kart, E. 2016. 'Spanish journalist 'deported over tweet', Hürriyet Daily News, 8 augustus. Geraadpleegd via https://www.hurriyetdailynews.com op 28 mei 2018.

Kenar, C. 2013. 'Turkey is divided as government blames protests on international conspiracy’, The Daily

Beast, 17 juni. Geraadpleegd via https://www.thedailybeast.com/turkey-is-divided-as-government-blames-

protests-on-international-conspiracy op 28 mei 2018.

Kester, B. 2010. The art of balancing: foreign correspondence in non-democratic countries: the Russian case. The international Communication Gazette, 72(1): 51-69

Kingsley, P. 2017. 'Turkey's Erdogan tries to play nice, after a year of bashing Europe', The New York

Times, 27 december.

Kurban, D. and Sözeri, C. 2012. Caught in the Wheels of Power: The Political, Legal and Economic Lieberman, T. 2000. ‘You can’t report what you don’t pursue’, Columbia Journalism Review, 39(1) 44-48. Mellado, C., & Van Dalen, A. (2014). 'Between rhetoric and practice: explaining the gap between role conception and performance in journalism'. Journalism Studies 15(6): 859–878.

Reese, S. 2001. 'Understanding the global journalist: A hierarchy-of-influences approach.' Journalism

Studies, 2(2) 173-187.

Pedelty, M. 1995. War Stories: The Culture of Foreign Correspondents. New York: Routledge.

Plomp, N. 2011. 'Correspondentschap in Turkije: belemmeringen, strategieën en consequenties van werken in een land met beperkte communicatievrijheid'. Masterscriptie Graduatie School of Communication,

Post, R. 1998. ‘Introduction’. In Post, R. (Ed.), Censorship and silencing: practices of cultural regulation. Santa Monica, CA: Getty Research Institute Publications, 1-16.

Prenger, M. 2007. Een selectieve blik: zelfcensuur in de Nederlandse journalistiek. Apeldoorn, Antwerpen: Het Spinhuis.

Sameer, A. 2008. ‘Censorship’, The International Encyclopedia of Communication. Geraadpleegd via Wiley Online Library op 28 november 2017.

Shaheen, K. en Hatunoglu, G. 2017. ‘Turkish activists decry attack on press freedom as journalists stand trial’, The Guardian, 24 juli. Geraadpleegd via https://www.theguardian.com/world/2017/jul/24/turkish- activists-decry-attack-press-freedom-journalists-stand-trial op 18 juni 2018.

Shaw C. en Sentek, Z. 2017. ‘Erdoğan’s son-in-law set up Malta accounts to avoid millions in tax’, Malta

Today, 22 mei. Geraadpleegd via

https://www.maltatoday.com.mt/business/business_news/77438/erdoans_soninlaw_set_up_malta_accounts _to_avoid_millions_in_tax op 28 mei 2018.

Simons, G. en Strovsky, D. 2006. ‘Censorship in Contemporary Russian Journalism in the Age of the War Against Terrorism’, European Journal of Communication 21(2):189-211.

Skjerdal, T. 2008. ‘Self-censorship among news journalists in the Ethiopian state media’, African

Communication Research 1(2): 185-206.

Tandoc, E. C., Hellmueller, L., & Vos, T. P. (2013). Mind the gap: Between journalistic role conception and role enactment’, Journalism Practice, 7(5): 539–554.

Tunc, A. 2013 ‘Freedom of expression debates in Turkey: acute problems and new hopes’, International

Journal of Media & Cultural Politics 9(2): 153-163.

‘Turkey deports French journalist Depardon after release’, 2017. Stockholm Center for Freedom. 9 juni. Geraadpleegd via https://www.stockholmcf.org/turkey-releases-french-journalist-depardon-after-a-month-in- detention/ op 28 mei 2018.

‘Turkey arrests human rights activists’, 2017. Al Jazeera. Geraadpleegd via

https://www.aljazeera.com/news/2017/07/turkey-arrests-human-rights-activists-170718084827520.html op 28 mei 2018.

‘Turkey’s 18-month state of emergency has led to profound human rights violations – UN report’, 2018.

United Nations News, 20 maart. Geraadpleegd via https://news.un.org/en/story/2018/03/1005442 op 28 mei

Ugur, C. 2017. ‘Foreign journalists face obstacles in getting accredited in Turkey’. Bir Gün, 1 Februari. Geraadpleegd via https://www.birgun.net/haber-detay/foreign-journalists-face-

obstacles-in-getting-accredited-in-turkey-145311.html op 28 mei 2018.

Vandermeersch, P. 2017. 'NRC-correspondent Oscar Garschagen verlaat krant na journalistieke fouten'.

NRC, 20 september. Geraadpleegd via https://www.nrc.nl/nieuws/2017/09/20/nrc-correspondent-oscar-

garschagen-verlaat-krant-na-journalistieke-fouten-13094272-a1574113 op 18 juni 2018.

Yesil, B. 2014. ‘Press censorship in Turkey: Networks of state power, commercial pressures, and self- censorship’, Communication, Culture & Critique 7(2): 154-173.