• No results found

Wanneer ze precies vertrok, bleef niet overgeleverd. Wel vertelde Felix Rutten jaren later dat

In de maanden erna heerste een gewapende vrede. Terwijl zij aan het uitzoeken was

hoe ze te werk moest gaan om een kerkelijke scheiding tot stand te brengen, bestookte

hij haar thuis met ‘kleine en groote hatelijkheden’. Ze probeerde hem zoveel mogelijk

uit de weg te gaan en bracht veel tijd door op haar werkkamer. Tot haar opluchting

kreeg ze van familie en vrienden veel steun, zelfs van haar priesterbroer Jan, van wie

ze had verwacht dat hij moeilijker over een eventuele scheiding zou doen. Desondanks

liet ze de zaak versloffen, zeker nadat medio juli 1927 het dochtertje van haar andere

broer aan haar zorgen werd toevertrouwd. De vrouw van Lambert had psychische

problemen en moest een tijdlang worden opgenomen. Het 4-jarige meisje, Addy

geheten, bleef tot eind van het jaar bij Marie Koenen in Geulle, die in haar komst

‘de hand van de Voorzienigheid zag’.

Toch kon die voorzienigheid er niet voor zorgen dat het weer goed kwam tussen

haar en Felix. Eind 1927 zat ze bij haar broer in Amsterdam en keerde van daaruit

alleen nog maar naar Geulle terug als er zaken geregeld moesten worden.

(59)

Wanneer

ze precies vertrok, bleef niet overgeleverd. Wel vertelde Felix Rutten jaren later dat

hij

96

haar op een goede dag naar de trein had gebracht, naar hij dacht voor een korte reis.

Toen hij thuis kwam, vertelde het dienstmeisje hem echter dat alle kleren weg waren.

Marie Koenen was die dag voorgoed vertrokken, maar had hem niets gezegd.

(60)

Vervolgens moesten tal van formaliteiten en een onderlinge financiële schikking

worden geregeld. Vooral dat laatste had heel wat voeten in de aarde. De eerste

voorstellen daarvoor deed ze hem in januari 1928 vanuit Amsterdam. In februari

stemde hij erin toe dat ze het huis in Geulle te koop zette. Zelf benaderde ze dr. H.

Poels, de hoofdaalmoezenier van de arbeid in Limburg, die ze goed kende. Ze hoopte

dat hij een katholiek instituut in Schieversbosch kon onderbrengen. Diezelfde Poels

schakelde ze ook in om Felix tot rede te brengen toen hij wat al te hoge financiële

eisen ging stellen.

Hoe de regeling die ze troffen er exact uitzag is niet bekend, wel dat hij van haar

een geldbedrag ineens en een lijfrente kreeg. De opbrengst van het huis, dat hij op

22 april 1928 verliet en dat dienst ging doen als retraitehuis voor de vereniging

Katholieke Jonge Vrouwen, was helemaal voor haar, terwijl ze de inboedel deelden.

Het duurde echter een hele tijd voor ze het eens werden, want hij had steeds nieuwe

eisen en bovendien gebeurden er telkens onverwachte vervelende dingen. Zo was

een tijdlang een aan haar toebehorend schilderij uit de huiskamer in Geulle verdwenen.

Maar uiteindelijk kwam alles goed, al stelde ze in januari 1929 vast dat het

‘romantisch avontuur van dat “huwelijk” wel een zeer prozaïschen nasleep had’. Een

paar maanden later, op 8 april 1929, was de kerkelijke scheiding officieel rond.

(61)

Eindnoten:

(1) Over schrijvers en kunstenaars: Felix Rutten. In: De Nieuwe Eeuw, 12 november 1921. (2) M. Wouters en A. Sassen - Groeten uit Geulle. Een dorp in kaart gebracht. (Geulle, 2003) (3) Aug. C. Kengen - Uit Geul's Verleden. (Sittard, 1926); Sjef Thijssen - Geulle, dorp aan de

Maas. (Geulle, 1993)

(4) M. Wouters en A. Sassen - Groeten uit Geulle; Bernard Verhoeven - Literatuur en leven XXXV.

Dr. Felix Rutten. In: Het Centrum, 8 juli 1922.

(5) Felix Rutten - Geulle aan de Maas. In: Ons Eigen Tijdschrift, datum onbekend. Een knipsel bevindt zich in FRA, inv. nr. 634.

(6) Bernard Verhoeven - Literatuur en leven XXXV.

(7) Brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 17 augustus en 26 november 1921 en 26 februari 1923. De brieven bevinden zich in het Gerard Brom Archief, onder

inventarisnummer 2007.

(8) Deze alinea's zijn geschreven op basis van gegevens uit de brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken. Bovendien leverden aantekeningen van H. van Bommel gegevens op. Deze aantekeningen zijn te vinden in MKA, inv. nr. 943 en VBA, inv. nr. 71.

(9) Bernard Verhoeven - Literatuur en leven XXXV.

(10) Brief van Marie Koenen aan Wim BromStruycken, d.d. 26 november 1921; Sjef Thijssen -Geulle, dorp aan de Maas.

(11) Felix Rutten - Onder den rook der mijn. Blz. 32-42.

(12) Dr. Jos Schrijnen - Nederlandsche Volkskunde. (Zutphen, 1930) Blz. 227 en 228. (13) Bernard Verhoeven - Literatuur en leven XXXV.

- Literatuur en leven XXXV.

(15) Brief van Marie Koenen aan Gerard Brom, d.d. 5 januari 1920. Deze brief heb ik zelf niet gevonden in het archief van Gerard Brom, Lucie d'Hooghe citeert er echter uit in haar licentiaatsverhandeling over de schrijfster, blz. 35.

(16) De Beiaard, vijfde, zesde en zevende jaargang, 1920, 1921 en 1922.

(17) D'Hooghe - Marie Koenen, blz. 37; Jan Posthumus e.a. - Honderd jaar Koenen. Blz. 5 en 69. (18) Marjo Stalmeier - Marie Koenen. Bibliografie.

(19) Bernard Verhoeven - Marie Koenen: Limburgsche Verhalen. In: Het Centrum, d.d. 17 juni 1922; Jules Persyn - Over letterkunde. In: De Standaard, 20 augustus 1920; L. Horsten - Marie

Koenen. In: Stemmen van Verre en Dichtbij VI, 1920. Knipsels van de artikelen zijn

respectievelijk aanwezig in MKA, inv. nr. 180, 195 en 489. (20) D'Hooghe - Marie Koenen, blz. 39.

(21) Felix Rutten - Spanje. (Amsterdam, 1912)

(22) A.V.Z. - Mooi Limburg. In Limburger Koerier, 24 augustus 1919.

(23) Brief van uitgeverij Dante Alighieri uit Castricum aan Felix Rutten, d.d. 22 juni 1922. De brief bevindt zich in FRA, inv. nr. 223.

(24) Carel Scharten - Jong Leven. In: De Telegraaf, 6 augustus 1921. (25) Bernard Verhoeven - Literatuur en leven XXXV.

(26) Brief van Sophie Dreyer aan Felix Rutten, d.d. 7 maart 1922. (27) Ibidem, d.d. 27 maar 1922.

(28) Ibidem, d.d. 4 oktober 1922. (29) Ibidem, d.d. 27 april 1923.

(30) Deze aliena's zijn gebaseerd op bijeengesprokkelde gegevens uit de brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken.

(31) Brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 20 februari 1921, 29 januari 1923 en een onbekende datum in het voorjaar van 1923.

(32) Marie Koenen en Felix Rutten - Jong Leven. (Amsterdam, 1920) Blz. 9.

(33) Deze alinea is gebaseerd op bijeengesprokkelde gegevens uit de brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken.

(34) Deze alinea is gebaseerd op mededelingen van de huidige bewoner van het pand, de heer H. Roebbers en aantekeningen van H. van Bommel, VBA, inv. nr. 71.

(35) Else Sassen - Limburgsche Portretten - Marie Koenen. In: De Nedermaas, 4e

jrg. nr.2, september 1926, blz. 13 en 14.

(36) Deze alinea is gebaseerd op bijeengesprokkelde gegevens uit de brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken.

(37) Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 8 december 1924.

(38) Ongedateerde brief uit november 1923 en brief van 7 november 1924 van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken.

(39) Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 8 december 1924. (40) Jan Posthumus e.a. - Honderd jaar Koenen. Blz. 5, 14 en 15.

(41) Een afdruk van het verhaal Galla de Goth is aanwezig in MKA, inv. nr. 496; Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 13 maart 1925. In de brief noemt ze de roman Inous de

Lourdines en vermeldt ze geen schrijversnaam. Speurwerk in literaire naslagwerken en via

internet levert alleen de roman Monsieur de Lourdines van haar tijdgenoot De Châteaubriant op. Hoogstwaarschijnlijk zal het die dan wel zijn geweest; Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 3 november 1926.

(42) Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 8 november 1925. (43) Ibidem, d.d. 24 november 1925

(44) Ibidem, d.d. 9 juni 1926. (45) Ibidem, d.d. 3 november 1926.

(46) Spronck - Felix Rutten, blz. 244; Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 26 februari 1923.

(47) Terugblik, blz. 188. (48) Terugblik, blz. 186-204.

(50) Gijsbert Bertels - De competente katholieke kritiek tegenover een jammerlijk verschijnsel. In:

Roeping, 2ejrg, 1923-1924, tweede deel, blz. 165-181 en 359-368.

(51) Vincent Cleerdin - Felix Rutten. Kleine critiek. Zijn laats verschenen werken. In: onbekende, waarschijnlijk in Breda verschijnende krant uit 1925.

Een knipsel is aanwezig in FRA, inv. nr. 741.

(52) Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 16 juli 1924. (53) Ibidem, d.d. 3 november 1924.

(54) Ibidem, d.d. 8 december 1924. (55) D'Hooghe - Marie Koenen, blz. 41.

(56) Brieven van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 1 april 1926, 9 juni 1926 en 20 juni 1926.

(57) Brief van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 3 november 1926. (58) Ibidem, d.d. 19 november 1926.

(59) Brieven en briefkaarten van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 26 november 1926, 8 december 1926, ongedateerd begin 1927, 20 juli 1927, 16 augustus 1927 en 19 december 1926.

(60) Mededelingen van Felix Rutten aan H. van Bommel in 1968. Aantekeningen daarover bevinden zich in VBA, inv. nr. 77.

(61) Brieven en briefkaarten van Marie Koenen aan Wim Brom-Struicken, d.d. 5 en 21 januari 1928, 1 en 15 februari 1928, 17 april 1928, 30 januari 1929. Mededeling van dhr. W. Claessens uit Geulle tijdens gesprek op 4 september 2002.

99

VI De zwerver

Felix Rutten was een beetje voorbarig toen hij in april 1928 een brief stuurde aan de