• No results found

Waarnemingen van een dagvoorzitter

In document Hoe adaptief zijn wij? (pagina 32-35)

bied best veel stukken zijn waar niemand zich verantwoordelijk voor voelt. De hete aardappel van de nog niet begrensde en gevormde objecten schuift men het liefst door. Aan de andere kant voelden veel bronhouders daar toch juist ook een verantwoordelijkheid voor, ingege- ven door beroepseer: als we een landsdekkend bestand maken, dan wil ik ook wel dat het in mijn gebied goed gebeurt.

Interessant was de waarneming dat de verschillende waterschappen hun BGT-taak soms wat verschillend uitleggen. Waar sommige waterschappen alles dat maar een beetje waterafvoerend kan zijn als hun object beschou- wen, hanteren andere waterschappen toch vooral de regel “alles dat in de legger staat”. Soms vielen gemeentelijke bronhouders daar wel eens over: “ja, zo wordt die kaart natuurlijk nooit homogeen”. Mijn persoonlijke idee daarbij is dat er met meer dan 400 gemeenten ook nog wel eens wat verschillen bij die bronhoudersgroep zullen optreden.

Bronhoudersgrens

Het fenomeen bronhoudersgrens kwam uitgebreid ter sprake. Het kan niet vaak genoeg gezegd worden, de bronhoudersgrens is geen BGT- inhoud. Veel te veel discussies zijn al gevoerd over dat niet bestaande ding, zonde van de tijd. Feit: er zijn in de transitiefase objecten in de verschillende bronbestanden die niet mooi aansluiten. Er is overlap, er zijn gaten en er zijn zaken die niet goed doorlopen tussen twee objecten. Als dat binnen redelijke marges valt is dat allemaal niet zo’n probleem. De bronhouders kunnen die verschillen zelf wegpoetsen bij de technische assemblage, of dit laten doen door het SVB. Als je dan echt wil, dan kun je daaruit wel een bronhoudergrens samenstellen. Maar van tevoren over dat ding denken alsof het iets serieus is staat in mijn beleving alleen maar in de weg. Denk in objecten, kijk bij welke bronhouder ieder object hoort en ga ermee aan de slag.

Geometrie

In technische zin ben ik door de werkconferenties verschrikkelijk benieuwd geraakt naar de praktijk van het werken met bogen. Misschien komt het niet vaak voor in praktijk, maar twee naastlig- gende objecten uit verschillende bronbestanden met op de grens een boog is vragen om... nou ja, interessante gesprekken met fundamentalistische trekjes. Wat ga je terugkrijgen na assemblage? De dagkoers tijdens de werkconferenties was arcs, wat wellicht extra problemen kan geven. Sommige software werkt traditioneel niet of minder goed met arcs, zeker waar het vlakobjec- ten betreft die samengesteld zijn uit arcs en lines. Het model moet natuurlijk wel volledig onder- steund worden, anders gaat het niet werken. Sommige bronhouders werden sowieso erg zenuwachtig van het idee dat hun objecten van geometrie of zelfs geometrietype gaan verande- ren. Er leeft daar het idee dat hun gebied als BGT gaat worden opgeleverd en IMGEO-objecten bin- nenskamers blijven, die kunnen dan als meerwaar- deproduct worden verkocht. Nog even los van het feit dat dan het hele idee van overheidsdata als open data onderuit geschoffeld wordt en we onszelf weer twintig jaar terug in de tijd werpen, gaat dat allerlei interne aansluitproblemen geven

als die partijen hun “eigen” data weer terugkrijgen van de landelijke voorziening: het past dan niet meer. U begrijpt, ik gun iedereen de problemen die ze zelf veroorzaken. Gelukkig is het overgrote deel van de aanwezige bronhouders van zins alle geometrie die ze maken ook te delen.

Deel uw problemen!

Tijdens het laatste onderdeel van de werkcon- ferenties werden de deelnemers in de gelegen- heid gesteld hun eigen “issues” te delen en daar met een groep, eventueel aangevuld met een deskundige, over van gedachten te wisselen. Bij de uitnodiging voor de werkconferenties was ook een link opgenomen naar een invulformulier daar- voor, zodat daar vooraf al over werd nagedacht en problemen konden worden geïnventariseerd. Zo kwam het dat ik als dagvoorzitter regelmatig mocht meedelen dat er in deze regio geen proble- men waren en toch waren we nooit vroeg klaar... Dat er zo weinig problemen op tafel kwamen tot het moment dat we de mensen min of meer dwongen is wellicht een verschijningsvorm van een serieus probleem van onze sector. Mogelijk is het zelfs een faalfactor bij het doen van zo’n groot samenwerkingsproject: moeilijkheden waar bron- houders tegenaan lopen worden amper gedeeld.

Keer op keer bleek dat er tijdens de groepsdiscus- sies wel degelijk dingen naar boven kwamen die vaak ook elders al speelden. Er was alleen niks over te vinden op LinkedIn of Mett. In deze sessies hebben we erop aangedrongen dat de vragen die speelden en de antwoorden daarop gedeeld werden op Mett. Zo is er toch langzamerhand een soort kennisbankje ontstaan. Maar om succesvol te worden is het belangrijk dat er nog (veel) meer gedeeld wordt. Laten we wel zijn, de bronhouders zitten uiteindelijk wel allemaal in dezelfde positie (cq hetzelfde schuitje), hebben bijna allemaal behoefte aan meer kennis en je kunt niet altijd een dag fysiek bij elkaar gaan zitten.

Vervolg

Bij de werkconferenties is ook al regelmatig aangekondigd dat Dataland een vervolg op de werkconferenties gaat organiseren. Ondertus- sen is dat ook het geval: bij het schrijven van dit artikel is de driedaagse cursus “Meters maken met de BGT” al twee keer verspreid over het land gegeven. Belangrijkste doelgroep voor deze cursus zijn de medewerkers die bij bronhouders verantwoordelijk zijn voor het maken van de BGT. Landmeetkundigen (en binnendienstmedewer- kers met landmeetkundige affiniteit) worden ook niet aan hun lot overgelaten: daarvoor organi- seert de Geo Academie summer schools onder de titel “Meten voor de BGT” op GeoFort. Met behulp van deze activiteiten worden bronhouders verder ondersteund door verschillende leveranciersonaf- hankelijke partijen.

Vertrouwen

De werkconferenties zelf waren een feest om voor te mogen zitten. Bijgestaan door de verschillende transitieregisseurs, Roelof van der Wal en uiteraard Janneke van der Kruk en Ronald Bokhove van Dataland, zijn de werkconferenties werkelijk omgevlogen. Verder heb ik kennisgemaakt met een groot aantal vertegenwoordigers van de bronhouders. Sommigen zeer bevlogen, anderen deskundig, voorzichtig, eigenwijs, en soms ook wat dwars. Allemaal eigenschappen die voor een team van groot belang zijn. Als er samengewerkt wordt gaat het lukken om in 2016 af te trappen met een complete BGT. Zonder elkaar op te zoeken en te helpen, live of virtueel, gaan we het niet redden. Maar wat ik heb gezien de afgelopen maanden geeft vertrouwen dat iedereen wil helpen de BGT tot een succes te maken.

Erik Meerburg,

directeur Geo Academie, erik@geo-academie.nl Transitie regisseur Albert Tieken met BGT-tegeltje.

In document Hoe adaptief zijn wij? (pagina 32-35)