• No results found

De limitatieve opsomming in artikel 22 lid 2 Dienstenrichtlijn is nog niet eerder toegepast op artikel 25 EEX-Vo II. Het is derhalve de vraag of de rechter de

Dienstenrichtlijn zal toepassen op de vraag of de advocaat de algemene voorwaarden daadwerkelijk heeft meegedeeld. Hieronder wordt de informatieplicht volgens de Dienstenrichtlijn naast de uitleg van het Hof in het arrest El Majdoub gezet. Op deze manier kan beoordeeld worden of de vier wijzen van meedelen volgens artikel 22 lid 2 Dienstenrichtlijn in lijn zijn met artikel 25 EEX-Vo II.

De informatieplicht uit artikel 22 Dienstenrichtlijn moet waarborgen dat de

wederpartij gemakkelijk kennis kan nemen van de algemene voorwaarden. Op grond van de Dienstenrichtlijn is aan gemakkelijke kennisname voldaan, indien de algemene voorwaarden zijn gepubliceerd op een meegedeeld webadres. De wettelijke eis is dat de gebruiker dit zodanig doet dat de wederpartij de tekst van de algemene

voorwaarden kan opslaan en/of afdrukken en deze toegankelijk zijn ten behoeve van latere kennisneming. Het webadres moet in het licht van ‘gemakkelijke kennisname’ wel worden vermeld op een plek die direct te zien is vanaf elke pagina; bijvoorbeeld middels een link in de footer.142 Daarbij moet, zoals gezegd in de vorige paragraaf, de

wederpartij op eenvoudige wijze kunnen zien waar zich de algemene voorwaarden bevinden.143 Uit de wettekst van artikel 6:230c BW vloeit niet voort dat de verwijzing

een hyperlink moet zijn144, echter indien een link leidt naar de homepage van de

website kan de rechter oordelen dat dit niet voldoende is voor ‘gemakkelijke kennisname’.

Gemakkelijke kennisname overeenkomstig de uitleg van het Hof

De voorwaarde 'daadwerkelijke mededeling' moet waarborgen dat, net zoals gesteld in de Dienstenrichtlijn, de wederpartij gemakkelijk kennis kan nemen van de algemene voorwaarden. Gemakkelijke kennisname overeenkomstig de Dienstenrichtlijn lijkt op hetgeen het Hof heeft beslist in het arrest El Majdoub.145 Zoals gezegd geeft het Hof

in dit arrest enige aanknopingspunten voor de uitleg van de voorwaarde

‘daadwerkelijke mededeling’. In deze zaak kon de koper de algemene voorwaarden openen in een apart venster door te klikken op een hyperlink. Het Hof overwoog dat de algemene voorwaarden waren meegedeeld, omdat deze toegankelijk waren via een beeldscherm.146 Op basis daarvan besliste het Hof dat er is voldaan aan artikel 25 lid 2

EEX-Vo II, indien de wederpartij voor het sluiten van de overeenkomst de tekst van de algemene voorwaarden kan afdrukken en opslaan. Het Hof moest in het arrest El Majdoub beoordelen of de forumkeuze door ‘clickwrapping’ acceptatie in geschreven en geautoriseerde vorm tot stand kwam.147 De algemene voorwaarden hoeven in geval

142 Lassche 2015 (online).

143 HR 11 februari 2011, ECLI:NL:HR:2011:BO7108; Rb. Oost-Brabant 24 april 2019, ECLI:NL:RBOBR:2019:2309, r.o. 2.10.

144 Schaub, TvCH 2014/01, p. 21-30.

145 HvJ EU 21 mei 2015 C-322/14 (El Majdoub), punt 18 en 31.

146 HvJ EU 21 mei 2015 C-322/14 (El Majdoub), punt 36 en 39.

van een verwijzing naar een forumkeuze niet ondertekend te worden. Desalniettemin geldt voor zowel een zelfstandige forumkeuzeovereenkomst als een verwijzing naar een forumkeuze dat de wederpartij kennis moet hebben genomen, of redelijkerwijs hebben kunnen nemen van de forumkeuze. Het arrest El Majdoub dient derhalve enkel als argumentatie voor het standpunt dat de Dienstenrichtlijn analoog moet worden toegepast op de uitleg van de voorwaarde ‘daadwerkelijke mededeling’; de Dienstenrichtlijn is in lijn met artikel 25 EEX-Vo II.

3.4 Tussenconclusie

Indien de rechter slechts aan de hand van het arrest Höszig toetst of een verwijzing naar een forumkeuze geldig is, wordt de uniformiteit binnen de Europese Unie niet gewaarborgd. Lagere rechters kunnen dan hun eigen uitleg geven aan de voorwaarde ‘daadwerkelijke mededeling’, omdat het hof deze voorwaarde verder niet concreet heeft uitgelegd. Echter, artikel 25 EEX-Vo II moet strikt en autonoom worden uitgelegd. In geval van onduidelijkheid over de uitleg van een voorwaarde moet er dan ook aansluiting worden gezocht bij bestaande Europese instrumenten. Artikel 22 lid 2 Dienstenrichtlijn is van toepassing op de juridische dienstverlening en regelt op welke vier wijzen de gebruiker van de algemene voorwaarden zijn algemene

voorwaarden kan meedelen. Dit is naast de aangenomen wijzen van terhandstelling en toezending, tevens publicatie van de algemene voorwaarden op een meegedeeld webadres. Een analoge toepassing van de Dienstenrichtlijn op de uitleg van de

voorwaarde ‘daadwerkelijke mededeling’ zorgt dus voor duidelijkheid en uniformiteit binnen de lidstaten van de Europese Unie. Daarnaast strookt het uitleggen van de voorwaarde 'daadwerkelijke mededeling' overeenkomstig de Dienstenrichtlijn met de uitleg van het Hof in het arrest El Majdoub. De uitleg van het Hof laat zien dat het meedelen van de algemene voorwaarden overeenkomstig de Dienstenrichtlijn in lijn is met artikel 25 EEX-Vo II. Op deze manier wordt er rekening gehouden met nieuwe communicatietechnieken, duidelijkheid verschaft en een harmonische toepassing van het recht gewaarborgd. Naar mijn mening kan het 'overleggen van de algemene voorwaarden' voor de juridische dienstverlener worden uitgelegd als terhandstelling, toezending of publicatie op een meegedeeld webadres. De verwijzing naar een forumkeuze in algemene voorwaarden in de footer van een e-mail is dan wellicht wel geldig.

4

Conclusie

4.1 Resumerend

In de praktijk gaat het advocatenkantoor een overeenkomst van opdracht aan met de cliënt. In de overeenkomst van opdracht worden de algemene voorwaarden van het advocatenkantoor van toepassing verklaard. De opdracht wordt vervolgens via de e- mail aan de cliënt bevestigd. In de footer van deze e-mail is onderstaande tekst opgenomen:

‘Advocatenkantoor B.V. is registered with the Chamber of Commerce in Amsterdam, the Netherlands (registration number 12345678). All assignments accepted by us and all our services are subject to our standard terms and conditions, available

at www.advocatenkantoor.nl. Our standard terms stipulate that Dutch law applies and that the court of Amsterdam, The Netherlands has exclusive jurisdiction.’ Bij het uitsturen van de opdrachtbevestiging zijn de algemene voorwaarden niet aangehecht als bijlage. In dit hoofdstuk zal worden beantwoord of het opnemen van een forumkeuze of verwijzing daarnaar, in de footer van een e-mail meerwaarde heeft voor de praktijk. De rechter moet aan de hand van artikel 25 EEX-Vo II toetsen of een forumkeuze of verwijzing daarnaar, in de footer van een e-mail een geldige

forumkeuze tot stand brengt.

Zelfstandige forumkeuzeovereenkomst

E-mailberichten zijn een geschrift in de zin van artikel 25 lid 1 sub a EEX-Vo II. In beginsel voldoet de forumkeuze in de footer van een e-mail dus aan het eerste

vormvoorschrift. Echter, het is de vraag of de forumkeuze in de footer van een e-mail kan worden aangemerkt als een aanbod, en of de wederpartij dit aanbod

daadwerkelijk heeft aanvaard; stemt de wederpartij in met de forumkeuze? Een footer staat immers, zoals het woord het zegt, onderaan de e-mail. Door de plek van de forumkeuze verwacht ik dat de rechter zal beslissen dat de wederpartij niet

daadwerkelijk met de forumkeuze heeft ingestemd; geen wilsovereenstemming tussen partijen. Ook op grond van artikel 25 lid 1 sub b EEX-Vo II verwacht ik niet dat de forumkeuze in de footer van een e-mail zal leiden tot een geldige forumkeuze. Het is

naar mijn mening onwaarschijnlijk dat partijen doorgaans overeenkomsten sluiten in de footer van een e-mail. Daarentegen zou de forumkeuze in de footer van een e-mail wellicht wel een geldige forumkeuze op grond van artikel 25 lid 1 sub c EEX-Vo II tot stand kunnen brengen. Er is in Nederland al een aantal advocatenkantoren die een forumkeuze opneemt in de footer van de e-mails. Indien het grootste percentage ondernemingen op de internationale juridische markt dit ook doen, kan de forumkeuze in de footer van een e-mail kwalificeren als een internationaal handelsgebruik. Dit kan met name worden aangenomen, indien ondernemingen met een dominante positie dit ‘gebruik’ volgen. Echter, een internationaal handelsgebruik ontstaat pas na enige tijd waarin het werd waargenomen. In beginsel komt er dus ook geen geldige forumkeuze tot stand op grond van een internationaal handelsgebruik.

Verwijzing naar een forumkeuze in algemene voorwaarden

Het Hof heeft in het arrest Höszig bepaald dat een geldige verwijzing naar een forumkeuze moet voldoen aan drie voorwaarden. Allereerst moet er in de

overeenkomst van opdracht uitdrukkelijk naar de algemene voorwaarden worden verwezen. Ten tweede moet de uitdrukkelijke verwijzing bij betrachting van normale zorgvuldigheid kunnen worden nagegaan. Tot slot moeten de algemene voorwaarden daadwerkelijk zijn meegedeeld aan de wederpartij. De verwijzing in de footer van een e-mail met de vindplaats van de algemene voorwaarden voldoet in beginsel aan de eerste twee voorwaarden. Over de uitleg van de derde voorwaarde bestaat enige onduidelijkheid. Lagere rechters hebben nu een soort discretionaire bevoegdheid als het aankomt op de uitleg van de voorwaarde ‘daadwerkelijke mededeling’. Echter, artikel 25 EEX-Vo II moet autonoom en uniform worden uitgelegd. Om die reden moeten huidige Europese instrumenten worden gebruikt voor de uitleg van

‘daadwerkelijke mededeling’, waardoor een harmonische toepassing van het recht weer wordt hersteld.

In de Dienstenrichtlijn is geregeld op welke vier wijzen de dienstverlener zijn algemene voorwaarden aan de wederpartij moet mededelen. Eén van die

mogelijkheden is het publiceren van de algemene voorwaarden op een meegedeeld webadres. Bij publicatie op een webadres moet de dienstverlener ervoor zorgen dat de wederpartij op een eenvoudige wijze kennis kan nemen van de algemene

van de algemene voorwaarden te zien krijgen en deze opslaan en/of afdrukken. Op deze manier heeft de wederpartij kennisgenomen, of redelijkerwijs kunnen nemen van de forumkeuze. Een analoge toepassing van de Dienstenrichtlijn op de vraag of de advocaat de algemene voorwaarden daadwerkelijk heeft meegedeeld, geeft dan ook duidelijkheid en rechtszekerheid voor partijen. Dientengevolge kunnen juridische dienstverleners de algemene voorwaarden door middel van: terhandstelling,

toezending en publicatie op een meegedeeld webadres, aan de wederpartij meedelen. Analoge toepassing van de Dienstenrichtlijn op de uitleg van de voorwaarde

‘daadwerkelijke mededeling’ waarborgt een harmonische toepassing van het recht, en is in lijn met artikel 25 EEX-Vo II.

4.2 Meerwaarde

De forumkeuze in de footer van een e-mail brengt geen zelfstandige

forumkeuzeovereenkomst tot stand. Echter, naast een forumkeuze bevat de footer van een e-mail ook een verwijzing naar een forumkeuze in algemene voorwaarden. Uit de casus blijkt dat in de overeenkomst van opdracht uitdrukkelijk wordt verwezen naar de algemene voorwaarden. Door in de footer van de e-mail de vindplaats van de algemene voorwaarden te vermelden, kan de uitdrukkelijke verwijzing gemakkelijk worden nagegaan. Desalniettemin zal de verwijzing naar de algemene voorwaarden in de footer van een e-mail op basis van het arrest Höszig en lagere rechtspraak

aanvankelijk ongeldig zijn. Echter, indien de Dienstenrichtlijn analoog wordt toegepast op de uitleg van de voorwaarde ‘daadwerkelijke mededeling’, voldoet de verwijzing wel aan artikel 25 EEX-Vo II. De algemene voorwaarden worden dan door middel van het webadres daadwerkelijk meegedeeld. De verwijzing in de footer van een e-mail naar een forumkeuze in algemene voorwaarden voldoet dientengevolge wel aan de voorwaarden voor een geldige verwijzing. De verwijzing in de footer van een e-mail heeft dan meerwaarde voor de praktijk, omdat hierdoor een geldige forumkeuze tot stand komt.

Advies en aanbeveling

De verwijzing in de footer van een e-mail moet niet alleen voldoende duidelijk en kenbaar zijn, de wederpartij moet ook gemakkelijk én eenvoudig kennis kunnen nemen van de algemene voorwaarden. Door middel van een pdf-hyperlink kan de

wederpartij met één klik de tekst van de algemene voorwaarden direct te zien krijgen. De algemene voorwaarden worden dan als pdf in een apart venster geopend en de tekst kan voor het sluiten van de overeenkomst worden opgeslagen en/of afgedrukt. Derhalve adviseer ik om de tekst in de footer van een e-mail naar hetgeen hieronder aan te passen.

‘Advocatenkantoor B.V. is registered with the Chamber of Commerce in Amsterdam, the Netherlands (registration number 12345678). All assignments accepted by us and all our services are subject to our standard terms and conditions, available

at www.advocatenkantoor.nl/en-us/context/terms. Our standard terms stipulate that our liability is limited, that Dutch law applies and that the court of Amsterdam, The Netherlands has exclusive jurisdiction.’

Bronnenlijst

Literatuur

Boeken

Kropholler 2011

J. Kropholler, Europäisches Zivilprozessrecht: Kommentar zu EuGVO und Lugano- Übereinkommen, Schriftenreihe Recht der Internationalen Wirtschaft, Band 22, 7 völlig neubearbeitete Auflage, Heidelberg 2011.

Kuypers 2008

P.H.L.M. Kuypers, Forumkeuze in het Nederlands internationaal privaatrecht, Deventer: Kluwer 2008.

Kuypers 2002

P.H.L.M. Kuypers, Internationaal privaatrecht (IPR) en elektronische handel, in: R.E. van Esch en J.E.J. Prins, Recht en elektronische handel, Kluwer: Deventer 2002.

Magnus en Mankowski 2016

U. Magnus and P. Mankowski, Brussels Ibis Regulation. European Commentaries on Private International Law, v. 2, Munich: Ottoschmidt 2016.

Schlosser en Hess 2015

P.F. Schlosser en B. Hess, EU-Zivilprozessrecht: Kommentar EuGVVO, EuMahn VO, EuBag VO, EuZVO, EuBVO, C.H. Beck oHG: München 2015.

Strikwerda en Schaafsma 2019

L. Strikwerda en S.J. Schaafsma, Inleiding tot het Nederlandse Internationaal Privaatrecht, Deventer: Wolters Kluwer 2019.

Strikwerda 2015

Zilinsky 2017

M. Zilinksy, ‘Internationaal privaatrecht, rechts- en forumkeuzeclausules’, in: R.H.C. Jongeneel & B. Wessels & M.L. Hendrikse (red)., Algemene voorwaarden, Deventer: Kluwer 2017.

Tijdschriften

De Graaf 2018

T.J. de Graaf, ‘Naar een coherente(re) implementatie van de informatieplichten met betrekking tot (algemene) voorwaarden voortvloeiend uit de e-commerce-richtlijn en dienstenrichtlijn’, NTBR 2018/24.

Gloudemans-Voogd 2015

N. Gloudemans-Voogd, ‘Vertelt uw website voldoende? Allerlei

informatieverplichtingen helpen uw cliënten om te bepalen of u de juiste man of vrouw voor de zaak bent. Voldoet de website van uw kantoor aan alle eisen?’, Advocatenblad 2015/68.

Ibili 2018

F. Ibili, in: Tekst & Commentaar Burgerlijke Rechtsvordering, commentaar op artikel 25 Verordening (EU) nr. 1215/2015 betreffende rechterlijke bevoegdheid, erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, 2018.

Kersten 2012

T.B.M. Kersten, ‘Richtlijnconforme uitleg van de informatieverplichting bij dienstverrichting; ijdele hoop voor ongemak?’, ORP 2012/6.

Lassche 2015

M. Lassche, ‘Uw kleine lettertjes ter hand stellen: 3 wettelijke eisen’,

https://ictrecht.nl/2015/06/11/uw-kleine-lettertjes-online-ter-hand-stellen-3-wettelijke-

Ruygvoorn 2018

M.R. Ruygvoorn 2018, ‘Forumkeuze en ‘battle of forms’ bij internationale overeenkomsten; het blijft oppassen geblazen!’, Bb 2018/20.

Schaub 2014

M.Y. Schaub, ‘De informatieplichten van de Dienstenrichtlijn (art. 6:230a-f BW)’, TvCH 2014/01.

Schaub 2013

M.Y. Schaub, ‘Richtlijnconforme interpretatie bij de informatieplicht van algemene

voorwaarden voor dienstverleners’, Contracteren 2013/01.

Schaub 2013

M.Y. Schaub, ‘Twee regelingen voor elektronische algemene voorwaarden in het BW’, NTBR 2013/16.

Spanjaard 2016

J.H.M. Spanjaard, ‘Algemene voorwaarden 2015-2016’, TvCH 2016/6.

Spanjaard

J.H.M. Spanjaard, in: Groene Serie Verbintenissenrecht, commentaar op artikel 6:230c BW.

Valk

W.L. Valk, in: Tekst & Commentaar Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 6:230c BW.

Overig

Dogauchi en Hartley 2013

M. Dogauchi en T. Hartley, toelichtend rapport op verdrag van 30 juni 2005 inzake bedingen van forumkeuze, Haagse conferentie voor internationaal privaatrecht 2013.

Jenard 1979

P. Jenard, ‘Rapport over het Verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken’, PbEG 5 maart 1979, p. C 59/37 e.v.

Jenard en Möller 1990

P. Jenard en G. Möller, ‘Rapport over het Vedrag betreffende de rechterlijke bevoegd- heid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, Lugano, 16 september 1988’, PbEG 28 juli 1990, p. C 189/57 e.v.

Jurisprudentie

Europese rechtspraak

HvJ EU 2 juli 2018, C-595/17 (Apple Sales International/eBizcuss) HvJ EU 8 maart 2018, C-64/17 (Saey Home/Garden)

HvJ EU 28 juni 2017 C-436/16 (Leventis/Vafeias)

HvJ EU 20 april 2016, C-366/13 (Profit Investment SIM SpA/Ossi e.a.) HvJ EU 7 juli 2016, C-222.15 (Höszig/Alstom Power Thermal Services) HvJ EG 21 mei 2015, C-352/13 (CDC Hydrogen Peroxide/Akzo)

HvJ EU 21 mei 2015, C-322/14 (El Majdoub/CarsOnTheWeb.Deutschland GmbH) HvJ EU 7 februari 2013, C-543/10 (Refcomp SpA/Axa Corporate Solutions) HvJ EG 9 november 2000, C-387/98 (Coreck Maritime/Handelsveem) HvJ EG 16 maart 1999, C-159/97 (Castelletti/Trumpy)

HvJ EG 20 februari 1997, C-106/95 (MSG/Les Gravières Rhénanes) HvJ EG 10 maart 1992 C-214/89 (Powell Duffryn)

HvJ EG 11 november 1986, zk 313/85 (Iveco/Van Hool) HvJ EG 11 juli 1985, zk 221/84 (Berghöfer/ASA) HvJ EG 19 juni 1984, zk 71/83 (Tilly Russ/Nova)

HvJ EG 14 juli 1983, zk 201/82 (Gerling/Tesoro dello Stato) HvJ EG 24 juni 1981, zk 150/80 (Elefanten Schuh/Jacqmain)

HvJ EG 6 mei 1980, zk 784/79 (Porta Leasing/Prestige International) HvJ EG 14 december 1976, zk 25/76 (Segoura/Bonakdarian)

HvJ EG 14 december 1976, zk 24/76 (Colzani/Rüwa) Nederlandse nationale rechtspraak

HR 30 maart 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV2356 HR 27 mei 2011, ECLI:NL:HR:2011:BP8689 HR 11 februari 2011, ECLI:NL:HR:2011:BO7108

Hof ’s-Hertogenbosch 2 april 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:1226 Hof Den Haag 29 januari 2019, ECLI:GHDHA:2019:632

Hof Den Haag 25 april 2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:1120

Hof Den Haag 10 april 2012, ECLI:NL:GHSGR:2012:BW0671 Hof Arnhem 16 januari 2007, NIPR 2007/136

Rb. Oost-Brabant 24 april 2019, ECLI:NL:RBOBR:2019:2309 Rb. Noord-Holland 6 maart 2019, ECLI:NL:RBNHO:2019:1501 Rb. Rotterdam 9 januari 2019, ECLI:NL:RBROT:2019:425 Rb. Rotterdam 19 april 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:2996 Rb. Limburg 12 april 2017, ECLI:NL:RBLIM:2017:3223 Rb. Overijsel 6 juli 2016, ECLI:NL:RBOVE:2016:3187 Rb. Amsterdam 12 april 2016, ECLI:NL:RBAMS:2016:3356 Rb. Den Haag 30 maart 2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:3307 Rb. Arnhem 14 september 2005, NIPR 2006/139

Rb. Rotterdam 16 maart 2005, JBPr 2005/59 Rb. Rotterdam 14 januari 2004, NIPR 2005/63 Rb. Rotterdam 15 januari 2003, NIPR 2003/215 Rb. Rotterdam 21 maart 2002, NIPR 2003/213 Rb. Rotterdam 9 september 1999, NIPR 2000/46 Rb. Rotterdam 22 oktober 1998, NIPR 1999/192 Rb. Rotterdam 24 april 1997, NIPR 1997/382 Rb. Maastricht 2 maart 1995, NIPR 1996/294 Rb. Arnhem 18 maart 1993, NIPR 1993/473 Buitenlandse nationale rechtspraak

BGH IHR, 2004/221, 22 OLG Celle, RIW 2010/164

OLG Dusseldorf, RIW 2001/63/64 OLG Düsseldorf, WM 2000/2192 OLG Karlsruhe, RIW 2001/621/622 OLG Oldenburg, IHR 2008/112 LG Landshut, IHR 2008/184 BayObLG, BB 2001/1498

Bijlage 1

Verordening (EU) nr. 1215/2012

betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken

HOOFDSTUK II

BEVOEGDHEID

Artikel 25

Exclusieve bevoegdheid

1. Indien de partijen, ongeacht hun woonplaats, een gerecht of de gerechten van een lidstaat hebben aangewezen voor de kennisneming van geschillen die naar aanleiding van een bepaalde rechtsbetrekking zijn ontstaan of zullen ontstaan, is dit gerecht of zijn de gerechten van die lidstaat bevoegd, tenzij de overeenkomst krachtens het recht van die lidstaat nietig is wat haar materiële geldigheid betreft. Deze bevoegdheid is exclusief, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen. De overeenkomst tot aanwijzing van een bevoegd gerecht wordt gesloten:

a) hetzij bij een schriftelijke overeenkomst of bij een schriftelijk bevestigde mondelinge overeenkomst;

b) hetzij in een vorm die wordt toegelaten door de handelwijzen die tussen de partijen gebruikelijk zijn geworden;

c) hetzij, in de internationale handel, in een vorm die overeenstemt met een gewoonte waarvan de partijen op de hoogte zijn of hadden behoren te zijn en die in de internationale handel algemeen bekend is en door partijen bij

dergelijke overeenkomsten in de betrokken handelsbranche doorgaans in acht wordt genomen.

2. Als „schriftelijk” wordt tevens elke elektronische mededeling aangemerkt, waardoor de overeenkomst duurzaam geregistreerd wordt.

3. Het gerecht of de gerechten van een lidstaat waaraan in de akte tot oprichting van een trust bevoegdheid is toegekend, is of zijn bij uitsluiting bevoegd kennis te nemen van een vordering tegen een oprichter, een trustee of een begunstigde van een trust, als het gaat om de betrekkingen tussen die personen of om hun rechten of

verplichtingen in het kader van de trust.

4. Overeenkomsten tot aanwijzing van een bevoegd gerecht en soortgelijke bedingen in akten tot oprichting van een trust hebben geen rechtsgevolg indien zij strijdig zijn met de artikelen 15, 19 of 23, of indien de gerechten op welker bevoegdheid inbreuk wordt gemaakt, krachtens artikel 24 bij uitsluiting bevoegd zijn.

5. Een beding tot aanwijzing van een bevoegd gerecht dat deel uitmaakt van een overeenkomst, wordt aangemerkt als een beding dat los staat van de overige bepalingen van de overeenkomst. De geldigheid van het beding tot aanwijzing van een bevoegd gerecht kan niet worden bestreden op grond van het enkele feit dat de overeenkomst niet geldig is.

Bijlage 2

Richtlijn 2006/123/EG

betreffende diensten op de interne markt

HOOFDSTUK V

KWALITEIT VAN DE DIENSTEN

Artikel 22

Informatie over dienstverrichters en hun diensten

1. De lidstaten zien erop toe dat de dienstverrichter de afnemer de volgende gegevens ter beschikking stelt:

a) zijn naam, rechtspositie en rechtsvorm, het geografisch adres waar hij is gevestigd, zijn adresgegevens zodat de afnemers hem snel kunnen bereiken en rechtstreeks met hem kunnen communiceren, eventueel langs elektronische weg;

b) wanneer de dienstverrichter in een handelsregister of in een vergelijkbaar openbaar register is ingeschreven, de naam van dat register en het nummer