• No results found

4 Toekomstige ontwikkelingen tot 2020

4.4 RUIMTELIJKE ONTWIKKELINGEN ROND DE KERN DINXPERLO

5.1.2 VRACHT- EN LANDBOUWVERKEER

Een goede ontsluiting is essentieel voor de bereikbaarheid van bedrijventerreinen. In de huidige situatie rijdt een deel van het vrachtverkeer door de kernen van de gemeente. Voor het bevoorradend verkeer van de winkels en ondernemingen in de centra is dit de

geëigende route, voor het doorgaande vrachtverkeer en vrachtverkeer met bestemming Het Broek en De Rietstap echter niet. Dit leidt tot gevaarlijke verkeerssituaties en overlast.

Visie

Het doorgaande vrachtverkeer dient zoveel mogelijk via de gebiedsontsluitingswegen gefaciliteerd te worden. Bij ontwikkeling van nieuwe of uitbreiding van bedrijvigheid dient goed gekeken te worden naar de ontsluitingsstructuur, zodat de toename van het vrachtverkeer op een vlotte en veilige manier ontsloten kan worden op de gebiedsontsluitingswegen.

Doelstelling

Het doorgaande vrachtverkeer weren uit de verblijfsgebieden van de gemeente Aalten om hiermee de overlast tot een minimum te beperken en de verkeersveiligheid te vergroten.

5.1.3

OPENBAAR VERVOER

Door de bewoners en belanghebbenden is aangegeven dat men de bediening van het openbaar vervoer als minimaal ervaart. Tevens wordt de loopafstand naar de en de kwaliteit van de bushalte vaak als knelpunt ervaren.

Visie

Het openbaar vervoer heeft een sociaal-maatschappelijke en economische functie. Deze eerste functie bestaat uit het voorzien in de mobiliteit van personen die zich niet te voet, per fiets of per auto willen of kunnen verplaatsen. Bij de economische functie is er sprake van concurrentie tussen de trein en bus enerzijds en de auto anderzijds. Als we kiezen voor het openbaar vervoer, kiezen we voor gebruik van een uitgebreid netwerk van verschillende vervoersystemen waarmee bestemmingen in het hele land bereikbaar worden. Door openbaar vervoer te stimuleren dient de overstap van de auto naar openbaar vervoer aangepakt te worden aan de hand van een goede ketenbenadering (onder andere investeren in voor- en natransport). De gemeente Aalten vindt het belangrijk dat haar gemeente ontsloten is en blijft met openbaar vervoer, het huidige voorzieningenniveau moet minimaal gehandhaafd blijven.

Naast het bieden van een alternatief voor het gebruik van de auto draagt het openbaar vervoer bij aan een leefbare gemeente.

Doelstelling

De komende jaren wordt het gebruik van het openbaar vervoer aantrekkelijker gemaakt door te voorzien in betere voorzieningen bij belangrijke openbaar vervoerhaltes (station en bushaltes). Daarnaast wordt onderzocht of het huidige aanbod aansluit bij de vraag.

Trein

In de gemeente Aalten is één station aanwezig. De vervoersautoriteit is de provincie Gelderland. Vanuit de provincie wordt de sociale bereikbaarheid geoptimaliseerd (toegankelijk openbaar vervoer), de economische bereikbaarheid verbeterd en de ontwikkeling, aanbesteding en monitoring van het openbaar vervoer geregisseerd. Om de bereikbaarheid van de stationsomgeving te verbeteren is in februari 2009 het Lokaal Veiligheidsarrangement station Aalten, volgend uit het plan “Performanceverbetering spoorlijn Aalten – Winterswijk”, ondertekend door diverse partijen. De deelnemers hebben in een reeks van bijeenkomsten gezamenlijk een probleemanalyse van de lokale sociale

veiligheidsproblematiek gemaakt en een set van maatregelen voorgesteld om de problematiek aan te pakken (bijvoorbeeld extra fietsenstallingen, herinrichting stationsomgeving, realisatie van een wachtruimte en OV-fiets). De ondertekening is een belangrijke stap in de richting van het daadwerkelijk gaan uitvoeren van de maatregelen om te komen tot een sociaal veilig station Aalten. Een voorwaarde om het openbaar vervoer te blijven stimuleren.

Bus

Alle inwoners van Aalten moeten gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer. De gemeente streeft ernaar om een minimum niveau aan te bieden. Daarin speelt de bus een belangrijke rol. Het aanbod dient hierbij zoveel mogelijk aan te sluiten op de vraag.

De gemeente kent geen aparte busvoorzieningen maar streeft er naar om de bussen zoveel mogelijk via de ontsluitingswegen te laten rijden in plaats van door verblijfsgebieden.

Daarbij wil de gemeente hinder van de bus als gevolg van snelheidsremmende maatregelen beperken. Daar waar de bussen rijden zullen zoveel mogelijk busvriendelijke maatregelen worden toegepast.

Verbeteren toegankelijkheid halteplaatsen

In het stedelijke gebied moet iedereen binnen zeven minuten (ongeveer 500 meter) bij een bushalte kunnen zijn. Indien bushaltes iets verder weg zijn gelegen, is het wenselijk dat er bij de halte voldoende stallingen zijn zodat men op de fiets naar de halte kan.

Ook zal er gewerkt gaan worden aan het beter bereikbaar maken van de bushaltes voor minder validen. In samenspraak met de provincie, die dit coördineert en meefinanciert, zullen de nieuwe haltes volgens de nieuwste normen worden uitgevoerd en bestaande haltes worden opgewaardeerd. Hiervoor is een halteplan opgesteld.

Regiotaxi/CVV-vervoer

De regiotaxi brengt reizigers op aanvraag naar alle bestemmingen binnen de gemeente. Er gelden twee tarieven, een openbaar vervoertarief voor validen en een relatief laag tarief voor minder validen per zone, het comfort is gelijk aan een bus en het bereik is gelijk aan een taxi. Hiermee wordt op een laagdrempelige manier het openbaar vervoer aangevuld met de behoefte van de gebruiker. Gezien het hoge gebruik van deze vorm van openbaar vervoer door met name de WMO-pashouders wil de gemeente voor het WMO-deel deze vorm van openbaar vervoer blijven meefinancieren. Dit in relatie tot de zorgplicht die de gemeente heeft volgend uit de WMO-wet.

Buurtbus

De buurtbus rijdt volgens een vaste dienstregeling en een vaste route. De buurtbussen dragen een steentje bij aan de vervoersmogelijkheid. Binnen de gemeente zijn twee lijnen aanwezig, namelijk lijn 194/195 Halle – Sinderen en lijn 191/192 Lichtenvoorde – Ruurlo.

De buurtbussen worden gereden door vrijwilligers, meestal mensen uit de buurt, die de routes vaak goed kennen. De buurtbussen zijn kleinere bussen, bestemd voor maximaal 8 personen. Gezien de potentie van deze vorm van openbaar vervoer dient aanvullend onderzoek worden uitgevoerd naar mogelijke uitbreiding van de buurtbuslijnen. Hierbij kan onder andere gedacht worden aan een verbinding tussen Bocholt – Aalten – Bredevoort – Meddo. Overigens heeft vervoerder Arriva heeft aangegeven om ook belbussen in te gaan zetten (als onderdeel van de nieuwe concessie).

5.1.4

(BROM)FIETSERS

Vanuit de omgevingsinventarisatie is naar voren gekomen dat de oversteekbaarheid van de N318 voor (brom)fietsers in met name de spitsperiode problemen oplevert. Tevens ontbreken op meerdere locaties fietspaden en –voorzieningen. De meeste

slachtofferongevallen zijn te betreuren onder de kwetsbare verkeersdeelnemers, waaronder de (brom)fietsers. Ook ontbreekt een actief fietsbeleid in de gemeente.

Visie

Voor een snelle, goedkope en gezonde manier van verplaatsen moet gekozen worden voor de fiets. Als dan ook nog verplaatst kan worden via comfortabele, veilige, directe, aantrekkelijk en samenhangende routes wordt er nog vaker gekozen voor de fiets. Het fietsnetwerk dient dan ook zoveel mogelijk te voldoen aan deze vijf kwaliteitseisen. Vooral op de korte afstanden is de neiging om de fiets te pakken groot en zeker wanneer de fiets dan ook nog gestald kan worden in een fietsenstalling maakt dat de keuze helemaal gemakkelijk.

Doelstelling

Het realiseren van goede en veilige fietsvoorzieningen, als ontbrekende schakels in het fietsnetwerk, veilige oversteekvoorzieningen en stallingruimte bij belangrijke

overstappunten. Door het opstellen van een fietsplan dient hier een concrete invulling aan gegeven te worden.

Fietsroutes richting het centrum van Aalten en Dinxperlo

Om het centrum van Aalten en Dinxperlo ook goed toegankelijk te houden voor de fiets is het belangrijk dat er fietsroutes naar deze centra aanwezig zijn. Op deze fietsroutes kunnen fietsers snel, veilig en comfortabel rijden. Het fietsverkeer krijgt voor zover mogelijk voorrang boven ander verkeer, de rijbaan is comfortabel te berijden en voorzien van een duidelijke markering en de fietsroutes zijn direct. Een mogelijke maatregel om fietsers snelle, directe en comfortabele fietsroutes aan te bieden is de realisatie van fietsstraten (voorbeeld Bodendijk en Maurits Prinsstraat). Belangrijk hierbij is wel dat het een hoofdfietsroute betreft, welke een minder prominente rol vervult in de afwikkeling van gemotoriseerd verkeer.

Onderdeel van de fietsroutes zijn ook de oversteken over de N318. Op dit moment is de oversteekbaarheid van deze weg voor het fiets verkeer met name in de spitsperioden een probleem. Bij het in beeld brengen van de gewenste fietsroutes dienen tevens

verbetervoorstellen gedaan worden om de veiligheid en afwikkeling van het fietsverkeer op deze oversteken te verbeteren.

Andere routes

Naast het aanwijzen en realiseren van fietsroutes richting het centrum wordt een fijnmazig netwerk van fietsvoorzieningen in de hele gemeente gerealiseerd, bestaande uit fietspaden, fietsstroken en woonstraten waar gefietst kan worden. Dit fijnmazige netwerk voedt de fietsroutes van en naar het centrum en zorgt voor een goede bereikbaarheid van belangrijke bestemmingen (o.a. scholen).

De kwaliteit van deze voorzieningen is van groot belang om het fietsverkeer in de gemeente te handhaven en te bevorderen. Voor een groot gedeelte zijn de fietsvoorzieningen reeds aanwezig. Het aanwijzen van een fijnmazig fietsnetwerk heeft als voordeel dat ook de

ontbrekende schakels in het netwerk in beeld gebracht worden, waarmee het fietsnetwerk gecompleteerd kan worden.

Stallingen centra/ OV

Bij de belangrijkste bestemmingen in de centra, maar ook bij de openbaar vervoer haltes als bijvoorbeeld het station wordt ingezet op voldoende gebruiksvriendelijke

fietsparkeercapaciteit, bij voorkeur in bewaakte fietsenstallingen. Het aanbieden van fietsenstallingen is een noodzaak. Stallingen moeten liggen op een plek waar je als fietser voetganger wordt of overstapt op een andere modaliteit: dus bij een drukke bestemming of overstappunt. Belangrijk is dat stallingen op een logische plek liggen voor fietsers om te voorkomen dat stallingen niet worden gebruikt. Onderzoek zal moeten uitwijzen op welke locaties desgewenst extra fietsparkeercapaciteit gerealiseerd moet worden om hiermee de centra nog aantrekkelijker maken om hier op de fiets heen te gaan.

Buitengebied

Naast het stedelijke gebied wordt ook in het buitengebied gefietst: door recreanten, maar ook door scholieren en uiteraard de bewoners van het buitengebied zelf. De realisatie van 60 km/uur-zones met fietssuggestiestroken (conform wegencategorisering – erftoegangswegen type I) die voor automobilisten duidelijk herkenbaar zijn, maken wegen beter geschikt voor fietsers. Indien er voldoende ruimte is en er veel fietsers van de weg gebruik maken, worden langs de erftoegangswegen type I vrijliggende fietspaden gerealiseerd. Bij

gebiedsontsluitingswegen (80 km/ uur) is het te allen tijde noodzakelijk om de fietsers via een vrijliggend fietspad faciliteren. Daarnaast moet de tendens van ontwikkelingen binnen de agrarische sector (buiten het LOG) met betrekking tot het verkeer gevolgd blijven worden.

5.1.5

VOETGANGERS

De uitkomsten van de bewonersenquête en input vanuit de begeleidingsgroepen geven aan dat op enkele belangrijke locaties oversteekvoorzieningen ontbreken (N318) waardoor gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Daarnaast worden obstakels op het trottoir als hinderlijk ervaren.

Visie

Iedereen is voetganger: van de bushalte naar huis, van de fiets naar de winkel en op weg naar de auto.

Naast de wandelaars met of zonder hulpmiddelen, vallen ook de rolstoel en scootmobiel onder deze categorie. Voetgangers zijn overal en bewegen alle kanten op. Bij scholen en in het centrum zijn vaak veel voetgangers aanwezig. Deze locaties verdienen daarom extra aandacht (speciale voorzieningen).

Voor voetgangers wordt niet uitgegaan van een netwerk. Wel dient op andere plaatsen dan de schoolomgeving en het centrum een basisniveau aan voorzieningen worden aangeboden.

Doelstelling

Het aanbieden van een basisniveau aan voetgangersvoorzieningen en verbeteren oversteekvoorzieningen, specifiek op onveilige locaties.

Dat wil zeggen dat er langs alle wegen binnen de bebouwde kommen (al is het maar aan één kant van de weg) een voetpad wordt gerealiseerd met een minimale breedte van 1,50 meter en een gewenste breedte van 1,80 meter. Als voetganger heb je voldoende ruimte nodig,

zonder obstakels (zoals vuilnisbakken, reclameborden of geparkeerde auto’s) en hoogteverschillen moeten goed zichtbaar zijn. Het oversteken van wegen wordt

vergemakkelijkt door het realiseren van verlaagde trottoirbanden voor rollators, rolstoelen en kinderwagens. Bij oversteekplaatsen van een ontsluitingsweg, vooral rondom belangrijke voorzieningen en veel gebruikte routes, moet daarom waar mogelijk een middeneiland aanwezig zijn om de mogelijkheid te bieden om in twee etappes over te steken.

5.1.6

PARKEREN

In de huidige situatie wordt door veel inwoners de parkeercapaciteit en de vindbaarheid van de parkeerplaatsen in het centrum van de kern Aalten als onvoldoende beoordeeld (een en ander in relatie met de bereikbaarheid van het centrumgebied).

Visie

Voor een goede bereikbaarheid van de gemeente is ook het parkeren een essentieel onderdeel. Een goede plek vinden om te parkeren is immers belangrijk om met de auto op de bestemming aan te komen. Te lang zoeken naar een parkeerplaats op grote loopafstand van de bestemming is niet wenselijk, bovendien bestaat de kans dan dat de auto onbedoeld op een plek geparkeerd wordt waar anderen last van hebben. Maar meer parkeerplaatsen nemen ruimte in beslag en kan er toe leiden dat er meer verkeer op af komt. Het is van belang om hier een duidelijke keuze in te maken. Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen wordt (voor zover daar nog geen specifieke normen voor zijn vastgesteld, als bijvoorbeeld in Bredevoort) voldaan aan de CROW parkeernormen. Indien niet voldaan kan worden aan deze norm (bij het niet kunnen realiseren van parkeervoorzieningen op eigen terrein) dient een afkoopsom betaald te worden (in parkeerfonds).

Doelstellingen

ƒ De wegen rondom de kern van Aalten worden zo aangepast dat deze kan functioneren als een herkenbare ring met duidelijke inprikkers richting de parkeervelden met voldoende capaciteit.

ƒ De gebruikers van de centra van de gemeente Aalten moeten in hun parkeerbehoefte worden gefaciliteerd.

ƒ Voor Bredevoort onderzoeken of het huidige parkeerareaal voldoet aan de parkeerbehoefte van zowel bewoners als bezoekers.

ƒ Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moet voldaan worden aan de parkeernormen, waarbij publicatie 182 CROW “Parkeerkencijfers- Basis voor parkeernorming”

uitgangspunt is.

Parkeerverwijssysteem

Het huidige parkeerverwijssysteem in de kern van Aalten moet worden geactualiseerd. In dit onderzoek zijn onder andere de volgende aspecten van belang: het vaststellen van de locaties van de parkeervoorzieningen en een heldere en duidelijke bewegwijzering naar deze parkeerlocaties (parkeerroutes). Om zoekverkeer zoveel mogelijk te voorkomen en de bestaande parkeercapaciteit zo goed mogelijk te benutten wordt daartoe een

verkeerscirculatieplan opgesteld. Dit verkeerscirculatieplan moet ertoe leiden dat de centrumring in de kern van Aalten zo wordt aangepast dat deze kan functioneren als een herkenbare (en goed bewegwijzerde) centrumring met duidelijke inprikkers richting de parkeervelden met voldoende capaciteit. Om ook de verblijfs- en verkeersfunctie van het centrumgebied beter op elkaar af te kunnen stemmen, wordt voorgesteld het centrum

autoluw te maken. In combinatie met een duidelijke circulatie blijven alle voorzieningen in het centrum goed bereikbaar.

Parkeren in de centra Kern Aalten

De claim op openbare ruimte ten behoeve van parkeren wordt steeds groter en dan met name in het centrum (daar waar veel vraag is naar parkeerruimte). Het parkeerbeleid dient er dan ook met name op gericht te zijn om enerzijds de overlast van geparkeerde voertuigen zoveel mogelijk te beperken en anderzijds om de bereikbaarheid van het centrum zoveel mogelijk te garanderen. Parkeerregulering is een instrument om overlast van geparkeerde auto’s te beperken of zelfs te voorkomen.

Omdat het vigerende parkeerbeleid (Parkeernota Aalten, 2004) gedateerd is, dient een nieuw parkeeronderzoek uitgevoerd te worden om daarmee goed aan te kunnen sluiten op de huidige situatie. Uitgangspunt van deze studie is dat een vraagvolgend beleid zal worden gevoerd waarbij onderscheid wordt gemaakt naar bewoners, bezoekers en werknemers met als hoofddoel dat de gebruikers van het centrum van Aalten in hun parkeerbehoefte worden gefaciliteerd. Dat wil zeggen dat parkeren op piekmomenten wordt gefaciliteerd door eerst betere benutting van de bestaande parkeercapaciteit te bewerkstelligen alvorens nieuwe parkeercapaciteit toe te voegen.

Daarbij is het ook van belang dat wordt ingezet op het duidelijk en logisch bewegwijzeren naar de beschikbare parkeercapaciteit, maar ook ruimte wordt geboden voor de stimulering van het openbaar vervoer en het fietsgebruik. Om dit fietsgebruik te stimuleren dient voldoende gebruiksvriendelijke fietsparkeercapaciteit aangeboden te worden.

Kern Bredevoort

Binnen de kern Bredevoort zal een nader onderzoek plaatsvinden waarbij gekeken wordt hoeveel parkeervoorzieningen er nodig zijn of er uitbreidingen moet plaats vinden en zo ja waar kunnen deze gerealiseerd worden. Hierbij speelt ook de toename van bezoekers aan Bredevoort een rol. In de Beleidsnota Recreatie en Toerisme Gemeente Aalten 2009 – 2011 is het kader beschreven van de toeristische en recreatieve mogelijkheden in de gemeente (Bredevoort Boekenstad). In dit plan wordt ook ingegaan op toeristische infrastructuur als routeaanbod en het fietsknooppuntensysteem. Aan de hand van de proef die start op 21 juni 2010 zal bekeken worden of verdere instelling van een parkeervergunninghoudersysteem in (sommige delen) van de kern Bredevoort noodzakelijk is om de bereikbaarheid voor hulpdiensten te kunnen blijven waarborgen.

Parkeernorm

Bij het realiseren van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen (in- en uitbreidingsplannen, herstructurering) wordt gebruik gemaakt van parkeernormen afkomstig uit de ASVV12 van het CROW. Door een parkeernorm te gebruiken, kan de gemeente er op voorhand al voor zorgen er voldoende parkeerplaatsen bij bestemmingen zijn om parkeeroverlast in de omgeving te voorkomen.

12 Aanbevelingen voor verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom.

5.2

VERKEERSVEILIGHEID

Hoofddoelstelling verkeersveiligheid

Verkeersveiligheid blijft een belangrijk thema, waarbij de nadruk ligt op de inrichting van een Duurzaam Veilige infrastructuur. Daarnaast zal extra aandacht worden besteed aan de schoolzones. Uiteraard wordt bij dit thema aansluiting gezocht bij de nationale

verkeersveiligheiddoelstelling.

Uit de ongevalanalyse is gebleken dat het aantal ernstige ongevallen in de gemeente niet meer jaarlijks afneemt. Inspanning is benodigd om een de continue daling van de laatste jaren voort te zetten. Er zijn geen black spots of opvallende ongevalconcentraties in de gemeente. Wel is gebleken dat het een aantal groepen verkeersdeelnemers extra aandacht verdient: het gaat hierbij dan met name fietsers en bromfietsers in de leeftijd van 12-18, ouderen fietsers en jonge automobilisten.

Onder bewoners en belanghebbenden is de subjectieve veiligheid in beeld gebracht. Een aantal locaties in de gemeente is hier als subjectief onveilig naar voren gekomen. School omgevingen en de oversteken van de N318 zijn hier als speciale locaties naar voren gekomen.

Visie

Het thema verkeersveiligheid heeft betrekking op alle verkeersdeelnemers. De gemeente Aalten wil de verkeersveiligheid verbeteren door in te zetten op een integrale benadering waarbij samenwerking een belangrijke rol speelt. Het beleid is preventief aangevuld met curatieve aanpak wanneer dit nodig is.

Door integraal te werken vanuit de gedachte van Duurzaam Veilig wordt het wegennet preventief ingericht, wordt ingezet op permanente verkeerseducatie en wordt in overleg met de politie ingezet op passende en gedragen verkeershandhaving. De curatieve aanpak richt zich op het monitoren van de verkeersveiligheid en de onveilige locaties actief aan te pakken. Om deze visie te kunnen realiseren wordt hoog ingezet op samenwerking met de partners op het gebied van verkeersveiligheid.

Doelstellingen

ƒ In 2011 wordt een gemeentelijk verkeersveiligheidsplan (GVP) opgesteld.

ƒ In het GVP wordt opgenomen dat voor het jaar 2020 de doelstelling voor de gemeente Aalten met betrekking tot dodelijke verkeersslachtoffers op nul gesteld wordt. Het aantal ziekenhuisgewonden in 2020 wordt gesteld op maximaal 9.

ƒ De gemeente zal zich als stimulator en facilitator streven naar de implementatie van permanente verkeerseducatie in de gemeente. Voor 2015 moeten alle doelgroepen worden bereikt.

ƒ De gemeente wil bijzondere aandacht geven aan het (brom)fietsverkeer. Ingezet wordt op een combinatie van gedragsbeïnvloedende maatregelen en infrastructurele maatregelen.

ƒ In overleg met de betrokken actoren wordt onderzocht waar schoolomgevingen veiliger gemaakt kunnen worden. Voorwaarde is dat de school zelf ook een actieve rol speelt .

ƒ Samenwerking met de belangrijkste partners zoals VVN, de politie, scholen en de fietsersbond wordt gecontinueerd.

ƒ Het aantal verkeersborden en –tekens reduceren (waar mogelijk) door het opstellen van een bordensaneringsplan om hiermee een bordenwoud te voorkomen (en alleen de noodzakelijke bebording laten staan).

Toelichting permanente verkeerseducatie

Toelichting permanente verkeerseducatie