• No results found

In dit hoofdstuk wordt de visie van de respondent op het huidige beleid expliciet onderzocht, zoals beschreven in de methode. Zij zijn op de hoogte gesteld van de huidige bezuinigingen op gratis soa testen bij de GGD en de achterliggende argumentatie door politici rond ‘eigen verantwoordelijkheid’.

6.1 Bezuinigingen op gratis soa testen bij de GGD

De meeste respondenten zijn kritisch op de bezuinigingen. Zij denken dat de bezuinigingen schadelijk zullen zijn voor de gezondheid van veel jongvolwassenen. Er zou hier sprake kunnen zijn van internalisering door de respondenten van een actieve houding met betrekking tot hun eigen gezondheid. Door het ontoegankelijker worden van gratis soa testen bij de GGD menen de respondenten dat meer mensen zullen blijven rondlopen met soa’s zonder dat ze het doorhebben, omdat o.a. je niet van alle soa’s symptomen krijgt. Robin noemt dit een schadelijk gevolg van bezuinigingen. Ook Noa is het oneens met de bezuinigingen, zo stelt ze dat soa’s hele heftige gevolgen kunnen hebben als je er te lang mee rond blijft lopen, zoals

testen zo toegankelijk mogelijk te houden: ‘’Ik denk dat je dan het volk zeg maar gezonder houdt dan uh, dan strengere regels, want ja als je dan niet getest kan worden, ja pfff nou dan loop je maar rond met die soa en dan blijft het rouleren’’. Anna vindt de bezuinigingen niet eerlijk en normaliseert het testen op soa’s: ‘’Vind ik niet helemaal eerlijk [de bezuinigingen], je moet toch ook op borstkanker controle om te kijken of je niet borstkanker in je hebt, waarom dan niet bij soa’s even af en toe checken, dat is belangrijk’’.

Uit voorgaande alinea blijkt dat de meeste respondenten een actieve houding met betrekking tot hun eigen gezondheid hebben geïnternaliseerd. Echter is deze houding niet de actieve houding zoals de overheid deze voorschrijft, waaruit blijkt dat de respondenten agency hebben en niet onderhevig zijn aan het discours. Zoals eerder benoemd, vullen sommige respondenten het intakeformulier van een soa-test bij de GGD niet naar waarheid in. Op deze manier laten zij zich ondanks de bezuinigingen toch voor de zekerheid testen. Zo liegen zij bijvoorbeeld over het feit dat ze symptomen hebben en over hun aantal bedpartners. Elizabeth meent inmiddels behendig te zijn in het verkrijgen van een soa-test. Wel moet je volgens haar stressbestendig zijn, omdat de GGD medewerker de gegevens die je in hebt gevuld bij het intakeformulier controleert tijdens het consult:

Ikzelf ervaar het niet als heel moeilijk om daar gewoon voor de zekerheid je te laten testen, maar je moet dus wel uh de stress aankunnen en het durven om dingen te zeggen die met je zijn gebeurd die eigenlijk niet helemaal waar zijn - Elizabeth.

Alternatieven voor het testen op soa’s zijn een soa-test bij de huisarts en een thuistest die je zelf koopt. Respondenten zijn hier niet van overtuigd. Zo vertrouwt Hannah de thuistesten die je via internet kunt bestellen niet. Nina en Ruby zien een soa test bij de huisarts niet zitten, omdat een soa test bij de huisarts niet anoniem is en van je eigen risico af gaat.. Ook Nadia heeft moeite met het feit dat een soa test bij de huisarts flink op kan lopen in je eigen risico: ‘’50 euro is al veel geld, maar dan ook nog is per soa! Dan moet je ook nog eens goed gokken, het is een soort roulette van, oke ik ga m'n 50 euro inzetten op... gonorroe *lacht*’’. Bibi is de enige respondent die de bezuinigingen ‘jammer’ vindt, maar van mening is dat je dan zelf beter moet opletten. Haar mening laat zien dat zij het ‘eigen verantwoordelijkheid’- discours sterk heeft geïnternaliseerd, ondanks het feit dat ze te maken krijgt met de beperkende factoren.

6.2.1 Oneens

Opvallend is dat slechts drie respondenten het volledig oneens zijn met het ‘eigen verantwoordelijkheid’ argument. Zij bekritiseren de beleid-praktijk ervaring. Zo noemt Robin het een ‘typische topdown beleidsuitspraak’, waarbij geen rekening wordt gehouden met de ervaringen van mensen voor wie deze bezuinigingen gevolgen hebben. Ruby verzet zich tegen de norm van wat ‘goede’ seks is volgens de overheid door te stellen dat veilige seks niet de norm is:

Veilige seks is misschien een soort van het ideaalbeeld, maar het is gewoon niet de norm, en als het nou de norm was, oke dat het dan je eigen verantwoordelijkheid is om je aan de norm te houden, maar we weten allemaal dat het niet de norm is, dus dan is het een beetje scheef om daar wel naar leven alsof dat zo is -Ruby.

Elizabeth noemt de argumentatie ‘bullshit’. Ze onderbouwt dit door te stellen dat je niet alle soa’s voorkomt met een condoom, zo zit bijvoorbeeld herpes niet onder een condoom. Ook benoemen deze respondenten één of meerdere van de in hoofdstuk 4 uiteengezette beperkende factoren, zoals onder invloed zijn van alcohol:

Er gebeuren ook dingen die een beetje buiten je macht liggen en waar je je- waar je niet altijd even bewust zelf bij bent om te zeggen dit is hoe ik het wil of zo en zeker- zeker bijvoorbeeld als je dronken bent (...) maar ja het is ook niet mijn schuld dat je gewoon alcohol kunt kopen denk ik dan en dat je je zo makkelijk tot ontoerekeningsvatbaarheid kan brengen, het wordt ook gewoon uh- het is goed voor de staatskas toch [alcohol] dan kunnen ze toch ook mijn soa test betalen *lacht* - Elizabeth

Daarnaast identificeren deze respondenten het in hoofdstuk 5 besproken stigma op soa’s en verzetten zich hiertegen door soa’s in een ziektebeeld te plaatsen en daarmee te normaliseren. Zo menen Ruby en Robin dat wanneer je met symptomen naar de huisarts gaat die niet soa- gerelateerd zijn en ook niet gestigmatiseerd zijn, dit in de meeste gevallen wordt vergoed door de verzekering. Zodra iets met een soa te maken heeft is het je eigen schuld en iets wat je jezelf aan hebt gedaan.

De meerderheid van de respondenten worstelt met het idee van eigen verantwoordelijkheid. Zij lijken het ‘eigen verantwoordelijkheid’-discours rond soa preventie geïnternaliseerd te hebben, maar verzetten zich hier ook tegen door niet altijd te handelen naar hoe de overheid het voorschrijft. Zo zijn ze het in eerste instantie eens met het argument dat soa-preventie je eigen verantwoordelijkheid is. Echter, wanneer hun eigen ervaringen erbij betrokken worden veranderen zij van mening en geven ze dezelfde argumenten als Elizabeth, Ruby en Robin. Deze argumenten komen neer op de beperkende factoren en het feit dat je met condooms soa’s niet voorkomt, maar enkel de kans op een soa verkleint. Zo meent Hannah het eens te zijn met de argumentatie dat soa-preventie je eigen verantwoordelijkheid is, maar stelt ook dat iedereen de mogelijkheid moet hebben om zich gratis te kunnen laten testen. Daarnaast stelt ze dat soa-preventie inderdaad je eigen verantwoordelijkheid is, maar dat er altijd uitzonderingen zijn.

Lisa noemt het tweeledig, ze geeft zichzelf deels de schuld dat ze een soa heeft gekregen. Wanneer ze hier verder over nadenkt valt ze in het patroon van normaliseren en vergelijkt ze het hebben van een soa met ‘een erge ziekte als kanker’, daar kan je ook niks aan doen, het overkomt je:

Ik wilde ook niet dat ik het [een soa] kreeg en ik had ook nooit verwacht dat ik ooit een soa zou krijgen, omdat ik vrij… van aard ben ik heel voorzichtig, maar ja toch heb ik het gekregen, dus het kan best ook nog wel *zucht* - Lisa.

6.2.3 Eens

Bibi en Nadia zijn het er volledig mee eens dat soa-preventie je eigen verantwoordelijkheid is en lijken het discours geïnternaliseerd te hebben. Zo erkent Bibi de mogelijkheid van een moeilijke situatie door de beperkende factoren. Toch gelooft ze dat je altijd een keuze hebt, en voor die keuze ben je zelf verantwoordelijk. Zo stelt ze dat je een een jongen die condoomgebruik tegenwerkt beter de deur kan wijzen, om zo toch je verantwoordelijkheid te nemen. Hieruit blijkt dat ze de rol van vrouwen als gatekeepers draagt.

Nadia stelt dat soa-preventie je eigen verantwoordelijkheid is, ondanks eventueel moeilijke situaties. Echter stelt ze ook dat soa-preventie een gezondheidskwestie is waar je de staat mee mag belasten. Wel denkt ze dat het minder toegankelijk worden van een gratis soa- test bij de GGD, en dus een financiële sanctie, haar zal aansporen om beter op te letten. Ze zal echter niet beter opletten op het gebruiken van condooms, maar in de beslissing met wie

ze seks heeft en met wie niet: ‘’Dus misschien heeft het toch wel een beetje effect, stel je voor dat de hele soa test voor mij weg wordt gehaald, dat ik denk, ja shit, ga ik nu echt met deze random tinderguy naar bed of niet?’’. Voor haar betekent het minder toegankelijk worden van een gratis soa-test dus niet meer condooms, maar minder seks. Het is mogelijk dat de beperkende factoren dusdanig invloed hebben op haar keuze om een condoom te gebruiken, dat zij tot de conclusie komt om minder seks te hebben.

Enkele respondenten zijn kritisch op het beleid, de meeste respondenten hebben echter het ‘eigen verantwoordelijkheid’-discours geïnternaliseerd. Toch geven zij hier hun eigen aanvulling aan en handelen niet altijd op de manier hoe de overheid dit voorschrijft. Respondenten die het eigen verantwoordelijkheidsgevoel compleet geïnternaliseerd lijken te hebben, komen uit bij de rol van vrouwen als gatekeepers om deze verantwoordelijkheid ten alle tijden te nemen. Echter lukt dit hen niet en hebben ook zij onveilige seks en nemen zij daarmee niet altijd hun vermeende verantwoordelijkheid om de kans op soa’s te verkleinen.