• No results found

Dosis-effectrelatie

In document Beleidsplan Geluid Gemeente Wijchen (pagina 33-0)

Dosis-effectrelatie

Met behulp van een dosis-effectrelatie kan het aantal gehinderden in een geluidklasse worden berekend. Voor geluid is door Miedema voor iedere geluidklasse de dosis-effectrelatie bepaald. Met behulp van dit gemiddelde percentage kan het aantal gehinderden, ernstig gehinderden en slaapverstoorden worden berekend.

Opbouw dosis effect

Tijdens een onderzoek naar geluid en hinder wordt aan de aan het geluid blootgestelde bewoners een vragenlijst voorgelegd. In de resultaten van dergelijke vragenlijsten wordt bij bewoners met een lage geluidbelasting minder gehinderden gevonden. Bij hogere geluidbelastingen wordt een hoger percentage gehinderden gevonden. Door deze resultaten in een grafiek te zetten wordt een dosis-effectrelatie verkregen.

Wanneer een geluidbelasting bekend is kan in de grafiek een bijbehorend percentage worden afgelezen zoals te zien in onderstaande figuur. Dit percentage is het aantal personen, van de totaal blootgestelden in de betreffende geluidklasse, dat hinder zal ondervinden ten gevolge van het lawaai. Voor ernstig gehinderden en slaapverstoorden zijn soortgelijke grafieken te vormen.

Figuur 1: Dosis-effectrelatie voor hinder ten gevolge van verschillende bronnen van geluid.

Hinder van geluid

0 10 20 30 40 50 60 70

45 50 55 60 65 70

Lden (dB)

P er ce n ta g e h in d er

Verkeer

Rail

Luchtvaart

Voor ernstig gehinderden en slaapverstoorden zijn soortgelijke grafieken te vormen.

Figuur 2: Dosis-effectrelatie voor ernstige hinder ten gevolge van verschillende bronnen van geluid.

Figuur 3: Dosis-effectrelatie voor slaapverstoring ten gevolge van verschillende bronnen van geluid.

Verschillende soorten bronnen van lawaai (verkeer, trein, luchtvaart en industrie) worden niet allen als even hinderlijk ervaren. Het constante geluid van wegverkeer wordt op een andere manier beoordeeld dan treinverkeer dat enkele malen per uur een piek in de geluidbelasting veroorzaakt.

Hierdoor verschillen de percentages in geluidklassen voor de verschillende bronnen van geluid.

Ernstige hinder van geluid

0 10 20 30 40 50

45 50 55 60 65 70

Lden (dB)

Percentage ernstige hinder Verkeer

Rail Luchtvaart

Slaapverstoring door geluid

0 5 10 15 20 25

50 55 60 65

Lnight (dB) Percentage slaapvertoorden

Verkeer Rail Luchtvaart

www.wijchen.nl Pagina 1 | Beleidsplan Geluid Gemeente Wijchen 2016-2019

BIJLAGE IV: Pakket van bouwkundige eisen

In deze bijlage is het pakket van bouwkundige eisen weergegeven bij overschrijding van de voorkeursgrenswaarde uit de Wet Geluidhinder.

Geluidniveau I: dit is gelijk aan het gewenste niveau.

Geluidniveau II: er is dan sprake van een beperkte overschrijding van het gewenste niveau (tot maximaal 5 dB door weg- en spoorweglawaai, tot maximaal 2 dB(A) door industrielawaai);

Geluidniveau III: er is dan sprake van een ruime overschrijding van de voorkeursgrenswaarde (tot maximaal 10 dB door weg- en spoorweglawaai, 2 – 5 dB(A) door industrielawaai).

Het hanteren van geluidsniveaus maakt het mogelijk de hinder van de drie verschillende bronsoorten weg, spoorweg en industrie onder een vergelijkbare noemer te brengen. In tabel 3.1 zijn de geluidniveaus en hun grenzen weergegeven.

Tabel 3.2: Geluidniveaus op basis van geluidsbelasting Geluidniveau Verkeerslawaai

Naar mate de overschrijding van het gewenste geluidniveau groter is, wordt een beter onderbouwde afweging vereist voor mogelijke maatregelen en een aanvaardbaar akoestisch klimaat.

De eisen gelden voor alle geluidssoorten (weg/spoor/industrie). Deze eisen hebben betrekking op een geluidluwe gevel, woningindeling en buitenruimte. Er wordt onderscheid gemaakt in de volgende situaties:

Bestaande woningen

Voor bestaande woningen met een geluidbelasting op de gevel hoger dan geluidniveau I waarvoor een hogere waarde procedure wordt gevolgd, geldt de volgende eis:

 Geluidluwe gevel

De woning dient tenminste te beschikken over één gevel met een lager (luw) geluidniveau. Het geluidniveau op deze luwe gevel is niet hoger dan de

voorkeursgrenswaarde voor elk van de te onderscheiden geluidbronnen (op dit punt blijft het beleid van Wijchen gehandhaafd).

Vervangende nieuwbouw

Voor vervangende nieuwbouw - geluidniveau II waarvoor een hogere waarde procedure wordt gevolgd, geldt de volgende eis:

 Geluidluwe gevel

De woning dient tenminste te beschikken over één gevel met een lager (luw) geluidniveau. Het geluidniveau op deze luwe gevel is niet hoger dan de

voorkeursgrenswaarde voor elk van de te onderscheiden geluidbronnen (op dit punt blijft het beleid van Wijchen gehandhaafd).

Voor vervangende nieuwbouw – geluidniveau III (of meer) geldt daarnaast aanvullend de volgende woningindelingseis:

 Verblijfsruimten moeten aan de geluidluwe zijde beschikken over een te openen raam In het vorige beleid was als eis opgenomen dat verblijfsruimten zoveel mogelijk aan de geluidsluwe zijde dienen te liggen. Dit leidde tot de situatie dat bij het opleveren van de woning een tussenwand in verblijfsruimten werd gemaakt. Nadat de woning

was opgeleverd, werd de wand weer verwijderd. In het algemeen is de

geluidbelasting op de wegen in Wijchen dermate laag en is de geluidisolatie aan de zijde van de geluidsbron dermate hoog dat kan worden volstaan aan de eisen van het Bouwbesluit (33 dB ofwel 35 dB(A)). Om er voor te zorgen dat de gebruikers van de woning toch hun woonkamer kunnen luchten zonder direct geconfronteerd te worden met een teveel aan geluid, dient aan de geluidluwe zijde een te openen raam te worden aangebracht.

 Tenminste één slaapkamer aan de geluidluwe zijde

Tenminste één slaapkamer moet aan de geluidluwe zijde liggen.

Nieuwbouw

De volgende eis geldt voor nieuwbouw – geluidniveau II:

 Geluidluwe gevel

De woning dient tenminste te beschikken over één gevel met een lager (luw) geluidniveau. Het geluidniveau op deze luwe gevel is niet hoger dan de

voorkeursgrenswaarde voor elk van de te onderscheiden geluidbronnen (op dit punt blijft het beleid van Wijchen gehandhaafd).

Nieuwbouw – geluidniveau III vervalt in het nieuwe beleid. Een dergelijk geluidniveau is zo hoog dat de leefkwaliteit niet meer als redelijk is. Dergelijke woningen zijn in Wijchen niet gewenst.

Geluidluwe zijde

Er is slechts sprake van een geluidluwe zijde indien de gevelbelasting niet meer is dan 48 dB.

Dove gevels

De gemeente Wijchen wil het gebruik van dove gevels zoveel mogelijk beperken. Daar waar bronmaatregelen, maatregelen in de overdracht of geluidsisolerende maatregelen niet mogelijk zijn, mag als uiterste maatregel een dove gevel worden toegepast. Dit in combinatie met tenminste één geluidsluwe gevel.

Afwijkingen

Van bovenstaande eisen kan slechts in geval van zwaarwegende motivatie door B&W worden afgeweken.

BIJLAGE V: Maatregelenpakket

1. Een op maatwerk gericht Hogere Grenswaardenbeleid

 Aanleiding:

Met het verlenen van hogere grenswaarden bestaat het risico dat geluid producerende activiteiten worden toegelaten in de nabijheid van geluidgevoelige objecten. Omdat de Wet geluidhinder zich alleen richt op de bescherming van het geluidniveau in de woning (met gesloten ramen) en niet op dat van de omgeving (tuin) kan dit de kwaliteit van de leefomgeving aantasten.

 Maatregel:

Hogere grenswaarden worden alleen verleend indien voldaan wordt aan de doelstellingen en uitgangspunten van dit beleidsplan.

 Doel:

Het realiseren van een goede woonkwaliteit bij nieuwe woningen zowel in als rondom de woning (tuin).

 Wie:

Afdeling Ruimte en Leefomgeving

2. Geluidsparagraaf bij besluiten voor het college en de raad

 Aanleiding:

In de beslisnota voor het bestuur wordt geluid niet altijd even goed meegenomen.

Het opnemen van een geluidsparagraaf bij besluiten waarin geluid een rol speelt, kan dit verbeteren. Een objectieve methode om de mate van geluidhinder te beschrijven, is toetsing aan de GES-systematiek van GGD-Nederland (zie paragraaf 2.2).

 Maatregel:

Indien van toepassing het opnemen van een geluidsparagraaf (effecten van het besluit op de geluidskwaliteit worden belicht onder argumenten en kanttekeningen) in de beslisnota. Hierbij wordt voor iedere woning de mate van geluidbelasting

uitgedrukt in de GES-score.

 Doel:

Betere bewustwording van de effecten van besluiten op het geluidniveau (en hierdoor leefkwaliteit) waardoor een evenwichtige en transparantie afweging van belangen mogelijk is.

 Wie:

Afdeling Ruimte en Leefomgeving.

3. Uitwerken doelmatigheidscriterium Hogere Grenswaarden

 Aanleiding:

Bij het toepassen van maatregelen om geluidoverlast te voorkomen, volgt de Wet geluidhinder de volgorde bron – overdracht – gevel. Een overstap naar een lagere trede op de trap (bijvoorbeeld van bron naar overdracht) is alleen mogelijk wanneer dit niet doelmatig is. Het begrip doelmatigheid is in het huidige beleid Hogere Grenswaarden onvoldoende uitgewerkt. Er wordt te gemakkelijk naar

gevelmaatregelen gegrepen.

 Maatregel:

Een toetsingskader/afwegingsinstrument waarin het begrip doelmatigheid nader wordt uitgewerkt. Via objectieve criteria wordt bepaald of te treffen maatregelen aan de bron, bij de overdracht of aan de gevel genomen moeten worden.

 Doel:

Het bestuur ondersteunen bij het nemen van een besluit betreffende te nemen akoestische maatregelen.

 Wie:

Afdeling Ruimte en Leefomgeving.

4. Notitie Geluidreducerend asfalt

 Aanleiding:

Een gemeente beschikt over de volgende mogelijkheden om maatregelen aan de bron toe te passen:

 Door het kiezen van een bepaald tracé (bijv. een rondweg, eenrichtingsweg):

Wanneer gekozen wordt om op een locatie het verkeer te verminderen dan heeft dat effect op andere locaties. Het verkeer neemt namelijk niet af maar zal zich verplaatsen. Wanneer van toepassing zullen de afdelingen R&L en OW&V ieder vanuit hun eigen vakdisciplines hiertoe samen een maatregel bedenken.

 Verkeersintensiteit: de gemeente Wijchen zet in op een toename van het fiets- en OV-gebruik. Deze maatregel heeft echter een zeer gering effect op de totale geluidbelasting binnen de gemeente. Wanneer van toepassing zal deze maatregel door OW&V verder worden uitgewerkt.

 Beperken van de rijsnelheid: Het beperken van de rijsnelheid kan effect hebben op de geluidemissie van auto’s. Voor vrijwel alle lokale wegen in Wijchen geldt inmiddels een maximum snelheid van 30 kilometer per uur. In het buitengebied is nu nog een maximumsnelheid van 80 kilometer per uur toegestaan. Het voornemen is om deze te verlagen tot 60 kilometer per uur.

De handhaving van de maximumsnelheid behoeft in Wijchen zeker nog aandacht. Mogelijk dat de handhaafbaarheid nog verbeterd kan worden. Voor de doorgaande wegen is het om verkeerstechnische redenen

(doorstroomsnelheid) niet gewenst om een dergelijke maximumsnelheid te hanteren.

 Samenstelling van het wegverkeer: het beperken van zwaar vrachtverkeer kan leiden tot een reductie van het geluidniveau, afhankelijk van de toegestane snelheid. Wanneer van toepassing zal deze maatregel worden opgenomen in het Gemeentelijk Verkeers – en Vervoersplan.

Geluid reducerende wegdekken: een andere uitvoering van het wegdek (bijv.

stille betonstraatstenen of dunne geluid reducerende deklagen) kan leiden tot een vermindering van de geluidbelasting. Van alle genoemde maatregelen lijkt geluid reducerende wegdekken nog het meeste effect te hebben. Er dient dan goed rekening gehouden te worden met de technische en financiële

randvoorwaarden.

 Maatregel:

Het opstellen van een nieuwe notitie “Stille wegdekken” samen met de afdeling Openbare Werken. Openbare Werken levert hierbij de technische en financiële randvoorwaarden aan en Ruimte en Leefomgeving de milieucomponent.

 Doel:

Het binnen de gestelde technische en financiële randvoorwaarden realiseren van de gewenste geluidsreductie door het toepassen van geluid reducerende wegdekken.

 Uitvoerende partijen:

Afdeling Openbare Werken – Afdeling Ruimte en Leefomgeving

5. Actief monitoren geluid A50, A73, A326 en spoorlijn Den Bosch - Nijmegen

 Aanleiding:

De provinciale en rijksinfrastructuur (autosnelwegen A73 en A50 en hoofdspoorlijn

‘s-Hertogenbosch-Nijmegen) zijn een belangrijke bron van geluidhinder. De verantwoordelijkheid voor de geluidbeheersing van deze voorzieningen ligt bij de beheerders te weten de Provincie, Rijkswaterstaat en Prorail. Het Ministerie van Infrastructuur & Milieu ziet toe op de naleving van de regelgeving omtrent geluidhinder.

 Maatregel:

Omdat de bovengenoemde infrastructurele voorzieningen zo bepalend kunnen zijn voor de leefkwaliteit heeft de gemeente het als haar taak opgevat de overlast zoveel mogelijk te beperken. Omdat het budget voor het treffen van saneringsmaatregelen bij de beheerder van deze voorzieningen zit, is de rol van de gemeente vooral beperkt

tot een signalerende taak. Echter deze taak wordt serieus opgepakt en indien nodig zal het Ministerie van I&M worden gewaarschuwd.

In het verleden zijn op een aantal locaties al geluidvoorzieningen getroffen. Hierdoor wordt vrijwel overal al voldaan aan de Wet Geluidhinder. Bij het Keerspoor heeft de gemeente afgedwongen dat de geluidhinder niet mag toenemen.

 Doel:

Het zoveel mogelijk voorkomen van geluidoverlast ten gevolge van de infrastructuur van rijk en provincie.

 Wie:

Afdeling Ruimte en Leefomgeving.

6. Samen optrekken met de inwoners van Wijchen (gebruik maken van elkaars kracht)

 Aanleiding:

Met het verdiepen van de Graafseweg en het plaatsen van het scherm nabij het spoor zijn de belangrijkste saneringsoperaties in het kader van de Wet Geluidhinder

uitgevoerd. Toch wordt op een aantal locaties in Wijchen geluid nog steeds als een probleem ervaren. Dat komt omdat in Wijchen geluid eerder als een probleem wordt ervaren dan wat conform de Wet geluidhinder als een geluidprobleem wordt

beschouwd.

Omdat de financiële middelen voor het aanpakken van geluidproblemen voornamelijk van het rijk komen en saneringsmaatregelen vaak kostbaar zijn, zijn de

mogelijkheden van de gemeente beperkt. De leefbaarheidsgroepen zullen hierbij een belangrijke rol spelen. Bijvoorbeeld bij de aanpak van de voegovergangen bij Niftrik.

 Maatregel:

Inventarisatie en verkennen van de mogelijkheden om de te hoge geluidbelasting bij woningen te kunnen aanpakken.

 Doel:

Waar mogelijk met de beschikbare middelen het saneren van woningen met een te hoge geluidbelasting.

 Uitvoerende partij:

Ruimte en Leefomgeving.

7. Terugkoppeling geluid in vergunningen

Geluid van bedrijven kan een belangrijke bron van geluidhinder zijn. Om deze bron van geluidhinder op acceptabel niveau te houden, zijn in de vergunningen van deze bedrijven voorschriften opgenomen. Deze ontleend aan het Activiteitenbesluit – Omgevingswet. De Omgevingsdienst Regio Nijmegen ziet toe op de naleving van deze voorschriften.

8. Geluidbelastingkaart

 Aanleiding:

Met een digitale geluidbelastingkaart krijgt de gemeente een instrument in handen waarmee het beter de consequenties van bepaalde activiteiten kan doorrekenen. De gevolgen voor de burger worden dan beter zichtbaar. Daarnaast is de kans groot dat met het opnemen van de Wet Geluidhinder in de Wabo het aanschaffen van een digitale geluidbelastingkaart verplicht wordt. Agglomeraties met meer dan 100.000 inwoners zijn dit al verplicht.

 Maatregel:

Het aanschaffen van een digitale geluidbelastingkaart.

 Doel:

Het beter kunnen beheren van de geluidbelasting in de gemeente.

 Uitvoerende partijen:

Ruimte & Leefomgeving.

9. VerkeersMilieuKaart op de gemeentelijke website

 Aanleiding:

Bewoners zijn niet altijd goed op de hoogte van de heersende geluidbelasting in hun omgeving. Voor de aankoop van een woning kan dit van belang zijn. Nadat de woning is betrokken, hebben de nieuwe bewoners pas in de gaten hoe hoog het

daadwerkelijke geluidniveau is. Een hoge geluidbelasting in de tuin of op de gevel kan een belangrijke bron van ergernis zijn.

 Maatregel:

Het plaatsen van de VerkeersMilieuKaart op de website van de gemeente Wijchen.

 Doel:

Bewoners informeren over de hoogte brengen van de heersende geluidsbelasting in hun leefomgeving.

 Uitvoerende partij:

Ruimte en Leefomgeving.

10. Verlagen van de maximum snelheid in het landelijk gebied

 Aanleiding:

In het landelijk gebied ondervindt 40% van de woningen een hogere geluidbelasting van 48 dB en 17% hoger dan 53 dB. Volgens de VerkeersMilieuKaart gaat het hierbij om een paar honderd woningen. Bij een dergelijke hoge geluidbelasting is geen sprake meer van een goede kwaliteit van de leefomgeving.

 Maatregel:

Het terugbrengen van de maximum snelheid van 80 kilometer per uur naar 60 kilometer per leidt tot een aanzienlijke vermindering van de geluidbelasting op de woningen.

 Doel:

Het leveren van een bijdrage aan de leefkwaliteit in het landelijk gebied.

 Uitvoerende partij:

Ruimte en Leefomgeving.

11. Vierjaarlijkse herijking geluidbeleid

 Aanleiding:

Om de vier jaar dient het geluidbeleid te worden geëvalueerd en eventueel te worden bijgesteld. Dit om te voorkomen dat het gevoerde beleid teveel uit de pas gaat lopen met de realiteit. Het op tijd bijsturen van de koers is dan noodzakelijk.

 Maatregel:

Het om de vier jaar herijken van het gemeentelijk geluidbeleid.

 Doel:

Het voeren van een doelmatig geluidbeleid. Met de beschikbare middelen dient ene zo goed mogelijk milieuresultaat te worden bereikt.

 Uitvoerende partij:

Ruimte en Leefomgeving.

12. Jaarevaluatie (effect en genomen maatregelen)

 Aanleiding:

Voor het kunnen uitoefenen van een adequaat bestuur dient het college goed geïnformeerd te worden over de stand van zaken over het gevoerde beleid. Het college kan hierdoor gemotiveerd verantwoording afleggen aan de raad en/of bevolking en eventuele vragen beantwoorden.

 Maatregel:

Het jaarlijks opstellen van een evaluatie. Hierin wordt ingegaan op de bereikte doelen, de stand van zaken omtrent de in uitvoering zijn de maatregelen en de eventuele knelpunten.

 Doel:

Het goed geïnformeerd houden van het college.

 Uitvoerende partij:

Ruimte en Leefomgeving.

In document Beleidsplan Geluid Gemeente Wijchen (pagina 33-0)