• No results found

Verklaringen mate van transparantie bij woningcorporaties

4. RESULTATEN

4.2. Verklaringen mate van transparantie bij woningcorporaties

Nadat besproken is hoe transparantie invulling krijgt bij woningcorporaties wordt in dit subhoofdstuk ingegaan op de vraag hoe dat verklaard kan worden. Hierin worden onder ander andere de incidenten en debacles genoemd die ook in de aanleiding van dit onderzoek vermeld staan. Naast deze in het oog springende verklaringen wordt er door de respondenten ook onder andere gesproken over de ‘vermarkting’ van de sector en zonnekoningengedrag van bestuurders.

4.2.1. Door incidenten

Alle respondenten onderstrepen dat er van alles is misgegaan in het verleden. De meest genoemde voorbeelden waren het financieel mismanagement met risicovolle derivaten van Vestia, de te risicovolle investering in de SS Rotterdam, en de fraude en zelfverrijking bij Rochdale (R1, R3, R4, R5 & R6). Deze en andere incidenten worden vaak als directe aanleiding

aangeduid waardoor er met argwaan naar de sector gekeken wordt (R2, R3 & R4). Hierbij is verschillende keren de kanttekening geplaatst dat de incidenten eigenlijk op slechts twee handen te tellen zijn en dat verschillende incidenten ook niet met een gebrek aan transparantie te maken hadden (R1, R3 & R5). De incidenten brachten echter een schrikeffect teweeg die er toe leidde dat woningcorporaties hun krediet verspeelden bij politiek en samenleving en waardoor touwtjes strakker worden aangetrokken, en woningcorporaties transparanter moeten zijn en de verantwoording die ze moeten afleggen toeneemt. Dit betekent voor de woningcorporaties dat zij meer moeten laten zien wat zij zoal doen en hoe dat gedaan wordt en meer inzicht moeten geven in de bedrijfsprocessen.

“Dat is een soort cyclus die algemeen gebeurt. Er is ellende geweest, dus de natuurlijke reactie is touwtjes aantrekken en verantwoording. Als een gek gaat iedereen informatie verzamelen en verantwoorden.” (R2)

4.2.2. Door zonnekoningengedrag

Buiten de zichtbare incidenten zat er volgens verschillende respondenten ook wat mis in het gedrag van verschillende bestuurders (R1, R2 & R4). Daarbij wordt aangegeven dat diverse gezichtsbepalende bestuurders er een verkeerde arrogante houding op na lieten met de insteek: ‘wij weten zelf het beste hoe het moet, en je moet je niet te veel met ons bemoeien’ (R2 & R4). Daarbovenop kwam dat enkele bestuurders zichzelf verrijkten en het idee hadden dat ze alles konden maken (R1 & R4), zoals ook in de quote hieronder wordt beschreven. De houding van deze bestuurders streek tegen de haren in van diverse politici en zorgde er voor dat deze het beeld kregen van een ontspoorde sector en dat bestuurders te vrij konden doen wat ze zelf wilden. Hiervan wordt gezegd dat dit ook van invloed is geweest op hoe transparant de woningcorporaties nu zijn, de regelgeving en het toezicht op de corporaties en de bestuurders.

“[…] Waar mensen gewoon zichzelf lopen te verrijken en Porsches aan hun vrouw geven. Dat is gewoon, ja, zonnekoningengedrag. Als mensen in mijn positie er te lang zitten, krijgen ze soms het idee dat ze Jezus zijn. En dat ze alles kunnen maken.” (R1)

4.2.3. Door verzelfstandiging

Als een andere oorzaak voor de toename in toezicht en de verscherpte regelgeving wordt de verzelfstandiging of de vermarkting van de sector genoemd. Juist de verzelfstandiging van de sector, die eind jaren 80 is ingezet en halverwege de jaren 90 leidde tot de brutering van de sector, wordt als oorzaak genoemd van allerlei misstanden waarna de overheid nu de teugels weer wat strakker aantrekt en als verklaring van de huidige mate van transparantie (R1, R2, R3 R4, R5 & R6). Daarbij wordt aangegeven dat corporaties de kerntaak van het huisvesten van bevolkingsgroepen met een laag inkomen uit het oog leken te verliezen en corporaties zich te veel met andere zaken gingen bezig houden dan waar ze voor bedoeld waren (R1, R3 & R5). Zoals in de quote te lezen is en wat door de meeste respondenten wordt aangegeven is dat met de verzelfstandiging de corporaties bedrijfsmatiger werden, en dat daarmee ook verkeerde mensen werden aangetrokken, er een beweging naar schaalvergroting kwam, er hoge salarissen voor directeuren kwamen, er te veel risico’s werden genomen, meer mismanagement van projecten kwam, en dat bestuurders meer in anonimiteit konden handelen en in Maserati’s rond konden rijden (R1, R2, R4 & R6). De financieel-economische omstandigheden worden daarbij ook genoemd als oorzaak voor de huidige mate van transparantie bij woningcorporaties. In de tijd dat corporaties de wind in de rug hadden van de economie waren corporaties vrijer om te handelen, maar bij het spatten van de vastgoedbubbel werden het mismanagement en de risico’s die werden gelopen zichtbaar, wat leidde tot strengere wet- en regelgeving en het toegenomen toezicht (R1, R2, R4 & R5).

“[…] En we hadden in één keer klanten, de raad van commissarissen werd in een

keer bevolkt door allerlei marketing types en advocaten enzovoort, weet je wel? Eigenlijk raakte de gemeenschap langzaam uit beeld en hier begonnen corporaties langzaam ook marktgedrag te vertonen. Kwamen de hoge salarissen voor directeuren, de grote auto’s, spiegelende kantoren, risico’s die ze nooit hadden moeten nemen. Derivaten om met de grote jongens mee te doen. In mijn optiek is het hier een beetje fout gegaan. Corporaties hadden zich een beetje te los gemaakt van waar ze eigenlijk voor bedoeld waren. En zijn daarin

doorgeslagen, en zijn onderneminkje gaan spelen, terwijl je eigenlijk een maatschappelijke instelling bent.” (R1)

4.2.4. Logisch gevolg

Het wordt door het grootste deel van de respondenten als een logisch gevolg ervaren dat de eisen die gesteld worden aan de transparantie bij woningcorporaties hoog zijn. Zoals in de quote wordt geïllustreerd wordt het als begrijpelijk en logisch ervaren dat het toezicht en de wet- en regelgeving is toegenomen (R2, R3 & R5), waarbij wel de kanttekening wordt geplaatst dat de regelgeving altijd achter de samenleving aanloopt (R6). Er wordt aangegeven dat er inderdaad dingen zijn misgegaan in de sector, en dat het begrijpelijk is dat als reflex daarop er meer regeltjes komen en dat van corporaties wordt verwacht dat zij transparanter worden (R1 & R4).

“Ja. Het is ook wel logisch. Jij ziet hier natuurlijk ook niet voor niks. In het verleden is er veel misgegaan en daar krijg je heel veel regelgeving van. Ja… dan krijg je heel veel regelgeving. Accountants worden achter hun broek gezeten. Medewerkers worden achter hun broek gezeten. Overheid, het ministerie wordt er op aangekeken. Het wordt allemaal heel streng.” (R3)

4.2.5. Samengevat

De incidenten die veelvuldig in het nieuws zijn geweest worden veelal gezien als de aanleiding voor de negatieve beeldvorming ten aanzien van de corporatiesector en dat de transparantie binnen de sector omhoog is gegaan. Deze incidenten staan echter niet geheel op zichzelf en worden gezien als uitwassen van de verzelfstandiging van de sector. Er wordt gesteld dat de beweging van de sector richting de markt gepaard is gegaan met zonnekoningengedrag, financieel mismanagement, en het nemen van grote risico’s bij projecten. Mede door financieel-economische omstandigheden werden het mismanagement en de te grote risico’s die eerder genomen werden door corporaties zichtbaar. Het wordt als een logisch gevolg hierop gezien dat corporaties transparanter moeten zijn over wat ze zoal doen en dat het toezicht is toegenomen en de regelgeving aangescherpt.

4.3. Percepties vanuit de corporatiesector op transparantie bij woningcorporaties