• No results found

5. Empirische Resultaten en Analyse: Huidige Rol Provincie Noord-Brabant en Provincie

5.5. Vergelijking Provincie Zuid-Holland met Provincie Noord-Brabant en Provincie

Uit dit en voorgaand hoofdstuk blijkt dat alle drie de Provincies op dit moment zoekend zijn naar de juiste rol. Alle drie de Provincies voelen een verantwoordelijkheid om aan de slag te gaan met klimaatadaptatie en formuleren ambities op dat gebied. Vervolgens blijkt de precieze rolinvulling lastig: het is geen kerntaak, dus de Provincies willen en/of kunnen niet te sturend zijn, wel kunnen ze een grote faciliterende rol vervullen. De Provincies voelen scepsis vanuit gemeenten en waterschappen en krijgen het idee dat ze niet altijd als een natuurlijke partner worden gezien.

Wat betreft de politiek-bestuurlijke rol willen alle drie de Provincies klimaatadaptatie laten landen in de omgevingsvisie. In de Provincie Overijssel bestaat al een aparte adaptatiestrategie, in de Provincie Zuid-Holland is deze in de maak en de Provincie Noord-Brabant wordt ingezet op aparte programma’s als uitwerking van de omgevingsvisie. De Provincie Noord-Brabant heeft als enige provincie een groot budget vrijgemaakt voor klimaatadaptatie. De andere Provincies hebben een kleiner budget wat vooral bestemd is voor onderzoek en proceskosten. Geen van de provincies heeft een rol bij het vaststellen van taken of het voorzien in een duidelijke rolverdeling. Bij alle drie de Provincies wordt gekeken hoe hun interne beleid (huisvesting, eigen infrastructuur) klimaatadaptief kan worden gemaakt.

Door alle drie de Provincies wordt de faciliterende rol het meest uitgevoerd. De Provincie Noord-Brabant ondersteunt gemeenten vooral financieel door subsidies voor het uitvoeren van de stresstest en het organiseren van de risicodialoog Bij de Provincie Zuid-Holland ligt een grote focus op het ondersteunen van gemeenten en waterschappen door het aanbieden van producten, zoals de klimaat(effect)atlas, en kennis in de vorm van onderzoeken en masterclasses. Zoals gezegd is er niet gekozen voor financiële ondersteuning. De Provincie Overijssel faciliteert vooral het proces door samenwerking te organiseren en kennis te

148

verspreiden. Een verschil tussen deze laatste twee is dat de Provincie Zuid-Holland vooral zelf kennis aanbiedt door onderzoeken te initiëren, de Provincie Overijsel kijkt eerst waar de behoefte zit om vast te stellen waar nog kennis gegenereerd moet worden.

Wat betreft het creëren van een gevoel van urgentie/invoegen adaptieve spanning neemt de Provincie Zuid-Holland een grote rol in. Ze informeert over de gevolgen van klimaatverandering door de klimaat(effect) atlas en diverse bijeenkomsten en agendeert het op diverse bestuurlijke tafels. De Provincie Noord-Brabant handelt hierin beperkt, er bestaat een klimaatatlas, te vinden op het klimaatportaal. De Provincie Overijssel lijkt deze taken helemaal niet uit te voeren. Er bestaat (nog) geen klimaat(effect)atlas, en acties en samenkomsten zijn vooral gericht op het doorvertalen van landelijke doelstellingen naar regionaal niveau.

Wat betreft het bevorderen van interactie en het opbouwen van de dialoog, faciliteren de Provincies Zuid-Holland en Overijssel door de organisatie van diverse bijeenkomsten, waarin ambtenaren, bestuurders, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties elkaar ontmoeten en kennis kunnen uitwisselen. De Provincie Noord-Brabant doet dit beperkt, één bijeenkomst wordt georganiseerd.

Alle drie de Provincies geven aan dat verschil is invloed tussen betrokken partijen, omdat sommige gemeenten al veel meer doen met klimaatadaptatie en meer kennis en capaciteit hebben. Deze oefenen meer invloed uit dan (vaak kleinere) gemeenten die nog niet zo ver zijn. Dit wordt niet per definitie als problematisch gezien. Wel proberen alle drie de Provincies alle gemeenten betrokken te houden op verschillende manieren.

De faciliterende functie is met name gericht op ondersteuning van gemeenten door kennis, het bij elkaar brengen van partijen en het stimuleren van samenwerken. De gedachte achter deze functie(s) is echter vooral gericht op het faciliteren van adaptieve capaciteit van organisaties. Kennis en netwerken maken hier een belangrijk onderdeel van uit in het kader van de lerende organisatie, conform de theorie. Echter, faciliteren in de vorm van ruimte geven voor

governance of technische innovaties is bij alle drie de Provincies beperkt.

Onderdeel van de faciliterende functie is de verbindende functie. Ook deze functie neemt de Provincie Zuid-Holland in belangrijke mate op zich. Door het organiseren van diverse bijeenkomsten en bestuurlijke tafels enerzijds en het koppelen van verschillende netwerken anderzijds, brengt de Provincie Zuid-Holland partijen bij elkaar. Ook wordt de nadruk gelegd op de gezamenlijke (bovenlokale) belangen en de noodzaak om gezamenlijk op te trekken om te kunnen omgaan met klimaatverandering. Er is nog slechts heel beperkt sprake van betrokkenheid van maatschappelijke organisaties. De Provincie Noord-Brabant heeft gekozen

149

voor een meer passieve verbindende rol. Gezamenlijke belangen worden benadrukt, maar gemeenten moeten vervolgens zelf initiatief nemen. Ook worden slechts heel beperkt bijeenkomsten georganiseerd om partijen samen te brengen. Overijssel heeft als enige Provincie sterk ingezet op de betrokkenheid van maatschappelijke organisaties. Ook wordt ingezet op samenwerking tussen gemeenten. Zij speelt een kleinere rol bij het verbinden van gemeenten en waterschappen, mede omdat daar al bestaande samenwerkingsverbanden waren.

De adaptieve functie wordt erg verschillend ingevuld. De Provincie Zuid-Holland vervult deze functie nog erg beperkt en vooral in het kader van bodemdaling. Voor klimaatadaptatie worden enkele onderzoeken uitgevoerd. De Provincie Noord-Brabant wil inzetten op technische en sociale innovaties, vooralsnog blijkt dit uit budget voor onderzoeken en design thinking. De Provincie Overijssel zet vooral in op procesinnovatie door innovatieve samenwerkingen tot stand te brengen in de vorm van een Living Lab Ruimtelijke Adaptatie Overijssel en Climate Campus. Daarnaast is er budget beschikbaar voor het uitvoeren van pilotprojecten.

De verspreidende functie blijkt een lastige functie te zijn. Bij de Provincies Zuid-Holland en Noord-Brabant zijn van (technische) innovaties nog geen sprake, dus het verspreiden daarvan is nog niet echt aan de orde. Wel worden kennis en andere zaken zo veel mogelijk gedeeld richting gemeenten en waterschappen. Medewerkers Provincies Noord-Brabant en Overijssel proberen ook actief zaken met het Rijk te delen, door specifieke functies of taken uit te voeren in het IPO, naast het vertegenwoordigen van hun Provincie. Bij de Provincie Overijssel is vooral sprake van procesinnovaties in de vorm van samenwerking, dit betekent dat betrokken partijen daar al van de op de hoogte zijn en het verspreiden van deze innovatie niet nodig is.

150