• No results found

Het verder faciliteren van de markt

Certificering wordt langzamerhand in de onderzochte sectoren steeds meer gezien als iets dat moet. In de GWW- en papiersector is er al een markt voor gecertificeerde producten (FSC en PEFC). De palletindustrie staat nog aan het begin van het proces naar aantoonbaar gecertificeerd hout in pallets.

In de papiersector zijn aanbiedende partijen (papierfabrieken en groothandels) gecertificeerd en kiezen tussenpartijen, uitgeverijen en drukkerijen (papier) steeds vaker voor een CoC- certificaat. Hierbij is naast ideologie de markt zelf - het kunnen voldoen aan eventuele vraag - de grootste stimulans. Dit wijst erop, en dit geluid is ook in de interviews gebleken, dat de overheid geen reden heeft om grote druk uit te oefenen, behalve dan als vragende partij via duurzaam inkoopbeleid. Een overheidsinzet via sterkere zelfsturing op de markt ligt dan ook het meest voor de hand om verdere gedragsverandering van actoren te stimuleren.

Deze gedragsverandering is erin gelegen dat (nog meer) bedrijven in de ketens een CoC- certificering (FSC of PEFC) bemachtigen en dat opdrachtgevers om gecertificeerd hout of papier vragen en aan deze vraag vasthouden. Hierbij ondersteunt de overheid vooral om de markt te stimuleren, knelpunten weg te nemen, eventueel kaders te scheppen en een rol in monitoring te vervullen. De belangrijkste aangrijpingspunten staan hieronder.

1. Stimuleren van de vraag via bewustwording bij eindconsumenten en tussenpartijen

In alle drie branches blijft de vraag achter bij het aanbod. Eindafnemers zijn bepalende actoren in alle drie sectoren waar nog een slag te maken is. Een andere belangrijke groep zijn de tussenpartijen die aan eindafnemers leveren. Zij hebben een grote beslissingsmacht: hun keuzes hebben invloed op de markt voor gecertificeerd hout en papier. Eindafnemers zelf, de klant achter de klant, zijn vaak onzichtbaar. Belangrijke tussenpartijen in de papiersector zijn uitgevers (tijdschriften) en reclamebureaus (business to business). Uitgevers vormen bijvoorbeeld de schakel naar individuele consumenten, zoals de lezer van een tijdschrift. Via informatieverstrekking aan uitgevers over technische mogelijkheden kunnen de keuzes wellicht veranderen. Zowel bij de eindafnemers als de tussenpartijen is verdere bewustwording dus nodig. Ook retailers zouden bewuster met hun eigen inkoopbeleid om kunnen gaan. Bewustwording van het belang van verantwoord bosbeheer en de werking van certificering, zowel bij de eindconsument als bij grote afnemende bedrijven kan bijdragen aan een grotere vraag. Wanneer er meer vraag ontstaat naar gecertificeerde producten dan zal dit ook invloed hebben op het aanbod. De overheid kan dit stimuleren met campagnes en informatie.

2. De eigen doelen (als speler op de markt) operationaliseren voor marktpartijen, onder andere via een consequent aanbestedingsbeleid

De overheid opereert zelf als marktpartij op de markt met het duurzaam inkoopbeleid. In die hoedanigheid heeft de overheid in Nederland zich ten opzichte van certificering vooral ingezet om criteria te ontwikkelen voor de eigen inkoop van duurzaam hout en papier. Hiertoe dienen de TPAC-criteria.

Het inkoopproces zelf is decentraal georganiseerd. Decentrale overheden, gemeenten, waterschappen en regionale directies van Rijkswaterstaat, hebben hun eigen criteria voor duurzaam inkopen. Ze sluiten ook convenanten met FSC of ze hanteren TPAC. Deze keuzevrijheid kan in de markt belemmerend werken omdat de beide keurmerken FSC en PEFC niet samen gaan.

In de GWW-sector lijkt een consequenter aanbestedingsbeleid van de overheid als grootste afnemer de belangrijkste stimulans te zijn; de vraag moet vanuit de overheden dwingender worden gesteld en tevens moet consequenter worden vastgehouden aan de eis. Het aantal CoC-aannemers is groeiende; bij stijgende vraag vanuit de overheid zal dit nog meer toenemen. Ook in de papiersector kan, met name om de vraag naar kantoorpapier (grafisch) verder te stimuleren, de overheid met zijn aankoopbeleid een factor van belang zijn.

Monitoring van overheidsconsumptie is nodig. Grote aandacht moet vooral nog uitgaan naar interne consistentie tussen de rijksoverheid en centrale departementen en de decentrale

overheden/ afdelingen. Om meer zicht te krijgen op kansen via overheidsconsumptie, is het zaak dat de monitoring van het aankoopbeleid zich ook de volumes richt en niet enkel op de gerealiseerde uitgaven.

3. Het optimaliseren van de zwakke punten van private sturing, zoals onduidelijkheid op de markt wegnemen en het verminderen van competitie tussen certificaten

Er is in de markt voor gecertificeerd hout sprake van concurrentie tussen de labels (FSC en PEFC). Het mogen mengen van stromen (bv. via een balansbenadering) zou de complexiteit van de maatregel voor palletproducenten verminderen. In de papierbranche en GWW-sector kan het combineren van papier of hout met beide logo‟s in een eindproduct een mogelijke uitbreiding van gecertificeerde eindproducten opleveren.

De overheid kan verdere activiteiten ontplooien voor de ontwikkeling (of wederzijdse erkenning) van de Chain of Custody van de twee grootste certificeringsystemen (FSC en PEFC). Hierbij kan gebruik worden gemaakt van de ervaring, kennis en expertise binnen het Keurhoutsysteem.

4. Doorbreken van de Circle of blame

Het optreden van afwachtend gedrag van actoren op acties van andere actoren in de keten („geen vraag‟, „de consument/afnemer wil niet betalen‟, „er is geen aanbod‟) wordt wel de Circle of blame (Figuur 7.1) genoemd. Het doorbreken van deze vicieuze cirkel vraagt om gerichte actie en commitment van meerdere actoren tegelijk: branche, overheid, kennisinstituten (voorlichting), maar ook banken en consumenten.

Figuur 7.1 Voorbeeld uit de bouwwereld van gehanteerde argumenten die een Circle of blame creëren.

5. Aansluiten bij en verder ondersteunen van initiatieven in de markt

In de houtmarkt is veel ontwikkeling als het gaat om certificering, met een belangrijke rol voor brancheorganisaties. Vaak gaan hier initiatieven van grote toonaangevende bedrijven aan vooraf (voorlopers). Brancheorganisaties kunnen een rol nemen om gezamenlijk verandering te organiseren, door te besluiten om ambities te stellen en die intern uit te dragen. Bijvoorbeeld de brancheorganisatie van infrabedrijven (aannemers) neemt deel aan allerlei initiatieven en heeft zo een invloed op leden. De VVNH verplicht deelnemende bedrijven om FSC, PEFC of beide labels te hanteren. Ook in de pallet- en verpakkingsindustrie is de brancheorganisatie belangrijk bij het op de agenda zetten van certificering, met name bij het ontbreken van vraag. De overheid kan deze initiatieven ondersteunen, bijvoorbeeld:

Publieksacties om te bevorderen dat eindconsumenten zich bewust worden van het belang van certificering (papiersector);

Acties, workshops, symposia in de branches zelf, met medewerking van de certificeringorganisaties, overheid, bedrijfsleven en afnemers;

Subsidies voor certificering voor bijvoorbeeld aannemers en drukkerijen.

Regulerende rol overheid

Een meer regulerende rol van de overheid ten aanzien van certificering in de huidige context is lastig gezien het internationale speelveld. De Nederlandse markt is onderdeel van globale productketens en ondergaat invloed van globale marktwerking en internationale ontwikkelingen. Gezien de lage prijzen en de beperkte mogelijkheden om kosten terug te winnen, kan het stimuleren van gecertificeerd duurzaam bosbeheer het beste in Europees verband geregeld worden, om een level playing field te behouden. Hierbij zijn de volgende initiatieven mogelijk:

Het aansporen in EU-verband om verder op te schalen van legale naar duurzame import; Wetgeving t.a.v. import/het uitsluiten niet gecertificeerde producten in EU verband; Het intensiveren van bilaterale overeenkomsten over export met landen die aan de EU leveren.

7.4.

Quick wins; certificering in perspectief

In dit onderzoek is afgetast wat de mogelijkheden in de drie sectoren zijn om snel winst te boeken („quick wins‟) met het aantoonbaar duurzame marktaandeel. In hoeverre het inzetten op zulke quick wins en het inzetten op certificering bijdraagt aan het grotere doel - duurzaam bosbeheer - wordt hier besproken.