• No results found

Hoofdstuk 4 Onderzoeksmethodologie

4.2 Variabelen en dataverzameling

Door dit onderzoek wordt meer inzicht verkregen in de mate waarin relaties tussen de besproken variabelen bestaan. Dergelijk onderzoek wordt omschreven als empirisch onderzoek. In deze paragraaf wordt besproken op welke manier de data voor het onderzoek wordt verzameld.

4.2.1 Onafhankelijke variabele: keuze Raad van Toezicht model

Met betrekking tot de onafhankelijke variabelen wordt eerst gekeken of er sprake is van een Raad van Toezicht. Hiervoor wordt het jaarverslag van de onderwijsinstelling geraadpleegd. Wanneer deze informatie niet expliciet wordt vermeld in het jaarverslag wordt de website geraadpleegd. Op de website van onderwijsinstellingen wordt meestal informatie gegeven over het bestuur en toezicht binnen de instelling. Wanneer blijkt dat sprake is van een Raad van Toezicht dan wordt de waarde ‘1’ gehanteerd, is dit niet het geval dan wordt de waarde ‘0’ gehanteerd.

Onafhankelijkheid

De Code Goed Onderwijs Goed Bestuur geeft in artikel 12 voorwaarden met betrekking tot onafhankelijkheid. Aan de functie van toezichthouder is zodanig invulling gegeven dat de leden ten opzichte van elkaar, de bestuurder onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. Voor de besturen in de deelwaarneming die ervoor hebben gekozen over te gaan naar het RvT model wordt gekeken of voormalig bestuurders geen zitting hebben in de Raad van Toezicht. Wanneer dit wel het geval is houdt dit namelijk in dat de leden van de Raad van Toezicht toezien op de bestuurders waarmee daarvoor een gezamenlijk bestuur werd gevormd. Voor dit onderzoek wordt de waarde ‘1’ toegekend wanneer leden van de Raad van Toezicht

40 daadwerkelijk onafhankelijk kunnen opereren. Indien dit niet het geval is wordt de waarde ‘0’ toegekend.

4.2.2 Onafhankelijke variabelen: samenstelling Raad van Toezicht

De onafhankelijke variabelen met betrekking tot de samenstelling van de Raad van Toezicht die in deze scriptie onderzocht worden zijn het geslacht, de leeftijd en de opleiding en ervaring van de leden van de Raad van Toezicht. Uit de onderbouwingen in hoofdstuk drie worden deze variabelen in de wetenschappelijke literatuur gerelateerd aan betere besluitvormingsprocessen en prestaties van deze groepen. Om deze positieve relaties vast te stellen worden de in hoofdstuk drie geformuleerde hypothesen eenzijdig getoetst.

De laatste variabele met betrekking tot samenstelling van de Raad van Toezicht die wordt meegenomen in dit onderzoek wordt tweezijdig getoetst. Deze variabele, de omvang van de Raad van Toezicht, geeft geen positieve of negatieve richting aan de te toetsen relatie. Uit de wetenschappelijke literatuur blijkt namelijk dat een grotere Raad van Toezicht zowel voor- als nadelen kent. Een Raad van Toezicht met meer leden kan beschikken over meer kennis en ervaring. Het besluitvormingsproces kan echter lastiger tot stand komen doordat meerdere meningen hierin moeten worden meegenomen.

De variabelen geslacht, leeftijd en omvang worden verzameld aan de hand van de informatie op de website companyinfo.nl. Via de website companyinfo.nl is diverse informatie te verkrijgen over alle organisaties in Nederland, waaronder alle VO instellingen. Informatie rondom de variabele expertise wordt verkregen uit de jaarverslagen en van de website. In de jaarverslagen en op de website wordt door VO instellingen informatie opgenomen over de samenstelling van het toezichthoudend orgaan en de achtergrond.

Geslacht

Het geslacht van een lid binnen de Raad van Toezicht kan man of vrouw zijn. Bij de onderzochte jaarverslagen wordt de waarde bepaald door het totaal aantal vrouwen wat zitting heeft in de Raad van Toezicht te delen door het totaal aantal leden van de Raad van Toezicht. Bij deze variabele is niet gekozen voor een dummy variabele om tot een betere afspiegeling te komen. De veronderstelde invloed van de aanwezigheid van vrouwelijke leden zal groter zijn wanneer 3 vrouwelijke leden zitting nemen in een Raad van Toezicht van in totaal 7 leden dan bij een Raad van Toezicht waar 1 van de 7 leden vrouw is.

Leeftijd

Bij de variabele leeftijd gaat het om de spreiding van leeftijden binnen de Raad van Toezicht. Voor de berekening van deze spreiding wordt gebruik gemaakt van de variantie. Hiervoor wordt per Raad van Toezicht de gemiddelde leeftijd van de leden berekend. Vervolgens wordt per lid gekeken wat het verschil in leeftijd is ten opzichte van het berekende gemiddelde. Tot slot worden de verschillen bij elkaar geteld en gedeeld door het aantal leden wat deel uitmaakt van de Raad van Toezicht. De uitkomst betreft de gemiddelde afstand in jaren ten opzichte van het gemiddelde. Een hogere uitkomst betekend dat er sprake is van een grotere spreiding van leeftijden binnen de Raad van Toezicht. Omdat het verschil ten opzichte van het gemiddelde zowel positief als negatief kan zijn worden de negatieve

41 verschillen omgezet naar positieve waarden. Het gaat namelijk om de afstand in jaren vanaf de gemiddelde leeftijd, waarbij het niet uitmaakt of dit positief of negatief is.

Expertise

In paragraaf 3.2.2. wordt de aanwezige wetenschappelijke literatuur over opleiding en ervaring besproken met betrekking tot het functioneren van de Raad van Toezicht. Gesteld wordt dat ervoor gewaakt moet worden dat automatisch wordt verondersteld dat ervaring leidt tot de benodigde kennis en vaardigheden. De leden van de Raad van Toezicht kunnen beschikken over een brede opleiding en ervaring terwijl opleiding en ervaring met betrekking tot risicoverslaggeving juist ontbreekt. Om die reden is voor dit onderzoek met betrekking tot de variabele opleiding en ervaring specifiek gekeken naar opleiding en ervaring in de hoek van risicoverslaggeving.

Wetenschappelijk onderzoek (Carcello et al., 2006; Abbott et al., 2002; Zhang et al., 2006) toont namelijk aan dat wanneer de Raad van Toezicht beschikt over een financieel expert sprake is van een positieve uitwerking op de risicoverslaggeving. Bij de dataverzameling is gebleken dat in veel jaarverslagen van de VO-instellingen niet of onvoldoende wordt ingegaan op de expertise van de leden van de Raad van Toezicht om tot betrouwbare onderzoeksresultaten te komen met betrekking tot deze variabele. De informatie is eveneens niet te verkrijgen via companyinfo.nl of de website van de VO-instellingen. Om die reden zal de variabele ‘Expertise’ niet verder onderzocht worden in dit onderzoek.

Omvang

De omvang van de Raad van Toezicht heeft betrekking op het aantal leden dat deel uitmaakt van de Raad. Het aantal leden in de Raad wordt per VO instelling geteld.

4.2.3 Afhankelijke variabele: hoeveelheid risicoverslaggeving

De hoeveelheid risicoverslaggeving wordt vastgesteld aan de hand van een index analyse. In paragraaf 4.1.2 is reeds uiteengezet wat deze analyse inhoudt. In paragraaf 4.1.3 zijn de elementen beschreven die worden opgenomen in de index. Op de website van company info wordt gekeken of de jaarverslagen 2010 en 2011 beschikbaar zijn.

4.2.4 Controlevariabelen

Om de betrouwbaarheid van het onderzoek te verifiëren worden een aantal controlevariabelen meegenomen. Deze controlevariabelen worden positief verbonden aan de hoeveelheid risicoverslaggeving. Wanneer het verwachte verband uit het onderzoek naar voren komt geeft dit een bepaalde mate van betrouwbaarheid met betrekking tot de manier waarop de data is verzameld. Voor dit onderzoek is gekozen voor een tweetal controlevariabelen, te weten Big Four auditor en organisatiegrootte.

Big Four auditor

Het hebben van een Big Four auditor wordt door De Angelo (1981), Reynolds en Francis (2000) en Khurana en Raman (2004) geassocieerd met meer risicoverslaggeving in de jaarrekening. Onderzoek van Deumes en Knechel (2008) en Linsley en Shrives (2006) blijkt eveneens dat dit een positieve invloed heeft op de hoeveelheid risicoverslaggeving. Informatie over de controlerende accountant in de boekjaren 2010 en 2011 is verkregen via