• No results found

tot aanvaarding van de verbintenissen die zijn aangeboden in het kader van de antidumpingpro­

cedure betreffende de invoer van citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”), en met name artikel 8,

Na raadpleging van het bij artikel 15, lid 1, van de basisverordening ingestelde comité, Overwegende hetgeen volgt:

1. PROCEDURE

(1) Op 30 november 2013 heeft de Europese Commissie („de Commissie”) door de bekendmaking van een bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie (2) de opening aangekondigd van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de maatregelen en van gedeeltelijke tussentijdse nieuwe onderzoeken („de onderzoeken”) van de antidumping­

maatregelen die van toepassing zijn op de invoer in de Unie van citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China („VRC”).

(2) De definitieve bevindingen en conclusies van de onderzoeken zijn opgenomen in Uitvoeringsverordening (EU) 2015/82 (3) van de Commissie· tot instelling van een definitief antidumpingrecht op citroenzuur van oorsprong uit de VRC naar aanleiding van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de maatregelen overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening, en van gedeeltelijke tussentijdse nieuwe onderzoeken overeenkomstig artikel 11, lid 3, van de basisverordening.

(3) Hierbij dient te worden opgemerkt dat de geldende maatregelen (4) de vorm aannemen van bij Besluit 2008/899/EG van de Commissie (5) aanvaarde verbintenissen („thans geldende verbintenissen”) die gelden voor vijf producenten-exporteurs, waaronder een groep van producenten-exporteurs.

2. VERBINTENISSEN

(4) Voorafgaand aan de vaststelling van definitieve antidumpingmaatregelen hebben dezelfde vijf medewerkende producenten-exporteurs in de VRC die partij zijn bij de thans geldende verbintenissen als bedoeld in overweging 3, namelijk COFCO Biochemical (Anhui), Jiangsu Guoxin Union Energy (voorheen Yixing-Union Biochemical), de groep RZBC, TTCA en Weifang Ensign Industry, ter vervanging van de thans geldende verbinte­

nissen nieuwe prijsverbintenissen aangeboden overeenkomstig artikel 8 van de basisverordening.

(5) Net als in de thans geldende verbintenissen bieden de producenten-exporteurs in dit herziene verbintenisaanbod aan om citroenzuur te verkopen tegen prijzen die minstens hoog genoeg zijn om de herziene schadelijke gevolgen van de dumping weg te nemen.

(6) Bovendien omvatten de aanbiedingen een indexering van de minimumimportprijzen, aangezien de prijzen van citroenzuur voor, tijdens en na het onderzoektijdvak aan sterke schommelingen onderhevig waren. De indexering is vastgesteld aan de hand van de openbare prijsnoteringen in de EU van maïs; dit is de belangrijkste grondstof die gewoonlijk bij de productie van citroenzuur wordt gebruikt.

(1) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2) PB C 351 van 30.11.2013, blz. 27.

(3) Uitvoeringsverordening (EU) 2015/82 van de Commissie van 21 januari 2015 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China naar aanleiding van een nieuw onderzoek overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 in verband met het vervallen van de maatregelen, en van gedeeltelijke tussentijdse nieuwe onderzoeken overeenkomstig artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 (zie bladzijde 8 van dit Publicatieblad).

(4) Verordening (EG) nr. 1193/2008 van de Raad van 1 december 2008 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van de voorlopige antidumpingrechten op de invoer van citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB L 323 van 3.12.2008, blz. 1).

(5) Besluit 2008/899/EG van de Commissie van 2 december 2008 tot aanvaarding van de verbintenissen die zijn aangeboden in het kader van de antidumpingprocedure betreffende de invoer van citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB L 323 van 3.12.2008, blz. 62).

(7) Om het risico van inbreuken op de prijsverbintenis door kruiscompensatie van de prijzen te verminderen, bieden de producenten-exporteurs bovendien aan om melding te maken van alle verkopen buiten de EU aan klanten met een organisatie of structuur die zich buiten de EU uitstrekt, wanneer de producent-exporteur ook binnen de EU aan deze klanten verkoopt.

(8) De producenten-exporteurs zullen de Commissie ook regelmatig gedetailleerde gegevens over hun uitvoer naar de EU verstrekken, zodat de Commissie effectief toezicht kan uitoefenen op de uitvoering van de verbintenissen.

Bovendien is de verkoopstructuur van deze ondernemingen van dien aard dat de Commissie het risico van ontwijking van de overeengekomen verbintenissen beperkt acht.

(9) Ook moet worden vermeld dat de Chinese Kamer van Koophandel van importeurs en exporteurs van metalen, mineralen en chemicaliën („CCCMC”) zich bij de vijf in overweging 4 genoemde ondernemingen heeft gevoegd en daarom ook een actieve rol bij het toezicht op de ondernemingen zal spelen.

(10) Gezien het bovenstaande zijn de door de producenten-exporteurs en de CCCMC aangeboden verbintenissen aanvaardbaar.

(11) Om de Commissie in staat te stellen de naleving van de verbintenissen door de ondernemingen doeltreffend te controleren, worden de goederen waarop de verbintenissen betrekking hebben pas vrijgesteld van het antidum­

pingrecht wanneer bij de aangifte voor het vrije verkeer bij de douaneautoriteit een factuur wordt overgelegd die ten minste de in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/82 vermelde gegevens bevat. Deze gegevens zijn ook noodzakelijk om de douaneautoriteiten in staat te stellen met voldoende precisie na te gaan of de goederen met de handelsdocumenten overeenstemmen. Als deze factuur niet wordt overgelegd of als niet aan de andere voorwaarden van de bovengenoemde uitvoeringsverordening wordt voldaan, moet het toepasselijke antidum­

pingrecht worden betaald.

(12) Om de inachtneming van de verbintenissen verder te waarborgen, zijn de importeurs er door bovengenoemde uitvoeringsverordening op gewezen dat niet-inachtneming van de in die uitvoeringsverordening genoemde voorwaarden of intrekking van de aanvaarding van de verbintenissen door de Commissie voor de desbetreffende transacties tot een douaneschuld kan leiden.

De verbintenissen die in het kader van de antidumpingprocedure betreffende de invoer van citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China door de hieronder genoemde producenten-exporteurs, samen met de Chinese Kamer van Koophandel van importeurs en exporteurs van metalen, mineralen en chemicaliën zijn aangeboden, worden aanvaard.

Land Onderneming Aanvullende

cie Shandong, VRC, en verkocht door de met hem verbonden onderneming RZBC Imp. & Exp. Co., Ltd — nr. 66 Lvzhou South Road, Rizhao, provincie Shandong

A926

Vervaardigd door RZBC (Juxian) Co., Ltd — nr. 209 Laiyang Road (West Side of North Chengyang Road), Juxian Economic Development Zone, Rizhao, provincie Shandong, VRC, en verkocht door de met hem verbonden onderne­

ming RZBC Imp. & Exp. Co., Ltd — nr. 66 Lvzhou South Road, Rizhao, pro­

vincie Shandong

A927

TTCA Co., Ltd — West, Wenhe Bridge North, Anqiu, provincie Shandong A878 Jiangsu Guoxin Union Energy Co., Ltd — nr. 1 Redian Road, Yixing Economic

Development Zone, provincie Jiangsu

A879

Weifang Ensign Industry Co., Ltd — nr. 1567 Changsheng Street, Changle, Weifang, provincie Shandong

A882

Artikel 2 Besluit 2008/899/EG wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 21 januari 2015.

Voor de Commissie De voorzitter Jean-Claude JUNCKER

III

(Andere handelingen)