• No results found

Beste xxxx,

Vorig jaar heb ik een heel fijne en leerzame stage gelopen op jullie afdeling. Inmiddels ben ik met mijn afstudeeronderzoek aan de Universiteit voor Humanistiek begonnen. Dat wil ik doen naar 'Aanraking in de Geestelijke Verzorging'. Daartoe zou ik graag jou, als medewerker van de afdeling, willen interviewen. Alle GV-ers van de afdeling worden benaderd.

Graag wil ik horen of je in principe mee wilt werken. Ik ben uiteraard bereid het onderzoek verder toe te lichten en stuur hierbij een toelichting mee. De privacy van de geïnterviewden zal gerespecteerd worden en het ziekenhuis zal niet nader benoemd te worden.

Ik neem spoedig contact op om te horen of je bereid bent mee te doen.

Met vriendelijke groet, Corrie Roeper

1.b. Toelichting van het onderzoek

Onderzoek Aanraking in geestelijke verzorging: een gevoelig onderwerp

Afstudeeronderzoek Corrie Roeper, Universiteit voor Humanistiek Utrecht, 2017.

Aanleiding

Begin 2016 werd een verpleegkundige berispt, omdat dat manier waarop hij een patiënt aangeraakt had, ongepast werd bevonden. De Inspecteur van de Gezondheidszorg stelde dat iedere aanraking, anders dan een hand geven, te ver gaat. Deze uitspraak maakte veel reacties los en uiteindelijk stelde de Inspectie dat een troostend of bemoedigend gebaar ook in een behandelrelatie zinvol kan zijn, maar dat het te ver gaat wanneer het als

grensoverschrijdend of onveilig wordt ervaren. Het wordt daarbij aan de professionaliteit van de behandelaar overgelaten om dat goed in te schatten. Dat roept de vraag op: hoe wordt een dergelijke professionaliteit ontwikkeld?

99

Theorie

Er is de afgelopen decennia onderzoek gedaan naar het nut, werking en de ethiek van ‘niet medisch noodzakelijk aanraken’ in de zorg, ook wel ‘expressieve’ aanraking genoemd. Meestal gaat dat om aanraking door verzorgenden en verplegenden of door fysio- en

ergotherapeuten. Wanneer het om geestelijk verzorgers en begeleiders gaat blijkt er minder onderzoek voorhanden te zijn en er bovendien een grotere terughoudendheid te bestaan rond aanraking. In sommige landen en opleidingen geldt ‘nooit aanraken’, behalve dan een hand bij de begroeting, in andere landen lijkt het veel vanzelfsprekender. Sommige auteurs benadrukken dat er meer richtlijnen nodig zijn, andere auteurs dat er meer onderzoek nodig is, weer anderen vinden meer bespreekbaarheid van het onderwerp belangrijk. Door

gevallen van seksueel misbruik zou aanraking in een taboesfeer gekomen zijn, wat de bespreekbaar geen goed doet. Er wordt reflecteren op en leren uit ervaringen bepleit.

Doel van het onderzoek

Niet professioneel noodzakelijke aanraking door en van therapeuten, begeleiders en geestelijk verzorgers wordt steeds meer als een probleem gezien. Tegelijkertijd wordt het, door een aantal auteurs, als een waardevolle en zinvolle aanvulling op het verbale contact beschouwd. Misduiding lijkt echter makkelijker op te treden dan bij verbaal contact en gevallen van misbruik hebben een taboesfeer gecreëerd. Andere auteurs vinden het niet thuishoren in een behandelrelatie. In literatuur wordt gesteld dat aanraking te weinig besproken wordt binnen opleidingen en in de praktijk. Dit onderzoek beoogt in de praktijk verworven kennis en inzicht van geestelijk verzorgers rond al dan niet aanraking van en door cliënten te achterhalen. Het handelingsdoel kan zijn te achterhalen of opleidingen meer aandacht kunnen besteden aan het al dan niet aanraken van cliënten in een beroepspraktijk of tijdens vrijwilligerswerk. Dat kan maatschappelijke relevantie hebben omdat het

informatie oplevert over een weinig besproken onderwerp.

Methode

Ik wil inzicht verkrijgen door diepte interviews te houden met een aantal – ik streef naar twaalf - geestelijk verzorgers met verschillende achtergronden aan de hand van een

semigestructureerde vragenlijst. Het gaat mij om de ervaringen van de geestelijke verzorgers met al dan niet aanraken van en door cliënten en hoe zij vanuit die ervaringen hun

100

zullen met een dictafoon worden opgenomen en volledig getranscribeerd. Daarna zal ik ze met behulp met Atlas-ti coderen en zal ik opkomende thema’s definiëren. Die zullen vergeleken worden met literatuur. Passages uit de interviews die mij relevant lijken, zal ik aan de geïnterviewden voorleggen ter controle. Bij twijfel over de interpretatie zal ik dat ook voorleggen aan de geïnterviewde. De citaten zullen geanonimiseerd worden verwerkt in de scriptie.

1c. Informed consent formulier

Verklaring van toestemming (informed consent)

Voor een persoonlijk interview in het kader van een afstudeeronderzoek Geestelijke Begeleiding aan de Universiteit voor Humanistiek Utrecht.

Ik verklaar hierbij op voor mij duidelijke wijze te zijn ingelicht over de aard en methode van het onderzoek, zoals uiteengezet in de mail van Corrie Roeper en in de toelichtingsbrief. Mijn vragen zijn naar tevredenheid beantwoord. Ik stem geheel vrijwillig in met deelname aan dit onderzoek. Ik behoud daarbij het recht deze instemming weer in te trekken zonder dat ik daarvoor een reden hoef op te geven en besef dat ik op elk moment mag stoppen met mijn deelname. Indien mijn onderzoeksresultaten gebruikt zullen worden in wetenschappelijke publicaties, dan wel op een andere manier openbaar worden gemaakt, zal dit volledig geanonimiseerd gebeuren. Mijn persoonsgegevens zullen niet door derden worden ingezien zonder mijn uitdrukkelijke toestemming. Als ik nog verdere informatie over het onderzoek zou willen krijgen, nu of in de toekomst, kan ik me wenden tot Corrie Roeper, te bereiken via mail: corrie.roeper@student.uvh.nl, of telefonisch xxxxxxxxxx.

In tweevoud getekend:

Datum : ………..

Naam respondent : ………..

101

Ik heb toelichting verstrekt op het onderzoek. Ik verklaar mij bereid nog opkomende vragen over het onderzoek naar vermogen te beantwoorden.

Naam onderzoeker : ………..

102

Bijlage 2. Interviewguide