• No results found

Uitgewerkte interviews

In document Dat kun je wel zeggen (pagina 58-132)

Directielid

I: Als u er geen probleem mee heeft zou ik het gesprek graag willen opnemen.

1

N: Nee, prima, even voor je beeld, ik werk dus anderhalf jaar bij DE ORGANISATIE, ik werk

2

wel al langer bij LNV, of ELI moet ik nu zeggen, vanaf 2000. En ik heb daarvoor vooral in

3

de gemeentelijke wereld gezeten. Ik heb rechten en bestuurswetenschappen gestudeerd, en

4

daarvoor een HBO opleiding met betrekking tot communicatie.

5

I: Oja, dat noemde <ca> ook al ja

6

N: Ik ben dus wel heel kritisch ten opzichte van communicatie, dus he, dat verklaart ook een

7

beetje uit mijn achtergrond dat ik daar heel veel mee bezig ben geweest. In de baan

8

hiervoor was ik onder andere verantwoordelijk voor alle klantcommunicatie, van LNV,

9

dus het LNV loket, misschien heb je daar wel eens van gehoord.

10

I: Ja, inderdaad

11

N: Dus ik heb wel veel met communicatie, dienstverlening en dat soort dingen gedaan, toen

12

ik bij DE ORGANISATIE begon, en toen wij met zijn drieen de portefuilles gingen verdelen

13

zij ik van, doe mij maar de communicatie, want dat vind ik leuk. Meestal zit dat bij de

14

algemeen directeur maar dat is in dit geval dus niet zo, maar dat kwam omdat ik dus zei

15

van ik wil daar wel iets mee doen, ook omdat ik vond dat er wel een aantal aspecten, eeh,

16

meer aandacht verdienden dan ze nu kregen. Het is niet dat ik dat nu zag maar dat was

17

eigenlijk al langer binnen de organisatie het geval. En dat spitste zich toe op twee dingen:

18

de ecxterne profilering, zeg maar de PR, laten zien wat je kan, en DE ORGANISATIE 75,

19

En de interne communicatie, dat is natuurlijk lastig in een organisatie waarin je een

20

landelijke expertisecentrum hebt en vier regio’s…

21

I: Dus wat de organisatievorm betreft

22

N: Ja, en dan moet je er altijd meer aandacht aan geven dan dat je op één centraal punt ben

23

gehuisvest. En je hebt natuurlijk veel lagen en schijven in de organisatie. En ik weet niet of

24

je het weet hoor, dat check ik even, maar wij zijn dus begonnen met het ontwikkelen van

25

een visie op interne communicatie

26

I: Die werkgroep visie en strategie?

27

N: Nee, gewoon een visie op interne communicatie, en dat wordt dus nu ook een masterclass

28

gegeven van Erik Reijnders

29

I: Oja, dat weet ik, ik ben ook een dag met Mark meegeweest

30

N: Ja, en dat was eigenlijk een soort opwarmertje geweest om even opnieuw stil te staan bij,

31

wat is interne communicatie eigenlijk, hoe wordt het toegepast, wat kunnen en willen we

32

ermee bereiken en wat moeten we dan anders of beter doen? Nou, Erik Reijnders is iemand

33

die zegt van, dat traditionele cascademodel bwhww dat werkt niet, nou dat vind ik dus

34

ook. Je moet het wel doen, maar het is één van de manieren waarop je communiceert met je

35

organisatie. En nadat we die visie op interne communicatie hebben vastgesteld, hebben

36

we ook gezegd van, vaststellen dat helpt niet, dus vandaar dat nu ook eerst alle

37

communicatieadviseurs worden getraind en vorige week is er een masterclass geweest

38

voor de hoofden projecten, en dat heeft hij dus ook gegeven

39

I: Echt een stukje bewustwording

40

N: Ja, en het is dus de bedoeling dat het dan ook naar de teamhoofden gaat, eeh, dat het gaat

41

rollen.

42

I: Het sneeuwbaleffect

43

N: Ja, en ik geloof dus niet in het traditionele cascademodel, en dat betekent dat wij ook een

44

aantal andere middelen in de afgelopen jaren hebben toegepast die dat, die de nadelen van

45

het cascademodel ondervangen. Wat je ongetwijfeld nog wel gezien hebt is die <pad> die

46

begonnen is met twitteren.

47

I: Mmm, dat het ik niet gezien

48

N: Nou, wij hebben binnen overheid is er het ministerie van binnenlandse zaken die trekt dat,

49

het nieuwe werken, ambtenaar 2.0, en die hebben wij uitgenodigd om eens een dag met

50

ons mee te lopen, en eehm, zij hebben ons met hun ervaring met nieuwe media

51

geadviseerd om dat wel of niet te doen, en in het begin van 2010 kwam net twitter heel erg

52

op. Meestal is het dan zo dat de jongeren in een organisatie beginnen met twitter en dat het

53

management dan zegt van dat mag niet en eeh,. Dus toen zeiden wij van we draaienhet om

54

en we gaan zelf de grenzen van de nieuwe media opzoeken. En <pad> is dus gaan

55

twitteren, en dan krijg je dus heel grappige situaties dat hij door medewerkers wordt

56

aangesproken van, eeh, is dat nu wel zo verstandig dat je dat op twitter zei? En ik ben een

57

blog begonnen op intranet…

58

I: Oja, dat heb ik gezien ja,

59

N: Ja en dat doe ik iedere maand, PEP van ….. dus PEP- talk, en eeh, <pad> die twittert dan en

60

<ad> die heeft met name in de laatste zes weken die mails gestuurd, over de

61

ontwikkelingen. Die informeert alle medewerkers over de stand van zaken. En dat zijn dus

62

drie voorbeelden van waar wij dus op een andere communiceren dan via het geijkte

63

cascademodel. En daarnaast hebben we natuurlijk het interne blad inzicht wat we net

64

afgeschaft hebben in de huidige vorm, omdat het al weer achterhaald is als het bij de

65

drukker ligt en we proberen dua l onze middelen te herijken en te kijken van wat is nu in

66

deze situatie nodig. En eeh, zelf geloof ik heel erg in face to face contact, en ik heb dus ook,

67

één dagdeel in de week ben ik dus ergens in de organisatie bij een team of project om

68

gewoon mee te kijken. En ik doe dat nu anderhalf jaar dus dan begin je toch eens

69

onderhand iedereen gehad te hebben, en dat is een heel effectieve vorm van communicatie

70

omdat je dan de drempel om contact te zoeken heel laag maakt, dus als je bij een team bent

71

geweest en daarna is er wat en er is een vraag, dan schieten mensen je daarna makkelijker

72

aan of ze bellen je even, dus dat zijn allemaal vormen van communicatie die ervoor zorgen

73

dat in een tijd dat er heel veel veranderd, dat is een beetje onze stelling eigenlijk van hoe

74

meer er veranderd hoe meer communicatie er nodig is. En vaak zie je juist het

75

omgekeerde,v an het wordt wordt spannend en daan gaan de luiken dicht en concentreert

76

het zich tot een heel klein groepje, dus juist nu het het spannend is mails naar iedereen te

77

sturen.

78

I: Ja, en dat wordt ook erg gewaardeerd door de mensen. De mensen die ik ernaar heb

79

gevraagd zeiden ook allemaal van, dat het ongebruikelijk is maar dat het nu ook niet via

80

de lijn kan…

81

N: Ja, dan weet je zeker dat het fout gaat, en helemaal vervormd he, Dat is dus een heel

82

bewust keuze he, aan de andere kant moet je er ook wel weer mee oppassen, want als je je

83

rechtstreeks tot je medewerkers richt dan sla je wel al die schijven over he, en als je dus niet

84

uitkijkt, je moet het ook alleen onder urgent omstandigheden toepassen, want je krijgt ook

85

al die vragen terug en eeh, die op persoonlijke situaties slaan…

86

I: En die moeten juist via de teamhoofden he.

87

N: Dus je moet daar wel steeds een balans in zoeken, wat we dan ook steeds doen, dat zien de

88

medewerkers niet, maar dat we eerst een mail sturen naar de teamhoofden, van nou

89

vanmiddag dan komt er een mail naar de medewerkers en daar staat dit en dit en dit in, en

90

willen jullie dat, met name die en die aspecten in je teamoverleg bespreken, en dan gaat

91

pas die mail naar de medewerkers er uit. Dus er zit wel een vorm van cascade in, maar eeh,

92

niet zo strak als echt in een hele hiërarchische situatie. Dus dat is hoe we het in gang

93

hebben gezeg en hoe we het nu in hele urgent omstandigheden toepassen.

94

I: Dat is duidelijk ja. Even kijken, je hebt me verteld hoe jullie in de huidige situatie de

95

communicatie gebruiken een aanpassen. Ik wil nu even terug naar de situatie van

96

ongeveer een jaar ofzo geleden, toen het allemaal wat rustiger was en er wat meer

97

geleidelijkheid in de communicatie was. Kun je misschien beschrijven hoe de

98

communicatie toen was van boven naar beneden?

99

N: Nou, toen was het toch nog meer het cascademodel, he, dus dat eeh

100

I: Meer de lijn…

101

N: Ja, wij hebben eeh, elke week landelijk management overleg, dus directie en

102

regiodirecteuren, en dan werd daar de informatie gedeeld, en vervolgens zou dan de

103

regiodirecteur dat dan weer via het RMT delen en de HP’s weer naar de teamhoofden en

104

die weer naar de medewerkers. En dat gebeurd natuurlijk nu nog steeds met de gewone

105

dingen zoals de kantoorautomatisering, de opgave, de inventarisatie en de jaarplancyclus,

106

van wat gaan jullie volgend jaar doen, hoeveel geld heb je nodig, dat gaat nog helemaal via

107

de model. Dat kan ook omdat het in een hele, in een soort stramien dat elk jaar hetzelfde is

108

(uitleg over de jaarcyclus of msc cyclus). Maar dat is eignelijk ook het enige dat volgens dat

109

model gaat.

110

I: Dus in alle andere situaties…

111

N: Nouja, je kunt ook zeggen alle andere situaties zijn daarvan afgeleid: aan het begin van het

112

jaar spreek je met elkaar af om, van jij staat dit jaar voor deze klus aan de lat, daar krijg je

113

zoveel geld voor, om die en die aspecten moet je dat rapporteren. En als er iets

114

onverwachts gebeurd moet je dat volgens die en die procedure doen. Die afspraak hebben

115

wij met de regiodirectueren en naar boven toe met het departement (meer over jaarcuclus

116

en verantwoording naar boven)

117

I: Even tussendoor hoor, maar die lijn loopt die ook helemaal door naar boven?

118

N: Ja, die begint bij de tweede kamer, dan naar de bewindslieden en dan vervolgens naar de

119

hoogste ambtenaar van het departement, die ook de eigenaar is van DE ORGANISATIE.

120

Dus wij rapporteren ook aan onze eigenaar de SG. Dus het is één doorgaande lijn van

121

tweede kamer tot eeh, medewerker.

122

I: Nou, ik vind het wel grappig dat jij dat nu zo zegt, want ik heb het ook aan een aantal

123

anderen voorgelegd en die zeiden van nou eeh, het staat er eigenlijk buiten. Het gaat tot de

124

directie. Maar voel jij je dan ook lijnmanager?

125

N: Ja, in die lijn wel weer ja, in die lijn ben je weer lijnmanager. Vanochtend hadden we dus

126

zo’n gesprek met onze eigenaar, en dan zitten wij als directie ook echt daar met

127

bespreekpunten en een rapport en dus in dezelfde settting als de regiodirecteuren met ons

128

of de HP’s met de regiodirecteuren, en eeh, en de minister zit ook in die lijn vorige week

129

met de 2e kamer zijn begroting te bespreken.

130

I: Oke, helder

131

N: Dus dat loopt zo helemaal door. Ja, en die communicatie is dus helemaal geformaliseerd….

I: Dus naar beneden zijn dat besluiten vragen en opdracht en naar boven is dat

133

verantwoording en rapportage

134

N: Ja, en dat is helemaal geformaliseerd door wettelijke voorschriften, gewoonten en

135

ongeschreven regels van de tweede kamer. En als je dan naar de communicatieve aspecten

136

kijkt dan is dat heel voorspelbaar. Niet zozeer de inhoud maar wel de vorm.

137

I: En hoelang duurt zo’n loop dan?

138

N: (het kan wel een jaar duren)

139

I: Dus die standaard procedure herhaalt zich ieder jaar

140

N: Ja, dat is helemaal hetzelfde, je weet eigenlijk nu al de date voor 2014 zeg maar

141

I: Ja, maar net zei je tegen mij je gelooft daar eigenlijk niet in, in die cascade.

142

N: Nee, dat is de ene kant van het verhaal, dat moet ook. Dat hoort gewoon bij d overheid,

143

maar daarnaast heb je, daarmee leg het wát vast en ook wel een beetje het hoe. Maar

144

daarnaast ben je met elkaar aan het werk en hoe gaan wij als team hoe gaan wij als

145

organisatie inhoud aan geven hoe geven we het vorm en wat voegen wet toe? En wat

146

vinden we belangrijk. En dat kun je wel opschrijven, maar dan denk iedereen leuk, boekje,

147

klaar.

148

Interview 2 Teamhoofd

B: Nou wat ik zie als lijncommunicatie is volgens mij, eeh nou ik weet niet of het dan

1

specifiek lijncommunicatie is maar eeh, eeh medewerkers hebben natuurlijk informatie

2

nodig om hun werk zo goed mogelijk te kunnen doen en daar… een aantal dingen horen

3

daarbij, bijvoorbeeld dingen die heel specifiek met het werk te maken hebben zeg maar,

4

dus eeh, zaken over de stand van zaken over projecten of de stand van zaken over

5

werkzaamheden die gedaan moeten worden. Da’s één. Daarnaast een aantal informatie

6

over eeh, eeh ja, algemene informatie over de dienst, over benoemingen en nieuws, nou

7

vooral nu is er allemaal heet nieuws over het voortbestaan van onze dienst natuurlijk. Dus

8

daar is heel eeh veel over te eeh doen, dus die dingen die onderscheid ik wel van elkaar.

9

Als je het hebt over projecten, werkzaamheden, gewoon dagelijkse werkzaamheden die

10

medewerkers hebben dan maak ik heel duidelijk onderscheid tussen projectleiders en de

11

rest van mijn team. Ik eeh, informeer mijn projectleiders, veelvuldig, zij zijn bijna van alles

12

op de hoogte wat speelt in mijn team

13

I: Dus alles wat jij weet weten zij in principe ook

14

B: Voor vijfennegentig procent

15

I: Oké

16

B Sommige dingen kun je natuurlijk niet benoemen als het gaat om persoonlijke

17

I: Personele zaken

18

B: Ja, dus dat kan niet altijd, hoewel ik daar vrij open in ben naar mijn projectleiders en soms

19

heb ik daarbij ook hun hulp gewoon nodig met betrekking tot welke medewerkers zet je

20

op welke plaats neer, dus dan heb ik af en toe hun input ook nodig, dus mijn

21

projectleidersoverleg is daar wel heel belangrijk in denk ik. Ik geef er veel in en ik probeer

22

er ook veel te halen. Dus ik maak er heel duidelijk onderscheid in tussen mijn

23

projectleiders en de rest van mijn team. En ik vind eigenlijk dat de projectleiders als je het

24

hebt over werkzaamheden dat zij de rest va het team moeten informeren. Zij hebben die

25

mensen in hun projecten zitten en moeten hen ook op de hoogte houden van het project.

26

Nou dat is dus waarvan ik vind dat zij aan de lat staan en ik sta aan de lat voor de

27

algemene communicatie en informatieverstrekking over allerlei andere zaken die er zijn…

28

I: Ja, ja…

29

B: Nou heb ik net een MTO gehad en dan was het één van de punten waar ik niet goed op

30

scoorde als manager zijnde

31

I: Op de communicatie?

32

B: Ja op de communicatie en vooral op de interne communicatie en het doorvertalen van

33

informatie van boven naar beneden. Eeh, ik vind ook dat ze daar wel voor een deel gelijk

34

in hebben moet ik bekennen, dat heeft ook wel te maken met het feit dat de communicatie

35

naar mij toe van boven ook niet altijd even zorgvuldig gebeurd. En dat maakt het ook wel

36

wat lastig af en toe…

37

I: Dus je hebt het gevoel dat je in een soort tussenpositie zit waar je niet altijd zelf je eigen

38

richting kan bepalen…

39

B: Nee, welkom in de wereld van het middenmanagement zeggen we dan altjid, je zit er

40

altijd een beetje tussen eeh, nouja, allerlei economische theorien wijzen dat ook wel uit en

41

dat is ook gewoon zo en zo voelt het af en toe ook. Naar beneden toe heb je een rol maar

42

naar boven toe heb je die natuurlijk ook. En goed eh, daarvoor worden we natuurlijk ook

43

betaald.

44

I: Ja…

45

B: Nee maargoed, ik vind wel dat mijn team daar een punt in heeft en daar hebben we ook

46

wel wat actiepunten voor benoemd en vooral in deze tijd is het ook wel heel erg spannend

47

maarja ik kan niet altijd veel nieuws meer vertellen en ik weet zelf ook niet meer, dus je

48

merkt gewoon dat er behoefte is aan aan aandacht en dat is wat anders dan informeren en

49

daar moet je onderscheid in maken. Dus dat is eigenlijk een beetje hoe ik het verhaal

50

communicatie, lijncommunicatie en wat vertel ik nou wel en wat vertel ik nou niet…

51

I: Oké, en als je nu kijkt naar je hele takenpakket zeg maar, hoe groot is dan jouw

52

communicatietaak daarin eigenlijk?

53

B: Mm……Nou….. ik denk toch wel redelijk groot hoor. Nouja, je communiceert eigenlijk

54

ook de hele dag door ik bedoel eeh ik ga ook aan de koffietafel zitten en dan lul ik ook eens

55

wat met mensen en dat doe ik ook heel bewust.En ik gooi ook wel eens een onderwerp op

56

tafel wat werkgerelateerd is, vaak ook niet maar vaak wel. En dat is natuurlijk ook

57

communicatie, het is een beetje de informele sfeer wat je dan doet.En als iemand ziek is zet

58

ik dat ook op de mail zodat iedereen weet dat diegene ziek is en ze daar wat mee kunnen

59

doen. Dus nou, ik denk wel dat ik er toch 10 tot 15% van mijn tijd mee kwijt ben

60

I: tien tot vijftien….

61

B: Ja,….ja

62

I: En welke andere taken vallen verder binnen jullie pakket als teamhoofd zeg maar?

63

B: (taken van het teamhoofd zijn HRM, communicatie, projectverantwoordelijkheid, werkoverleggen)

64

I: Eigenlijk heeft het hogere management twee keuzes wat betreft communicatie. Ze kunnen

65

dat direct naar de medewerkers doen en ze kunne het via teamhoofden en projectleiders

66

de lijn in sturen zeg maar. Wanneer denk jij dat ze voor welke weg keizen, en welke

67

informatie gaat via jullie en welke via het koffie-uurtje.

68

B: Mhenmm…………..

69

I: Ja het is misschien een wat lastige vraag

70

B: Nee, het is juist een goede vraag maar mijn Mhm komt ervan dat het antwoord erop lastig

71

is. Ik denk niet dat het management echt besluit wanneer ze wat gaan doen en dat het

72

meer op ad-hoc gebaseerd is. Sommige dingen gaan rechtstreeks via de regiodirecteur, dat

73

gaat soms goed dat gaat soms ook niet goed, soms zijn er dingen waarvan ik zeg daar

74

hoeven we het helemaal niet over te hebben, of wordt er gesproken over zaken waar

75

misschien helemaal niet gecommuniceerd had moeten worden. De regie is dan helemaal,

76

er zit niet echt een goede regie op denk ik. Ik heb niet het idee dat daar een vast strategie

77

achter zit van wat nu gecommuniceerd moet worden via het hoger management en dan

78

direct naar de medewerkers toen en wat via de lijn gaat, dat idee heb ik niet. Althans dat

79

heb ik niet gezien.

80

I: En als je nou in het hoofdenoverleg informatie krijgt, van Ron of Jaap die naar jou team toe

In document Dat kun je wel zeggen (pagina 58-132)