• No results found

Uit te werken woondoeleinden (UWb, UWd en UWr)

In document Bestemmingsplan Westerheul IV (pagina 9-12)

3.1 Bestemmingsomschrijving

3.1.1 De op de plankaart voor “Uit te werken woondoeleinden (UWb, UWd en UWr)” aangegeven gronden zijn bestemd voor:

a. wonen.

b. uitoefening van een aan huis gebonden beroep, mits:

1. de activiteiten zowel naar de aard als ten aanzien van het gebruik geen afbreuk doen aan het karakter van de woning en woonomgeving.

2. de activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaken.

3. het vloeroppervlak, in gebruik voor het aan huis gebonden beroep, ten hoogste 30% van het totale woonvloeroppervlakte bedraagt, met een maximum van 40 m2.

c. verkeer en verblijf.

d. groenvoorzieningen.

e. speelvoorzieningen.

f. jongerenontmoetingsplek g. nutsvoorzieningen.

h. voorzieningen voor de waterhuishouding,

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en tuinen en erven.

3.2 Uitwerkingsregels

3.2.1 De in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend worden bebouwd in overeenstemming met een rechtskracht verkregen hebbende uitwerking als bedoeld in artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening

3.2.2 Burgemeester en Wethouders werken de bestemming uit aan de hand van de in lid 3.2.3 tot en met lid 3.2.5 vermelde uitwerkingsregels met inachtneming van de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht.

3.2.3 Voor het gehele uit te werken gebied gelden de volgende uitwerkingsregels:

a. het gebied is ingedeeld in een drietal deelgebieden. Aan de entree van de wijk aan de Voorbancken is het deelgebied “Balkon” opgenomen.

Daarachter ligt het hart van het de woonwijk met als typering “Dorp”.

Daaromheen ligt het deelgebied rand. Dit deelgebied omvat het overgangsgebied naar Westerheul III en het overgangsgebied naar de Spoordijk.

b. voor de bestemming “Uit te werken woondoeleinden UW” dient te worden uitgegaan van een bebouwingsdichtheid van gemiddeld 25 tot 35 woningen per hectare, met uitzondering van het deelgebied de Rand waarvoor een maximale bebouwingsdichtheid van 25 woningen per hectare geldt. In totaal mogen maximaal 270 woningen worden gerealiseerd.

Bestemmingsbepalingen

c. het gebied dient te worden ontsloten door een hoofdontsluitingstructuur in de vorm van een lus. De plaatsen waarop de Voorbancken aan dient te sluiten op de hoofdontsluitingsstructuur van het plangebied zijn op de plankaart aangegeven. Deze aftakkingen kunnen ten opzichte van de plankaart aangegeven pijlen maximaal 20 meter naar het noorden en het zuiden worden verschoven.

d. de Voorbancken, de Mijdrechtse Dwarsweg en de

hoofdontsluitingsstructuur dienen te worden ingericht als een dertig kilometer gebied.

e. de hoofdontsluitingsstructuur heeft een profiel van minimaal 11 meter breed.

f. het aantal te realiseren parkeerplaatsen per woning en of te ontwikkelen gebied dient te voldoen aan het gemeentelijke parkeerbeleid.

g. hierbij wordt gestreefd om ten minste 50% van de aan te leggen parkeerplaatsen drie zijden uit het zicht van de openbare ruimten te

realiseren. Hiervan is in ieder geval sprake als de parkeerplaatsen tussen of achter de woningen worden aangelegd op eigen terrein.

h. ter plaatse van de op de plankaart aangegeven calamiteitenontsluiting dient een calamiteitenroute te worden aangelegd in combinatie met de

langzaamverkeersroute naar Westerheul III.

i. vanuit het plangebied dient een tweetal fietsverbindingen gerealiseerd te worden die aansluiten op de bestaande fietsverbindingen naar Westerheul III.

j. de Spoordijk, de Voorbancken en de bestemming “Groenvoorzieningen” op de grens met het bedrijventerrein dienen te worden verbonden door

langzaamverkeersroutes met de te ontwikkelen woonwijk.

k. het kruispunt met de Voorbancken en de Mijdrechtse Dwarsweg dient uitgevoerd te worden als rotonde of een daaraan gelijkwaardige verkeersveilige ontsluiting.

l. Binnen het op de plankaart aangeduide zoeklocatie voor een groen plein dient een groen plein te worden aangelegd met een minimale omvang van 2200 m2.

m. in dit centrale groene plein dient een trapveld te worden aangelegd met een minimale lengte van 35 meter voor kinderen van 6 tot 12 jaar.

n. vanaf het groene plein dienen vier zichtassen te worden aangelegd, met in achtneming van de volgende voorwaarden:.

1. het profiel van de oost-west gerichte zichtassen dient gemiddeld 15 meter te bedragen. Binnen het profiel van 15 meter mogen geen gebouwen worden opgericht.

2. het profiel van de noord-zuid gerichte zichtassen dient minimaal 8 meter te bedragen. Vanaf het centrale groene plein dient minimaal één zichtas met een profiel van acht meter naar het noorden en één zichtas met een profiel van acht meter naar het zuiden te worden gerealiseerd.

Binnen het profiel van acht meter mogen geen gebouwen worden opgericht.

o. afgezien van het trapveld dienen 1 speelplek voor de leeftijdscategorie van 6 tot 12 jaar en 4 speelplekken voor de leeftijdscategorie van 0 tot 6 jaar gelijk verdeeld over het gehele gebied te worden aangelegd.

p Voor het oprichten van hoofdgebouwen dient een afstand van minimaal vijftig meter te worden aangehouden tot de grens van de ten zuiden van het plangebied gelegen bedrijfspercelen en een afstand van vijf meter ten opzichte van de insteek van de watergang ten zuiden van de Mijdrechtse Dwarsweg.

q. Voor het oprichten van woningen dient een afstand van minimaal 25 meter te worden aangehouden ten opzichte van het bestaande gasmengstation.

Bestemmingsbepalingen

r. vanaf de bestemming water dient een talud met een helling van 1:3 en een onderhoudsstrook van 2,5 meter of een andere gelijkwaardige technische oplossing te worden opgenomen mits daarover advies is ingewonnen bij de betrokken waterbeheerder. De onderhoudstrook kan komen te vervallen als het onderhoud van de watergang vanaf het aangrenzende openbaar gebied kan plaatsvinden.

s. van zeventig procent van de woningen dient ten minste één gevel te worden georiënteerd tussen het zuid-westen en het zuid-oosten.

t. zeventig procent van de woningen dient een dakvlak op een richting tussen het zuid-westen en zuid-oosten te hebben. Het op de zon gerichte dakvlak dient te worden gebouwd met een dakhelling tussen de 20 en 55 graden of plat.

3.2.4 Voor het gebied UWbalkon (UWb) gelden de volgende uitwerkingsregels:

a. in dit gebied dienen twee woonvlekken te worden gerealiseerd gescheiden door een zichtas vanuit het centrale groene plein

b. in dit gebied dienen overwegend appartementen en rijwoningen te worden gerealiseerd. Ondergeschikt laat dit gebied ruimte voor andere woningtypen zoals geschakelde, twee-onder-één kap en vrijstaande woningen.

c. de hoogte van de te realiseren woningen mag niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven.

d. aan de voorzijde dient aansluitend aan de waterlijn van de watergang langs de Voorbancken een openbare groene zone te worden gerealiseerd met een minimale breedte van 10 meter

3.2.5 Voor het gebied UWdorp (UWd) gelden de volgende uitwerkingsregels:

a. in dit deelgebied dienen minimaal 4 woonvlekken te worden gerealiseerd die zijn gescheiden door zichtassen.

b. in dit gebied dienen overwegend appartementen en rijwoningen te worden gerealiseerd. Ondergeschikt laat dit gebied ruimte voor andere woningtypen zoals geschakelde, twee-onder-één kap en vrijstaande woningen.

c. de hoogte van de woningen mag niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven.

3.2.6 Voor het gebied UWrand (UWr) gelden de volgende uitwerkingsregels:

a. dit gebied vormt een overgangsgebied van Westerheul III en de Spoordijk naar het middengebied en de voorzijde van de woonwijk. Tegelijkertijd wordt dit deelgebied informeel verkaveld.

b. in dit gebied dienen overwegend twee-onder-één-kap, geschakelde en vrijstaande woningen te worden gerealiseerd. Ondergeschikt laat dit ruimte voor andere woningtypen zoals rijwoningen en andere appartementen;

c. de hoogte van de te realiseren woningen mag niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven.

d. bij het opstellen van een uitwerkingsplan kan het gebied UWr worden vergroot door de grens van het deelgebied UWr zoals aangegeven op de plankaart

1. met maximaal 20 meter naar het zuiden toe op te schuiven ten opzichte van de Mijdrechtse Dwarsweg en,

2 met maximaal 20 meter naar het westen toe op te schuiven ten opzichte van de Spoordijk.

e. maximaal 2 woningen mogen worden ontsloten op de Mijdrechtse Dwarsweg.

3.3 Bouwverbod en binnenplanse anticipatie

Bestemmingsbepalingen

3.3.1 Zolang en voorzover het uitwerkingsplan nog niet onherroepelijk is, mogen bouwwerken slechts worden gebouwd, als:

a. het bouwplan in overeenstemming is met het ontwerp-uitwerkingsplan.

b. van Gedeputeerde Staten vooraf een verklaring van geen bezwaar is ontvangen, tenzij:

1. Gedeputeerde Staten heeft verklaard dat de uitwerking geen

goedkeuring behoeft en de gedurende de termijn van terinzagelegging geen bedenkingen tegen het ontwerp-uitwerkingsplan zijn ingebracht.

2. het bouwwerken betreffen waarvoor ingevolge artikel 42 van de Woningwet geen bouwvergunning is vereist.

3.4 Procedureregels uitwerkingsverplichting

Wanneer burgemeester en wethouders voornemens zijn op grond van artikel 3.2.1 een uitwerkingsplan op te stellen, dienen de volgende procedureregels in acht te worden genomen:

a. het ontwerp-besluit tot uitwerking ligt met bijbehorende stukken voor een ieder gedurende vier weken ter inzage.

b. Burgemeester en wethouders maken de terinzagelegging tevoren bekend in één of meer dag- of nieuwsbladen die worden verspreid alsmede op de in de gemeente gebruikelijke wijze.

c. de bekendmaking houdt mededeling in van de bevoegdheid voor

belanghebbenden om gedurende de termijn van terinzagelegging schriftelijk zienswijzen tegen het ontwerp-besluit in te dienen bij burgemeester en wethouders.

d. Burgemeester en wethouders bieden hun besluit zo spoedig mogelijk ter

goedkeuring aan bij Gedeputeerde Staten. Zij doen hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan hen, die zienswijzen hebben ingediend.

3.5. Gebruiksvoorschriften

3.5.1 Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de gegeven bestemming.

3.5.2 Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 3.5.1 wordt in ieder geval verstaan een gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie.

3.5.3 Burgemeester en Wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde in lid 3.5.1, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

3.6. Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde in lid 3.5.1 is een economisch delict in de zin van artikel 1a van de Wet op Economische Delicten en als zodanig strafbaar op grond van deze wet.

Artikel 4 Woonwagenterrein (WW)

In document Bestemmingsplan Westerheul IV (pagina 9-12)