• No results found

Treanscriptie belangrijkste punten uit het interview met K., Manager Projectbureau NDSM-Energie

Respondent: K.

Interviewer Nils Hart: N. Interviewer Lisanne Madern: L.

L: Jullie waren van plan (NDSM Energie) een windmolen neer te zetten op de NDSM werf, maar dit ging uiteindelijk niet door. Hoe zit dat ?

K: Even wat betreft de afbakening van het werkterrein, wat wij NDSM Werf noemen heet niet officieel NDSM Werf. Waar we nu zijn is de NDSM Werf (NDSM-Plein 93) Dat loopt nog eigenlijk door tot aan de pont ongeveer. En daar voorbij heet het formeel Cornelis Douwesterrein. Maar dit weet niemand. Het is eigenlijk ook de oude NDSM werf, de oude scheepswerf. Dit is ook een bedrijventerrein net als hier alleen dan wat ruwer zal ik zeggen. Dus geen cafés of horeca maar alleen kantoorpanden. En daar is prima plek voor windmolens, er staat er namelijk al eentje die je vanaf de pond hebt kunnen zien. En wij zijn inderdaad sinds 2012 initiatiefnemer van dat windpark genaamd Windpark NDSM. De gemeente is er eigenlijk al sinds 2008,2009 mee bezig, met de planontwikkeling daarom heen. Dus ja wij zijn nog steeds de initiatiefnemers maar het is wat vertraagd doordat provinciaal beleid, het niet meer toelaten van (kleine) windmolen initiatieven in Noord-Holland, in de weg staat.

L: Daarom was het ook zo lastig om een geschikte casus te vinden voor onze scriptie omdat er gewoon niet veel kleine initiatieven zijn op dit moment die windmolenparken willen creëren. N: Vooral ook nieuwe windmolenparken. Oude windmolens mogen wel vervangen worden. L: Dit is het geval in Wieringermeer.

K: Je hebt 2 grote ontwikkelingen in Noord-Holland. Eentje is Wieringermeer, dat verloopt met het Rijk coördinatie traject. Omdat het Rijk daar de lead heeft. En dat ze eigenlijk zo veel mogelijk Windturbines in een gebied binnen 1 ruimtelijk plan trekken. Dus ook 1 vergunning voor het hele park, dat is makkelijker en je kan er snel klappen mee maken. Dit doen ze ook o.a. in Drenthe en Flevoland. Daarnaast heeft de provincie een taakstelling gekregen. Dat betekent eigenlijk dat ze vanuit de 2020 doelstellingen van 14% duurzame energie.

Een concrete volume doelstelling hebben zij gekregen zo van zoveel megawatt aan windvermogen op land moeten jullie gaan neerzetten voor 2020. En dat kwam eigenlijk nadat

30

de Provinciale Staten ( het bestuur van de provincie) in het coalitieakkoord had vastgelegd in 2011 dat ze geen windmolens op land meer erbij wilden. Dus toen moesten ze eigenlijk een list verzinnen van hoe kunnen we nou ervoor zorgen dat er niet meer windmolens komen dan er nu staan, maar dat we wel aan die volumedoelstelling van het Rijk kunnen voldoen. En ze moesten 685,5 megawatt neerzetten voor 2020. En wat ze hebben bedacht is eigenlijk: voor elke nieuwe windmolen die er komt moet je 2 oude windmolens saneren. En daarnaast nog een aantal ruimtelijke regels: 600m afstand, dus eigenlijk aanvullend op het landelijk beleid en het Europees beleid. Want het landelijke beleid komt weer voort uit Europees beleid. Hebben ze eisen gesteld die er eigenlijk in feite toe leiden dat er in het stedelijk gebied onmogelijk was eigenlijk om windmolens neer te zetten. Omdat je daar met heel veel andere voorwaarden te maken hebt. Je moet er ook namelijk 6 in een keer neerzetten. En je begrijpt dat als je 2 oude windmolens inwisselt voor een nieuwe dat partijen die al zelf windmolenparken hebben uit het verleden dus die al vergunningen hebben en dergelijke daar een streepje voor hebben op clubs zoals wij die nieuw toetreden tot de markt. Er ontstond een markt voor oude windmolens, oud ijzer eigenlijk. Wij moesten in onderhandeling met boeren wat we eigenlijk niet wilden. Of we moesten heel veel geld aan ze betalen, of ze wilden een aandeel in ons windpark. Dit wilden wij niet want we zijn een lokale coöperatie, en we willen niet dat iemand uit Lutjebroek een aandeel heeft. Wij zijn hier namelijk voor burgers en bedrijven in Amsterdam. Dus meer uit de lokale omgeving. Dit paste dus totaal niet bij onze doelstellingen. Bovendien konden wij ook al niet aan de ruimtelijke normen voldoen. Die 600m afstand tot de gebouwen, en 6 op lijn was hier ook krap. Je hebt gewoon te doen met veel infrastructurele plannen. Kijk in de polder heb je gewoon rechte slootjes rechte snelwegen en kanalen en kun je ze dus makkelijk langs een kanaal plaatsen ofzo. Maar hier in Amsterdam heb je te doen met de snelwegen, het Noordzeekanaal, insteekhavens. Waardoor je veel moeilijker aan dit soort eisen kan voldoen. En daardoor wachten we eigenlijk nog steeds met smart op een nieuw provinciaal bewind. Een frisse wind. In maart zijn er weer verkiezingen volgend jaar. We houden goede hoop.

L: Dit gaat over de windmolens die jullie willen plaatsen bij het Ecopark?

K: Ja, de windmolens lopen daar eigenlijk in een S bocht. Voordat het Ecopark bedacht waren die locaties al aangewezen als windlocaties door de Gemeente Amsterdam. Die hebben in 2012 een beleidsstuk vastgesteld, genaamd de Windvisie. En daar staat eigenlijk in op welke plekken, of hebben ze in ieder geval onderzocht, windenergie op land mogelijk is. Om zo veel mogelijk energie binnen de stedelijke omgeving zelf op te wekken. En dit was een van die

31

locaties. Dit is een windturbine die er al staat op dit moment sinds 2007 (laat afbeelding zien). Wij willen er dus wel 6 op lijn maar het is in een soort van S bocht.

Maar dat past dus ook niet binnen het ruimtelijke verhaal van de provincie. L: Dus jullie wachten de provinciale verkiezingen af?

(…)

L: Want hoe is überhaupt het idee of het project voor Ecopark Amsterdam ontstaan? Want windturbines is natuurlijk maar een onderdeel van het geheel.

K: We zijn begonnen met wind in 2013. Omdat daar politiek gezien een momentum voor was. Zo werd de windvisie gemaakt, het eerste energieakkoord was in de maak in 2013.En op dit gebied, op dit bedrijventerrein NDSM werf zitten ongeveer 400 bedrijven die samen 30 Gigawatt uur verbruiken. Dat is 30 miljoen kilowatt uur aan stroom. En ons doel was om dat voor een groot deel met wind zelf lokaal op te wekken waar je het ook verbruikt.Met 6 windmolens kom je rond de 30 a 35 miljoen kilowatt uur. Dus kan je met een aantal windmolens al hele snelle stappen maken om gebieden energieneutraal te maken door op te wekken waar je het ook gebruikt. (…) En het past hier goed, er staat veel wind, relatief voor binnenlandse gebieden. Bovendien staat er al 1 en past het heel goed binnen het industriële karakter van het gebied. (…) De windmolen voldeden dan ook allemaal aan de landelijke ruimtelijke wetgeving.

K: Hoe zijn we dan tot Ecopark gekomen? Eigenlijk mede doordat de windmolens wat langer op zich lieten wachten. Tuurlijk waren we al langer van plan om iets met grootschalig zon ook te doen. Je ziet wel dat dat de laatste tijd steeds vaker voorkomt, vooral bedrijven en zon. Land is schaars dus ook duur omdat je er ook andere dingen mee kan doen zoals landbouw, huizen en fabrieken. Water qua oppervlakte heeft minder een concurrentie in wat je er allemaal mee kan. We hebben heel veel water in Nederland. Zon op water is dan ook een vrij nieuwe techniek. Vlakbij Londen is een heel groot park, in China ook. Vanuit energetisch oogpunt is het ook heel interessant omdat als je het globaal bekijkt, wind en zon elkaar goed aflossen over het gehele jaar. In de zomer schijnt de zon meer en in de winter waait het vaker. Daardoor kan je opzich goed deze 2 energiedragers goed combineren op 1 aansluiting en kan je dus efficiënter met het net omgaan. (…) Maar juist op zo’n klein gebiedje kan je al zon en wind combineren op hetzelfde net. Je kunt er een batterij aanzetten wanneer je het koppelt aan lokaal verbruik. Dus je kan er echt een testcase van maken van hoe gaan we het later doen in de rest van Nederland.

32

Helemaal als we over willen gaan op zon en wind, dan moeten we het lokaal gaan doen want de windmolens staan ook lokaal. In plaats van 1 centrale kolencentrale is het allemaal decentraal. Dus dat bied allemaal hele nuttige kennis, en het is gewoon heel efficiënt.

Het is 65 ha water, best een grote plas die niemand kent of kende. Het is een oude zandwinplas er werd zand gewonnen om de verhoging van de A10 en de Coentunnel aan te leggen. Maar eigenlijk wordt hij niet gebruikt want hij ligt verscholen in een hoekje van de ring en de A8. Er liggen 60 woonboten. Maar verder is het gewoon een plas met bomen erom heen , heel groot dus en heel geschikt, ook omdat hij afgesloten is van de vaarroutes van het Noordzeekanaal. Dus je hebt geen golfslag. Ander mooi punt van drijvende zonnepanelen is dat het water de panelen koelt. En daardoor kunnen ze waarschijnlijk, nogmaals het is een techniek in ontwikkeling dus er zitten ook nadelen aan wanneer het water op de panelen komt en vogels die poepen erop, maar in theorie helpt die koeling om de efficiëntie van de panelen te verhogen.

L: Want jullie willen ook nog op de plas zelf iets van recreatie hebben toch?

K: eigenlijk paste ons verhaal van Ecopark paste eigenlijk heel goed als een puzzelstukje in de plannen van de Gemeente Amsterdam. Die is nu eigenlijk bezig met de grootste woningbouwopgave ooit genaamd Havenstad. Dus er komen aan de westkant van Amsterdam 40 tot 70 duizend woningen bij. Dat is zeer groot. Dit betekent wel dat je grondig moet plannen en stedenbouwkundig moet kijken welke functies er behalve wonen moeten komen. Dus je moet kijken hoe mensen bijvoorbeeld naar hun werk kunnen komen en waar ze hun eten vandaan halen. Dus ook recreëren. Ook voor recreatie zijn een aantal gebieden aangewezen waaronder de Noorder IJplas.

N: Dus het Vondelpark van Noord.

K: Dat zouden wij er graag van maken ja. Wel op een manier waarbij je er juist, omdat wij bezig zijn met de energietransitie wat nu een beetje een ver van je bed show blijft. (…) Maar ik denk juist dat om die energietransitie te ervaren je het van dichtbij moet zien. Dat Ecopark is straks een plek waar mensen uit de havenstad of Amsterdammers of buiten Amsterdam zelfs het buitenland naar toe komen. Om te kijken hoe werkt het nou? Hoe kunnen we dit integreren in de stedelijke omgeving. Het wordt een vraagstuk. We willen alles elektrificeren, we willen van het gas af. Dat betekent dat je meer elektriciteit gaat gebruiken. Dit kan je niet alleen met windmolens op zee doen, hier heb je ook zon en windmolens op land voor nodig. En je moet ook nog aan innovatie van andere technieken werken. In de kern komt het erop neer dat je elk stukje land of water dat zich leent en dat dan ook past binnen het gehele plaatje ruimtelijk, zal je je moeten afvragen kunnen we er duurzame energie mee opwekken? Dus het

33

beleven van die energietransitie, het feit dat je binnen in een windturbine zou kunnen, we willen ook windturbines met hout maken.

L: dus ook dat er een mogelijkheid is om in de windturbines te gaan? K: Ja, dat je een bezoekerscentrum hebt en dat je naar een park komt. N: en kan zien hoe innoverend het is?

K: Inderdaad, dat je kan zien hoe het werkt. Kan zien waar je stroom vandaan komt.

L: We hebben wel dezelfde casus, beide over Ecopark, maar ik dan specifiek over sociale acceptatie. Dan is het wel leuk om te horen dat je de bewoners er zo bij betrekt dat ze de windmolens kunnen bezoeken.

K: Sterker nog, bewoners moeten ook mee kunnen doen. Participatie door coöperatie en crowdfunding door een aandeel in het park. Dat is ook het idee van onze coöperatie NDSM dat je ze ook betrekt erbij. (…) Dat is wel de les van de laatste jaren dat je bij een energietransitie ook de burger erbij moet betrekken vanaf het eerste moment. En dat is nieuw. Ook omdat je gaat van het centrale opwekken naar het decentrale opwekken. Dus de energietransitie zorgt ervoor dat we energie ook veel meer gaan zien. (…) Dus ook voorlichtingen met kennis van waarom gaan we eigenlijk over op duurzame energie?

(…)

L: Want jullie zijn dus van plan houten windmolens neer te zetten?

K: Timber Tower is een bedrijf uit Duitsland. Die kunnen vanuit 140 m ashoogte houten masten neerzetten en bouwen. Wij willen die windmolens echt een andere look geven.

Dus dat ziet er wel tof uit (laat foto zien). Dit is geverfd, en dat kan je dus in meerdere kleuren doen.

L: Dus er zitten geen nadelen aan vergeleken met staal?

K: Er zal dus iets vaker een bijtslaagje overheen moeten. Die windmolens komen er wel. Hoeveel weet ik niet precies. Dit is samen met de haven een van de weinige plekken waar het kan en we hebben elk stukje nodig. Je moet je afvragen in de toekomst hoe kunnen we deze stukken grond optimaal gebruiken waarbij je alles in overweging neemt en dit is een perfect plan om dat te doen. Er zijn veel investeringen gedaan ook door de Gemeente. Die hebben al in beleidsstukken beslissingen genomen dus het ligt voor de hand dat er hier en in de haven de komende 5/6 jaar windmolens bijkomen.

N: Dus de gemeente ondersteunt jullie hierin?

K: Ja zeker. Je krijgt nu ook tot 2040 dat er langzaam woningen komen in het westelijk havengebied. Wij zien het ook niet als een definitieve oplossing voor altijd. Ik denk dat wind per definitie een tijdelijke oplossing is. Begrijp me niet verkeerd wel voor de komende

34

redelijk lange termijn van 30 jaar, maar tegen die tijd kan alles weer anders zijn zoals andere technieken om duurzame energie op te wekken. 2040 is nog 22 jaar weg, dus past er prima een doorlooptijd van een windmolen in. Dus kan je prima dit stuk een tijd van energie voorzien. Als ze over 20 jaar nieuwe plannen hebben zal dat best kunnen. Maar voor nu om die transitie te maken heb je meer zon en wind nodig.

Je moet ook wel er samen kritisch naar kijken van hoe gaan we dit aanpakken. Bij een stad moet je je realiseren: Niks is niet tijdelijk.

Dat is soms een moeilijk concept om dat een windmolen er 20 jaar staat.

L: Als je het een energieneutraal gebied wil maken moet je het dus opvangen met zonne en windenergie.

K: 3 a 5 % wordt gebruikt van de plassen voor windenergie. N: Dus genoeg ruimte voor recreatie.

K: Jazeker maar je moet er wel voor zorgen dat die 2 samen kunnen. Maar goed die plas is echt heel groot dus daar maak ik me niet druk om. Maar je moet het je wel kunnen voorstellen. En dat is ook waarom het Ecopark zo belangrijk is je vult het voorstellingsvermogen aan dus dat ze het ook kunnen beleven.

(…)

L: misschien een hele random vraag, maar denk je ook omdat het natuurlijk de Noorder Ijplas is, denk je dat je last gaat krijgen van natuurbeschermingsorganisaties, omdat het zo’n zandgebied is?

K: Ja dat is zeker geen random vraag, dat is namelijk het belangrijkste buiten waar we het net over hadden, wat mensen bij de provincie en mensen eromheen ervan vinden. Een van de belangrijkste vraagstukken in dit geval is, ook omdat het een nieuwe techniek is, kijk je legt iets op het water. Letterlijk betekent dat dat er minder licht in het water komt, licht is leven, daardoor kan de begroeiing onder water bijvoorbeeld veranderen, daar gaan minder vissen komen, minder zuurstof, de chemische samenstelling van het water. Die ecosystemen moet je dus onderzoeken.

(…)

Dus ja de ecologie, we gaan nu de ecologische studie doen, dat is deel van de vergunningaanvraag en daarin gaan ze eigenlijk kijken, wat zijn de meetwaarden van het water, wat zijn de onderzoeksresultaten van andere projecten, vergelijkbare waterpartijen, hoe zit het met de samenstelling, wat voor invloed heeft het als er bijvoorbeeld minder fosfaat in het water zit op dit soort vissen, op dit soort planten. Dat moet je allemaal in kaart brengen en wat wij willen ook in de geest van het eco-park eigenlijk een ecologische plus, zo heet dat

35

dan, dus je wilt eigenlijk de huidige kwaliteit verbeteren door naast zonnepanelen ook andere maatregelen, zoals een specifieke begroeiing toe te voegen, dus denk aan zonneschermen en aan recreatie? (onverstaanbaar stukje) bepaalde planten die ervoor zorgen dat flora en fauna onder water daar van kan profiteren, dat de waterkwaliteit dus verbeterd, dat het ook voor recreatiedoeleinden weer beter is, dus je probeert eigenlijk een zo holistisch mogelijk plan, waar je met dat soort dingen rekening houdt. Dat voor iedereen de beeste uitkomst levert. Maar ecologie is dus een belangrijk onderdeel. Heel belangrijk.

(…)

L: je kan zo´n project natuurlijk ook nooit zonder conflict of zonder tegenspraak doen, je zult altijd wel dat hebben

K: nou nee, klopt, maar toen we onze vergunning aanvroegen, wij hebben 1 vergunning aangevraagd via de gemeente voor een windturbine, toen is het ook gecoördineerd in het bestemmingsplan en gewijzigd, dus dat is een gebundeld besluit, dan pak je het allemaal in een keer samen en kunnen mensen, dan is het helder voor de belanghebbenden, dat kunnen burgers en bedrijven zijn, dat het 1 gebundeld besluit is, dus die kunnen ook op beide besluiten in 1 keer hun zienswijze/bezwaar indienen, dus dat is toen gebeurd, dat is vastgesteld door het stadsdeel en daar heeft de provincie toen een stokje voor gestoken die heeft gezegd.... Dat is eigenlijk wat ik wilde vertellen, want hij hebben toen in de, dat mag dan, je hebt zes weken inzage dus dan ligt ie bij het stadsdeel of staat ie online en dan mag je als je belanghebbende bent, of als je kan aantonen dat je belanghebbende bent, in di periode een zienswijze indienen en dan moet het gezag beoordelen of dat steek houdt. Maar wij hebben toen tijdens die zes weken, we waren heel transparant, we hebben op de website, krantjes, de stadsdeelkranten die bij 45000 huishoudens worden afgeleverd, verteld dat het ter inzage lag en dat men een zienswijze kon indienen, verteld over wat we willen en hoe we het willen, we hebben een bewonersavond georganiseerd met de buurt en ook verteld er komt een windmolen en je kan meedoen, et cetera, et cetera. En het enigste waar de gemeente geen rekening mee had gehouden kwam uit, want er kwam geen enkel bezwaar binnen, geen enkel zienswijze, dus wij hebben toen zonder bezwaren die vergunning vastgesteld, maar toen kwam eigenlijk de provincie en dat maakte het nog extra zuur.

(…)

L: In welke fase zijn jullie op dit moment mee bezig met het ecopark?

K: we zijn nu afhankelijk van ten eerste de vergunningstermijnen, voor de BAPO (?), dat is