Artikel 186
Voor de toekenning van de toelage moet de waarneming van de hogere functie ten minste 30 opeenvolgende kalenderdagen beslaan.
De toelage is gelijk aan het verschil tussen het salaris dat de medewerker (m/v/x) bij een
bevordering in de waargenomen hogere functie zou ontvangen en het salaris dat de medewerker (m/v/x) in zijn/haar werkelijke functie ontvangt.
Artikel 187
In het salaris vermeld in artikel 186, 2de lid zijn inbegrepen:
1° de haard- of standplaatstoelage;
2° elke andere salarisbijslag.
Artikel 188
Na een periode van ononderbroken afwezigheid van 30 of meer kalenderdagen verliezen de
medewerkers (m/v/x) die belast zijn met de waarneming, vanaf de 31ste dag het recht op de voor de waarneming voorziene toelage.
Hoofdstuk V. De gevarentoelage
Artikel 189
Voor de gevarentoelage komen de werkzaamheden in aanmerking waarbij de mate van gevaar, hinder of ongezondheid bij normale uitvoering ervan aanzienlijk toeneemt door de bijzondere omstandigheden van fysieke werkdruk waarin ze uitgevoerd moeten worden of door het gebruik van schadelijke of gevaarlijke stoffen. Het uitvoerend orgaan somt in een afzonderlijke lijst de werkzaamheden op die aan die criteria beantwoorden en die in aanmerking komen voor de gevarentoelage.
Artikel 190
De medewerker (m/v/x) die occasioneel een werk uitvoert dat opgenomen is in de lijst vermeld in artikel 189, ontvangt een gevarentoelage, waarvan het bedrag bepaald wordt als volgt:
Aantal uren gevaarlijk werk per maand Toelagebedrag
Minder dan 7 uur 1,10 euro per uur tegen 100%
Van 7 tot 25 uur 1,20 euro per uur tegen 100%
Meer dan 25 uur 1,25 euro per uur tegen 100%
Dat bedrag is gekoppeld aan de gezondheidsindex.
Artikel 191
Voor de berekening van de totale duur tijdens welke de medewerker (m/v/x) gedurende de maand gevaarlijk, ongezond of hinderlijk werk heeft verricht, wordt de duur van de verschillende periodes waarin hij/zij gevaarlijk, ongezond of hinderlijk werk heeft verricht, samengeteld.
Wanneer de totale duur een gedeelte van een uur beslaat, telt ieder begonnen half uur als een half uur.
Wanneer twee of meer werken die als gevaarlijk, ongezond of hinderlijk worden beschouwd, gelijktijdig worden verricht, wordt de duur ervan slechts eenmaal in aanmerking genomen.
Artikel 192
In afwijking van artikel 190 komen de volgende taken die op continue basis worden verricht in aanmerking voor een jaartoelage. De bedragen worden gekoppeld aan de gezondheidsindex.
Dienst Taak Jaartoelage
Dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen
Plaveiwerk 1.460 euro per jaar tegen 100%
Dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen
Reinigen van publiek sanitair 1.460 euro per jaar tegen 100%
Dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen
Wegmarkeringen met wegenverf
1.241 euro per jaar tegen 100%
Groendienst Delven van graven, ontgravingen, openen, leegmaken en sluiten van een grafkelder
Voor de grafmakers-tuiniers:
438 euro per jaar tegen 100% Voor de ploegbazen:
146 euro per jaar tegen 100%
Groendienst Plaatsbezoeken in erg onhygiënische omstandigheden
73 euro per jaar tegen 100%
Groendienst Onderhouden van
hondentoiletten
365 euro per jaar tegen 100%
Groendienst Verwijderen van graffiti 365 euro per jaar tegen 100%
292 euro per jaar tegen 100%
Dienst Toezicht Wonen, Bouwen en Milieu
Vaststelling van en staalname van asbestverdachte
toepassingen
73 euro per jaar tegen 100%
Dienst Toezicht Wonen, Bouwen en Milieu
Doorzoeken van sluikstort 146 euro per jaar tegen 100%
Dienst Toezicht Wonen, Bouwen en Milieu
Vaststelling van en staalname van asbestverdachte
toepassingen en doorzoeken van sluikstort
219 euro per jaar tegen 100%
Dienst Preventie voor Veiligheid
Doorzoeken van sluikstort 730 euro per jaar tegen 100%
Medewerkers (m/v/x) die aanspraak maken op de in dit artikel vermelde jaartoelage kunnen voor dezelfde werkzaamheden geen aanspraak maken op de vergoeding vermeld in artikel 190.
Er is geen recht op een gevarentoelage voor de dagen dat de medewerker (m/v/x) afwezig is door ziekte, een arbeidsongeval of een onbezoldigde afwezigheidsperiode. Afwezigheidsperiodes, die onbezoldigd zijn, maar waarvoor contractuele medewerkers (m/v/x) een uitkering ontvangen geven wel recht op een gevarentoelage.
Hoofdstuk V/1 De mandaattoelage
Artikel 192/1
De mandaathouders krijgen tijdens de uitoefening van het mandaat een mandaattoelage. De toelage bedraagt 5 % van het geïndexeerde brutosalaris van de mandaathouder.
Artikel 192/2
Na een periode van ononderbroken afwezigheid van 30 of meer kalenderdagen verliezen de mandaathouders vanaf de 31ste dag het recht op de mandaattoelage.
Hoofdstuk VI. De permanentietoelage
Artikel 193
De medewerker (m/v/x) die door het hoofd van het personeel wordt aangewezen om zich buiten de normale diensturen thuis beschikbaar te houden voor interventies ontvangt een
permanentietoelage.
De algemeen directeur, de adjunct-algemeendirecteur en de financieel directeur komen niet in aanmerking voor een permanentietoelage.
Artikel 194
De medewerker (m/v/x) die tijdens de permanentieplicht wordt opgeroepen, presteert
onregelmatige prestaties conform de bepalingen van hoofdstuk III. De onregelmatige prestaties gaan in vanaf het ogenblik van de oproep en eindigen bij terugkeer thuis. Wanneer de interventie zich beperkt tot het oplossen van het probleem op afstand, lopen de onregelmatige prestaties vanaf de oproep. Ze worden bij beëindiging afgerond tot het naast hogere (werk)uur.
De specifieke modaliteiten van de permanentieplicht zijn voor elke dienst, indien toepasselijk, terug te vinden in (de dienstspecifieke bijlage van) het arbeidsreglement.
Artikel 195
Het bedrag van de toelage, vermeld in artikel 193, bedraagt 2,01 euro tegen 100% voor elk uur dat werkelijk aan de permanentie wordt besteed. Dat bedrag is gekoppeld aan de gezondheidsindex.
Artikel 196
De medewerker (m/v/x) kan voor eenzelfde periode van beschikbaarheid, zoals bedoeld in artikel 193, slechts één permanentietoelage ontvangen.
De medewerker (m/v/x) die voltijds tewerkgesteld is mag op jaarbasis niet meer dan 3.392 uren aan een permanentie besteden. De medewerker (m/v/x) die deeltijdse arbeid verricht kan slechts pro rata het begrensde aantal uren permanentie verrichten waarbij de permanentie niet kan
plaatsvinden tijdens een periode van onbezoldigde dienstactiviteit of non-activiteit.
De permanentietoelage kan niet gecumuleerd worden met de verstoringstoelage.