• No results found

Toekomstige ideeën

In document Diversiteit in de Raad van Bestuur: (pagina 53-62)

7. Discussie en conclusie

7.3 Toekomstige ideeën

Dit onderzoek heeft inzicht gegeven in de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur van ondernemingen in verschillende landen en wat mogelijke verklarende factoren kunnen zijn. Ondanks dat bepaalde inzichten verkregen zijn, blijven er vragen die in dit onderzoek niet beantwoordt zijn. Daarnaast roepen bepaalde uitkomsten op tot vervolgstudies en kunnen nieuwe ideeën zijn ontstaan door het onderzoek. Hieronder worden enkele voorstellen voor vervolgonderzoek gedaan.

Als eerste kunnen vervolgstudies plaatsvinden waarin de beperkingen van dit onderzoek worden meegenomen. Te denken valt aan de beperkingen van de steekproef, meer landen meenemen in de steekproef, alleen beursgenoteerde ondernemingen uit het land zelf of alleen ondernemingen met een ‘two-tier’ structuur. Ook kan gedacht worden aan de verklarende factoren. In dit onderzoek zijn mogelijke redenen aangedragen waarom er relatief weinig vrouwen in de Raad van Bestuur zitten, maar dit kan per land verschillen (Henderikse en Van Beek, 2000; Singh en Vinnicombe, 2004). In dit onderzoek zijn verklarende factoren genoemd voor Zweden en België, maar zoals bij de beperkingen al is opgemerkt is daarbij niet gekeken of de wet- en regelgeving in deze landen daarop invloed uitoefenen. Daarom zou

in vervolgstudies rekening gehouden moeten worden met de wet- en regelgeving in het land die eventueel van invloed kan zijn op de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur. Behalve vervolgstudies uit te voeren op de beperkingen van dit onderzoek zijn er ook nog mogelijkheden om dit onderzoek uit te breiden. Dit onderzoek staat namelijk in het teken van de zichtbare diversiteit, geslacht. Zoals al aangegeven betekent diversiteit veel meer dan alleen geslacht (o.a. Carter et al., 2003; Kilduff et al., 2000). Daarom zou een vervolgonderzoek gedaan kunnen worden waarin niet alleen naar het geslacht wordt gekeken, maar ook naar andere vormen van diversiteit, zoals etnische afkomst. De laatste maanden wordt namelijk in de media al veel aandacht besteed aan het geringe aantal allochtonen in dergelijke posities (De Groot en Rolvink, 2007; Spaansen, 2006b). Daarnaast hebben Carter et al. (2003) aangetoond dat wanneer er meer vrouwen in de Raad van Bestuur zitten er ook meer bestuurders van etnische afkomst in zitten en vice versa. Blum, Fields en Goodman (1994) ontdekten dat het percentage vrouwen in het management positief geassocieerd wordt met dat van niet blanke managementleden. Dit vervolgonderzoek sluit dan ook aan bij de vervolgstudie ten aanzien van de beperkingen, namelijk dat er meerdere variabelen zijn die een verklaring kunnen zijn voor de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur. Een andere vervolgstudie kan zijn om een soortgelijk onderzoek uit te voeren bij andere groepen zoals de Raad van Commissarissen of een commissie. Volgens Kesner (1988) hebben vrouwen namelijk gelijke of betere kansen in de auditcommissie en de selectie- en benoemingscommissie in vergelijking met mannen. Dat tegenwoordig de aandacht niet meer alleen op de Raad van Bestuur is gericht, maar ook op andere topposities, is al op te maken uit de inleiding. Tevens sluit het onderzoek naar de Raad van Commissarissen aan bij de beperking van de ‘one-tier’ en ‘two-tier’ structuur.

Tot slot kan er nog veel vervolgonderzoek plaatsvinden op het gebied van cultuur, maar in dit geval gericht op cultuur, diversiteit en de Raad van Bestuur. Tot nu toe zijn er nauwelijks onderzoeken geweest op het gebied van cultuur met betrekking tot de Raad van Bestuur en de diversiteit. Zo kan onderzocht worden of de organisatiecultuur een verklaring is voor de mate van diversiteit binnen een onderneming. De nationale cultuur en de organisatiecultuur hangen met elkaar samen (House et al, 1999). Hierdoor kunnen deze twee invloed op elkaar uitoefenen wat weer van invloed kan zijn op de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur. Verder kan nog onderzoek gedaan worden naar Hofstede’s model. Zo kan geprobeerd worden om Hofstede’s model te herzien waarin bij alle dimensies meer aandacht

wordt besteed aan verschillen in geslacht. Hierdoor zou nog een beter beeld verkregen kunnen worden of de nationale cultuur een verklarende factor is.

Het onderzoek heeft aangetoond dat er een verschil bestaat tussen de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur in België en Zweden. Als verklaring voor de verschillen in de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur zijn enkele ondernemingsfactoren genoemd, maar ook de nationale cultuur. De nationale cultuur verandert volgens Hofstede nauwelijks en is stabiel door de jaren heen (o.a. Hofstede, 2001; Newman et al., 1996). Uitgaande hiervan betekent dit dat in de toekomst de mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur in masculiene landen waarschijnlijk laag blijft. Dit blijkt ook uit het onderzoek. In België is de gemiddelde mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur 2,8 % in 1999 en in 2005 is dit 4,5%. Wanneer deze lijn doorgetrokken wordt dan zou pas over 90 jaar de grens van 30% worden gehaald. Dit sluit aan bij de gedachten van veel onderzoekers die onderzoek hebben gedaan naar diversiteit binnen de Raad van Bestuur. Deze onderkennen dat vrouwen een positie hebben weten te bemachtigen, maar zullen nog een lange tijd een minderheid vormen (o.a. Burke, 1997a; Burgess en Tharenou, 2002; Catalyst, 2006; Eyring en Stead, 1998). Daarom is belangrijk dat in vooral de masculiene landen meer aandacht besteed moet worden aan vrouwen binnen de Raad van Bestuur. In feminiene landen gebeurt dit al. Zo zijn in Nederland organisaties die zich hiervoor in zetten en wordt gesproken over een mogelijke wet voor ‘gender balance’ (Mees en Kroes, 2006). In Spanje, Zweden, Finland en Noorwegen is al wet- en regelgeving op het gebied van diversiteit binnen de Raad van Bestuur. Het onder de aandacht brengen van dit onderwerp in masculiene landen kan op verschillende manieren. Hopelijk zien deze landen en de ondernemingen in deze landen dan in dat meer diversiteit binnen de Raad van Bestuur een meerwaarde kan betekenen. Op basis van dit inzicht wordt dan misschien actie ondernemen, waardoor eerder een hogere mate van diversiteit binnen de Raad van Bestuur wordt verkregen dan nu het geval is. Wat niet moet gebeuren is dat het op zijn beloop gelaten wordt, omdat het nu eenmaal in de nationale cultuur zit.

Literatuur

Adams, R.B. and Ferreira, D. (2004) Gender Diversity in the Boardroom.

Adams, S.M. and Flynn, P.M (2005) Local Knowledge Advances Women’s Acces to Corporate Boards, Corporate Governance, 13, 836-846.

Arfken, D.E., Bellar, S.L. and Helms, M.M. (2004) The ultimate glass ceiling revisited: The Presence of Women on Corporate Boards, Journal of Business ethics, 50, 177-186.

Bajdo, L.M. and Dickson, M.W. (2001) Perceptions of Organizational Culture and Women’s Advancement in Organizations: A Cross-Cultural Examination, Sex Roles, 45, 399- 414.

Bilimoria, D. and Piderit, S.K. (1994) Board Committee Membership: Effects of Sex- Biased Bias, Academy of Management Journal, 37, 1453-1478.

Blum, T. C., Fields, D. L., & Goodman, J. S. (1994). Organization-level determinants of women in management. Academy of Management Journal, 37(2), 241–268.

Board of Directors Network (2002) The 2002 Board of Directors Network Census of Women Board Directors of All Georgia-Based Public Companies Opgehaald op 1 April 2007 van http://www.boarddirectorsnetwork.org/study_2002_fact_sheet.asp.

Bonn, I., Yoshikawa, T. and Phan, P. (2004) Effects o Board Structure on Firm Performance: A comparison between Japan and Australia, Asian Management, 3, 105-125.

Boonstra, W. (2006) Kwaliteit door diversiteit, Memory Magazine, 7, 51-53.

Bouma, H. (2006, 19 november), Code voor vrouwen komt dichterbij, Het Financiële Dagblad.

Burgess, Z. and Tharenou (2002) Women Board Directors: Characteristics of the few, Journal of Business Ethics, 37, 39-49.

Burke, R.J. (1997a) ‘Women on Corporate Boards of Directors: A Needed Resource’, Journal of Business Ethics, 16, 909-915.

Burke R.J. (1997b) Women Directors: selection, acceptance and benefits of board membership, Corporate Governance, 5, 118-125.

Burke, R. J. (2000a) Women on Canadian corporate boards of directors: still a long way to go. In Ronald J. Burke and Mary C. Mattis (eds) Women on Corporate Boards of Directors: International Challenges and Opportunities. Boston: Kluwer Academic, 97–109.

Burke, R. J. (2000b) Women on corporate boards of directors: understanding the context. In Ronald J. Burke and Mary C. Mattis (eds) Women on Corporate Boards of Directors: International Challenges and Opportunities. Boston: Kluwer Academic, 179–196.

Carter, D.A., Simkins, B.J. and Simpson, W.G. (2003) Corporate Governance, Board Diversity and firm value, The Financial Review, 38, 33-53.

Catalyst (2004) The Bottom Line; connecting corporate performance and gender diversity

opgehaald op 25 Maart 2007 van

(http://www.catalyst.org/files/full/financialperformancereport.pdf).

Catalyst (2006) Catalyst census of women board directors of the fortune 500; ten years later limited progress, challenges persist opgehaald op 22 Maart 2007 van (http://www.catalyst.org/files/full/2005%20WBD.pdf).

Commissie Corporate Governance (2003). De Nederlandse Corporate Governance Code; Beginselen van deugdelijk ondernemingsbestuur en best practice bepalingen, Opgehaald op 27 maart 2007 van

Dahl (2004), S. "Intercultural Research: The Current State of Knowledge" . Middlesex University Discussion Paper No. 26. Opgehaald op 27 maart 2007 van http://ssrn.com/abstract=658202.

Daily, C.M., Trevis Certo, S. and Dalton, D.R. (1999) A Decade of Corporate Women: Some Progress in the Boardroom, None in the Executive Suite, Strategic Management Journal, 20, 93-99.

Daily, C.M. and Dalton, D.R. (2003). Women in the Boardroom; A Business Imperative, Journal of the Business Strategy, 24, 8-10.

De Groot, G. en Rolvink, F. (2007, 25 Mei), Meer Diversiteit voorkomt missers in bestuur, Het Financiële Dagblad.

Erhardt, N.L., Werbel, J.D. and Shrader, C.B. (2003) Board Director Diversity and Firm Financial Performance, Corporate Governance, 11, 102-111.

Eyring A. and Stead, B.A. (1998) Shattering the glass ceiling: some successful Corporate practices, Journal of Business Ethics, 17, 245-251.

Hambrick, D., Cho, T. and Chen, M. (1996) The Influence of Top Management Team Heterogeneity on Firms’ Competitive Moves, Administrative Science Quarterly, 41, 659–685.

Harmsen, M. (2007, 20 Januari), Vrouw maakt het vooral carrière op eigen kracht, De Telegraaf.

Harrigan, K.R. (1981) Numbers and Position of women elected to corporate boards, The Academy of Management Journal, 24, 619-625.

Henderikse W. en Van Beek, A. (2000) Regretted Losses; Voorkomen van voortijdig en ongewenst vertrek van vrouwen uit de top. Utrecht.

Het Financiële Dagblad (9 november 2006), ING Groep wint Diversity Award, Het Financiële Dagblad

Hofstede, G. et al. (1998). Masculinity and Femininity; the taboo dimension of national cultures. Thousand Oaks, CA: Sage.

Hofstede, G. (2001). Culture’s consequences: Comparing values, behaviours, institutions, and organizations across nations. Thousand Oaks: Sage Publications.

Hofstede, G. (2005). Allemaal Andersdenkenden; omgaan met cultuurverschillen. Contact, Amsterdam.

House, R. J., Hanges, P. J., Ruiz-Quintanilla, S. A., Dorfman, P.W., Javidan, M., Dickson, M.W., et al. (1999). Cultural influences on leadership: Project GLOBE. InW. Mobley, J. Gessner, &V. Arnold (Eds.), Advances in global leadership (Vol. 1, pp. 171–233). Stamford, CT: JAI Press.

House, R. J., Hanges, P. J., Javidan, M., Dorfman, P.W., Gupta, V. (2004). Culture, leadership, and organizations: The GLOBE study of 62 societies. Thousand Oaks, CA: Sage. Kanter, R. M. (1977) Men and Women of the Corporation. New York: Basic Books.

Kennedy, P., (1992), A guide to econometrics, Cambridge.

Kesner, I.F. (1988) ‘Directors’ characteristics and committee membership: An investigation of type, occupation, tenure, and gender’, Academy of Management Journal, 31, 66-84.

Kilduff, M., Angelmar, R. and Mehra, A. (2000) Top Management- Team Diversity and Firm Performance: Examining the role of cognitions, Organization Science, 11, 21-34.

Li, C. and Wearing, B. (2001) The Glass Ceiling and directors of large UK Quoted Companies.

Linnainmaa, L. (2007) Corporate Governance Current Trends. Opgehaald op 26 maart van http://ewla.org/wf_dl/paper_Leena_Linnainmaa.pdf.

Maassen, G.F. (2002). An International Comparison of Corporate Governance Models. Spencer Stuart, Amsterdam.

Mattis, M.C. (1993) Women Directors: Progress and Opportunities for the Future. Business and the Contemporary World, 5, 140-156.

Mees, H. en Kroes, N. (2006, 17 oktober), Meer vrouwen aan de top - desnoods verplicht, NRC Handelsblad.

Milliken, J. and Martins, L.L. (1996) Searching for common threads: Understanding the multiple effects of diversity in organizational groups, The Academy of Management Review, 21, 402-433.

Newman, Karen, L., Nollen and Stanley, D. (1996) Culture and Congruence: The fit between management practices and national culture, Journal of International Business Studies, 27.

Oakley, J.G. (2000) ‘Gender-based Barriers to Senior Management Positions: Understanding the Scarcity of Female CEOs’, Journal of Business Ethics, 27, 321-334.

Rijswijk, E. en Vos, M.L. (2007, 13 april), Topmannen van Nederland geven topvrouwen geen kans, NRC Next.

Sama, L.M. and Papamarcos, S.D. (2000) Culture’s Consequences for Working Women in Corporate America and Japan, Inc, Cross Cultural Management: An International Journal, 7, 18-29.

Sheridan, A. and Milgate, G. (2005) Accessing Board Positions: a comparison of female and male board members’ views, Corporate Governance, 13, 847-855.

Shrader, C.B., Blackburn, V.B., and Iles, P. (1997) Women in management and Firm Financial Value; An exploratory study, Journal of Managerial Issues, 9, 355- 372.

Siciliano, J.I. (1996) The Relationship of Board Member Diversity to Organizational Performance, Journal of Business Ethics, 15, 1313- 1320.

Singh, V. and Vinnicombe, S. (2004) Why So Few Women Directors in Top UK Boardrooms? Evidence and Theoretical Explanations, Corporate Governance, 12, 479-488.

Spaansen (2006a, 18 november), Vrouwen in top goed voor de kassa, De Telegraaf.

Spaansen (2006b, 18 november), Jacht op vrouw en allochtoon geopend, De Telegraaf.

Stedham, Y.E. and Yamamura, J.H. (2004) Measuring national culture: does gender matter, Women in management review, 19, 233-243.

Stokvis (2007) De meting of interpretatie van cultuurverschillen op basis van contrasterende

tendenties Opgehaald op 23 maart 2007 van

http://www.open.ou.nl//stud_gen/stellingen/cultvart.html.

Talmud, I. and Izraeli D.N. (1999) The relationship between Gender and performance Issues of Concern to Directors: correlates or institution, Journal of Organizational Behaviour, 20, 459-474.

The Code Group (2005) Swedish Code of Corporate Governance; Report of the Code Group,

Opgehaald op 27 Maart 2007 van

http://www.ecgi.org/codes/documents/swe_codes_group_en_mar2005.pdf.

The Working Group (2003) Corporate Governance Recommendation for Listed Companies,

Opgehaald op 27 Maart 2007 van

http://www.ecgi.org/codes/documents/recommendation_en_final.pdf.

Van der Walt, N. and Ingley, C. (2003) Board Dynamics and the influence of professional Background, Gender and Ethnic Diversity of directors, Corporate Governance, 11, 218-233.

Van der Zee, F. (2004) Kennisverwerving in de Empirische Wetenschappen, de methodologie

http://www.moaweb.nl/bibliotheek/digitaal-woordenboek/s/steekproefgrootte-steekproefomvang.

Waard, M. (2006, 21 januari) Permanent Spitsuur, NRC Handelsblad.

Wirth, L. (1998) Women in Management: Closer to breaking through the glass ceiling?, International Labour Review, 137, 93-102.

Woolls, D. (2007, 15 Maart) Spain lawmakers OK women's equality law, Associated Press Writer.

In document Diversiteit in de Raad van Bestuur: (pagina 53-62)