• No results found

65 Tijdens het beheer en onderhoud zijn er altijd verschillen in belangen al zijn het vaak

praktische verschillen. Het komt bijvoorbeeld voor dat de brandblusleiding om branden op de snelweg te blussen op het gebied van GNR staan. De gemeente is verantwoordelijk om het fietspad te verlichten maar de verlichting zit in ons (RWS) kunstwerk. Elke partij wil zo min mogelijk betalen voor het onderhoud waardoor men dus geneigd is om elkaar aan te wijzen. Het is belangrijk dat de partijen die verantwoordelijk zijn voor het onderhoud deze belangen op een hoop gooien en gaan kijken naar de meest efficiënte en functionele verdeling. Een pragmatische aanpak is hierin dus cruciaal. In dit project is deze aanpak gehanteerd en zijn er in goed overleg met alle partijen afspraken gemaakt over het onderhoud. – projectmanager RWS

c. Choice rules (Welke keuzes hadden de partijen bij het beheer en onderhoud van het project Laarderhoogt?)

Voor GNR was het een vrijwillige keuze om de natuurbrug Laarderhoogt te beheren:

Het was een eigen keuze zeker in de wetenschap dat alle natuurgebieden eromheen ook door ons (GNR) beheerd worden. Vanuit die setting vinden wij het logisch dat wij deze maar ook andere natuurbruggen in ons gebied beheren. – Hoofdterreinbeheerder GNR

GNR had nog wel een aantal problemen waardoor ze niet bevoegd waren om het beheer en onderhoud uit te gaan voeren om sommige delen van de brug. Tijdens de samenwerkingsovereenkomst was er tussen RWS en GNR globaal afgesproken dat GNR de grond die ze moesten gaan beheren in erfpacht zouden krijgen van RWS. Dit was echter juridisch nog niet vastgesteld. Toen ze dit in een latere fase juridisch wilden vastleggen in de beheersovereenkomst mocht deze beheers constructie niet meer van de Europese Unie. Dit werd gezien als ongeoorloofde staatsteun. De staat mag niet zomaar gronden tegen een symbolische koopsom afdragen aan natuurbeschermingsorganisaties.

Deze situatie leverde GNR als hoofdterreinbeheerder onvoldoende beheertitel op. Het is belangrijk om voldoende beheertitel te hebben, zeker op dit stuk grond aangezien er een grote hoeveelheid kabels en leidingen in de grond zitten die het ziekenhuis en het hele dorp van water, gas en elektra voorzien. We weten ook hoe kabelaars zijn. Als er iets moet gebeuren dan gaat de graafmachine erin en laten ze een puinhoop achter. Het is dus van belang om voldoende beheertitel te hebben om grip op het stuk grond te hebben. – Hoofdterreinbeheerder GNR

Uiteindelijk heeft GNR ervoor gekozen om een gebruiksovereenkomst aan te gaan met RWS waarin alle aspecten van het beheer en onderhoud vrij concreet staan benoemd. In deze overeenkomst staan onder andere alle zaken vermeld die GNR moet regelen om de natuur in stand te houden. Maar ook afspraken over de zeggenschap van GNR op het moment dat er activiteiten plaatsvinden rondom het ecoduct die de natuur kunnen aantasten.

Bij een volgend project zouden de onderhoudsafspraken veel concreter aan de voorkant van het project gemaakt moeten worden. Zo voorkom je het risico dat er in de loop van de jaren een beleidsverandering optreedt. We waren nu te laat met het vaststellen van de

beheerovereenkomst. Tegenwoordig zorgen we ervoor dat beheer en onderhoud meer bij de voorkant van het proces betrokken zijn. Het wordt op dit moment nog steeds niet juridisch vastgelegd. Hier valt nog wel een inhaalslag te maken met betrekking tot procesverbetering. - Projectmanager RWS

d. Scope rules (Op welke manier is er gestuurd op het tot stand komen van de projectscope?)

De projectscope voor het beheer en onderhoud is op hoofdlijnen ontwikkeld tijdens het afsluiten van de samenwerkingsovereenkomst. Tijdens de beheersovereenkomst zijn de reeds bestaande globale afspraken concreter gemaakt en is de projectscope voor het beheer en onderhoud officieel vastgesteld. GNR kreeg in de beheersovereenkomst alsnog veel vrijheid om aan het beheer en onderhoud zelf invulling te geven. RWS was van mening dat GNR door de jaren heen veel kennis en ervaring had opgedaan bij het beheren van natuurgebieden en faunavoorzieningen. RWS en de provincie waren er hierdoor van overtuigd dat GNR het beheer en onderhoud aan de groenvoorziening bij het project Laarderhoogt op juiste wijze zou uitvoeren.

e. Aggregation rules (Hoe komt de besluitvorming tot stand in de beheer en onderhoudsfase?)

GNR heeft vanwege de gebruiksovereenkomst met RWS, het samenwerkingsverband en de beheerovereenkomst de zeggenschap over de groenvoorziening op en rondom het ecoduct. RWS heeft de zeggenschap over het kunstwerk over de A1 en de provincie heeft zeggenschap over de gemeentelijke weg op het kunstwerk. In de praktijk blijkt de besluitvorming echter wat ingewikkelder te liggen aangezien GNR wordt beïnvloed door omgevingspartijen: GNR moet echt nog wel het een ander gaan doen aan de toplaag. Er moeten voornamelijk bomen gekapt worden bij de aanlopen om de brug voor de heidesoorten te optimaliseren. Dit heeft GNR tot op heden echter nog niet gedaan omdat bomen kappen gevoelig ligt bij de omgeving. GNR heeft twee jaar geleden hier al wel subsidie bij de provincie voor aangevraagd maar heeft hier nog niks mee gedaan. – omgevingsmanager RWS

De regio kan heel bepalend zijn voor zaken die we wel en niet kunnen doen. Het GNR is afhankelijk van het lokale draagvlak in alles wat wij doen. We hebben donateurs nodig, net als leden van een vereniging en die komen met name uit de regio. – hoofdterreinbeheerder GNR

f. Information rules (Welke informatie wordt er openlijk gedeeld met andere partijen binnen het project?)

Vanuit RWS is er een overdracht geweest naar GNR. GNR kreeg alle belangrijke informatie die van belang was voor het beheer en onderhoud. Zo kreeg GNR alle documenten van het onderhoudsplan en een aantal bouwtekeningen met daarop de inrichting van de groenvoorziening aangegeven.

67

Volgens de Leidraad Faunavoorziening uit 2013 moet er tijdens het beheer en onderhoud informatie gedeeld worden met de betrokken partijen die het ecoduct hebben ontwikkeld. Er moet sprake zijn van een regelmatige evaluatie waarin gekeken wordt of de natuurbrug Laarderhoogt functioneert volgens de wijze waarop het oorspronkelijk bedoeld was. De Klanteisen specificatie moet dus worden vergeleken met de situatie na oplevering. Volgens de projectmanager gebeurt dit echter niet:

We (RWS) hebben eigenlijk nauwelijks de klanteisen specificatie gebruikt als een soort van check, hebben we nu alles uitgevoerd conform de scope die vooraf was opgesteld. is een zwak punt binnen dit project. Het ecologisch functioneren werd niet getoetst. RWS is hier in feite zelf verantwoordelijk voor maar er zit zwakke/ontbrekende schakel in de keten. Het projectteam dat het project oplevert is vaak GPO. Dit project wordt opgeleverd naar de regio, de regio moet gaan over onderhoud en dat is PPO. Daar loopt het ergens nog niet optimaal. – projectmanager RWS

Ook GNR voelt zich verantwoordelijk om het ecologisch functioneren van het project maanschoten te toetsen. Ze geven alleen aan dat ze geen capaciteit en financiering hebben om dit te op een juiste wijze te doen.

g. Pay-off rules (Hoe worden de kosten en baten verdeeld tussen de betrokken partijen?)

De kosten die GNR maakt om de groenvoorziening in stand te houden worden deels gefinancierd door donateurs. Deze donateurs bestaan zowel uit particulieren als bedrijven zoals de Rabobank en Friesland Zorgverzekeraar. Ook worden de kosten van het beheer en onderhoud voor een groot deel gefinancierd door een subsidieregeling van de natuur (SNL). Deze jaarlijkse subsidie wordt verstrekt door de provincie. De kosten van het onderhoud aan de twee kunstwerken zijn voor RWS en de provincie.

De baten voor het juist beheer en onderhoud komen ten goede aan de ecologie, de levensduur en de veiligheid van de faunavoorzieningen.

Strategisch Omgevingsmanagement (SOM) bij Laarderhoogt

Naast de zeven externe rules behorend bij de drie verschillende action arena’s zijn ook de zeven belangrijkste principes van Strategisch Omgevingsmanagement per case onderzocht. Uit de informatie van vier semi-gestructureerde interviews met onderstaand genoemde personen

betrokken bij case Laarderhoogt worden zeven principes van Strategisch

Omgevingsmanagement langsgelopen.

Tabel 9: overzicht respondenten case Laarderhoogt, Strategisch Omgevingsmanagement

Tabel Functie Organisatie Datum: 2017

1 Senior Projectmanager & tijdens het project Laarderhoogt Omgevingsmanager Provincie Noord-Holland (tijdens het project Laarderhoogt gedetacheerd bij Rijkswaterstaat 4 Mei 9:30

2 Technischmanager Rijkswaterstaat (WNN) 23 Mei 11:00

3 Hoofd terreinbeheerder Goois Natuurreservaat 3 mei 13:30

4 Projectmanager Rijkswaterstaat (WNN) 17 Mei 10.00

• SOM 1 Steef naar winst voor alle partijen. (Was er een duidelijk gemeenschappelijk doel?)

De publieke partijen (GNR, RWS, de provincie Noord-Holland en de gemeentes Laren en Blaricum) die betrokken waren bij de ontwikkeling, realisatie, beheer en onderhoud van de natuurbrug Laarderhoogt hadden een duidelijk gemeenschappelijk doel; het realiseren van een goed functionerende natuurbrug. Om dit gemeenschappelijke doel voor elkaar te krijgen werd er gedurende de gehele looptijd van het project naar winst gestreefd voor alle partijen. Zowel voor de publieke partijen; op wens van RWS werd de brug niet voorzien van een middenpijler waardoor de veiligheid van de automobilisten gewaarborgd kon blijven. Tegelijkertijd werd er op wens van de gemeenten een recreatief pad gerealiseerd en werd veel tijd en geld in de vormgeving van de natuurbrug gestoken. Ook de private partijen profiteerden van de natuurbrug; zo kreeg het Tergooi ziekenhuis van RWS een stuk grond ter compensatie waarop parkeerplekken gerealiseerd konden worden en kreeg Blokker Holding toestemming van de gemeente om een kantoor te realiseren. Tot slot gingen de partijen die verantwoordelijk waren voor de realisatie van de natuurbrug ook met tegenstanders in gesprek om het gemeenschappelijke belang te vinden. Dit werd voornamelijk gevonden in het behoud van de natuur.

• SOM 2 oprechte interesse/begrip (is er oprechte interesse in alle betrokken stakeholders?)

Alle geïnterviewde personen waren het unaniem over eens dat er oprechte interesse was in alle betrokken stakeholders gedurende de drie fases van het project. Met name de grote investering vanuit RWS en de Provincie om de samenwerkingsovereenkomst voor elkaar te krijgen bevestigt deze interesse. De provincie en Rijkswaterstaat waren ook zeer te spreken over de medewerking, en interesse van GNR en de twee gemeentes. Er is zeker interesse geweest vanuit de gemeentes. Zij hebben echt altijd goed meegewerkt. Ook vanuit het bestuur, de wethouders en burgemeesters hebben zich ingespannen om de brug te realiseren. Zo hebben ze uitvoerig gepraat met de eigenaar van het stuk grond die dwars lag en hebben ze tegenstanders in de gemeenteraad overtuigd van de natuurbrug. – Omgevingsmanager RWS

69