• No results found

In dit hoofdstuk wordt besproken hoe de tennistrainer een rol kan spelen omdat verenigingen extra te helpen. Door met verschillende accountmanagers, voorzitters en tennisexperts te praten, wordt een antwoord geformuleerd op de volgende deelvraag:

- Wat is de invloed van een tennistrainer en welke rol kan hij/zij spelen bij het oplossen van de problemen bij kleine verenigingen?

Er is een tekort aan tennistrainers en dat kan de KNLTB niet op de korte termijn veranderen. Op dit moment is de afdeling tennisleraren druk bezig om meer tennisleraren binnen te krijgen die de opleiding gaan volgen en om de positie van tennisleraar interessanter te maken op de arbeidsmarkt. De problemen van een goede trainer vinden heb je door heel Nederland, terwijl een trainer

misschien wel de belangrijkste persoon is op een vereniging. Naast dat een trainer de lessen geeft, draagt hij ook bij aan een betere cultuur, meer clubmomenten en dat iedereen beter leert tennissen waardoor het tennissen leuker wordt om te spelen.

8.1. Probleemstelling

Nederland heeft net als Vlaanderen een te kort aan tennistrainers, volgens 4/4 accountmanagers. In de grote steden, maar ook in de kleine dorpen. In de grote steden omdat er veel mensen tennisles willen en daarvoor te weinig trainers zijn. In de kleine dorpen omdat er vaak te weinig mensen zijn die les willen om goede trainingsgroepen te maken. Zo moet een tennisleraar bij kleine verenigingen op meerdere tennisverenigingen les geven om aan zijn uren te komen. Doordat de trainer op meerdere verenigingen les moet geven, kan hij niet voor alle verenigingen ook zijn taakuren oppakken. Onder taakuren vallen bijvoorbeeld een keer een clinic geven of andere ledenwervingsacties. Zo ontbreekt vaak de binding tussen een trainer en de vereniging. Hierdoor komt een trainer vaal alleen zijn uurtjes draaien op een vereniging, maar een verdere samenwerking of binding ontbreekt, volgens alle vier de accountmanagers.

Accountmanager: ‘Je ziet de samenwerking met de trainer die ontbreekt. Dat er maar weinig leden zijn, zijn er maar weinig uurtjes les. Er wordt weinig gedaan buiten het lesgeven om. De trainer kan een belangrijke rol spelen bij de binding.’

Ook voor een trainer is het lastig om bij elke club betrokken te zijn. Vaak wordt er verwacht dat de trainer een clinic verzorgd, extra jeugdtrainingen aanbiedt of zich inzet voor extra jeugdactiviteiten. Dit is lastig te realiseren, als je dat voor vijf verschillende verenigingen moet doen, volgens de vier accountmanagers.

Accountmanager: ‘Vrijwilligers is lastig, kunnen ook niet een trainer zeggen dat hij meer moet doen dan alleen zijn lessen draaien. Maar kunnen wel aangeven wat belangrijk is en hoe ze bepaalde stappen kunnen nemen.’

Nu is er vaak wel een vrijwilliger die de trainingen wil geven, maar geen tijd of zin heeft om de opleiding te volgen. Dit is vaak iemand die iedereen op de club goed kent en zelf kan tennissen, alleen de licentie ontbreekt. De KNLTB is nu steeds strenger aan het controleren dat iedereen die les geeft, een geldige licentie heeft.

Accountmanager: ‘Heel moeilijk om een trainer te vinden. Vaak wel een vrijwilliger die les wil geven en de club goed kent. Binnen een kring kunnen we kijken hoe we daar maatwerk kunnen leveren.’ Hierdoor vallen de vrijwilligers die wel een les willen draaien op de club weg. Dan zit een vereniging vaak zonder trainer of met een trainer die nul binding heeft met de vereniging. Zo wil de KNLTB op

elke vereniging een trainer met een geldige licentie, maar dit is niet overal mogelijk, volgens 3/4 accountmanagers.

Accountmanager: ‘Eventueel met trainers uitzonderingen maken. Die dorpsgek die het hele dorp kent en mensen kan activeren mag geen les geven en dan komt er iemand van de tennisschool met nul binding.’

De samenwerking tussen een trainer en een vereniging is belangrijk. Een trainer is een goede verbinder op de vereniging. Je zou met verschillende clubs kunnen investeren in een trainer, die voor alle verenigingen trainingen gaat geven, teams gaat samen stellen, wervingsacties gaat opzetten en zorgt voor meerdere activiteiten op de club, volgens 3/4 accountmanagers. Door samen met verenigingen dit te organiseren, kan je het aantal leden verdelen. Zo wordt het dus makkelijker om trainingsgroepen te vormen, meerdere activiteiten te organiseren en club overstijgend teams te maken. Door te investeren in een trainer met verschillende kleine verenigingen, kan je samen zorgen voor een betere toekomst voor tennis. Hierbij is het wel belangrijk, dat de desbetreffende verenigingen dezelfde contributie innen. Wanneer er grote verschillen zitten tussen de contributies, zullen de leden van de goedkoopste club lid worden omdat ze overal kunnen gaan tennissen.

Tennisexperts: ‘Ik kwam bij die kringen in het noorden, wat je daar ook ziet, problemen met trainer betrekken bij je vereniging als verbindende factor. Dan zie je daar dat ze geen trainer te vinden, of een trainer die ze delen bij andere verenigingen. Die gaat niet voor alles wat organiseren.’

8.2. Conclusie

De tennistrainer is een van de belangrijkste schakels voor een vereniging. De trainer kan leden enthousiasmeren om iets te doen voor een vereniging, zorgen voor extra clubmomenten en dat er veel getennist wordt. Bij de kleine verenigingen gaat dat wat lastiger, omdat er per vereniging minder mensen zijn die les willen. Hierdoor geven trainers vaak op verschillende verenigingen les en is de binding per vereniging minder goed. Het is ook niet realistisch om aan een trainer te vragen of hij de ledenwerving doet voor vier verschillende verenigingen. Door daarin met verschillende verenigingen samen te investeren in een goede trainer en een gemeenschappelijk beleid, kan je daarin één geheel vormen.

8.3. Bouwstenen voor advies

Bouwsteen 30: Investeer met verschillende vereniging in een goede leraar en zet samen een plan waar de trainer en de verenigingen winst uithalen op het gebied van trainingen, jeugd, activiteiten en ledenwering en behoud.

Bouwsteen 31: De trainer is een van de belangrijkste schakels in het gezond houden van een tennisvereniging.