• No results found

Standaardisatie in face-to-face en telefonische interviews

4. Kwalitatieve analyse

4.2 Standaardisatie in face-to-face en telefonische interviews

Recht tegenover rapport in interviews staat standaardisatie, waarbij de interviewer zich strikt houdt aan de vragenlijst die hij dient af te nemen. Van surveyinterviewers wordt verwacht dat zij zich houden aan de vragenlijst, om zo interpretatieverschillen tussen de respondenten te voorkomen. Wanneer er interpretatieverschillen ontstaan, wordt de uitkomst van een onderzoek minder betrouwbaar. Dit wil iedere onderzoeker voorkomen. Er is echter ook gevaar wanneer de interviewer zich strikt aan de vragenlijst houdt en hier niet van afwijkt. Het kan zijn dat de respondenten hierdoor hun motivatie verliezen en hierdoor (onbewust) hun antwoorden aanpassen. In dit geval ontstaat er ook vertekening, wat zorgt voor minder betrouwbare resultaten.

In fragment 6 houdt de interviewer zich in tegenstelling tot eerdere fragmenten wel aan de vragenlijst. De respondent dwaalt in regel 3 t/m 6 van de antwoordmogelijkheden voor deze vraag, maar de interviewer grijpt de volgende beurt meteen aan om te vragen naar een cijfer.

In plaats van mee te gaan met de respondent en mee te praten over haar ideeën en ervaringen blijft de interviewer bij de les en komt terug op de vragenlijst.

Fragment (6) FACE-TO-FACE STANDAARDISATIE

1 I : Volgende vraag, het rechtstelstel hoe veel vertrouwen 2 heeft u daar in

3 R : Je hoort er veel over in de media en je leest erin en en 4 ik heb het idee dat het toch wel goed gaat. Incidenten 5 zijn er natuurlijk altijd. Maar dat is net welke 6 partijen er aan het woord zijn.

7 I: En welk cijfer zou u dan willen geven? 8 R: Toch heen 7

Fragment 7 laat hetzelfde fenomeen zien.

Ook hier neemt de interviewer gelijk de eerste beurt in regel 10 om een cijfer als antwoord te ontvangen en de respondent weer terug op het spoor te krijgen.

(7) FACE-TO-FACE STANDAARDISATIE

1 I: Hoeveel vertrouwen heeft u in de politici? 2 R: In de wat?

3 I: Politici.. dus mensen in de politiek. De politieke 4 mense.. de mensen die in de kamer zitten

5 R: Das een moeilijk punt. Heb vanmorgen de krant nog 6 gelezen. Als u dan de uitslagen leest van toen en nu dan 7 is er gezegd door een minister president dat het 8 draaikonten waren vroeger. Nou als ik dan zou de krant 9 leest dan zijn de draaikonten nou in massa aanwezig

10 I: Maar weer deze kaart: 0 is helemaal geen vertrouwen en 11 10 is volledig vertrouwen

12 R: Nou Een 6

Fragment 8 laat ook zien dat een interviewer zich probeert te houden aan de standaardisatie van de vragenlijst en zo min mogelijk wil in gaan op de afwijkende antwoorden van de interviewer. In regel 3 geeft de respondent aan dat hij niet zo maar een cijfer kan geven, maar

dat hij hier over na moet denken. Vervolgens geeft ze vanaf regel 4 een uitleg waarom ze hier over na moet denken en wordt haar situatie uitgelegd. In regel 9 vraagt de interviewer weer om een cijfer, maar niet heel direct. Er wordt namelijk ook gevraagd “wat is uw gevoel hierbij”. De interviewer bedoelt ongetwijfeld dat de respondent een cijfer aan zijn gevoel moet koppelen, maar de respondent pakt dit verkeerd op om vervolgens in regel 11 weer een afwijkend antwoord te geven. Maar de interviewer houdt vast en verkiest nu duidelijk

standaardisatie boven een losser gesprek en vraagt zonder in te gaan op de antwoorden van de respondent nogmaals om een cijfer, die ze ten slotte dan krijgt.

Fragment (8) TELEFONISCHE STANDAARDISATIE

1 I: Hoeveel vertrouwen heeft u in het rechtstelsel. Weer 2 een cijfer van 0 tot en met 10.

3 R: Ehm op zich moet ik daar natuurlijk even over nadenken. 4 R: Ik heb onlangs iets gehad om me kinderen weer terug te 5 krijgen en ik heb altijd gezegd de waarheid achterhaalt 6 zich wel. Maar je moet er veel jaren op wachten. 7 Op zich staat het gerecht niet naar de gewone man maar 8 uiteindelijk wel dus dat is beetje moeilijk antwoord. 9 I: Ja, ja, ja.. wat is u gevoel erbij wat voor cijfer zou 10 u geven

11 R: Nou op het moment is het een 10 waard, maar dat is niet 12 altijd zo geweest.

13 R: Nee das niet altijd zo geweest 14 I: Wat kan ik invullen.

15 R: Nou laten we er een 6 van maken

Eerder in deze analyse kwam lachen bij rapport naar voren. In fragment 9 vindt een

tegenovergestelde reactie van de interviewer plaats en gaat hij niet in op een rapport poging van de respondent. In regel 10 vertelt de respondent dat het lastig is om nu een cijfer te geven aan het Nederlands parlement aangezien deze net is gevallen. Ze lacht hier erg uitbundig bij. In regel 11 verwacht de respondent vervolgens een reactie in een expliciete vorm of tenminste een lach van de interviewer, maar die blijft uit. Dit zorgt voor een gênante situatie. Het zou kunnen dat te respondent zich door deze actie van de interviewer genegeerd voelt en dat dit invloed heeft op haar opvolgende antwoorden. In de volgende sequentie van dit fragment,

regel 13 t/m 17, laat de interviewer geen ruimte voor rapport en grijpt de interviewer gelijk in (regel 17) wanneer de respondent niet direct antwoord geeft op de vraag.

 

Fragment  (9)  TELEFONISCH  STANDAARDISATIE  +  LACHEN    

1 I: Kunt u op een schaal van 0 tot 10 aangeven hoeveel 2 vertrouwen u persoonlijk heeft in elk van de volgende 3 instellingen. Een 0 betekent dat u helemaal geen 4 vertrouwen heeft in een instelling. Een 10 betekent dat 5 u volledig vertrouwen heeft.

6 R: ja

7 I: Hoeveel vertrouwen heeft u in het Nederlands parlement. 8 Noem een cijfer van 0 tot 10

9 R: Ja dat moeten we nou net zeggen he nou het uit elkaar 10 ligt hahaha lacht zeer uitbundig

11 I: ...

12 R: Nou.. eh.. zoals het ervoor staat eh 5 meer niet

13 I: Hoeveel vertrouwen heeft u in het rechtstelsel. Mag u 14 een cijfer van 0 tot 10.

15 R: Dit zijn eigenlijk best moeilijke vragen want ik het er 16 nooit mee te maken

17 I: Het gaat om uw gevoel erbij, een cijfer alstublieft.