• No results found

4.10 Sociale media en hacken

In document Was dit nou ethisch? (pagina 62-64)

De journalisten is gevraagd naar hun sociale media gebruik en in hoeverre zij vinden dat dit een juiste manier is om slachtoffers na te trekken. Vervolgens is hen ook gevraagd of zij zich kunnen voorstellen dat journalisten hacken om achter meer gegevens van slachtoffers te komen.

4.10.1 Sociale media

Alle journalisten zeggen dat zij weleens sociale media gebruiken om meer te weten te komen over slachtoffers en het ook zien als een acceptabel middel om dit te doen. Het kan dan zijn dat de journalisten willen weten wat voor foto’s er op de sociale media van slachtoffers staan, met wie ze bevriend zijn of waar ze voor het laatst zijn geweest.

Ingeborg van der Ven (freelancer): Ja, tuurlijk, dat doe ik ook. Ik heb natuurlijk wel moeten checken: 'oké, ik ga volgende week met persoon X praten over seksuele intimidatie, ik moet even checken of die ook wel echt bij de universiteit werkt'. En nu ook nog dat iemand een heel verhaal heeft verteld over ontslag en naar een andere werkgever gaat. Ja, dan heeft voor mij LinkedIn heel goed geholpen, dan kan ik dan checken of dat verhaal een beetje klopt. En sommige casussen zijn wel al lokaal in kranten beland, dus dat kan ik dan checken.

De ene journalist maakt meer gebruik van sociale media dan de ander. Koen Scharrenberg maakt weinig gebruik van Facebook en Instagram, maar hij zegt dat dit komt doordat zijn slachtoffers niet op Facebook zitten. Als zijn slachtoffers wel op Facebook hadden gestaan, had hij ze wel benaderd.

Alle overige journalisten zeggen meer gebruik te maken van sociale media. De een doet dit meer voor het benaderen van slachtoffers, de ander om meer achtergrondinformatie te verzamelen.

Thomas Rueb (NRC): (…) Ja, je ziet dat ik mensen doorgaans echt ga volgen op Facebook om te kijken wat ze meemaken of zo, dus echt contact maken.

62 Joy Leering: Gebruik je sociale media om slachtoffers op te zoeken of gegevens van ze te vinden?

Mark Schrader (AT5): Ja doe ik, niet echt voor het benaderen, dat is max drie keer gebeurd denk ik. Wel dus om te achterhalen met wie ze omgaan. Om achter meer informatie van ze te komen.

Sociale media worden over het algemeen dus geaccepteerd. Een aantal journalisten geeft aan dat je er wel voorzichtig mee om moet gaan. Zij zien in dat het ook schadelijk kan zijn als je sociale media verkeerd gebruikt. Het kan slachtoffers afschrikken als ze weten dat journalisten op hun kanalen kijken.

Bram de Waal (EenVandaag): Ik vind het al ver gaan om op iemands LinkedIn te kijken, omdat mensen dan zien dat een journalist van EenVandaag daarop heeft gekeken.

Sanne Terlingen (Argos): (…) Ik doe het wel zo voorzichtig mogelijk, want ik merk dat mensen het zelf niet prettig vinden. Dat ze het zelf behoorlijk belastend vinden als ze op die manier benaderd worden.

Dat het gebruik van sociale media met zorg gedaan moet worden, ziet ook Willem Feenstra van de Volkskrant in. Hij vindt zelfs dat ze op de redactie van de Volkskrant iemand moeten aannemen die enkel en alleen gaat over sociale media.

Joy Leering: Zijn jullie een beetje principieel tegen sociale media?

Willem Feenstra (Volkskrant): Nee, maar je moet iemand gewoon daarvoor opleiden, zal ik maar zeggen. Eigenlijk moet je gewoon iemand hebben die kan scrapen, een schat aan informatie vaak, in een handomdraai eraf kan halen voordat mensen dingen offline gaan halen. Dat gaat dus bijna altijd om daders en niet zozeer om slachtoffers, want als een slachtoffer met jou in gesprek gaat, is dat zo goed als altijd omdat ze dat zelf willen. Dus dan kun je gewoon vragen wat je wil weten.

Willem Feenstra zegt dat het opsporen van informatie vaker bij daders gebeurt dan bij slachtoffers en Jermaine Ellenkamp (RTL Boulevard) kwam hier ook al mee. Bij daders zijn sommige journalisten dus van mening dat het interessanter is wat er online van hen te zien is dan bij slachtoffers.

4.10.2 Hacken

Op de vraag wat journalisten vinden van het hacken van gegevens, zegt het merendeel dat dit onacceptabel is. Volgens hen zou hacken je carrière op het spel zetten en je geloofwaardigheid als journalist aantasten.

Wouter Laumans (Telegraaf): (…) Als iemand over mij opschrijft: hij heeft de computer van een slachtoffer gehackt om aan informatie te komen. O man, dan ben ik weg. Als iemand dat op zou schrijven zou ik me kapot schamen, dus dan niet doen.

Susanne Uilenbroek (RTL Nieuws): Dat vind ik absoluut not done. Kan niet, is gewoon strafbaar, mag je niet doen. Hacken is gewoon strafbaar.

63 Joy Leering: En kun je je voorstellen dat er een geval is waarbij dat wel soort van geoorloofd zou zijn?

Susanne Uilenbroek (RTL Nieuws): Nee, absoluut niet.

Op de vraag of journalisten zich kunnen voorstellen dat andere journalisten hacken zeggen slechts een paar dat zij dit kúnnen begrijpen. Wel zegt iedere journalist die zich iets bij het hacken van iemand kan voorstellen dat ze dit dan voor zich zien bij daders of verdachten, niet bij slachtoffers van misdrijven.

Wim van de Pol (Crimesite): In zeer uitzonderlijke gevallen toegestaan of zou ik dat doen. Niet om slachtoffers te spreken...

Joy Leering: Nee, is dat vaker met daders zou je denken?

Wim van de Pol (Crimesite): Ja, daders of een bedrijf dat dingen doet die niet kunnen of de overheid doet dingen die niet kunnen. Maar niet met slachtoffers.

Kees Amsterdam (Opsporing Verzocht): (…) Ik kan me wel situaties bedenken waarbij ik het [hacken] zou kunnen overwegen als het belang dusdanig groot is om iets bloot te leggen of iets dergelijks. Of de zaak waarbij de veiligheid belangrijk is, dan kan ik me voorstellen dat ze dat wel doen.

In document Was dit nou ethisch? (pagina 62-64)